110 Verslag der handelingen van den gemeentera
ticulioren op te rigten gasfabriekkan hij niet toegevendaar
hier de gezondheidsbelangen een groote rol spelen.
Wat het amendement van den heer Attema betreftgelooft
hij dat de eisch om te bewijzen dat het water uit het Ecrne-
woudsterwijd goed isniet rationeel moet geacht worden en hij
zou daarom wel willen lezendat het water te Leeuwarden
aangevoerd en geleverd goed moet zijn.
Voor het gemeentebestuur toch is het minder noodzakelijk
de zekerheid te hebben dat het water in het Eernewoudster-
wijd goed zijdan wel dat het water te Leeuwarden goed is.
Hij stelt daarom een sub-amendement in dien geest voor.
De Voorzitter komt het voor, dat het moeijelijk zal zjjn
dezen eisch thans te stellendaar wij ons hebben te bepalen
bij de gedane aanvrage om concessie. De concessionarissen zul
len water leveren uit het Eernewoudsterwijden dus kan het
hier alleen de vraag geldenis dat water goed.
Het kan mogelijk zijn dat het water aldaar goed is en toch
in de buizen aan kwaliteit verliest, doch wij moeten ons nu
bij het algemeene karakter der keuring blijven bepalen.
De heer de la Faille erkent datna bekomen inlichtingen,
de bezwarenaangevoerd tegen den primitieven toestand van
het watermoeijelijk te weerleggen zullen zijn. Maar omge
keerd zou de bron zuiver kunnen zijn en het water in de bui
zen veranderingen kunnen ondergaan, die de deugdelijkheid
niet bevorderden.
Daarom komt het hem beter voor te eischendat het water,
dat te Leeuwarden aan de ingezetenen zal worden aangebo
den zuiver drinkwater zij.
De Voorzitter meent nogmaals te moeten wijzen op het
standpunt waarop wij staan. Het is de kwestie of de minister
concessie zal geven voor den aanvoer van dit wateren dat
moet men niet uit het oog verliezenwant daarom is deze zaak
in onze handen gesteld.
De heer Wiersma houdt het voor een onmogelijk te ver
vullen eisch dat men bewijzedat het water zuiver is en zuiver
blijven zal. Het hoogst bezwaar is dat het water bij lagen
waterstand brak wordt en nu zal het moeijelijk te bewijzen zijn
dat het dat niet blijven zal en dit versterkt hem in zijne mee
ning van straks dat men zich voorshands met de kwaliteit van
het water niet bemoeijen moet.
Mijne bedoeling iszegt sprekerom zich nu op een zuiver
publiek-regtelijk standpunt te plaatsen, doch later als het water
gebruikt zal worden naauwkeurig te doen toezien of de gele
verde waar ook de algemeene gezondheid kan benadeelen.
Aan de toestemming tot het leggen van buizen zal die voor-
id te Leeuwarden, van den 28 September 1876.
waarde worden verbonden opdat men casuquo die buizen zal
kunnen sluitenplaatst men zich op dat standpunt dan wordt
de gemeente van alle risico ontslagen. De concessionarissen
beloven goed water en nu past het ons niet de belofte te wan
trouwen.
Behoudt de gemeente aan zich de bovengenoemde bevoegd
heid dan is er volstrekt geen bezwaar, aan verbonden het
voor de ingezetenen wenschelijke plan te steunen en althans
niet te belemmeren.
De heer Bruinsma wil nog een enkel woord in het midden
brengen tegen den heer Wiersmadaar het standpunt waarop
deze zich plaatst hem gewaagd voorkomt. Hoe zal de raad de
zaak nu kunnen ondersteunenterwijl wij twijfelen of het wa
ter altijd goed zal zijn.
De concessionarissen zullen zeggen het water is best en zul
len, gesteund wordende door het oordeel van den raad, met de vol
voering van hun plan voortgaan.
Deugt het water naderhand niet, dan zullen niet alleen de
concessionarissen er in loopen doch ook zal dit met de ingeze
tenen het geval zijndeze zullen eene kostbare inrigting tot
stand hebben gebragt en eerst dan zal het gemeentebestuur liet
water doen onderzoeken en des noods de buizen sluiten. Dit
komt hem zeer gevaarlijk voor. Beweert men dan bijv. dat het
water te veel zoutdeelen bevat en dat het ongeschikt voor
drinkwater iswelnuzal menigeen zeggendan behoeft men
minder zout in het eten te doen en dergelijke argumenten meer.
