Voorwoord
De Nederlandse economie en daarmee ook's Rijks financien zijn na jaren van stilstand en
krimp het dal gepasseerd. Dat is althans de boodschap die ons door verscheidene deskundigen
wordt aangereikt. Echter als gevolg van de 'trap op trap af' systematiek, waarbij het
gemeentefonds meebeweegt met de ontwikkeling van de financien van het rijk, zal een
eventueei positief effect van de groei van de economie zich nog niet laten voelen in het
komende jaar. Sterker nog, ook in 2015 is voor de uitgaven van de gemeente Leeuwarderadeel
de uiterste behoedzaamheid geboden. Door een zeer prudent financieel beleid in de afgelopen
jaren is het nog steeds mogelijk om ook de komende jaren tot een sluitende begroting te
komen, maar dan moeten er wel scherpe keuzes worden gemaakt.
Keuzes maken wordt iets gemakkelijker wanneer de kaders helder zijn. En daar zit nu juist een
groot probleem. In 2015 zullen drie grote taken naar de gemeenten overgaan, de transitie van
de jeugdzorg, de Wet Werken naar Vermogen (Participatiewet) en de AWBZ. Op het moment
dat wij dit schrijven is voor jeugdzorg en AWBZ bekend welke bedragen daarmee gemoeid
zullen zijn. De financiele gevolgen van de Decentralisatie Participatiewet worden in de maand
juni duidelijk gemaakt.
In het coalitieakkoord van het nieuwe college is aangegeven, dat lastenverhoging van de
burgers (letterlijk de optelsom van OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing) geen optie is. Ook
hier ligt een uitdaging. Immers een aantal kostenverhogingen, zoals bijvoorbeeld personeel,
onderhoud, externe inkoop voltrekken zich min of meer autonoom. Daarbij komt, dat niemand
de voorzieningen waarover wij in onze gemeente beschikken (denk met aan
sportaccommodaties, dorpshuizen, maar bijvoorbeeld ook aan groenvoorziening) graag wil
missen of in kwaliteit wil zien achteruitgaan. Gevolg is, dat we in principe bij al onze uitgaven
een afweging moeten maken naar nut en noodzaak. In dat kader kan ook een intensieve
samenwerking met de gemeente Leeuwarden vruchten afwerpen. Ook al zal in een aantal
gevallen wel de 'kost voor de baat' uitgaan.
De rijksoverheid mikt - mede in het kader van bezuinigingen en een terugtrekkende overheid -
sterk op het thema van de zelfredzaamheid van burgers. Ons college wil daarover met de
inwoners van onze gemeente in gesprek gaan. Daar waar de mogelijkheden van de gemeente, in
geld, in menskracht, tekort schieten, zullen wij onze inwoners vragen of zij zelf kansen zien om
bij te springen. De ervaring heeft geleerd, dat initiatieven van onderop over het algemeen veel
meer kans bieden dan ideeen die op het gemeentehuis worden uitgebroed.
3