Exploitatieresultaat
De primitieve begroting van 2016 was budgettair neutraal. De jaarrekening sluit af met een negatief
resultaat van 401.015,-Dit negatieve resultaat wordt veroorzaakt door incidentele
overschrijdingen zoals het afwaarderen van activa, een extra dotatie in personele voorzieningen en
vervanging van CV- installaties. De afwaardering van de activa is het gevolg van het opgaan van een
basisschool in een samenwerkingsschool waardoor de afgewaardeerde activa overbodig is
geworden. Ook is een personele voorziening op peil gebracht, waarbij rekening is gehouden met de
actuele AOW leeftijd. In de Marap (managementrapportage) t/m augustus 2016 was al rekening
gehouden met een nadelig saldo van afgerond 310.000. Het verwachte resultaat over 2017 is
volgens de Marap januari t/m augustus 2017 nihil. Dit ligt in lijn met de sluitende begroting over
2017. Het negatief resultaat over 2016 wordt ten laste van de algemene reserve gebracht.
Leerlingenaantal
Het leerlingenaantal daalde van 1563 leerlingen per 1 oktober 2015 naar 1550 per 1 oktober 2016.
Onderwijsgroep Fier verwacht dat het aantal leerlingen in de komende jaren verder zal dalen, tot
1443 leerlingen in 2020. Dit betekent dat ook de rijksvergoedingen dalen. Onderwijsgroep Fier zal de
exploitatielasten hierop aan moeten passen. Door de flexibele schil en de inzet van het Sociaal
Beleidsplan kunnen de personele lasten tijdig worden herzien.
Risico's
Onderwijsgroep Fier noemt afnemende leerlingenaantallen door krimp of fusie, handhaving
onderwijskwaliteit, passend onderwijs, gemeentelijke herindelingen en huisvesting als reële risico's
voor de organisatie. In het geval van daling van het aantal leerlingen wordt ingezet op
schaalvergroting en de inzet van flexibel personeel. De keuze van het personeel om wel of niet mee
over te gaan naar het bestuur van een samenwerkingsschool wordt eveneens gezien als risico.
Onderwijsgroep Fier vangt dit op met de extra fusiemiddelen van het Rijk gedurende een periode van
6 jaar. Daarnaast worden binnen de begroting middelen vrijgemaakt voor een sociaal beleidsplan.
Door inzet van het sociaal beleidsplan wordt een inverdieneffect gerealiseerd. Het risico in het kader
van passend onderwijs is voornamelijk gebaseerd op de onzekerheid over de toekomstige
zorgleerling. Vooraf is niette voorspellen hoeveel zorgleerlingen in zullen stromen. Daarnaast is
vooraf niet aan te geven, welk deel Onderwijsgroep Fier via het Samenwerkingsverband Passend
Onderwijs Fryslan krijgt toebedeeld uit de rijksbijdrage voor passend onderwijs.
Het bedrag in de begroting voor groot onderhoud komt overeen met de rijksvergoeding.
In een meerjaren onderhoudsraming wordt echter uitgegaan van een jaarlijkse kostenpost van
tweemaal de normvergoeding. Onderwijsgroep Fier zal daarom een goede afweging moeten maken
in wat jaarlijks aan groot onderhoud wordt uitgevoerd.
Vermogenspositie
Het weerstandsvermogen is in 2016 weliswaar met 3% gedaald naar 20% maar valt ruim binnen de
marge 5 - 20% die voor het Primair onderwijs worden gehanteerd. Onderwijsgroep Fier verkeert in
een gezonde financiële positie en is daardoor in staat knelpunten in de bedrijfsvoering op te vangen.
Door het risicoprofiel dat wordt aangemerkt als gemiddeld/hoog is het van belang dat
Onderwijsgroep Fier de vermogenspositie op hetzelfde niveau handhaaft.
Meerjarenperspectief2017 - 2020
Voor de jaren 2017 tot en met 2020 wordt een begrotingsevenwicht geraamd. Hierdoor zal ook de
vermogenspositie de komende jaren nagenoeg gelijk blijven. Onderwijsgroep Fier gaat ervan uit dat
de daling van het aantal leerlingen kan worden opgevangen door vermindering van tijdelijk
personeel. In de meerjarenbegroting is een bedrag van 100.000,00 per jaar opgenomen voor
onvoorziene uitgaven. Doordat de ratio's zich de laatste jaren in positieve zin hebben ontwikkeld en
de financiële ruimte is verbeterd, wordt Onderwijsgroep Fier in staat geacht hogere lasten als gevolg
