Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1872. 57 Vergadering van Donderdag 23 Mei 1872. Tegenwoordig 17 leden. Afwezig de heeren van Eijsinga en Hommesmet kennisgevingen de heeren Attema en Wijbrandi, zonder kennisgeving. Voorzitter de heer burgemeester. I. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goed gekeurd. II. Wordt ter tafel gebragt 1. Het rapport van het onderzoek der rekening van het stads ziekenhuis, over 1871. 2. Idem van de rekening van de kosten der brandweer, ©ver 1871. 3. Een voorstel van burgemeester en wethouders op het adres van H. Beucker Andreeehoudende verzoek om ontslag als ge meente-ontvanger. 4. Alsboven tot bepaling van den aard en het bedrag van den door den te benoemen gemeente-ontvanger te stellen borg- togt. 5. Eene door burgemeester en wethouders opgemaakte aan beveling tot benoeming van een ontvanger dezer, gemeente, waarop voorkomen mr. I). van der Veen advocaat te Leeuwar den en C. van Dalsen Fontein tweede klerk bij de maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen te Boxel. 6. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een ver zoek van S. de Heerom ontslag als hulponderwijzer aan de tusschenschool le klasse. 7. Alsboven tot het doen van af- en overschrijvingen op de gemeentebegrootingdienst 1871. 8. Alsboven op een adres van IJ. van der Wielenomtrent de beschikbaarstelling van zijne lokalen tot handelsbeurs. 9. Alsboven op een adres van T. van Kammenhoudende verzoek tot afkoop eener op een hem in eigendom toebehoorend pand liggende grondpacht. Al deze stukken zijn ter inzage gelegdom in eene volgende vergadering te worden behandeld. 10. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot wijzi ging der gemeentebegrootingdienst 1872. 11. Een nader voorstel van burgemeester en wethouders in zake het maken van een tweeden verschwatervijver. De stukkensub 10 en 11 vermeld zullenna te zijn gedrukt, in de sectiën van den raad worden onderzocht. 12. Het verslag van de commissie voor de gemeentelijke gas fabriek wegens den toestand en de werking dier fabriekover 1871. Ter inzage gedeponeerd. 14. Een adres van A. Toussaint en anderen houdende ver zoek om verbetering der bestrating langs de huizengesticht op de bouwterreinen 610. Gerenvoijeerd aan burgemeester en wethouders ter fine van beschikking. 14. Adressen van M. Koldijk P. Broers, D. WendelA. Baar- sma en A. Siekman hulponderwijzers aan de openbare lagere scholen dezer gemeentehoudende verzoek om verhooging hun ner bezoldiging. Gesteld in handen van burgemeester en wethouders, om daarop te dienen van berigt en raad. 15. Een adres van A. Hogenhuishoofdonderwijzer aan de armenbewaarschoolhoudende verzoek om te worden overge plaatst als hoofdonderwijzer aan de burgerschool voor meisjes. Ter inzage gedeponeerdten einde daarop bij de vervulling der bestaande vacature te letten. Bijvoegsel, behookende bij de Leeuwarder Courant. 16. Een schrijven van zijne majesteit den koning, houdende dankbetuiging voor de door den raad betoonde deelneming in het geleden verlies door het overlijden van prinses Hendrik der Nederlanden. Aangenomen voor notificatie. HL Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den oproepingbrief aangebragte punten 1. Rapport van het onderzoek der rekening van de stads bank van leening over 1871. Overeenkomstig de conclusie van het rapport wordt besloten 10. De rekening en verantwoording van de commissie van ad ministratie der stads bank van leening over 1871 goed te keuren. 20. Burgemeester en wethouders uit te noodigen aan de com missie 's raads dank te betuigen voor haar zoo naauwkeurig en goed beheer. 2. Voorstel van burgemeester en ivethoudcrs op een adres van C. Vermeulen houdende verzoek om verhooging zijner bezoldiging als clavi ger aan het gymnasium. Buiten discussie wordt besloten De jaarlijksche bezoldiging van den claviger aan het stedeiijk gymnasium te Leeuwarden met ingang van den 1 Julij 1872 'te bepalen op een honderd vier gulden. 3. Voorstel van burgemeester en wethouders opzigtens de voldoening eener vordering van den boekhandelaar W. Eekhoffwegens gedane le veringen aan de. burger dag- en avondschool. De conclusie van het voorstel luidt als volgt: „Burgemeester en wethouders te magtigen om aan den boek handelaar W. Eekhoff te betalen eene som van J 60.10zijnde „de helft van het bedrag zijner nota wegens aan de burgerdag- „en avondschool gedane leveringenwelke gebleken zijn zonder „de vereischte lastgeving ten behoeve der school te zijn gevraagd." De heer Suringar zou voor en al eer hij zijue stem over dit voorstel uitbrengtwel willen weten op welken grond bur gemeester en wethouders een leverancier verantwoordelijk stellen voor de aanvrage van goederen door een door de gemeente aan- gestelden persoondien de leverancier mogt rekenen als tot die aanvrage gemagtigd te zijndaar de leveringen reeds twee a drie jaren aaneen op dezelfde wijze en door denzelfden persoon na mens diens lastgever waren aangevraagd en de vorderingen des wege steeds waren deugdelijk verklaard en goedgedaan. De heer Jongsma merkt op, dat het voorstel van burge meester en wethouders gedateerd is op 8 Meidat zij daarbij te kennen gevendat zij bezwaar zien de geheele som 'ten laste der gemeente te brengen maar uit overweging van billijkheid voorstellen de helft te betalen. Aan dat voorstel van 8 Mei zegt spr. is voorafgegaan een brief van den heer Eekhoff van 7 Meiwaarin hij verzoektom aan den raad voor te stellen de helft van de rekening aan hem uit te keeren„tenzij zoo luidt het in dien brief tenzij u alsnog tot de overtuiging „mogten komendat de verantwoordelijkheid der schadedoor „aangestelde ondergeschikten veroorzaakt, geheel rust op de ge- „meentevolgens art. 1403 van het burgerlijk wetboekin ver hand met art. 1829 en verv." Die brief vervolgt spr. doet veronderstellen, dat er meer brieven door den heer Eek hoff aan burgemeester en wethouders zijn gezondenof liever dat er eene correspondentie is gevoerd. Nu heeft het hem be vreemd dat niet de geheele correspondentie is overgelegdten einde de leden van d©n raad volledig op de hoogte te stellen vooral omdat het hier een nog al belangrijk principe geldt, het principe van verantwoordelijkheid der gemeente voor daden van personendie door hare vertegenwoordiging tot functiën zijn geroepen. Spr. zou gaarne de bezwaren willen kennenwaarom burgemeester en wethouders niet de geheele som aan den heer Eekhoff willen uitkeerenen zoolang hij deze niet kent moet hij bezwaar maken het voorstel aan te nemen. Intusschen komt

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1872 | | pagina 1