Bijlage no. 1.
1+4
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van 23 December 1875.
Vergadering van Donderdag 23 December 1875,
Tegenwoordig 20 leden afwezig de heer Tig'er Wijbrandi.
Voorzitter de heer burgemeester.
I. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goed
gekeurd.
Wordt ter tafel gebragt
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een ver
zoek van J. Mulder, om eervol ontslag als le hulponderwijzer
aan de gemeenteschool no. 2.
2. Eea voorstel van burgemeester en wethouders op een ver
zoek van C. C. Rameau om verhooging harer bezoldiging als
medehelpster aan de gemeenteschool no. 4.
3. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot onder-
haDdsche verhuring van een plek gemeentegrondgelegen aan
de St. Anthonystraat.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot onder-
handschen verkoop van gemeentegrond aau mevrouw Buma, geb.
van Eijeioga.
Deze voorstellen worden ter inzage van de leden gelegdom
in de volgende vergadering behandeld te worden.
5. Een ontwerp-besluit tot onderhandsche verpachting van de
tolheffiog aan gabel no. 2op den kunstweg van Leeuwarden
raar Hijum.
Nadat op voorstfl des voorzitters besloten is dit ontwerp-be
sluit terstond in behandeling te nemen deelt hij mededat in
de vergadering van dea 2S October jl. besloten is in overeen
stemming met een besluit van den raad der gemeente Leeuwar-
■ieradeeldezen tol te verpachten voor den tijd van drie jaren.
Dat inmiddels bij den raad van Leeuwarderadeel een adres is
ingekomen om op de opheffiog van den tol aan gabel no. 1 aan
te driegenen dat een gelijkluidend adres ook aan deze^verga-
dering is gerigtzoo als straks zal worden medegedeeld.
In afwachting van hetgeen op deze adressen zal worden be
sloten stellen daarom burgemeester en wethouders voor het bo
venaangehaald raadsbesluit in zooverre te wijzigen dat die on
derhandsche verpachting zal plaats hebben voor den tijd van één
jaar.
Dit voorstel wordt zonder discussie met algemeene stemmen
aangenomen.
6. Een adres om opheffing van den tol, thans geheven wor
dende aan gabel bo. 1op den kunstweg naar Hijum.
7. Een adres vaa J. Soutendamom in zijne betrekking van
directeur der stads reiniging te worden gecontinueerd.
8. Een adres van A. Schotanushulponderwijzeres aan de
gemeenteschool no. 5 om ontheven te worden van het onder
wijs in vrouwelijke handwerken.
Deze adressen worden om berigt en raad gesteld in handen
van burgemeester en wethouders.
III. De Voorzitter deelt mede dat
10. bij hem zijn ingekomen
a. een verslag van den toestand van het St. Anthonygasthuis
alhier over 1874
b. eene resolutie van gedeputeerde staten tot goedkeuring der
gemeentebegrootiDg voor 1876
c. missives van de benoemde hulponderwijzers A. Bikbergen
C. Castelein en P. Sjollemadat zij de benoemiDg aannemen
d. eene missive vaa den hulponderwijzer II. Rozema, inhou
dende dat hij de benoeming alhier niet aanneemt
2°. door burgemeester en wethouders provisioneel in koop
zijn toegewezen de perceelen bouwterrein nos. 91 en 92 aan de
commanditaire bouwvereeniging alhier, en
30. bij onderzoek der voorstellen van burgemeester en wet
houders ter zake eene nieuwe verdeeling der gemeente in
wijken enz.door de secties zijn benoemd tot rapporteurs de
heeren AttemaDuparc en Buma.
IV. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den
oproepingbrief vermelde punten.
a. Een voorstel tan burgemeester en wethouders op een verzoek van
de wed. L. de Bruinom op nieuw eene gratificatie te erlangen.
De concln8ie van het voorstel luidende om aan Johanna Keta
weduwe van Leendert de Bruinin leven pijphouder bij de
brandweer in deze gemeente, gedurende het jaar 1876 eene te
gemoetkoming in haar levensonderhoud toe te kennen van f I
per weekwordt zonder hoofdelijke stemming met algemeene
stemmen aangenomen.
b. Benoeming van een Ixd der commissie van toezigt op het middel
baar onderwijs.
