De foarsitter: Hij stelt vast dat het in de langste motie gaat om het weglaten van het
opkomstpercentage
De foarsitter: Schorst de vergadering.
De foarsitter: Heropent de vergadering. Men heeft er bij de vaststelling van het
opkomstpercentage al over gediscussieerd. Hoe het ook zij, het moet duidelijk zijn dat de
raad het laatste woord heeft.
De hear Piersma: Der wurdt by de twadde moasje in foarm fan bining ofsprutsen en soks kin
net.
De hear Hermans (GBL): Die motie is dus nooit rechtsgeldig. Heeft het dan nog zin om er
over te stemmen?
De foarsitter: Je kunt geen besluit nemen in een gemeenteraad dat niet in overeenstemming
is met de wet.
De hear De Kroon (PvdA): It giet om it earste. Dat oare is eins in needsenario. Helje it
persintaazje fan 60% der dus ut.
11
a. bij een opkomst boven de 60% de uitkomst van het referendum niet bindend is voor de raad
maar dat de raad de uitkomst van het referendum zal betrekken bij haar uiteindelijke
beslissing;
b. bij een opkomst onder de 60% de raad de uitkomst van het referendum niet geheel terzijde
zal schuiven, maar dat de raad de uitkomst van het referendum ook dan zal betrekken bij
haar uiteindelijke beslissing;
6. Bovendien overwegende dat
a. meerdere fracties hebben aangegeven de opkomst bij het referendum mede bepaalt in welke
mate zij het referendum laat meewegen bij haar uiteindelijke beslissing bij een opkomst van
60 weegt het referendum zwaarder mee dan bij een opkomst van 25%;
7. Concludeert dat
a. de raad de uitslag van het referendum bij een opkomst onder de 60% wel in enige mate laat
meewegen bij zijn uiteindelijke beslissing en derhalve het referendum bij een opkomst lager
dan 60% wel als rechtsgeldig beschouwt;
8. Besluit
a. artikel 13 lid 1 van de referendumverordening luidende "Het referendum is geldig, indien het
aantal geldig uitgebrachte stemmen 60% of meer is van het aantal kiesgerechtigden" te laten
vervallen.
En gaat over tot de orde van de dag.
Ondertekend op 6 december 2012 door de fractie van de PvdA
H. de Kroon
U. C. de Voogd
P. van der Werff