130
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van 11 November 1875.
gecde, besluit: „den door den heer jhr. mr. C. van Eijsinea
„ingezonden geloofsbrief en verdere bescheiden goed te keuren
„en hem als lid van den raad der gemeente Leeuwarden toe te
h laten.
IV. Wordt ter tafel gebragt:
10. Een voorstel van burgemeester en wethouders op het adres
van mr. Itorat. Albarda omtrent het hem geheel of gedeeltelijk in
eigendom overdragen van het terrein van den voormaligen Wir-
dumerpoortsdwinger.
30. Alsvoren op een adres van de heeren J. ReeriDk Dz. en
anderen, om onderhands in pacht te erlangen den Stads- of
rrmsentum.
30. Alsvoren tot onderhandsche verhuring van diverse huizen
aan de gemeente behoorende.
4« Alsvoren tot onderhandsche verhuring aan dr. E. A van
der Burg van het huis in de St. Jacobstraat letter G no. 101.
Al deze voorstellen worden ter visie gelegd om in eene vol
gende vergadering te worden behandeld, terwijl de voorzitter
omtrent dat sub no. SO. vermeldnog mededeeltdat hij voor
be 1 egge^ daarvan eene buitengewone vergadering denkt te
50. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verstrek
ken van een erediet ad r 600 aan burgemeester en wethouders
voor de ïnrigting van twee lokalen in het voormalig werkhuis
tot verpleging van lijders aan roodvonk en mazelen.
Met„ het oog op den bestaanden toestand, n.l. het heersehen
in vrij erge mate van de mazelen en het roodvonk, stelt dz
Voorzitter voor tot dadelijke behandeling van dit voorstel
over te gaan. Nadat dienovereenkomstig door de vergadering
was besloten, zegt hij tot toelichting van het voorstel "dat het
de bedoeling is alleen de benedenlocalen voor verpleging van
lijders aan besmettelijke ziekten in te rigten en dat het noodi°-
zal zijn voor de tegenwoordig zich daarin bevindende weefge'
touwen eene andere plaats te zoeken. Voorts wijst spr. op eene
omstandigheid die hoewel daarop in het voorstel niet speciaal
is gewezen toch een groot deel der te maken kosten zal ver
oorzaken. De vloer in het voormalig werkhuis is n.l. eeno kliu-
kertbevloeringdie, zooals ieder wel gereedelijk zal willen
toestemmenniet zeer geschikt is voor lijders aan huidziekton
Die vIo't zal, zegt spr., in een houten moeten worden ver
anderd, hetgeen natuurlijk nog al eenige kosten zal veroorzaken.
Het voorstel hierna in rondvraag gebragt wordt zonder hoofde
lijke stemming aangenomen en mitsdien besloten
a. Burgemeester en wethouders een erediet te verleenen van
G00 ter bestrijding van de kosten verbonden aan de inri«ting
van het benedenlokaal van het voormalig stads werkhuis tot
twee zalenter verpleging van patiënten lijdende aan roodvonk
en mazelen.
b. Burgemeester en wethouders te magtigenom zoo coodig
de som aangebragt op hoofdstuk VII afd. art. 9 der gemeente-
begrooting dieast 1875 aan te vullen uit den post voor onvoor
ziene uitgaven met een bedrag van J 600.
V. Verder wordt nog ter tafel gebragt
10. Aanbevelingen van de commissie van administratie der
stads bank van leeaiog en van burgemeester en wethouders ter
benoeming van een lid dier commissie.
Ter visie gelegdom in eene volgende vergadering tot benoe-
over te gaan.
2. Een adres van mr. J. Herman Albarda en anderen, strek
kende dat worde besloten tot oprigting van gemeentewege van
eene theoretische en practische ambachtsschool.
De Voorzitter Stelt voor om van dit adres hetwelk no» al
van eenigen omvang is, alleen de conclusie te lezen en^het
daarna ten fine van onderzoek en berigfc in handen te stellen
van burgemeester en wethouders.
De heer Wiorsma zegt het woord te hebben gevraagd, al
leen om te doen overwegen of er ook aanleiding bestaat, om
dit adres te doen drukken.