Uit de in de vorige vergadering medegedeelde voordragt wordt
met algemeene stemmen tot lid der commissie van toezigt op de
scholen van middelbaar onderwijs alhier benoemd de heer jhr.
mr. W. E. Engelen.
c. Benoeming van eene voogdes van hit nieuwe stads icceshuis te
Leeuwarden.
De uitslag der ten dezen gehoudene stemming is dat benoemd
wordt met 12 van de 20 uitgebragte stemmen mevrouw Buma
geb. Polste Leeuwarden. Met de benoemde waren op de aan
beveling geplaatstmevrouw LadeniusHaverschmidt die 6 en
mevrouw MenaldaDutrij van Haeften die 2 stemmen op zich
vereenigde.
De vergadering gaat nuop voorstel des voorzitterover in.
eene met geslotene deuren.
Na heropening der vergadering stelt de voorzitter aan de orde
het laatste der op den oproepingbrief vermelde punten namelijk
Een voorstel van bur gemest ter en wethouders betreffende tvijziging der
voorwaarden voor de uitgijte van bouwterreinen.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt met algemeene
stemmen overeenkomstig de conclusie besloten
a. voorbehoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde staten
de koopsom voor de perceelen no. 40 en 49 /,aan de Willems
kade zuidzijde", bepaald op f 10 de centiare met 3 te vermin
deren en vast te stellen op 7 de centiare
b. de lijstbehoorende bij de voorwaarden van uitgiftevast
gesteld bij raadsbesluit van 9 Januarij 1873 no. 20, in verband
met het sub a beslotene te wijzigen.
Niets meer aan de orde of voorgesteld zijnde wordt deze ver
gadering gesloten.
Bijlagen tot het verslag der handelingen vs
VOORSTEL van burgemeester en wethou
ders tot nadere wijziging van de gemeentebe-
grooting voor de dienst 1874.
Mijne Heeren
Wij hebben de eer U hiernevens ter overweging aan te bie
den een ontwerpbesluit tot nadere wijziging der gemeentebegroo-
ting voor het dienstjaar 1874 vergezeld van eene memorie van
toelichtingwaarin de redenen zijn omschreven die tot deze
nadere wijziging aanleiding geven.
Wij stellen U voor aan deze stukken uwe goedkeuring te
hechten.
Aldus voorgesteld ter raadsvergadering van den 14 Januarij
1875 door
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden.
ONTWERP.
De raad der gemeente Leeuwarden
In aanmerking nemende, dat er noodzakelijkheid bestaat tot
nadere wijzigitfg der gemeentebegrooting voor het dienstjaar 1874,
zooals die gewijzigd werd vastgesteld bij raadsbesluit van den
22 October 1874
Besluit
De begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeentevoor
het dienstjaar 1874 zoosls die gewijzigd is vastgesteld bij
raadsbesluit van den 22 October 1874 en goedgekeurd door ge
deputeerde staten van Friesland bij resolutie van den 29 dier
maandno. 7nader te wijzigen als volgt
INKOMSTEN:
HOOFDSTUK II.
Af deeling VIII.
Art. 12. Opbrengst van gasregtenonderdeel 3diverse ont
vangsten thans begroot op 26,227 te verhoogen met 2000
waardoor voor het artikel in zijn geheel wordt uitgetrokken een
bedrag van j 134,127.
Tengevolge van deze wijziging wordt vastgesteld het totaal der
VlIIe afdeeling op 185,878.25 en dat van hoofdstuk II op
335,481.63.
HOOFDSTUK V.
Afdeeling I.
Art. 1. GeldleeniDg voor buitengewone werkenaangebragt
tot f 55,000 te verminderen met 15,000 en uittetsekken op
40,000.
Art. 2. Vierde serie der geldleening groot 105,000 voor de
uitbreiding der gasfabriekbegroot op f 6000aan te brengen
voor memorie.
