3.1.6 Verbetering
Een belangrijke stap in het geheel is de verbetering. De verantwoording over de resultaten van
het gevoerde beleid, inclusief de risicoanalyse, wordt gebruikt als feed back voor de
Gemeenteraad om de kaderstelling en strategie voor het volgende jaar/periode. De centrale
gedachte bij de verbetering is dat er "lessen uit het verleden worden getrokken".
3.2 Weerstandscapaciteit
Wanneer een organisatie te weinig eigen vermogen heeft, kan de continui'teit in van die
organisatie in gevaar komen. Bijvoorbeeld wanneer zich substantiele financiele tegenvallers
aandienen die niet worden voorzien. Bij gemeenten speelt het continuiteitsvraagstuk minder een
rol. Daar gaat het bij het opvangen van tegenvallers meer over de continui'teit van het beleid.
Het eigen vermogen van de gemeente wordt onder meer gevormd door de algemene reserve en
kan worden ingezet om tegenvallers op te vangen. Ook de bestemmingsreserves worden tot het
eigen vermogen gerekend worden. De werkelijke stand van de algemene reserve wordt betrokken
in de berekening van de weerstandscapaciteit.
Gemeenten hebben meer mogelijkheden (dan het eigen vermogen alleen) die in potentie ingezet
kunnen worden om tegenvallers op te vangen. Te denken valt aan bijvoorbeeld de onbenutte
inkomstenbronnen (belastingcapaciteit), de stille reserves, maar ook stelposten voor onvoorziene
uitgaven en de mogelijkheden tot bezuinigingen in de begroting. Alle mogelijkheden tezamen
vormen de weerstandscapaciteit van een gemeente.
Onderscheid kan worden gemaakt in incidentele en structurele weerstandscapaciteit.
3.2.1 Incidentele weerstandscapaciteit
Met het eerste wordt bedoeld het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers
(eenmalig) op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van taken op het
geldende niveau. Voorbeelden hiervan zijn de inzet van de algemene reserve en de post
onvoorzien incidenteel (zie ook tabel in paragraaf 4.2).
3.2.2. Structurele weerstandscapaciteit
Met de structurele weerstandscapaciteit worden de middelen bedoeld die permanent ingezet
kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste
gaat van de uitvoering van de bestaande taken. Voorbeelden hiervan zijn de onbenutte
belastingcapaciteit, de post onvoorzien structured en eventuele mogelijke kostenbesparingen (zie
ook tabel in paragraaf 4.2).
Naast bovenvermelde onderscheid is de weerstandscapaciteit dynamisch, onderliggende
elementen zijn aan verandering onderhevig (omdat ze bijvoorbeeld gedurende een jaar worden
aangewend ter dekking van activiteiten). Ook doen bepaalde elementen (bijvoorbeeld de
belastingverhogingen en bezuinigen) vaak ook niet direct mee bij de berekening van de
belastingcapaciteit omdat ze niet direct gerealiseerd kunnen worden.