Artikel 6 Vrijstellingen
1Het havengeld wordt niet geheven voor:
a. vrachtschepen - niet zijnde in gebruik als pleziervaartuigen - op doorvaart die aanleggen,
mits niet langer dan 24 uur, zon- en feestdagen niet meegerekend en mits zij niet laden of
lossen;
b. vaartuigen, die aan of op een van de scheepswerven in aanbouw zijn of worden hersteld,
mits vooraf van het voornemen tot de herstelling alsmede van de afloop van de
werkzaamheden schriftelijk aan de havenmeester kennis is gegeven;
c. vaartuigen, rechtstreeks in gebruik door diensten van rijk, provincie, waterschap en
gemeente;
d. baggermachines en vaartuigen, die gebezigd worden voor het vervoer van baggerspecie,
gedurende de tijd dat zij binnen de gemeente in gebruik zijn;
e. bijboten met een lengte van ten hoogste 5 meter en een breedte van 2,5 meter;
f. Rode Kruis- en Hospitaalschepen.
2. Tijdens bepaalde, door het college van burgemeester en wethouders nader aan te wijzen
evenementen, kan afgezien worden van de heffing van havengelden.
Artikel 7 Belastingtijdvak
Het belastingtijdvak is gelijk aan het tijdvak als bedoeld in de bij deze verordening behorende
tarieventabel.
Artikel 8 Wijze van heffing
1De havengelden worden geheven bij wege van aanslag of bij wege van een mondelinge dan wel
een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een
stempelafdruk, zegel, kwitantie, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt
mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de
belastingschuldige bekend gemaakt.
2. In geval van contante betaling - en tevens elektronische betaling niet mogelijk is - kan de
heffingsambtenaar uit doelmatigheidsoverwegingen het te betalen bedrag afronden op een
geheel bedrag van 0,10 naar beneden.
3. In afwijking van het eerste lid worden de havengelden, die volgens de tarieventabel worden
geheven naar het tarief dat geldt voor een abonnement, geheven bij wege van voldoening op
aangifte.
4. In afwijking van artikel 4:90, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht, wordt bij
contante betaling geen kwitantie afgegeven.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld
De havengelden zijn verschuldigd zodra het gebruik van het openbare vaarwater met een vaartuig is
aangevangen.
Artikel 10 Tijdstip van betaling en betaling in termijnen
1In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de havengelden
worden betaald:
a. op het moment van het doen van de kennisgeving indien deze mondeling wordt gedaan,
dan wel
b. op het moment van het uitreiken van de gedagtekende schriftelijke kennisgeving, dan
wel
c. op de dag van aankomst van het vaartuig in de haven, overeenkomstig de aangifte,
ingeval een abonnement is genomen;
d. binnen dertig dagen na dagtekening van de aanslag.
2. Bij voortgezet gebruik van de haven, na afloop van de termijn waarover havengeld is
verschuldigd, moet opnieuw aangifte worden gedaan op de eerste werkdag van de volgende
termijn.
Blad 3