Het zal voor het gemeentebestuur alsdan zeer bezwaarlijk zijn,
het te leveren water af te keurenmen staat alsdan voor eene
gedane zaak.
Ten slotte wenschtc hij wel dat in het amendement-Attema
duidelijk werd uitgesproken dat men bewijzen wenscht dat het
water ten allen tijcle goed zoude zijn.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het voorstel van den heer Kuipers in stemming gebragt
wordt verworpen mot 11 stemmen tegen 7 die van de lieeren
KuipersHommesPlantengade la FailleBakkerDirks en
Wiersma.
Daarop wordt het door burgemeester en wethouders overge
nomen amendement van den heer Attema in stemming gebragt
en aangenomen met 17 stemmen tegen 1die van den heer de
la Faille.
Wegens het vergevorderde uur wordt op voorstel des Voor
zitters besloten de overige op den oproepingsbrief vermelde pun
ten te behandelen in de volgende vergadering.
De vergadering wordt gesloten.
Verslag der handelingen van den gemeenteraa
Vergadering van Donderdag den 12|October 1876.
Tegenwoordig eerst 15 later 18 ledenafwezig de heeren do
With en Bloembergen met en de heer Kijmmell zonder ken
nisgeving.
Voorzitter de heer burgemeester.
I. De notulen van het verhandelde in de vorige zitting wor
den gelezen en goedgekeurd.
II. Op voorstel des voorzitters wordt besloten te bepalen dat
het onderzoek der gemeente-begrooting voor 1877 in de sectiën
in plaats van heden over achtheden over veertien dagen moet
zijn afgeloopen.
III. Wordt ter tafel gebragt:
a. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot nadere
wijziging der gemeente-begrooting, dienst 1876.
Dit voorstel zal worden gedrukt en ten fine van rapport ge
steld in handen van de heeren AttemaSuringar en Plantenga^
b. Een voorstel van burgemeester en wethouders betreffende
uitloting van obligatiën van ten laste der gemeente aangegane
geldleeningen.
c. Een voorstel van burgemeester en wethouders ter zake de
heffing der tollen op den kunstweg van Leeuwarden naar Hijum
d. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een
adres van den heer IJ. v. d. Meulenter zake wijziging der
bepalingen voor de heffing van water-kaai- en walgelden.
e. Eene missive van voogden der armenkamer houdende aan
beveling van personen ter vervulling van op 1 Januarij 1877
te ontstane vacatures.
f. Eene aanbeveling van voogden der armenkamer en van
burgemeester en wethouders voor de benoeming van een secre
taris-boekhouder bij die kamer.
g. Een voordragt tor benoeming van een hulponderwijzer
aan de gemeenteschool no. 5.
Al deze stukken worden ter inzage van de leden gelegd om
te worden behandeld in eene volgende vergadering.
h. Een missive van mr. J. Herman Albarda en anderen om
berigt op hun adres van November 1875 ter zake de oprigting
eener ambachtschool.
Deze missive wordt in verband met het adres gesteld in han
den van burgemeester en wethouders.
IV. Wordt medegedeeld en voor kennisgeving aangenomen.
Dat gedeputeerde staten hebben goedgekeurd 's raads besluit
van den 20 September 1.1. no. 6 tot aankoop van een strook
grond Achter de Hoven.
De hier bedoelde strook grond is aangekocht tegen f 3.20
per centiare.
V. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den op
roepingsbrief vermelde punten
1. Nadere stemming over het voorstel van burgemeester en wet
houders betreffende het maken van een brandriool op de bouwter
reinen nabij de Gouden Bal.
De heer BrungGr geeft te kennen dataangezien hij de
vorige vergadering niet heeft kunnen bijwonen en het verslag
van de handelingen dier vergadering hem nog niet is geworden,
het hem aangenaam zal zijn een paar inlichtingen te ontvangen
omtrent den stand dezer zaak.
