96 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 8 Augustus 1878. zigendat de groote zomervacantie werdt gesteld op 3 weken zoodat de geheele vacantietijd tengevolge de bijvoeging der Kerstweek even groot blijft. Spr. dient in verband hiermede navolgend amendement instrekkende om in art. 8 achter de woorden «groote vacantie" te lezenvan drie weken" en to rojjeren de woorden«en eindigende half Augustus". Dit amendement ondersteund zijndewordt in behandeling ge b ragt. De Voorzitter wenscht op te merken, dat do vacantie-tijd van dit jaar niet bjj de beoordeeling van het amendement als maatstaf dient te worden genomen. Dit jaar heeft men een buitengewoon laDge vacantiezulks in verband met het aan- cn in het gebouw der school te doen verfwerk. De heer Duparc moot opmerkendat het door den heer Troelstra ingediend amendement een nieuw punt betrefteen puntdat noch bij de schoolcommissie noch bij burgemeester en wethouders is overwogen. Het komt hom niet goed voor daaromtrent thans zoo voetstoots eea besluit te nemen. Hij weet weldat er ouders zijndie niet veel op hebben met ecne lange zomervacantie maar hij kent ook tal van ouders, die zich zeer goed daarbij kunnen neerleggen. Die vacantie begint in den regel even vóór of in de kermis, en nu gebeurt het dikwijls, dat de ouders, na de kermis óf met hunne kinderen een paar weken op reis gaan óf dezen nog eenigen tijd elders wenschen te laten vertoeven. Ook voor do onderwijzersvooral voor een hoofdon derwijzer aan eene school als de gemeenteschool no. 2 komt hem eene zomervacantie van vier weken niet te lang voor. Men moet inderdaad niet vergetendat het hoofd eener school steeds veel zorgen in het hoofd en geen gemakkelijke taak te vervul len heeft. Vier weken vacantie is werkelijk voor dezen niet te veel. Vermindert men do zomervacantie van de gemeenteschool no. 2 met eene weck dan gelooft hij dat de heer Trocistra consequent handelen en het nemen van gelijk besluit ook voor gemeenteschool no 3 voorstellen moet. Spr. zal echter casu quo, om dezelfde reden, ook daar tegen zijn. Spr. houdt hot er voordat de eenigzins langero vacantio van dit jaar den heer Troelstra mede tot indiening van het amendement heeft geleid dochzooals reeds door den Voorzitter is medegedeeld, het was dit jaar een geheel exceptioneel geval. De heer Troelstra moet even terugkomen op het beweerde door den heer Duparc, als zoude zijn amendement een mouw punt betreffen. Dit is niet het geval. Wij zjjn, zegt spr.. immers bezig met het wijzigen der bepaling omtrent den va cantie tijd en nu is een voorstel tot bepaling van den tijd der groote zomer-vacantie geheel passend. Hij weet, dat liet ook hieroven als straks is beweerd ten opzigte van het al of niet uitreiken van een getuigschrift aan leerlingen van de gemeen teschool no. 2 bij het verlaten dier schooleen punt is van persoonlijke appreciatie en dat de een 3 de ander 4 weken voor vacantietijd voldoende zal achten. Hij voor zich wil verklaren dat 3 weken vacantie genoegzaam is. Z i. is eene lange va cantie niet wenschelijk ook omdat vooral de jongste kinderen hoe langer zij van school zijndes te meer vergeten wat zij reeds bobben geleerd, dewijl er van onderwijs in huis weinig komt. Ook komt het hem voor, dat de onderwijzers, indien zij eene zomervacantie hebban van drie wekengeen roden tot klagen hebben. En zoo eindigt spr.men vergete nietdat bij aanneming van de gedane voorstellenden geheelon vacan tie tijd Dog dezelfde zal blijven, door dat de week van de zo