GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Zittingen van Maandag den 15 en Donderdag den 25 November 1869.
De Voorzitter zegt, dat nu eenmaal eene beslissing is geno
men, hij zich ook niet tegen het voorstel zal aankanten.
Hierna brengt de Voorzitter in rondvraag het voorstel om
den hoofdelijken omslag te bepalen op f 3.50 ten honderd en
art. 1, afd. IV van hoofdstuk II der ontvangsten vast te stellen
op een bedrag van f 99.050.00 makende, na aftrek van 2°/0 ad
J 1981.00 voor oninbare posten, eene som van 97.069.00.
Met uitzondering van dien van den heer Bloembergen, wordt
dit voorstel met algemeene stemmen aangenomen.
Daarna wordt op voorstel van den Voorzitter besloten de
onder hoofdstuk XI op den post voor onvoorziene uitgaven ge
reserveerde posten te accepteren.
Terwijl eindelijk de begrooting in haar geheel met 15 tegen
1 stem (de heeren van Sloterdijck, Westenberg en Rengers
hadden inmiddels de vergadering verlaten), dien van den heer
Bloembergen, is vastgesteld in ontvangst op f 406,315.31,
uitgaaf 406,294.74,
en in waarschijnlijk batig saldo op
De Voorzitter sluit hierop de vergadering.
20.57.
VEESLAG van het verhandelde ter vergadering
van den gemeenteraad te Leeuwar
den, op Donderdag den 25 Novem
ber 1869.
Aanvankelijk vijftien, later negentien leden tegenwoordig.
Afwezig de heeren Brunger en de With.
Voorzitter de heer D. Zeper, die, na de vergadering op het
daarvoor bepaalde tijdstip te hebben geopend, mededeelt, van de
heeren Brunger en de With kennisgeving te hebben ontvangen,
dat zij verhinderd worden deze vergadering bij te wonen.
1. Is gelezen en onveranderd vastgesteld het genotuleerde
van 't verhandelde in de beide op den 15 dezer gehouden
buitengewone vergaderingen.
2. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders, houdende, ter voldoening aan de, in de
vergadering van 15 November jl., hun collegie gedane opdragt,
aanbieding van de voorwaarden voor de openbare verpachting
van den Stads- of Prinsentuin.
Nadat de Voorzitter had gewezen op het wenschelijke, om
do aangeboden voorwaarden nog in deze vergadering vast te stel
len, wordt op zyn voorstel besloten tot de behandeling daarvan,
na de afdoening van de voor heden aan de orde gestelde werk
zaamheden, over te gaan.
3. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders tot het verleenen van toestemming, dat
de heer B. van Weenen van Noord, adjunct-commies 2e klasse
ter gemeente secretarie, worde aangewezen als aansprakelijk
hoofdagent, belast met de hoofdleiding der aanstaande algemeene
volkstelliug in de gemeente.
Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten ook dit voor
stel na de afdoening der voor heden aan de orde gestelde zaken
in behandeling te nemen.
4. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders, om aan de stads bank van leening te
Leeuwarden in eigendom over te dragen de aan de gemeente
Leeuwarden toebehoorende huizinge met pakhuis en erf, staande
en gelegen,in de Heerestraat aldaar.
Ter visie, om in eene volgende vergadering te worden be
handeld.
5. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders op het, bij besluit van 26 November des
vorigen jaars, no. 1, om berigt en raad in hunne handen gesteld
adres van F. de Vries, hoofdonderwijzer aan de le tusschen-
school, 2e klasse, in deze gemeente, dd. 16 November bevorens,
waarbij hij verzoekt, om 't gebouw der Oude Infirmerie in de
Kleine Kerkstraat alhier tot eene onderwijzerswoning in te rig-
ten en hem die ter bewoning af te staan of wel op andere
wijze in het door hem ten adresse aangevoerd bezwaar te
voorzien.
Ter visie, als voren.
6. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders, aangaande het den 9 September jl. aan
hun collegie gerenvoijeerd niet gedateerd adres van Hubert Jans
Popkes, pachter van de opkomsten der ijzeren draaibrug bij den
Potmargewal alhier, houdende verzoek, dat aan hem uit de ge
meentekas moge worden toegekend eene schadevergoeding van een
honderd vijf en negentig gulden negenentachtig cent (195.89) of
tot zoodanig ander bedrag als deze vergadering vermeenen zal
billijk te zijn, welk verzoek zich grondt op de omstandigheid,
dat de zuidergracht in den loop dezes jaars, volgens 't beweren
van den adressant, tengevolge van 't plaatsen der Prins Ilen-
driksbrug, gedurende negentien weken voor de scheepvaart geslo
ten is geweest.
Ter visie, als voren.
7. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders, ia betrekking tot het bij raadsbesluit
van 14 October jl., no. 8, om berigt en raad in hunne handen
gesteld adres van Johannes Traa, vigilanthouder alhier, houdende
verzoek, dat aan hem uit de gemeentekas moge worden terug
gegeven eene som van negentien gulden en vijftig cents (19.50)
die hij heeft moeten aanwenden tot betaling der huur van eene
stalling en een wagenhuis ten tijde hij door het leggen van een
riool in de Bollemansteeg, van ziju eigen pand geen gebruik
heeft kunnen maken.
Ter visie, als voren.
8. Is ter tafel gebragt en gelezen een extract uit het regis
ter der notulen van Burgemeester en Wethouders dezer gemeente,
dd. 24 November jl., no. 3/6a, houdende voorstel tot vaststelling
van het maximum van den onderstand voor 1870.
Ter visie, als voren.
9. Is ter tafel gebragt en gelezen een extract uit het re
gister der notulen van Burgemeester en Wethouders dezer ge
meente, dd. 24 November jl., no. 4/9, houdende voorstel, om
te verklaren, dat het noodzakelijk is de in het personeel
der lijkbezorgers bij de algemeene begraafplaats alhier bestaande
vacatures aan te vullen.
Ter visie, als voren.
10. Is ter tafel gebragt eene door Burgemeester en Wethouders, in
overleg met den districts schoolopziener en den betrokken hoofd
onderwijzer, opgemaakte voordragt tot benoeming van een hulp
onderwijzer, om als zoodanig voor 's hands werkzaam te zijn in
de armenschool no. 3 alhier. Op die voordragt zijn geplaatst
de hulponderwijzers Antonius Jacobus Hogenhuis te Leeuwarden,
Djoerd Steven van Kampen te Langweer en Jan Folpmers te
Leeuwarden.
Ter visie, om in eene volgende vergadering tot de benoeming
over to gaan.
11. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende het
le suppletoir kohier van de directe belasting op het inkomen
ten behoeve dezer gemeente, over het dienstjaar 1869.
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Zitting van Donderdag den 25 November 1869.
175
Ter visie, om in eene volgende vergadering te worden behan
deld.
12. Is ter tafel gebragt een schrijven van heeren Burge
meester en Wethouders, waarbij, onder mededeeling, dat de in
middels ingekomen verzoekschriften van de heeren Mr. P. A.
Bergsma en F. S. Vening spoedshalve al dadelijk ter tafel van
hun collegie zijn gebragt en daarop dus bij 't opmaken der aan
beveling is gelet, wordt toegezonden eene aanbevelinglijst
van twee personen voor de vervulling der met lo Januarij 1870
te vaceren betrekking van Ontvanger dezer gemeente.
Op die lijst komen voor de heeren Mr. Dirk van der Veen
en Ilajonides Beucker Andrse, beide wonende te Leeuwarden.
Ter visie, om in eene volgende vergadering tot de benoeming
over te gaan.
13. Zijn ter tafel gebragt en gelezen adressen van a den heer
Frederik Sjoerd Vening, zonder beroep, wonende te Leeuwar
den, dd. 18 November jl. en b den heer Mr. Petrus Adrianus
Bergsma, Burgemeester van de gemeente Oo3tstellingwerf, wo
nende te Makkinga, dd. 20 November jl., beide het verzoek
bevattende, om te worden benoemd tot ontvanger der gemeente
Leeuwarden.
Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten, deze adressen
te voegen bij de betrekkelijke stukken.
14. De Voorzitter deelt mede, dat bij resolutie van heeren
Gedeputeerde Staten dezer provincie, dd. 18 November jl., r.o.
32, is goedgekeurd, het raadsbesluit van 1 5 November te voren,
waarbij aan C. F. Schwaner, timmerman te Leeuwarden, in eigen
dom is afgestaan, om daarop eeu huis te bouwen, een gedeelte
van de aan gemeente Leeuwarden behoorenden grond op def
Nieuwebuien aldaar, ter groote van 1 are en 18 centiares, te
gen betaling eener som van ƒ590.
Aangenomen voor notificatie.
15. Is gelezen en voor notificatie aangenomen eene missive
van den heer J. L. Petersen, boekhouder bij de gemeentelyke
gasfabriek alhier, dd. 15 November jl., houdende dankbetuiging
voor de hem toegekende verhooging zijner bezoldiging als zoodanig.
16. Is gelezen en voor notificatie aangenomen eene missive
van de politiedienaren der eerste en tweede klasse in deze ge
meente, dd. 20 November jl., houdende dankbetuiging voor de
verhooging hunner jaarwedden.
