Vervolg op de brief van
4 September 2012
Bladnummer
3
Inrichting terrein
Belanghebbende vreest dat indien het terrein wordt overgedragen aan de supermarkt-eigenaar er
geen controle meer zal zijn op de inrichting van het terrein. Belanghebbende vreest dat het terrein zal
worden benut voor het plaatsen van reclameborden, vlaggen en verlichting en hekken.
Deze aanblik past niet binnen de woonwijk en staat zeker in geen verhouding met de aanblik die het
park nu biedt.
Waardevermindering woning
Realisering van de plannen - waarbij de woning van belanghebbende naast de parkeerplaats komt te
liggen - betekent een aanzienlijke waardedaling van de woning. Belanghebbende is van mening dat
de belangen van omliggenden dienen te worden betrokken bij de besluitvorming en dat vanwege het
waardeverminderend effect op omringende onroerende zaken het plan geen doorgang mag vinden.
Alternatieve locaties
De gemeente dient volgens de wet een goede ruimtelijke ordening na te streven. Dit houdt onder
andere in dat een gedegen onderzoek moet plaatsvinden naar alternatieve locaties.
Deze alternatieven zijn er zeker voorhanden. Overigens dient in dit verband er allereerst op te worden
gewezen dat in het verleden de eigenaar van de supermarkt een alternatieve locatie is aangeboden,
maar hier geen gebruik van heeft gemaakt. Dat is een zelfstandige keuze geweest van de eigenaar
destijds. Belanghebbende is van mening dat deze keuze nu voor rekening en risico van de
supermarkt-eigenaar dient te komen en niet ten koste dient te gaan van het park en de
woonomgeving.
Verder wordt er op gewezen dat het parkeerterrein ook zou kunnen worden aangelegd in dat deel van
het park wat niet door bewoners en wandelaars wordt gebruikt. Dat gedeelte is ook goed af te
schermen met een groenwal. Hiermee zou het beeldbepalende laantje, het park en het woongenot
voor belanghebbende behouden kunnen blijven. Ook hoeven er dan geen 30 bomen te worden
gekapt.
Procedure
Opgemerkt wordt dat voor ontwikkeling van het plan geen overleg is gevoerd met buurtbewoners en
andere belanghebbenden. Ook is geen gelegenheid geboden voor inspraak.
Het ontwerpbestemmingsplan is ter inzage gelegd in de vakantieperiode met slechts de mogelijkheid
om een zienswijze in te dienen. Belanghebbende is van mening dat hier niet de juiste, of in ieder geval
geen behoorlijke procedure is gevolgd.