aanpak waarin heldere, begrijpelijke en makkelijk toegankelijke informatie over rechten en plichten, voldoende mogelijkheden voor de klant om in contact te komen met de verantwoordelijke medewerker en een volledig (digitaal) klantdossier met registratie van deze contactmomenten centraal staan. Soms is toch repressie nodig. Als alles is gedaan om de klant op het juiste spoor te houden en de organisatie kan aantonen dat alle preventieve middelen zonder resultaat zijn ingezet kan en mag de repressie streng zijn. De visie op handhaving is gestoeld op de volgende pijlers: Preventief 1Het beter en vroegtijdiger informeren van clienten over rechten, plichten en handhaving. 2. Het optimaliseren van de dienstverlening, zodat naleving vergroot wordt. Repressief 3. Het vroegtijdig detecteren en afhandelen van fraudesignalen. 4. Bij constatering van fraude, het feitelijk sanctioneren middels de oplegging van een boete en terugvordering van de ten onrechte verstrekte betaling. In het verder uit te werken uitvoeringsbeleid komen de onderstaande aspecten in ieder geval aan bod: Handhaven op afstemming/verlaging. Als een klant zich niet houdt aan de arbeidsverplichting is de gemeente verplicht om een maatregel van 100% op te leggen. De gemeente kan zelf bepalen hoe lang deze maatregel wordt opgelegd, met een maximum duur van 3 maanden. De gemeente kan de maatregel gedurende drie maanden verrekenen met de uitkering mits in de eerste maand 1/3 de van de verlaging verrekend wordt. Handhaven op tegenprestatie De Participatiewet schrijft voor om een tegenprestatie op te dragen. De gemeente is vrij te bepalen hoe dat vorm moet krijgen en tegen welke voorwaarden. Zo'n tegenprestatie sluit aan bij de eigen kracht van de burger en dient het maatschappelijk nut. Uitgangspunt is dat zij bestaat uit maatschappelijk nuttige werkzaamheden en inwoners die een beroep doen op sociale zekerheid mogelijkheden aanreiken om actief deel te nemen aan de samenleving. De tegenprestatie is een belangrijk aspect in het stimuleren van actieve deelname van burgers in de gemeenschap en sluit aan bij de eigen kracht en talenten. Hiervoor wordt een apart voorstel en een verordening opgesteld en voorgelegd. 2.9. Bovenregionaal en provinciaal: Algemene uitgangspunten arbeidsmarktregio Fryslan Voor de realisatie van een goed functionerende arbeidsmarktregio Fryslan heeft het regionaal arbeids- marktoverleg (het toekomstige Werkbedrijf) een aantal algemene uitgangspunten geformuleerd. De werkgever centraal: Uitgangspunt voor de regionale samenwerking is dat de vraag van de werkgever centraal staat. Een inclusieve arbeidsmarkt: De arbeidsmarkt biedt plaats aan jongeren, ouderen en mensen met en zonder een beperking: iedereen doet mee naar vermogen c.q. de loonwaarde. Een regeling voor mensen met arbeidsvermogen: De doelgroep van de wet bestaat uit mensen met arbeidsvermogen die zijn aangewezen op, al dan niet tijdelijke, ondersteuning om in hun bestaan te voorzien en/of op ondersteuning om aan het werk te komen. Voor ieder in de doelgroep gaan dezelfde rechten en plichten gelden. Somen met anderen: De te maken afspraken (ook met gemeenten) vallen onder de kaders van het Sociaal Akkoord. Daarmee is draagvlak bij de sociale partners over de doelstelling om meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te helpen. 14

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2014 | | pagina 41