Boargemaster Boertjens: Als men geen verordening heeft dan kan men eventueel ook geen
referendum houden. Op pagina 2 van het voorstel staat bij 1.2 dat het duidelijk niet gaat om
een correctief referendum. Bij een raadgevend referendum ligt het initiatief bij de bevolking
en bij een raadplegend referendum bij de raad. Men moet bij beide referenda dezelfde
percentages aanhouden. Het college heeft geen moeite met het genoemde percentage (60 Aoin
het amendement.
Vervolgens gaat hij in op het amendement van de WD. Dan zou men een permanente
referendumcommissie moeten hebben. Het college is op zich wel voor een
referendumcommissie, maar zou het liever dan zo zien dat de raad een onafhankelijke
referendumcommissie instelt en de leden benoemt zodra zich een referendumverzoek
voordoet en ontslaat na het gehouden referendum. Artikel 3 lid 1 kan als volgt worden aan
gepast: "De raad stelt een onafhankelijke referendumcommissie in, zodra zich een
referendumverzoek uit bevolking of raad voordoet en benoemt en ontslaat haar leden".
De hear Kielstra (WD): Hij kan met deze vertaling leven.
De hear Dijkstra (FNP): Der moat wol dudlikheid weze oft it derby deroer giet oft der in
referindum komt of as der in fersyk ta in referindum komt.
Boargemaster Boertjens: Zodra er een verzoek vanuit de bevolking of vanuit de raad komt
dan zal er een referendumcommissie moeten komen.
De hear De Kroon (PvdA): As de ried beslut ta in referindum dan sil de ried beslute ta it
ynstellen fan in kommisje. Der kin de PvdA wol mei ut de fuotten.
Hy giet fierder op de opkomstpersintaazjes yn. Der wie nettsjinsteande de grutte publisiteit
mar in opkomst fan 65% yn 2010 by de gemeenteriedsferkiezings. Yn syn eagen is it dan ek
utsletten dat men by in referindum 60% hellet.
En stel dat der in opkomst fan 55% is en 90% is foar fuzje mei Ljouwert. Dan is de
mearderheid foar Ljouwert, mar wurdt it dus dochs ofwiisd omdat it opkomstpersintaazje net
helle is. As soks bart dan sil de PvdA it beslut foardrage ta femeatiging.
Boargemaster Boertjens: Het gaat om een zeer zwaarwegende beslissing en hij neemt aan dat
het de bevolking zeer bezig zal houden. Als de raad anders zou beslissen dan de meerderheid
van de bevolking aangeeft dan moet men wel sterke argumenten hebben om daaraan voorbij
te gaan. Hij vindt wel dat er geen enkele twijfel mag zijn over mogelijke manipulatie via
bijvoorbeeld de vraagstelling.
15
TE VERVANGEN DOOR
"Het referendum is geldig, indien het aantal geldig uitgebrachte stemmen 60% of meer is
van het aantal kiesgerechtigden."
Toelichting:
de opkomstpercentages bij de gemeentelijke verkiezingen van 2002, 2006 en 2010 waren
respectievelijk 74,6%, 73,6 en 65,0
dit rechtvaardigt de norm voor de geldigheid van het referendum met betrekking tot het
aantal geldig uitgebrachte stemmen te stellen op tenminste 60% van het aantal
kiesgerechtigden.
Ondertekend op 27 September 2012 door de fracties van
GBL FNP CPA
R.A.Ketellapper F.D. Dijkstra J-E. Keuning
W.Ekas J.W. Tuininga H.deJager
H. Hansma L.Tilma