De PvdA haldt dus fest oan it foarstel.
De hear Pot (WD): Ook tegen de raad is een klacht ingediend. Een raadslid is gebonden aan zijn
achterban en kan dus net objectief zijn. In zijn ogen staat de burgemeester boven de partijen. De
WD kan zich dus niet vinden in het amendement en houdt vast aan het voorliggende voorstel.
De foarsitter: Hij brengt het amendement van GBL en de FNP in stemming. Het amendement wordt
met 5 stemmen voor (FNP 2 en GBL 3) en 9 stemmen (CDA 3, PvdA 4 en WD 2) tegen verworpen.
Hij brengt het voorstel in stemming.
De hear Dijkstra (FNP): Hy leit in stimferklearring of. De FNP is foar punt 1 foar it foarstel, mar tsjin
punt 2 en derom tsjin.
De foarsitter: Hij stelt vast dat het voorstel en besluit met 5 stemmen TEGEN (FNP 2 en GBL 3) en 9
stemmen VOOR (CDA 3, PvdA 4 en WD 2 bii meerderheid wordt aangenomen.