mervacantie wordt teruggevonden in do kerstweek. Het door den heer Troelstra ingediende amendement wordt hierop in stemming gebragt en aangenomen met 8 tegen 6 stem men. Tegen stemden de heeren de With. KengersBrunger v. EijsiogaDuparc en van Slotcrdjjek. Hierna wordt art. 8 vastgesteld als door burgemeester en wethou ders en den heer Troelstra bedoeld, ter wij look worden goed gekeurd de door burgemeester en wethouders ten opzigto van art. 10,11 cn 14 der verordening voorgestelde wijzigingenstrekkende om Art 10. Te lezen als volgt: Do leerlingen worden verdeeld in acht klassen. Het onderwijs in de zes laagstö klassen wordt der wijze ge regeld dat het zich aansluit aan het onderwijs in de laagste klasse der rijks hoogere burgerschool. De twee hoogere klassen zijn bestemd tot voortzetting van meer uitgebreid lager onderwijs voor die leerlingen welke de hoogere burgerschool niet wenschen te bezoeken. De plaatsing van aankomende leerlingen en de overgang van de eene tot de andere klasse wordt door den hoofdonderwijzer, in overleg met de plaatselijke schoolcommissiegeregeld. Art. 11. De le alinea te vervangen door het volgende: In de week vóór de groote vacantie wordt eene openbare les gehouden welke door de ouders of voogden kan worden bij gewoond. De 2e alinea te doen aanvangen „Bjj die gelegenheid worden" enz. Art. 14. Het tijdstip van in werking treden der gewijzigde verordening te bepalen op 1 October 1878. Wordt opgemerkt dat door den heer Dliparc bij do be handeling van art. 11 der verordening een amendement werd ingediend, strekkende om te roijeren de laatste alinea van dat art. luidende „Zij die de geheele school hobbcn doorloopen en door den „hoofdonderwijzer die onderscheiding worden waardig gekeurd „ontvangen bij het verlaten der school een getuigschrift door de „plaatselijke schoolcommissie af to geven". Dit amendement na ondersteuning in stemming gebragtwerd echter verworpen met 9 tegen 5 stemmenvoor Btemden de heeren KuipersBrungerAtternaHommes on Duparc. Vervolgens wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming besloten goed te keuren do door burgemeester en wethouders voorgestelde wijzigingen van artt. 6,8,9. 11, 12 en 15 der verordening voor do gemeenteschool no. 3strekkende om aan art. 0 toe te voegen als 5o alinea Indien de kinderen de school zullen verlaten, moet daarvan minstens acht dagen te voren door hunne ouders of voogden aan de hoofdonderwijzeres schriftelijk kennis worden gegeven. Deze geeft hun van de ontvangst dier kennisgeving bewijs. Art 8. In de laatste alinea te lezen„eerste cn tweede klasse"in plaats van „eerste klasse". Art. 9. In do eerste alinea na de woorden „de Paasch- of Pinksterweek"te vermelden „de Kerstweek". Art. 11. De eerste alinea te lezen als volgt: De leerlingen worden verdeeld in zes klassen. Art. 12. De le alinea te lezen als volgt: In de week vóór de groote vacantie wordt cone openbare les gehouden welke door de ouders of voogden der leerlingen kan worden bijgewoond. I)e 2e alinea te doen aanvangen „Bjj die gelegenheid worden" enz. Art. 15. Het tijdstip van in working treden der gewijzigde verordening te bepalen op 1 October 1878. Wordt opgemerkt, dat bij do behandeling van art. 9 werd aangenomen cn wel met 9 tegen 5 stemmen een amendement van den heer T'rocistra,strekkende om evenals bij gemeen teschool no. 2, de zomervacantie te bepalen op drie weken. Tegen dit amendement stemden de heeron de With, Kengers, v. Ejjsinga Duparc en v. Sloterdjjck. Alsnu wordt aan do orde