DE RAAD VAN DE GEMEENTE LEEUWARDERADEEL;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 november 2017;
gelet op artikel 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende:
Verordening onroerende-zaakbelastingen Leeuwarderadeel 2018
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. WetWOZ: de Wet waardering onroerende zaken
b. onroerende zaak: de onroerende zaak, bedoeld in hoofdstuk III van de Wet WOZ;
c. woning: een onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dient;
d. niet-woning: een onroerende zaak die niet in hoofdzaak tot woning dient;
e. bestemt voor publieke dienst onroerende zaken waarin of waarop taken worden uitgevoerd,
die met uitsluiting van derden aan de gemeenten zijn opgedragen
dan wel zijn toevertrouwd en waarbij geen commerciële aspecten
in het geding zijn.
Artikel 2 Belastingplicht
1Onder de naam "onroerende-zaakbelastingen" worden voor binnen de gemeente gelegen
onroerende zaken twee directe belastingen geheven:
a. een gebruikersbelasting van degene die bij het begin van het kalenderjaar een onroerende
zaak, die niet in hoofdzaak tot woning dient, al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt
recht of persoonlijk recht gebruikt, verder te noemen: gebruikersbelasting;
b. een eigenarenbelasting van degene die bij het begin van het kalenderjaar van een
onroerende zaak het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, verder te
noemen: eigenarenbelasting.
2. Bij de gebruikersbelasting wordt:
a. gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven,
aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het
deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene
aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
b. het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik aangemerkt als
gebruik door degene die die onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld; degene die de
onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de belasting als zodanig te
verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld.
3. Voor de eigenarenbelasting wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt
recht aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig in de kadastrale
registratie is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigen
dom, bezit of beperkt recht is.