2.
Conclusie en
advies
Hoofdstuk 2 bevat achtereenvolgens de conclusie van het onderzoek, ons
advies en een en een uitwerking van ons advies in de vorm van een
houtskoolschets.
2.1 Conclusie
De conclusie naar aanleiding van het onderzoek is dat een uittreding uit de Dienst per 1
januari 2016 en het tegelijkertijd overhevelen van de taken van de Dienst naar de
gemeente Leeuwarden niet haalbaar is. Deze conclusie komt in de eerste plaats voort uit
onze constatering dat de gemeente Leeuwarden, gelet op de ontwikkelingen in het Sociaal
Domein en de eigen organisatie, het volledig overnemen van de taken per 2016 niet
wenselijk en verantwoord acht.
De tweede constatering die leidt tot onze conclusie is dat uit onze analyse niet blijkt dat
een uittreding per 1 januari 2016 voor gemeente Leeuwarderadeel (scenario 1) in
financieel opzicht aantrekkelijker zou zijn dan de liquidatie van de Dienst in 2018 in
combinatie met de herindeling (scenario 2). Hoewel onze berekeningen alleen een
indicatie geven van de financiele impact van uittreding uit de Dienst of liquidatie van de
Dienst, geven deze een goed beeld van de kostencomponenten waarmee rekening moet
worden gehouden en de bijbehorende risico's. Uit onze financiele analyse blijkt dat:
De uitvoering bij Leeuwarden weliswaar financiele voordelen met zich mee zou
kunnen brengen (naar de huidige inzichten ca. 80.000 in 2 jaar), maar dat de
uittredingsvergoeding naar verwachting veel hogerzal zijn. Ter indicatie: wij zijn
uitgegaan van een uittredingsvergoeding van maximaal 1 miljoen voor alleen
de financiele schade die verband houdt met de overhead van de Dienst.
De maximale kosten van zowel uittreding als liquidatie ca. 2,5 miljoen
bedragen. Scenario 2 (liquidatie van de Dienst) biedt echter meer kansen op
aanzienlijke beperking van de financiele schade. De langere aanloopperiode
(liquidatie vindt 2 jaar later plaats dan uittreding volgens scenario 1) ligt hieraan
ten grondslag. Bovendien is voor de dekking van de schade in 2018 de
herindelingsvergoeding uit het gemeentefonds beschikbaar.
Vanuit beleidsmatig oogpunt is onze constatering dat een verschil in beleid geen
doorslaggevende factor vormt met betrekking tot de timing van een overdracht van taken
naar gemeente Leeuwarden. Het beleid van gemeente Leeuwarderadeel/de Dienst en dat
van gemeente Leeuwarden vertoont qua doelstellingen namelijk sterke overeenkomsten.
Wei zijn er verschillen tussen beide gemeenten te duiden in de uitvoering van het beleid.
Zo wordt in de gemeente Leeuwarderadeel in het Sociaal Domein gewerkt met integrate
gebiedsteams, terwijl in gemeente Leeuwarden per gebied (wijk) onderscheid wordt
gemaakt naar Jeugd en Gezin en overige doelgroepen. Andere verschillen hebben
bijvoorbeeld betrekking op het aanbod van minimaregelingen.
In beide scenario's is harmonisatie van beleid(suitvoering) noodzakelijk. Door
harmonisatie vroegtijdig in te zetten kan de impact verkleind worden. Gemeenten kunnen
de beschikbare tijd (in scenario 2 is deze 2 jaar langer) gebruiken om de verschillen te
verkleinen en daarmee de consequenties voor burgers en de organisaties te beperken.
2.2 Advies
Gelet op onze conclusie is ons advies aan de gemeente Leeuwarderadeel om scenario 1
te laten rusten en nu reeds voorbereidingen te treffen op scenario 2. Wij zijn van mening
dat het voor alle partijen (gemeente Leeuwarderadeel, gemeente Leeuwarden, de Dienst
en de daarin deelnemende gemeenten) van belang is om onnodige (financiele) schade te
voorkomen en te streven naar een optimale overgang van de huidige situatie (uitvoering
7