gesteld sub II der conclusie van het voorstel van burgemeester en wethoudersbetreffende wijziging van het besluit regelende de heffing van schoolgeldenvastge steld den 5 September 1871 cn laatstelijk gewjj/.igd den 1-1 Januari] 1875, en strekkende tot vaststelling van navolgend besluit: Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 8 Augustus 1878. De raad der gemeente Leeuwarden In aanmerking nemende dat het, in verband met de wijzi gingen aangebragt in de verordeningen voor de gemoentescho len nos. 2 en 3waarbij onder andereu het getal klassen io vermeerderd, noodzakelijk is wijziging te brengen in het be sluit, regelende de heffiug van schoolgelden voor onderwijs aan de openbare scholen voor lager en meer uitgebreid lager onder wijs en aan do openbare bewaarscholenvastgesteld den 5 Sep tember 1871en gewijzigd den 22 October 1874 en 14 Januarjj 1875. Gelet op het bepaalde bij de artikelen 3334 en 35 der wet van 13 Augustus 1857 St-iatsblid no. 103), zoomede op art. 232 der wet van 29 Junjj 1851 Staatsblad no. 85). Besluit Het raadsbesluit van 5 September 1871 bovenbedoeldnader te wjjzigen als volgt: In art. 1 te lezen Sub II aan do gemeenteschool no. 2: a. voor het onderwijs in de eorste en tweede klasse ƒ30. b. voor dat in de derde en vierde klasse - 40. c. voor dat in de vijfde tot de achtste klasse - 50. Sub III aan de gemeenteschool no. 3: a. voor het onderwijs in de eersto en tweede klasse f 20. b. voor dat in de derdo en vierde klasse - 30 c. voor dat in de vjjfde en zesde klasse - 40 In art. 2 do vermelding der klassen voer de scholen nos. 2 en 3 in overeenstemming te brengen met de omschrijving in artikel 1. De heer Duparc dient alsnu een amendement in, strekkende om te bepalendat als schoolgeld aan gcmoentcschool no. 2 zal worden geheven n. voor het onderwijs in de le en 2o klasse f 20. b. voor dat in de 3e en 4e klasse - 30. c. voor dat in de 5e en 6e klasse - 40 d. voor dat in de 7e en 8e klasse - 50. Dit amendement ondersteund zijnde, wordt in behandeling gebragt. De heer Wior3ma geeft te kennen, dat hoewel hjj heeft meegewerkt tot en zich geheel en al kan voreenigen mot de voorstellen van burgemeester en wethouders vervat in sub 1 der conclusie van hun voorstelhjj niet heeft meegewerkt tot het thans aan do orde zijnde voorstel omtrent de schoolgeld- heffing en wel omdat hij voor 4 jaartoen dezelfde zaak aan hangig was en is behandeldhjj zich daartegen heeft verklaard. Zijne opinie is niet veranderdin verband waarmede hij aan leiding vindt om voor het amendement van den heer Duparc te stemmen. Niemand verder over dit amendement het woord verlangende wordt het in stemming gebragt, doch verworpen met 8 tegen 6 stemmen; vóór stemden de heeren WiersmaKuipersTroel straHommesDuparc en van Sloterdjjck. Hierna wordt het geheele besluit onder onderdeel II dor conclusie van het voorstel van burgemeester en wethouders vermeld zonder hoofdeljjko stemming aangenomenovenals ook de conclusie :n zijn geheel. Tengevolge een en ander is besloten 1. In de verordeningen voor de gemeentescholen no 2 en 3 aan te brengen de hierna omschreven wijzigingen, als: a. Verordening voor de gemeenteschool no. 2 (Gemeenteblad no. 17 van 1874). Art. 5. De le alinea te lezen De toelating van nieuwe leerlingen geschiedt door de plaatse lijke schoolcommissie en heeft tweemalen 'sjaars plaats, name lijk 1 Januarjj en 1 Juljj. Als vjjfde alinea aan clit artikel toe te voegen Indien de kinderen dc school zullen verlatenmoot daarvan acht dagen te voren