Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 13 Julij 1882.
als tijdelijk directeur aangewezendoch daarvan terstond
bij brief keniiis gegeven aan burgemeester en wethouders,
met de bijvoeging, dat zij zich vleide, dat de handeling de
goedkeuring van het collegie zou wegdragen en die goed
keuring is verleend.
Spr. zal den heer Wiersma niet volgen, waar deze sprak
over de inzending der begrooting voor de gasfabriek. Alleen
dit: Gaat het wel aan op heden, den 13 Julij,iemand een grief
te maken van iets, dat slechts eene griet kan zijn als de 15
Julij voorbij is Het allerminst echter zou zoodanige grief
mogen worden vernomen van wege burgemeester en wethouders
die zij het dan tengevolge van exceptionele toestanden meer
malen een termijn, hetzij met de aanbieding der rekening of
begrooting, hetzij met andere zaken overschrijven. Toen hij
straks er van sprakdat voor de leden van het dagelijksch
bestuur de boeken ten allen tijde geopend liggen, dan heeft
hij daarmede bedoeld niet de boeken der fabriekmaar die der
gascommissie. Die commissie maakt van haar zaken zoo weinig
een geheim, dat zij hare boeken heeft gedeponeerd ten stad-
huize en het een secretarie-ambtenaar is, die ze aanhoudt.
De heer Troelstra moet zich op grond van de wet scharen
aan de zijde van hen, die in de verordening geen sprake
willen hebben van de verpligte benoeming door den raad van
een tweede lid van het collegie van het dagelijksch bestuur.
Het komt hem voordat moge zoodanige bepaling volgens
den Voorzitter al niet in strijd zijn met de letter van de wet,
zeker toch wel met haren geest. Het betreft hier eene com
missie van bijstand, door burgemeester en wethouders ge
vraagd en nu is in het laatste lid van art. 54 der gemeente
wet de band aaugegeven, welke tusschen die commissie en
laatstgemeld collegie moet bestaan. Die band is dat de bur
gemeester of een der wethouders steeds voorzitter der com
missie is. Meer niet.
De voorzitter wordt ook niet door den raadmaar door
burgemeester en wethouders zelf aangewezen. En heeft de
raad nu tot dusver steeds een tweede lid uit dat collegie in
de commissie benoemd, dan was dit niet als zoodanig, maal
ais gewoon lid van den raad.
Spr. kan ook niet het practisch nut inzien van eene bepa
ling, als burgemeester en wethouders wenschen. De Voor
zitter der commissie kan als lid van het dagelijksch bestuur
steeds toeziendat de commissie steeds blijve binnen de perken
barer bevoegdheid en door de commissie zamen te roepen
zoo dikwijls hij dit noodig oordeelt, zorgen dat alles zijn ge-
regelden loop hebbe.
Hierna worden de algemeene beraadslagingen gesloten en
art. 1 van de ontwerp-verordening aan de orde' gesteld.
Dit artikel, luidende: „Art. 1. Er is eene commissie,
ten einde burgemeester en wethouders bij te staan in het
beheer der gemeentelijke gasfabriek," wordt onveranderd
vastgesteld.
Bij art. 2 dient de heer Duparc een amendement in strek
kende om dat artikel te lezen: „Art. 2. De commissie be
staat buiten den burgemeester of een der wethouders als
voorzitteruit vier raadsleden.
Dit amendement, ondersteund zijnde, wordt in stemming
gebragt en aangenomen met 15 tegen 2 stemmendie van
de heeren Wiersma en Rengers.
De Voorzitter deelt mededat burgemeester en wethou
ders na de gevallen beslissing de zaak gaarne nog eens tot
zich willen nemen waarom hij voorstelt de verdere behan
deling te schorsen. Dienovereenkomstig wordt besloten.
Hierna wordt de vergadering door den Voorzitter gesloten.
-2
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 27 Julij 1882.
65
Vergadering van Donderdag 27 Julij 1882.
Tegenwoordig 18 leden.
Afwezig de heeren mr. J. Minnema Bumamr. C. W. A.
