van het kader wordt rijksbreed verplicht en verankerd in de aanwijzingen voor de Rijksdienst. Vanaf 1 januari 2010 is het kader van toepassing op gewijzigde subsidieregelingen en op nieuwe subsidies, die door het Rijk worden verstrekt op basis van (kader)wetten. Voor bestaande subsidieregelingen geldt een overgangstermijn tot 2012, waarbinnen de wet- en regelgeving hierop zal worden aangepast. Elementen uit het Rijksbrede subsidiekader kunnen in aangepaste vorm worden toegepast op het gemeentelijke subsidieproces en de gemeentelijke organisatie. Hiema zal worden ingegaan op de hoofdlijnen van dit kader en wordt aangegeven hoe ook gemeenten er voordeel mee kunnen behalen. Het uiteindelijke doel is dat de gemeentelijke procedures, daar waar mogelijk, aansluiten bij die op rijksniveau, zodat het zowel voor de burger als voor de verschillende overheden duidelijker en eenvoudiger wordt. Instellingen, bijvoorbeeld op het terrein van jeugdzorg of welzijn (vgl. Leger des Heils), ontvangen vaak subsidies van meerdere overheden en hebben vaak te maken met verschillende indieningseisen en voorwaarden. Uitgangspunten en maatregelen Het Rijksbrede subsidiekader is ontwikkeld vanuit de volgende uitgangspunten: - Het subsidiebedrag en de lasten, die met de subsidieverstrekking gepaard gaan, moeten proportioned zijn. - Er moet een betere sturing plaatsvinden op prestaties en hoofdlijnen: zo wordt er meer gewerkt met prestatiesubsidiering in plaats van de input op basis van werkelijke kosten. Prestatiesubsidiering houdt in, dat er een vast bedrag wordt gesubsidieerd ten behoeve van een vooraf overeengekomen activiteit of prestatie. Bij subsidies, gebaseerd op verantwoording van de kosten, wordt vaak zekerheid gezocht in de administratieve verplichtingen,.zoals facturen en urenadministratie. Hiermee gaan hoge administratieve en bestuurlijke lasten gepaard. Door het afrekenen op basis van prestaties en het vervallen van de financiele verantwoording bij kleine subsidies worden de lasten verminderd. - Regels en verplichtingen moeten meer worden geuniformeerd en vereenvoudigd. Doordat de Awb zoveel ruimte laat, ontstaat er in de praktijk een veelvoud van subsidieverlening en verantwoordingsverplichtingen. Dit leidt tot een versnippering van regels: het Leger des Heils is genoodzaakt om jaarlijks meer dan 25 verschillende jaarrekeningen op te stellen. Het nieuwe subsidiekader bevat uniforme en vereenvoudigde regels voor de aanvraag, uitvoering en verantwoording. Gedacht kan worden aan verplichtingen ten aanzien van termijnen, kostenbegrippen, voorschotten en voorwaarden ten aanzien van tussentijdse rapportages. - Tenslotte wordt er gewerkt vanuit vertrouwen in plaats van wantrouwen. Er komt meer nadruk te liggen op de eigen verantwoordelijkheid van de subsidieontvanger; er zal niet in alle gevallen meer een uitgebreide verantwoordingsplicht gelden. Op basis van deze uitgangspunten zijn de volgende, met elkaar samenhangende maatregelen ontwikkeld: - Drie standaarduitvoerings- en verantwoordingsarrangementen, waarvan de toepassing wordt bepaald door de hoogte van het subsidiebedrag. - Uniformering en vereenvoudiging van begrippen en verplichtingen in het subsidieproces (onder andere termijnen, voorschotten, rapportages). - Rijksbreed beleid om misbruik te voorkomen. Hieronder worden enkele elementen uit het Rijksbrede subsidiekader belicht, die ook relevant kunnen zijn voor de gemeentelijke subsidiepraktijk.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2011 | | pagina 106