d. hoe de resultaten zich verhouden tot de in de begroting gestelde doelen.
3. De raad bepaalt aan de hand van de uitvoering van de programma's of de beleidsdoelen van de
programma's voor het lopende jaar bijstelling behoeven.
Titel 2 FINANCIELE POSITIE
Kaderstellen
Artikel 9 Financiele positie
1. Het college draagt er zorg voor, dat al het beleid waartoe de raad heeft besloten, in de
uiteenzetting van de financiele positie en de meerjarenramingen is opgenomen.
2. Het totaalbedrag aan verleende garanties en waarborgen worden bij de uiteenzetting van de
financiele positie expliciet vermeld.
3De raad autoriseert met het vaststellen van de financiele positie de investeringskredieten.
Artikel 10 Waardering afschrijving vaste activa
1Het college biedt de raad periodiek de nota Afschijvings- en activeringsbeleid aan.
2. De raad stelt de nota vast binnen drie maanden nadat de nota is aangeboden.
Artikel 11 Oninbare vorderingen
1Voor openstaande vorderingen betreffende:
a. onroerende zaakbelasting gebruikers;
b. onroerende zaakbelasting eigenaren;
c. hondenbelasting;
d. rioolheffmg;
e. afvalstoffenheffing en reinigingsrechten;
f. overige vorderingen
wordt geen voorziening wegens oninbaarheid gevormd. Periodiek zal het college een besluit
nemen over hoe om te gaan met oninbare vorderingen, daarbij wordt het principe gehanteerd dat
vorderingen van 2 jaar en ouder (voor vorig jaar en vorig jaar) die als oninbaar worden
beschouwd kunnen worden afgeboekt.
Artikel 12 Reserves en voorzieningen
1Het college biedt jaarlijks de (bijgestelde) nota reserves en voorzieningen aan.
2. De nota behandelt:
a. de vorming en besteding van reserves;
b. de vorming en besteding voorzieningen;
c. de toerekening en verwerking van rente over de reserves en de voorzieningen, in relatie
tot de nota weerstandsvermogen bedoeld in artikel 16.
3. De raad stelt deze nota uiterlijk 1 oktober vast.
Artikel 13 Kostprijsberekening
1. Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van de gemeente
Leeuwarderadeel wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de
kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die indirecte kosten betrokken, die
rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten.
2. Bij de indirecte kosten worden betrokken de bijdragen aan reserves voor de noodzakelijke
vervanging van de betrokken activa, de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa en voor
rioolheffmg, reinigingsrechten en afvalstoffenheffing de compensabele BTW.