door hunne ouders of voogden aan den 97 Deze hoofdonderwijzer schriftelijk kennis worden gegeven, geeft hun van de ontvangst dier kennisgeving bewijs. Art. 6. In de 2e alinea to lezen: „l Januarij en 1 Julij", in plaats van „1 Juljj" en de woorden: „den volgenden cursus", te vervangen door „net volgende halfjaar". Art 7. In de laatste alineain plaats van „eerste klasse" te lezen „eerste en tweede klasse". Art. 8 In dit artikel achter do woorden„groote vacantio" te lezen „van drie weken"en te rojjeren de woorden „en eindigende half Augustus" en na de woorden„de Paasch- of Pinksterweek"te vermelden„de Kerstweek". Art 10. Te lezen als volgt De leerlingen worden verdeeld in acht klassen. Het onderwijs in do zes laagste klassen wordt derwijze ge regeld, dat het zich aansluit aan hot onderwijs in do laagste klasse der rijks hoogere burgerschool. De twee hoogere klassen zjjn bestemd tot voortzetting van moer uitgebreid lager onderwijs voor die leerlingen welke de hoogere burgerschool niet wenschen te bezoeken. De plaatsing van aankomende leerlingen cn de overgang van de eene tot de andere klasse wordt door den hoofdonderwijzer in overleg met de plaatselijke schoolcommissie geregeld. Art. 11. De le alinea to vervangen door het volgende: In de week vóór de groote vacantie wordt eene openbare les gehoudenwelke door de ouders of voogdon kan worden bij gewoond. De 2e alinea te doen aanvangen «Bij dio gelegenheid worden" enz. Art. 14. Het tijdstip van in werking treden der gewijzigde verordening te bepalen op 1 October 1878. b. Verordening voor de gemeenteschool no. 3 (gemeenteblad no. 11 van 1875). Art. 6. Aan dit artikel als 5e alinea toe te voegen Indien de kinderen de school zullen verlatenmoet daarvan minstens acht dagen te voren door hunne ouders of voogden aan de hoofdonderwjizeres schriftelijk kennis worden gegeven. Deze geeft hun van ae ontvangst dier kennisgeving bewjjs. Art. 8 In de laatste alinea te lezen«eerste en tweede klasse", in plaats van «eersto klasse." Art. 9. In de eersto alinea te vermelden achter de woorden «de Paasch- en Pinksterweek", «de Kerstweek" en achter de woordea «groote vacantie", «van drie weken" en in die alinea te rojjeren de woorden «en eindigende half Augustus." Art 11. De eerste alinea te lezen als volgt: De leerlingen worden verdeeld in zes klassen. Art. 12. De le alinea te lezen als volgt: In de week vóór de groote vacantie wordt eene openbare les gehouden welke door de ouders of voogden der leerlingen kan worden bijgewoond. De 2e alinea te doen aanvangen «Bjj die gelegenheid worden" enz. Art. 15. Het tijdstip van in werking treden der gewijzigde verordening te bepalen op 1 October 1878. II. Het besluitregolende de heffing van schoolgelden vast gesteld den 5 September 1871laatstelijk gewijzigd den 14 Janu arjj 1875, nader te wijzigen en daartoe vast te stellen het vol gend besluit De raad der gemeente Leeuwarden; In aanmerking nemende dat het, in verband met de wijzigin gen, aangebragt in do verordeningen voor de gemeentescholen nos. 2 en 3waarbjj o. a. het getal klassen is vermeerderd noodzakelijk is wijziging te brengen in het besluit, regelende do heffing van schoolgelden voor onderwijs aan de openbare scholen voor lager en meer uitgebreid lager onderwijs en aan de openbare bewaarscholen, vastgesteld den 5 September 1871 en gewijzigd den 22 October 1874 en 14 Januarij 1875. Gelet op het bepaalde bij do artikelen 33 34 en 35 der wet

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1878 | | pagina 4