De Voorzitter verklaart, dat er bij hem tegen drukken vol
strekt geen bezwaar bestaat en dat hij gaarne van het door den
heer Wiersma geopperd denkbeeld een voorstel wil maken.
Na lezing der conclusie, wordt dan ook, op spr's. voorstel be
sloten, het adres te doen drukken en in handen van burgemees
ter en wethouders te stellen om berigt en raad.
VI. Aan de vergadering wordt medegedeeld
1. dat zijn ingekomen
a. missives van de heeren mr. J. D. Quietus, C. Koniog Alt-
manu en jhr. mr. D. O. Engelen waarbij zij berigten de op hen
uitgebragte benoeming van lid der plaatselijke schoolcommissie
aan te nemen
b. missives van den directeur en de opzigters der stadsreini
ging houdende dankbetuiging voor de hun toegekende verhoo
ging van bezoldiging
2. dat door heeren gedeputeerde staten is goedgekeurd 's raads
besluit van 28 October 11.tot onderhandsche verhuring van het
gebouw //de Harlingerstal"tot bergplaats voor petroleum
3. dat bij koninklijk besluit van 3 November 1.1.no. 2 zijn
bekrachtigd 's raads besluiten tot hefiing van bruggeld aan de
Wirdumerpoorts- en de Prins Hendrikbrug, en
4. dat door burgemeester en wethouders benoemd is tot stads
omroeper en aanplakker Jan de Haanzilversmid alhier.
Vil. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op-
roepingbrief aangebragte punten
Voorstel van de ver ordening-commissie tot wijziging van de ver orde'
ning regelet.de het gebruik en de poltie van de veemarkt.
Conform het voorstel der commissie wordt besloten de veror
dening regelende het gebruik en de politie van de veemarkt te
Leeuwarden, van 12 Maart en 9 April 1874 te wijzigen als
volgt
a. aan art. 2 als derde alinea toe te voegen //De kalvermarkt
z/te houden op den derdes Donderdag in Octoberwordt geopend
z/'s voormiddags te 9 uur en gesloten 's namiddags te 3 uuren
b. de derde alinea van art. 12 in dier voege te wijzigen, dat zij
luidt: //De eigenaar van het vee, hetwelk zich na dit tweede
//luiden op de markt bevindt, vervalt in de bij deze verordening
//bepaalde straften."
2. Voorstel van de verordening-commissie tot wijziging van dc ver
ordening van politie op htt liggen van schepen en op de scheepvaart in
de gemeente.
Het voorstel der commissie strekt om in de verordening vaa
politie op het l.ggen van schepen en de scheep /aart in de ge
meente Leeuwardenvan 27 September 1860 en 22 November
1866
a. de tweede alinea van art. 43a te doen vervallen en in de
plaats daarvan te lezen//In bijzondere gevallen is de burge
rmeester bevoegdvan dit verbod vrijstelling te gevenmits
//zulks schriftelijk geschiede, met aanwijzing der ligplaats en
z/van den tijdwaarvoor deze vrijstellisg wordt verleenden
b. a&n art. 48 (strafbepalingen) als letter f toe te voegen
//Met eene geldboete van drie tot twaalf gulden en gevangenis
//Vau één tot drie dage», te zamen of afzonderlijk, de overtre-
z/dingen van art. 43a, alinea 1."
De heer Wiersma verklaart zich wel met deze cor.clusie te
kunnen vereenigen. In de eerste plaatszegt hij, is voorgesteld
de straf, tegenwoordig bedreigd tegen het liggen met woonsche
pen in de gemeente-wateren te verzwaren. Men is hiertoe over
gegaan naar aanleiding van twee bij de stukken overgelegde
missives van den commissaris van politieen omdat men in het
verzwaren van de straf het middel ziet, om een einde te maken
aan het thans bestaand misbruik.
In de 2e plaats wil de commissie een exceptio admitteeren en
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van 11 November 1875.
