Deze rapportage is vooral gericht op hoofdactiviteit 2 en 3. Als hulpmiddel bij de hoofdactivitei-
ten 1 en 2 heeft Grontmij het softwarepakket dg DIALOG ontwikkeld. Dit systeem bestaat uit
drie hoofdgroepen:
het beheren van gegevens van het wegennet;
het opstellen van planningen en begrotingen;
het presenteren van resultaten.
D. Het beheren van gegevens van het wegennet
In onderstaande paragrafen wordt kort ingegaan op het beheer van gegevens conform de
CROW-systematiek en dg DIALOG Wegen.
Vaste gegevens
De vaste gegevens van het wegennet staan geregistreerd in het databestand van dg DIALOG
Wegen. Vaste gegevens zijn die (fysieke) zaken die niet of nauwelijks veranderen in de tijd. Te
denken valt aan wegen, wegvakken, wegvakonderdelen (bijvoorbeeld hoofdrijbaan, trottoir
links, parkeervak rechts enz.) en constructiegegevens.
Variabele gegevens
De resultaten van de inspectieronde zijn in het systeem in te lezen. Deze resultaten zijn te be-
stempelen als de variabele gegevens in het gegevensbestand: de kwaliteit van de verhardingen
zal, zonder onderhoud, in de tijd verslechteren. Bij de ene weg zal dit sneller gaan dan bij de
andere. Door het jaarlijks uitvoeren van een inspectie blijven de kwaliteitsgegevens steeds ac-
tueel en kan snel op gewijzigde omstandigheden worden gereageerd.
Bij de globale visuele inspectie worden de verhardingskenmerken textuur, vlakheid, samenhang
en waterdichtheid van de verharding beoordeeld aan de hand van zogenoemde schades (Tabel
1). De schadecatalogus van het CROW geeft definities en inspectievoorschriften voor schades
op asfaltbeton-, elementen- en cementbetonverhardingen.
Tabel 1 Verhardir skenmerken en schade
Verhardingskenmerk
Asfaltbeton
Schades
Elementen
Cementbeton
Textuur
Vlakheid
Samenhang
Waterdichtheid
Rafeling
Dwarsonvlakheid
Oneffenheden
Scheurvorming
Dwarsonvlakheid
Oneffenheden
Oneffenheden
Scheurvorming
Voegvulling
Behalve de bovenstaande schades kunnen tijdens de globale visuele inspectie de zetting en de
afwatering en randschade facultatief worden beoordeeld. ledere schade dient naar ernst en
omvang te worden gewaardeerd. Bij de globale visuele inspectie worden drie ernstklassen (licht
(L), matig (M) of ernstig (E)) en drie omvangklassen (gering (1), enig (2) of groot (3)) onder-
scheiden. Een combinatie van een ernstklasse en een omvangklasse geeft dus de kwaliteit van
een schade aan, bijvoorbeeld E1 of M2. Wanneer een bepaalde schade matig is en in enige
mate voorkomt, wordt als waardering een M2 gegeven.
In Tabel 2 zijn de mogelijke combinaties per schade weergegeven. Van links naar rechts is de
ernstklasse (L, M of E) aangegeven en van boven naar beneden de omvangklasse. Hoe de
ernst- en omvangklasse word bepaald is nader toegelicht in publicatie 146 van CROW.
Tabel 2 Schadecijfers visuele inspectie
UchtMatigErnstig
Gering L1 M1 E1
Enig L2 M2 E2
Groot L3M3 E3
if* Grontmij
Bijlage 1Wegbeheer (Vervolg 1)
f NNHI20111001, revisieDI