De Voorzitter beantwoordt den heer Brunger daarbij te
kennen gevendedat hem dit punt bij het lezen der notulen
zeker ontgaan isdaar toch deze den stand dezer kwestie zeer
goed terug gaven.
Deze isdat in de vorige vergadering het door burgemeester
en wethouders ingediende voorsteltot het maken van een brand
riool en één riool voor hemelwater op de bouwterreinen uitge-
Bijvoegsel, beïioorende bij de Leeuwarder Courant.
I te Leeuwarden, van den 12 October 1876. Ill
geven door de wed. Wester, bestreden is door één lid dezer
vergadering en door hemvoorzitteris verdedigd en dat ver
volgens de stemmen hebben gestaakt.
Hij meent hiermede aan het verlangen van den heer Brun
ger voldaan te hebben.
Het voorstel daarop op nieuw in stemming gebragt wordt
aangenomen met 9 stemmen tegen 7 die van de heerenAttema,
Jong8ma, Wiibrandi, Suringar, van Sloterdijck, van Eijsinga
en Bakker. Waardoor alzoo is besloten in de noordelijk loo-
pende straat op de als bouwterrein uitgegeven perceelen van de
weduwe Wester in plaats van twee riolen voor menage- en he
melwater aan te leggen een riool voor dat water in het mid
den dier straat en een riool voor brandblussching daarnevens.
2. Rapport over de begrooting van het nieuwe stads weeshuis
dienst 1877.
Overeenkomstig de conclusie is besloten do begrooting van
het nieuwe stads weeshuis, dienst 1877, goed te keuren tot
een bedrag in ontvang ad f 29,015.69 en in uitgaaf ad f 29,015.46.
3. Voorstel van burgemeester en icethouders op verzoekschrif
ten om ontheffing van aanslagen in de belasting op lxet inkomen
dienst 1876.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten het
verzoek vana. Grietje Postmuswed. Jan Joustraen b.
Gerrit Vlietstra, om vrijstelling van de belasting op het inko
men dienstjaar 1876als niet voor inwilliging vatbaar te wij
zen van de hand.
4. Voorstel van burgemeester en wethouders ter zake de oprig
ting van een tweede beurtveer tusschen Stiens en Leeuw arden.
Zonder discussie en hoofdelijk^ stemming is besloten dat tus
schen het dorp Stiens en de gemeente Leeuwardenvice-verso,
zal worden opgerigt een tweede beurtveer met toepassing van
het vigerend reglement en het bestaande tarief, onder bepaling
dat voor de bediening van dat veer, één schip in de vaart zal
mogen worden gebragt.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verleenen
van schadevergoeding aan den aannemer van werken voor de
verandering der Wirdumerpoortsbrug c. a.
Conform de conclusie wordt besloten aan J. van Reeneii
aannemer van den onderbouw van de Wirdumerpoortsbrug en
bijbehoorende werken, thans opzigter der gemeente Wonsera-
decl te Makkumuit te betalen eene som van f 338.67 als ver-
oeding van schade wegens vertraging buiten zijn schuld on
er vonden in de uitvoering van de door hem aangenomen werken.
6. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van adressen aan de provinciale staten over de heffing van reg-
ten aan- en het bij nacht gesloten houden van de Prins Hendrik-
brug en de Wirdumerpoortsbrug.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten aan
heeren gedeputeerde staten der provincie Friesland te berigten
dat do door de adressante aangevoerde bezwaren geen aanlei
ding kunnen geven om het betrekkelijk raadsbesluit en de ta
rieven en den maatregel van politie te wijzigen en dat volgens
's raads oordeel het verzoek niet voor inwilliging vatbaar is.
7. Voorstel van burgemeester en wethouders betrekkelijk de be
noeming van twee docenten voor de Fransche en Engélsche talen
aan het gymnasium.
De conclusie luidt om
A. Het raadsbesluit van den 24 April 1873 no. 16 te wijzigen
als volgt
1. te bepalen dat het onderwijs in de levende talen aan het
gymnasium zal worden gegeven door drie leerarenwaarvan
een zal worden belast met het onderwijs in de Fransche taal,
een met dat in de Engelsche taal en een met dat in de Hoog-
duitsche taal;
19