Buina en D. van Goensallen met kennisgeving.
Voorzitterde burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 13 Julij j.l. gehouden
vergadering worden gelezen en onveranderd vastgesteld.
II. Wordt ter tafel gebragt
1. Het rapport der raadscommissie, belast geweest met een
onderzoek der rekening van het nieuwe stads weeshuis 5
dienst 1881.
De commissie stelt hierbij voor, de rekening goed te keuren,
ontvangst tot een bedrag ad ƒ30,363.52, in uitgaaf tot
een som van 28,084.24 en alzoo het batig slot vast te stellen
|op een bedrag van ƒ2279.28.
Ter visie gelegd om in eene volgende vergadering te worden
behandeld.
2. De begrooting der stads armenkamerdienst 1883.
In handen gesteld van de heeren v. Harinxma thoe Slooten,
van Goens en Andrese ten fine van onderzoek en rapport.
3. Een voorstel van burgemeester en wethoudersom aan
F. de Vries op zijn verzoek, met ingang van 13 September
|e.k.eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan gemeen
teschool no. 2.
Ter visie gelegd om in eene volgende vergadering te worden
(behandeld.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders om in
egten op te treden tegen een eisch van den aannemer van
bet beurs- en waaggebouw mr. A. J. Taverne.
Ter visie gelegd om in eene volgende vergadering te wor-
len behandeld.
5. Een adres van den heer L. Nautaleeraar aan het gym
nasium alhiertot wijziging der verordening op de heffing
van schoolgeld aan genoemde inrigting.
I Om prae-advies gesteld in handen van burgemeester en
■wethouders
I III. Wordt medegedeeld
I 1. Dat de heer dr. E. O. Houtsma zijne benoeming tot
lid der commissie van toezigt op het lager onderwijs heeft
mgenomen.
2. Dat aan den burgemeester verlof tot afwezigheid is ver
leend gedurende de maand Augustus e.k.
3. Dat door het bestuur der vereeniging „de Ambachts
school" is voldaan aan de voorwaardesub c van het raads
besluit van 2 Junij 1.1.tot toekenning eener verhoogde subsidie
enz.ten behoeve van die inrigting.
4. Dat voor de leden ter visie is gelegd het proces-verbaal
van de op 24 Julij j.l. gehouden verificatie van de kas en
boeken van den gemeente-ontvanger.
5. Dat door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd het raads
besluitwaarbij aan den heer mr. J. Minnema de With ver
gunning is verleend tot het bouwen van een schiphuis in eene
sloot nabij de der gemeente behoorende zathe en landen op
W ij 1 aard erburen.
IV. Verder deelt de voorzitter mede, dat burgemeester en
wethoudersin verband met de ongesteldheid van den ge
meente-ontvanger verzoeken eenigen tijd voor diligent te
worden gehouden ten aanzien van de indiening der gemeente
rekening, dienst 1881.
Zonder discussie wordt de verzochte diligentverklaring verleend.
V. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten
1. Voorstel van burgemeester en wethouders op het adres
van J. G. Nijh om eervol ontslag als onderwijzer aan gemeente
school no. 6.
Met ingang van 27 Augustus e.k. wordt het gevraagd eervol
ontslag verleend.
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot ontbinding
der huurovereenkomst tusschen de gemeente en B. U. Schaap
van eene zathe en landen aan het Kalverdijkje
De conclusie van dit voorstel luidt
a. de huurovereenkomst, den 23 November 1878 gesloten
met B. U. Schaap voor den tijd van zeven jaren, ingegaan
den 5 Maart 1879 en 12 Mei a. v., met den 5 Maart 1883
en 12 Mei a. v. te ontbinden
b. burgemeester en wethouders te magtigende zathe en
landen aan het Kalverdijkje bij besloten briefjes voor den tijd
van zeven jaren te verhuren, in te gaan den 5 Maart 1883
en 12 Mei a. v. tot gelijke tijdstippen in 1890.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Hierna wordt de vergadering door den voorzitter gesloten.
17