150
Verslag dt.r handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1871.
IV. De Voorzitter geeft te kennen dat zoo straks door
burgemeester en wethouders is ter tafel gebragt een voorstel,
betrekkelijk het onderhoud van den toegangsweg naar het stati
onsplein. Aangezien deze zaak nog al urgent is, geeft hij in
bedenking haar dadelijk af te doen.
Nadat daartoe besloten wasis de conclusie van het voorstel
met algemeene stemmen aangenomen en mitsdien besloten om
eene commissie te benoemen ten einde te onderzoeken of over
eenkomstig de door den minister van binnenlandsche zaken uit
gesproken meeninghet onderhoud van den toegangsweg van de
Wirdumerpoortbrng tot het stationplein ten laste der gemeente
behoort te komen en, zoo ja, onder welke voorwaarden en be
palingen.
Vervolgens tot de benoeming der commissie overgegaan zijnde,
worden bij de deswege gehouden stemmingen als leden daarvan
aangewezen de heeren Jongsma, Rengers en van Sloterdijck.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
Verslag der handelingen \;an den gemeenteraad te Leeuwarden 1871.
151
Vei'gaderiug xran Donderdag den 19 October 1871.
Tegenwoordig 19 leden. Afwezig, met kennisgeving, dc heer
van Sloterdijck, zonder kennisgeving, de heer Dirks.
Voorzitter de heer waarnemend burgemeester J. J. Bruinsma.
I. Op voorstel van den voorzitter wordt de lezing der notulen
van dc vorige vergadering tot eene volgende bijeenkomst uitge
steld.
II. Dc Voorzitter zegt, dat aan de orde is de installatie van
den nieuw benoemden burgemeester dezer gemeenteden lieer
mr. J. Bieruma Oosting. Hij verzoekt de heeren Westenberg,
Jongsma en Suringar den heer Oosting binnen te leiden.
Hieraan voldaan zijnde rigt dc Voorzitter tot den heer Oos
ting het woord en zegtMet de benoeming door Zijne Majesteit
onzen geëerbiedigden Koning, tot burgemeester der gemeente
Leeuwarden, wensch ik u, mijnheer Oosting, van harte geluk.
Eervol voorzeker is dc onderscheidingdie u mogt te beurt
vallen.
Gewigtig is die betrekking in alle opzigtenwant gij zult ge
roepen wordenhet bewind te voeren over de voornaamste ge
meente van dit gewesteene gemeentedie zich in bloeijenden
toestand bevindt en die, als hoofdstad van Friesland, vele in-
rigtingen en instellingen bevatdie eene dubbele zorg vereischen.
Wij allen danken udat gij u deze benoeming hebt laten wel
gevallen en houden ons overtuigd dat gij in ieder opzigt de intel
lectuele en materiële belangen der ingezetenen zult behartigen
die ik u tevens dringend aanbeveel.
Voor zooverre gij medewerking en ondersteuning behoeft in het
volbrengen uwer gewigt'ge en hoogst moeijelijke taakweest ver
zekerd dat gij die steeds zult vinden èn bij de wethouders èn
bij de leden van den raad èn bij de gemeenteambtenaren.
Bij het verlaten van dezen zetel betuig ik mijnen innigen dank
voor de medewerking en welwillende ondersteuningdie ik van
de heeren wethouders in 't bijzonder en van de leden van den
raad in 't algemeen, gedurende mijn kortstondig beheer heb mo
gen ondervinden.
Van harte wensch ik umijnheer de burgemeestertoedat
gij u steeds in die hoogst noodige medewerking zult mogen ver
heugen, en dat uwe pogingen, strekkende tot bevordering van
het wezenlijk en waarachtig belang der ingezetenenook door
deze op den regten prijs mogen worden gesteld.
En hiermede, mijnheer Oosting, installeer ik u als burgemees
ter der gemeente Leeuwardenoverhandig ik u de insignes daar
aan verbonden en verzoek ik u plaats te nemen als voorzitter
dezer vergadering.
