Voorstel 3 Samenwerking huisartsen Niet iedereen met een zorgvraag komt bij het gebiedsteam. Veel mensen redden zich prima met hun vraag: ze zoeken op internet of weten waar ze moeten zijn. Er is dan alleen een verwijzing van de huisarts nodig. Die verwijzing komt er vaak. Waar de huisarts niet altijd bij stil staat is de vraag of dit de beste oplossing is en wie de zorg waar hij/zij naar heeft doorverwezen betaalt. Wij stellen daarom voor om (1) de samenwerking met de huisartsen te intensiveren. Dit hebben we ondertussen in gang gezet. Door hen bekend te maken met de werkwijze van het gebiedsteam ("wij werken met het plan van de mensen zelf) en samenwerking te stimuleren kunnen we ervoor zorgen dat het gemeentelijk budget wordt gebruikt voor gespecialiseerde zorg waarvan we weten dat die echt nodig is. Dit sluit aan bij de laatste twee punten uit de missie. Verder stellen we voor om (2) te onderzoeken of er in Leeuwarderadeel een combinatie mogelijk is tussen eerste- en tweedelijnszorg met als doel 'zorg in de regio waar dat kan' en besparing van kosten. Voorstel 4 Preventie: netwerken verstevigen en gebruiken outreachend werken) Het gebiedsteam heeft gei'nvesteerd in het bouwen van netwerken: in de dorpen, met het onderwijs, met maatschappelijke organisaties, enzovoort. Dit heeft een preventieve en signaleringsfunctie: door je netwerken alert en actief te maken worden problemen eerdergesignaleerd en hoeven oplossingen minder zwaar te zijn. Samen kun je erger voorkomen. Dit werkt alleen als je ook investeert in het onderhouden van je netwerken: als gebiedsteamwerker een kopje thee drinken met de sleutelfiguur in het dorp, je laten zien bij de vergadering van dorpsbelang, een telefoontje met de woningbouwcorporatie, enzovoort. We stellen daarom voor om uit het oogpunt van preventie sterk in te blijven zetten op het verstevigen en onderhouden van netwerken en ook inhoud te geven aan preventie. Hetfeit dat de lijnen in een plattelandsgemeente kort zijn kan daar behulpzaam bij zijn. Evenals het vergroten van de kennis en vaardigheden van de werkers op dit gebied. Voorstel 5 Aandacht voor mantelzorg en respijtzorg Hoewel er in Leeuwarderadeel op het gebied van mantelzorg een goede basis ligt (verschillende instellingen werken op dit gebied samen in de POM wergroep) zijn mantelzorg en respijtzorg tot nu toe beleidsmatig een ondergeschoven kind gebleven. In de missie (zie hoofdstuk 2) is het daarentegen een belangrijk punt. Ook de raad van Leeuwarderadeel heeft in zijn vergadering van 25 September 2014 met een motie het belang van mantel- en vooral respijtzorg onderstreept. Mantelzorgers maken het mogelijk dat mensen langer thuis kunnen blijven wonen. Respijtzorg maakt het mogelijk dat mantelzorgers een moment van rust hebben en zo hun werk langer kunnen blijven doen. Ondersteuning van mantelzorgers is dus in het belang van iedereen. In Noardwest Fryslan is beleid ontwikkeld. We stellen voor om daar zo snel mogelijk uitvoering aan te geven op een manier die past bij de werkwijze van de gemeente Leeuwarderadeel en aansluit op wat er al is gebeurd op dit terrein. Voorstel 6 Aandacht voor Participatiewet In het proces van decentralisaties hebben zorg en begeleiding voorrang gekregen. Het is hoog tijd om nu ook aandacht te hebben voor participatie. Er zijn genoeg voorbeelden van mensen die zich door, op welke manier dan ook, mee te doen in de mienskip weer nuttig en waardevol voelen. Bovendien doen ze contacten op en bouwen aan een netwerk. Dat maakt dat ze beter in hun vel zitten. Participatie werkt daarom preventief. De manier waarop we in Leeuwarderadeel samenwerken biedt talloze kansen aan mensen om mee te doen in de mienskip, zowel betaald als onbetaald. We stellen daarom voor om de kennis op dit gebied vooral te delen (samenwerking Team Participatie van de Dienst, gebiedsteam, maatschappelijke organisaties, bedrijven) en ervoor te zorgen dat mensen uit Leeuwarderadeel die geen werk hebben snel ofwel betaald ofwel als vrijwilliger aan de slag kunnen. 8

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2015 | | pagina 304