17. De Voorzitter deelt mede, dat bij de op den 24 No
vember jl., ten overstaan van Burgemeester en Wethouders plaats
gehad hebbende opening der bus bestemd tot inlevering van aan
vragen om bouwterreinen in eigendom te bekomen, daarin aanwezig
is bevonden eene aanvrage van den heer Georg Bastiaan Deibei,
wonende te Leeuwarden, om, tegen betaling der daarvoor be
paalde jaarlijksche grondrente, den eigendom te erlangen van
het perceel op de betrekkelijke lijst en situatiekaart aangeduid
met no. 47, welke aanvrage provisioneel is toegewezen.
Aangenomen voor notificatie.
18. De Voorzitter brengt, namens Burgemeester en Wet
houders, ter tafel
lo. Eene ontwerp-verordening op de inrigtiüg en het gebruik
van de algemeene begraafplaats en de begrafenissen, met bijbe-
hoorende memorie van toelichting.
2o. Eene ontwerp-verordening tot vaststelling van een tarief
van begrafenisregten.
3o. Eene ontwerp-memorie van toelichting op bedoeld tarief.
4o. Eene ontwerp-verordening op de invordering van de be
grafenisregten, en
5o. Eene ontwerp-memorie van toelichting daarop.
Op voorstel van dea Voorzitter wordt besloten deze stukken
te doen drukken, aan de leden rond tc deelen en in eene vol
gende vergadering in behandeling te nemen.
19. Is gelezen een schrijven van den heer jhr. II. van An-
dringa de Kempenaer alhier, dd. 24 November jl., houdende,
onder dankbetuiging voor het reeds voor de zesde maal hem
geschonken blijk van vertrouwen, kennisgeving, dat hij de op
hem uitgebragte benoeming tot lid der commissie van admini
stratie der stads bank van leening alhier aanneemt.
Aangenomen voor notificatie.
20. Is ter tafel gebragt en gelezen een adres van de heeren
A. Menalda en Zonen alhier, dd. 25 November 1869, houdende
verzoek, dat aan hun, tegen betaling eener som van 4 per cen
tiare, of zoodanigen anderen prijs als nader zal worden overeen
gekomen, in eigendom moge worden afgestaan, ten einde daarop
een pakhuis te stichten, dat gedeelte van het Oldehoofster kerk
hof waar zich thans de lijnbaan en de privaten achter de le
tusschenschool 2e klasse bevinden.
In handen van Burgemeester en Wethouders, ten fine van be
rigt en raad.
21. Door den heer Duparc wordt ter tafel gebragt het volgend
schriftelijk voorstel
Door het besluit van den 15 November jl., houdende beslis
sing op twee bezwaarschriften tegen aanslagen op het kohier vau
omslag der slattingkoslcn van de Jélsumervaart, heeft de Raad
aangenomen, dat de zoogenaamde „onderhoudpligtigheid als van
ouds", tenzij daaraan een bijzondere regtstitel ten grondslag ligt,
naast de bepaling van art. 231 der gemeentewet niet bestaan
baar is.
Naar de ondergeteekende vermeent, zijn er meer voorwerpen
in deze gemeente, die tot dusverre alléén op genoemden grond
door de eigenaren van de naastgelegen landen enz. zijn
onderhouden.
Daaraan zal nu tevens een einde moeten worden gemaakt.
Hiermede voor ieder geval te wachten, tot dat er bezwaren
worden ingediend, is niet passend te achten.
Een voorafgaand onderzoek naar die voorwerpen is tot dat
einde noodig.
De ondergeteekende heeft mitsdien de eer den Raad voor te
stellen
eene commissie van drie leden te benoemen met opdrogt
te onderzoeken, of en zoo ja, welke voorwerpen in deze gemeente
worden gevonden, die tot nu toe. door bijzondere personen zijn
onderhouden, doch waarvan het onderhoud, krachtens art. 231
der gemeentewet, ten la9te der gemeente behoort te komen, en
van den uitslag hiervan verslag te doen.
Op des Voorzitters voorstel wordt met eenparigheid van stem
men besloten, dit voorstel ter inzage te leggen en in eene vol
gende vergadering in behandeling te nemen.
22. Wordt in behandeling genomen het in de vergadering
van 11 Nov. jl. ter tafel gebragt rapport van de commissie, be
last geweest met het onderzoek der begrooting van administra
tiekosten der stads bank van leening alhier, voor het dienstjaar 1870.
De heer van Sloterdijck heeft omtrent dit rapport eene op
merking te maken. Zooals bekend is, bestaat er een raadsbe
sluit waarbij is bepaald, dat voor het gebruik van de lokalen
door de bank: huur zal worden betaald. In overeenstemming
daarmede is op de begrooting der bank, voor het jaar 1869, eene
som van f 500 voor huur aangebragt. Die toestand is volstrekt
niet veranderd; doch, niet tegenstaande wordt dergelijke post op
de begrooting voor 1870 gemist. Nu wenscht Spr. aan de com
missie, die met het onderzoek der begrooting voor 1870 is belast
geweest, de vraag te doen, of haar de redenen bekend zijn