In verband hiermede het totaal der Ie afdeelingnu bedra
gende 61,000te bepalen op 40,000.
Afdeeling II.
Art. 3. Verkoop van bouwterreinbegroot op 20,000 te
verminderen met f 5000 en te stellen op 15,000.
Na deze wijzigingen vast te stellen het totaal der lie afd. op
f 15,000 dat van hoofdstuk V op 55,000 en dat der gezamen
lijke inkomsten op f 622,589.79.
UITGAVEN.
HOOFDSTUK III.
Afdeeling V.
Art. 1. Aankoop van grondstoffen (voor de gasfabriek) begroot
Bijvoegsel, behoorende bij de Leeuwarder Courant.
n den gemeenteraad te Leeuwarden1875. 1
op 78,890 te verminderen met 4000 en te bepalen op
f 74,890.
Dientengevolge het totaal dezer afdeeling vast te stellen op
1 126,490.
AJdeeling VII.
Art. 10. Verandering van de Wirdumerpoortsbrug in eene
draaibrug met twee doorvaarten en de daarmede in^erband
staande werken uitgetrokken op 20,200 te verminderen met
f 20,000 en te brengen op 200.
Na zulks het totaal der Vile afdeeling te bepalen op f 117,534
en dat van hoofdstuk III op f 311,083.60, terwijl voorts nader
wordt vastgesteld het gezamenlijk bedrag der uitgaven op
f 622,584.19 en de balans der begrooting als volgt
Inkomsten 622,589.79
Uitgaven - 622,584.19
waarschijnlijk batig saldo 5.60.
Vastgesteld enz.
MEMORIE van toelichting bij het besluit
van den raad der gemeente Leeuwarden
dd. 1875, tot nadere wijziging
der begrooting van inkomsten en uitga
ven van die gemeente voor 1874.
Bij 's raads besluit van 22 October 1874 tot wijziging der ge
meentebegrooting dienst 1874 werd het cijfer, primitief uitge
trokken op art. 10 der Vile afd. van hoofdstuk III uitgaven
verminderd met J 22,000 en gebragt op f 20,200.
Intu8schen is het dienstjaar 1874 verstrekenzonder dat de
uitvoering van het bij bovenaaDgeduid artikel omschreven werk
is kunnen worden aangevangenweshalve de daaruit voortvloei-
jende kosten niet onder de uitgaven dienst 1874 worden verant
woord.
Uit dien hoofde is het raadzaam geacht de bedoelde uitgaafpost
met een bedrag van f 20,000 te verminderen en ook de daartegen
over staande posten van ontvang vermindering te doen onder
gaan.
Daartoe strekt in hoofdzaak de bij nevensgevoegd besluit om
schreven nadere wijziging der begrooting.
Verder is daarbij opgenomen eene wijziging, in verband staan
de met de uitkomsten der exploitatie van de gasfabriek.
Ten opzigte van de wijzigiDg der betrekkelijke artikelen wordt
voorts het volgende opgemerkt:
INKOMSTEN.
HOOFDSTUK II.
Afdeeling VIII.
Art. 12. De uitkomsten der exploitatie van de gasfabriek over
1874 laten toe, dat het op onderdeel 3 van dit artikel aange
bragt cijfer met J 2000 wordt verhoogd.
Tot de uitbreiding van het buizennet, uit art. 14 afd. VII van
hoofdstuk III te bestrijdenkon voor een gedeelte de in het
magazijn aanwezige voorraad worden verstrekt. Tengevolge
hiervan zal het daaraan ten koste gelegd bedrag voor dat ge
deelte onder dit onderdeel weder in ontvang op de rekening
moeten worden verantwoord en het bedrag der diverse ontvang
sten zoo veel hooger kunnen worden gesteld.
HOOFDSTUK V.
Afdeeling I.
Art. 1. Het bedrag dezer leening, laatstelijk bepaald op/55,000,
kan nog met f 15,000 worden verminderd, met het oog op de
wijziging die de raming voor art. 10 der Vile afdeeling van
hoofdstuk IIIuitgavenondergaat.
1