131
ofschoon hij zich ook hier niet tegen wil verklaren, zou hij
daaromtrent toch gaarne eenige inlichting ontvangen Geloovende,
dat de burgemeester in noodzakelijke gevallen krachtens de
voorgestelde exceptio wel dispensatie van het verbod tot het lig
gen met woonschepea binnen de gemeente zal verleenenzou
hij toch gaarne hebben gezien dat de commissie had aangege
venin welke gevallen de burgemeester die dispensatie zal kun
nen geven. 8pr. kan zich moeijelijk de omstandigheden voor
stellenwaarvoor men van het algemeen verbod zou moeten
afwijken. Of is het misschien zegt hij dat men deze exceptio
wil met het oog op hen die in Mei en November zonder woning
zijn Is dit het gevaldan komt het hem voordat zij zeer
reel last voor den burgemeester zal medebrengen en met zal
strekken om te bevorderen dat er weinig of geen woonschepen
in de gemeente worden aangetroffen daar het getal van hen
die zoo van tijd tot tijd zonder wonicg zijnsteeds toeneemt
De Voorzitter zegtdat de commissie voor het ontwerpen
van strafverordeningen volstrekt niet do ondenverpelijke vrij
stelling heeft voorgesteld met het oog op hen d;e met Mei
of November zonder woning zijn. Zij heelt de nijverheid slechts
daarbij als motief op den voorgrond gesteld. In de laatste jaren
zegt spr.o. a. bij het maken van de schietbaan bij het aan
leggen van den tweeden verschwatervijver en bij de afgraviDg
van den Wirdumerpoortsdwingeris het gebleken, dat Leeuwar
den wel Wv rkvolk heeftmaar juist Diet bezit die mcnscben
wier dagelijksch werk het is met de spa om te gaan es die
daarmede het best teregt kunnen. Voor graafwerken worden
dikwijls arbeiders van buiten ontboden omdat deze het werk èn
beter èn goedkooper kunnen doen Vaste woningen zegt spr
hebben die menschen echter nietde meesten hunner wonen in
scheepjes. Spr, ge ooft dat er geen bezwaar bestaat om zulke
personen op schriftelijke vergunningtijdelijk met hunne woon
schepen binnen de gemeente toe te laten. Met het oog alleen
hieropzegt hij heeft de commissie haar voorstel gedaan en in
geenen deele om te gemoet te komen aan de bezwaren van hen
die geen woning hebbenzoodat de heer Wiersma voor het
laatstgenoemde in 't geheel geen vrees behoeft te hebben.
De heer Dirks kan niet het door den heer Wiersma geop
perd bezwaar deelenals zoude men bij het voorgesteldehet
oog hebben gehad op hen die zonder huis ziju. 8pr. wijst er
op dat zij die in scheepjes wonen voor 't meereDdecl eigenaars
daarvan zijn en hoe min denkbaar het is, dat de lieden, die
geen huishuur kunnen betalen een vaartuig in eigendom kunnen
hebben. Overtuigd zijnde, dat de door den voorzitter afgelegde
verklaring genoegzaam de door den heer Wiersma gemaakte be
denking heelt weersproken eD voldoende heeft aangetoond dat
alleen dan de vrijstelling zal worden verleend wanneer het ge
meentebelang daarbij is betrokken meent spr toch in het mid
den te moeten brengendat het dikwijls is gebleken dat ook
andere menschen dan aardwerkers in woonschepen hier verblijf
hielden. Ook metselaars en timmerlieden wonen dikwijls iu een
scheepje en trachten daardoor van gelegenheden te profiteren.
.Niet zelden beproeven zij op die wijze zich in eene gemeente te
vestigeB waar zij niet in de belasting worden getroffen.
Spr. zal zichvoor zoover men daardoor in tijdelijke behoef
ten wil voorzienwel vereenigen met het door de commissie
voorgestelde.
Hierna worden de verschillende onderdeden der conclusie in
rondvraag gebragten evenals het geheele voorstel zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
8. Rapport een er raadscommissie over de begroeting voor het nieuwe
stads weeshuis, dienst 1876.
Overeenkomstig de conclusie van het rapport wordt zonder
hoofdelijke stemming besletea de door het bestuur van het nieuwe
stads weeshuis ingezonden begrooting dier instelling vo r 1876
goed te keuren in ontvang tot een bedrag van 25,231.67' en
in uitgaaf tot een beloop vau 1 25,229.46.
4. Voorstel van burgemeester en wethouders op em ad/es van de
wed. W. Ob.rinkom op nieuw eene grat'Jlcatie te trior gen.
