3. Waarderingsgrondslagen
3.1 Inleiding
De eerste stap in het administratieve proces voor het beheer van activa is de bepaling van
de waarde die toegekend moet worden aan de activa. Meer specifiek gaat het dan om de
volgende aspecten:
- activeren investeringen;
- waarderingsgrondslag;
- vaststelling financiele waarde;
- ondergrens.
Aan de hand van deze aspecten kunnen regels worden opgesteld op basis waarvan nieuwe
activa kunnen worden toegevoegd.
3.2 Activeren investeringen
In het BBV is bepaald dat alle vaste activa geactiveerd moeten worden voor het bedrag van
de investering (art. 62 lid 1 BBV). Daarnaast is expliciet bepaald welke investeringen wel en
niet geactiveerd moeten worden (art. 59 BBV). Dit betreft de volgende investeringen:
- investeringen met een economisch nut moeten worden geactiveerd;
- kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarde, deze mogen niet geactiveerd
worden;
- investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen
geactiveerd worden.
- Tevens biedt het BBV de mogelijkheid om in sommige gevallen te kiezen om vaste
activa wel of niet te activeren. Het gaat hierbij om activa met de kosten voor
onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief en bijdrage activa in eigendom
van derden.
3.3 Waarderingsgrondslagen
De waardering van activa is van belang omdat het de basis vormt voor het vaststellen van de
financiele consequenties van activa, met name door waardevermindering. Anders
geformuleerd: de gekozen systematiek voor de waardering van activa in het stelsel van
baten en lasten is van invloed op de exploitatie van de gemeente en daarmee op de
financiele resultaten die behaald worden. Hiervoor zijn in het BBV bepalingen opgenomen
voor de waardering van activa. Hiermee wordt enerzijds voorkomen dat organisaties met de
waardering van activa hun financiele resultaten kunnen beTnvloeden en anderzijds wordt
bereikt dat de financiele gegevens van organisaties in de loop van de tijd vergelijkbaar
blijven. De waarderingsgrondslag voor vaste activa wordt bepaald door de aanschaffing- of
vervaardigingprijs (art. 63 BBV). Van activa waarvan de bestemming verandert, wordt de
actuele waarde van de nieuwe bestemming in de toelichting op de balans opgenomen.
3.4 Vaststelling financiele waarde
In het BBV is bepaald (art. 62 BBV) dat alle vaste activa worden geactiveerd voor het
bedrag van de investering.
In lid 2 en 3 van artikel 62 worden echter uitzonderingen gemaakt, namelijk:
- bijdragen van derden die in directe relatie staan met een actief mogen bij de
waardering in mindering worden gebracht;
- reserves mogen in mindering worden gebracht op investeringen in openbare ruimte
met een maatschappelijk nut.
6