De Europese Commissie wii de komende jaren 2,5 miljard euro uittrekken voorsteun aan de
minstbedeeiden. Het nieuwe fonds gaat nationale prog ram ma's ondersteunen die voedsel, k/edij en andere
essentie/e goederen zoa/s schoenen en zeep verde/en onder armen, daklozen en achtergesteide kinderen.
Het komt in de piaats van het oude voedseihuipprogramma dat eind 2013 verdwijnt.
De Commissie wil in de komende meerjarenbegroting van 2014 tot 2020 2,5 miljard euro reserveren voor het
fonds. Het geld dient voor de cofinanciering van programma's die in de lidstaten vaak door ngo's worden
uitgevoerd. De lidstaten moeten een aanvraag tot steun indienen en zelf 15 procent van de kosten voor hun
rekening nemen. Het nieuwe fonds past in het cohesiebeleid van de EU en komt in de piaats van het
bestaande voedseihuipprogramma dat middelen put uit het landbouwbudget.
Het voorstel zou de nationale autoriteiten aanzienlijke flexibiliteit geven om de steun in overeenstemming
met hun nationale regelingen te plannen en te verstrekken. Gedetailleerde criteria voor toekenning van steun
zouden de verantwoordelijkheid zijn van de lidstaten, of zelfs van de partnerorganisaties, omdat zij het best
geplaatst zijn om de steun op de lokale behoeften af te stemmen.
Bevoegd EU-commissaris Laszlo Andor bestempelt het nieuwe fonds als "een zichtbaar bewijs van de
solidariteit van de Europese Unie met degenen die het zwaarst zijn getroffen door de economische en sociale
crisis". De Commissie hoopt met het fonds vier miljoen mensen rechtstreeks te helpen. Het voorstel wordt nu
aan het Europees Parlement en de Raad ter goedkeuring voorgelegd.
Volgens cijfers van de Commissie lijden meer dan 40 miljoen Europeanen aan ernstige materiele ontbering.
Europa telt ook ruim vier miljoen daklozen en 25 miljoen kinderen die door armoede of sociale uitsluiting
worden getroffen. In 2010 kon 8,7 procent van de bevolking van de EU - meer dan 43 miljoen mensen - zich
niet om de andere dag een maaltijd veroorloven met vlees, kip, vis (of een vegetarisch equivalent), wat door
de Wereldgezondheidsorganisatie als een basisbehoefte is aangemerkt. De eerste gegevens voor 2011
wijzen op een verslechtering van deze situatie.
Sedert 1987 was het voedseihuipprogramma de belangrijkste bron van steun voor ngo's die kansarmen
helpen. Een deel van het Europees landbouwbudget ging naar de bedeling van 500.000 ton voedsel per jaar.
Oorspronkelijk steunde het programma op landbouwoverschotten, maar doorheen de jaren moest steeds
meer beroep worden gedaan op begrotingsgeld om de krimpende overschotten te compenseren. Dat stuitte
een aantal lidstaten tegen de borst.