Burgemeester en wethouders stellen vooruaan Elisabeth Noor
derbroek wed. W. Oberink iu leren concierge in het gemeente
huis alhier, voor het jaar 1875 eene gratificatie uit de gemeen
tekas te verleenen van 52.
De vergadering besluit dienovereenkomstig.
5. Voorstel van burgemee Ur cn wethouders op een adres van de
wed. J. Voorstom in hst gerot cenrr toelage U worden gesteld.
Dit voorstel strekt, om aan Trijntje Blinksma, wed. Johan
nes Voorst, in leven vader in het stads ziekenhuis, met ingang
van 12 November 1875 voor den tijd van een jaar eene grati
ficatie uit de gemeentekas te verleenen van J 2«>0. Zonder dis
cussie eu hoofdelijke stemming wordt dit voorstel door de ver
gadering aangenomen.
6. Voordel van burgemeester en wethouders op een verzoek van den
hulponderwijzer E. II. Knoopom eervol o* t lag uit zijne betrekking.
Overeenkomstig het voorstel wordt aan den hu'ponderwijzer
der 2e klasse aan de gemeenteschool no 5, E. H. Knoop, op
zijn daartoe gedaan verzoek eervol onts'ag vtrle-nd ea zulks
met ingang van 15 December 1875.
7. Voorstel van burgemeester en vasthouders op een verzoek van de
hulponderwijzer e A. II. Bergsma om eervol onVlag uit ha-e b trekking.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de
conclusie van het voorstel besloten: aan Anna Hermin* Berg-
sma, hulponderwijzeres aan de gemeenteschool no. 3 op haar
daartoe gedaan verzoek eervol ontslag te verleenen uit gemelde
betrekking met ingang van den lea December 1875.
8. Voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek van
T. Postmesonderwijzeres voor de handwerken aan Me gemeenteschool
no 6 om verhooging harcr be tol liging.
De conclusie van het voorstel, strekkende, om de jaarwedde
van de medehelpster voor het onderwijs in vrouwelijke hand
werken aan de gemeenteschool no. 6 te verhoogen met 50 en
te bepalen op 250 in te gaan den le Januarij 1876 wordt
zonder hoofdelijke stemming aaDgenomen.
9. Voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek van
R. O. Brouwer, aannemer dtr levering van schoolbanken enz om
rchaddooitelling voor ondervonden vertraging in de uitvoering.
De conclusie van dit voorstel is luidende: «aan II. G. Brou
wer, aannemer te Stiens eene som van 800 toe te kennen als
vergoeding voor schadedoor hem geleden door vertragingon
dervonden in de uitvoeiiDg vaa de door hem aangenomen leve
ring van schoolbanken en tafels voor de gemeenteschool no. 4.
De heer Suringar zegt, dat hij het verzoek van Brouwer,
teu line van afdoening zou wenschen gesteld te zien in handen
van burgemeester en wethouders. 'T is moeijelijk voor den raad
zegt spr. om met juistheid te beoordeeleu welke schadevergoe
ding men moet toekennenmaar nog moeijelijker is het voor
hem om ten dezen iu een loven en bieden te treden. Wanneer
de raad besluit den aannemer eene schadevergoeding van 300
te verleenen, dan is het geval denkbaar, dat de aannemer, als
daarmede niet te vredeadaartegen in beroep komt
Het besluit vau den raad heeft toch voor dien aannemer geen
impérative kracht. 8pr. zou daarom liever de zaak weer raar
burgemeester en wethouders hebben grrenvoije *rd. Is het da
gelijksch bestuur echter verzekerd, dat de aannemer, wanneer
hem eene vergoeding van 300 wordt toegekend, niet weder op
de zaak zal terugkomen dan kan hij zich met het vcorstel ver
eenigen.
De heer Dirks zegt, dat hij bij de stukken de hier bedoelde
aanvrage om schadevergoeding heeft gezien fn daaruit verno
men heeft, dat de aannemer eene som van 600 coodig acht
als vergoeding voor hem toegebrag'e schadeterwijl volgens
eene door den directeur der gemeentewerken gemaakte naauw-
keurige berekening die schade niet meer bedraagt dan ^tl/ 250,