De heer Oostinghierop het woord nemendezegt
Mijne Heeren
De welmeenende woorden van den tijdelijken voorzitter en
wethouder tot mij gerigtheb ik met belangstelling en een aan
genaam gevoel aangehoord. Ik bad behoefte in deze plegtige
vergadering te worden verwelkomdik had behoefte dat mij
eenige bemoedigende woorden werden toegesproken want ge
looft mijtoen Zijne Majesteit mij tot deze gewigtige betrek
king benoemdeontveinsde ik mij geenszins bet gewigt der taak
en de zware verantwoordelijkheid die zij mij oplegde. Het was
dan ook niet uit vertrouwen op eigen krachtendat ik haar
aanvaarddemaar in de eerste plaats de gehechtheid aan en de
liefde jegens deze gemeente. Het is u mijne heeren immers
bekenddat ik m deze gemeente het eerste levenslicht aan
schouwdedat ik in haar mijne kindsheid mijne jeugd en mijne
jongelingsjaren heb doorgebragt Hoe streelend dus is voor mij
het denkbeeld thans geroepen te worden, eenig nut voor die
gemeente te helpen aanbrengen Maar ook vooral op uwe me
dewerking en ondersteuning had ik bij het aannemen der op mij
uitgebragte benoeming het oog gerigtzonder haar toch zoude
ik weinig of niets kunnen doen - met haar gevoel ik mij krach
tig en sterk.
We leven in een veel bewogen tijd veel wordt er tegenwoor
dig van de gemeentebesturen gevorderd somtijds zelfs zijn de
eischen overdrevenwant men neemt niet altijd in aanmerking
de middelenwaarover men te beschikken heeftvan daar dik
wijls verkeerde beoordeelingen teleurstellingja zelfs misken-
kiug. Zoo immer, dan is het thans zaak, dat de verschillende
deelen van het bestuur zich naauw aan een sluitenom aan
elke poging tot ondermijning van het gezag het hoofd te kun
nen bieden. Ik kom tot u bezield met een goeden wil. Ik wil
trachten orde en wet te handhaven maar daarbij de regten en
vrijheid der ingezetenen niet voorbijzien. Ik wil trachten
handel en nijverheid te doen bloeijen doch tevens niet verzui
men de morele en intellectuele ontwikkeling der ingezetenen te
bevorderen die naar mijne overtuiging daarmede hand aan hand
moet gepaard gaan. Op finantieel gebied hoop ik zooveel mogelijk
spaarzaamheid te betrachten; maar ik zal niet schromen belangrijke
uitgaven van u te vragen, indien ik vertrouw, dat het heil der ge
meente daarmede kan worden bevorderd. Ik wil het beproeven der
magistratuur ontzag en eerbied te doen betoonen maar tevens is het
mijn streven haar sijmpathie en achting te doen wegdragen. Uwe ver
gadering mijne heerenzal ik steeds met ernst en onpartijdig
heid leiden uwe besluiten eerbiedigen en strikt uitvoeren
uwe regten zal ik handhaven. Ik hoop uit uwe beraadslagingen
licht en wijsheid te puttenwelke ik later tot voordeel en nut
dezer gemeente zal kunnen aanwenden. Ik schroom geen tegen
spraak geene oppositieimmers mijne heerenuit de wrijving der
denkbeelden ontspringt de vonk der waarheid en ofschoon onze
gevoelens uiteen loopen wij allen zoeken hier slechts ééne waar
heid deze is de bloei en het welzijn van Leeuwarden.
Er hebben zich bij mijne benoeming tot burgemeester omstan
digheden voorgedaan waaraan de staatkunde niet geheel vreemd
is gebleven. Ik betreur dezelvedoch meen er even bij te moe
ten stilstaanten einde tot geene verkeerde gevolktrekkingen
aanleiding te geven. Hoedanig staatkundig gevoelen ik als pri
vaatpersoon ben toegedaan daarover ben ik niemand verant
woording schuldigmaar als hoofd dezer gemeenteals burge
meester verklaar ik boven en buiten alle partijen te staan. De
burgemeester ziet op zaken niet op personen hij vraagt niet
van wie of van welke zijde een voorstel wordt gedaan maar
hij vraagt slechts of het voorstel in overeenstemming is met den
door hem afgelegden eed,of liet in overeenstemming is met het
welbegrepen belang zijner gemeente. De bloeide welvaart zijner
gemeentedaarvoor alleen moet hij partij trekken daarvoor
moet geen offer hem tc zwaar zijn. Zietdaarmijne heeren het
rigtsnoer, dat ik als burgemeester der gemeente Leeuwarden
hoop te volgen. Ik vlei mij, dat gij er u mede kunt vereenigen.
Wilt mij ik vraag er u nogmaals omdaarbij uwe ondersteu
ning en medewerking schenken. Ontvangt gij van mij de ver
zekering mijner hoogachting- en welwillendheiden moge de
Voorzienigheid mij kracht en lust geven, om tot heil van het
mij zoo dierbare Leeuwarden werkzaam te zijn Hiermede aan
vaard ik het voorzitterschap dezer vergadering.
Niets verder aan de orde zijnde en geen der leden het woord
verlangendewordt de vergadering door den voorzitter gesloten.
Bijvoegsel bejioorende bij be Leeuwarder Courant.
24