140 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 28 December 1882. keuring van heeren gedeputeerde staten. Burgemeester en wethouders te magtigen met 12 Mei 1883 op nieuw onder- houds voor den tijd van één jaar in huur af te staan aan H. Lavermande scheepstimmerwerf c. a. op Oldegaliieën, no. 229, voor ƒ117 'sjaars; H. Weidijk, het huis Doelestraat, no. 1voor 150'sjaars W. H Janssenhet huis Groote Hoogstraatno. 24voor 225 'sjaars; D. Draper, het huis Bagijnestraatno. 01, voor ƒ117 per jaar M. Hageman, het huis St. Jacobstraatno. 35, voor 475 'sjaars J. W. H. Schreurehet huis Kruisstraat, no. 25, voor ƒ300 'sjaars; J. Bruinsma, het huis Posthoornsteegno. 13, voor ƒ25 'sjaars; W. Klebach, het huis Bagiinekloosterno. 7 voor 57 20 's jaars A. Medendorp, het huis Oostersingel, no. 110, voor 54.80 'sjaars; J. A. Sluizer, het huis Oostersingel, no 108, voor 78 'sjaars Gezs. Bleeker, het huis liaadhuisstraatjeno. 3, voor 130 'sjaars; J. Goor, het huis Noorderplantage, no. 3, voorƒ78 'sjaars; K. Bosma het huis Oldegaliieën, no. 40 en 32voor ƒ91 'sjaars; W. Wijlgenbosch het huis Oldegaliieën, no. 34, voor ƒ57.20 'sjaars 5. v. d. Heide, het huis Oldegalileëu, no. 36, voor f 57.20 'sjaars WedvdHeide, het huis Oldegaliieën, no. 38, voor 5720 'sjaars; B. Ornbacheene plek grond op het Oldehoofsterkerkhof voor ƒ2.50 'sjaars; E. van Zuijleneene plek grond aan de St Anthonijstiaat voor 50 'sjaars, en WBeintemaeen perceel bouwland op Oldegalileëu voor ƒ180 'sjaars. Conform deze conclusie wordt besloten 6. Voorstel van burgemeester en wethouders tot toekenning van eervol ontslag aan den onderwijzer J. Jolmers. Dienovereenkomstig wordt besloten aan J. Jolmers, op zijn daartoe gedaan verzoek, eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan gemeenteschool no 8, in te gaan 1 Febru ary 1883. 7. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verbouwing en verandering van bestemming can schoolgebouwen. Hierbij wordt voorgesteldvoorbehoudeus goedkeuring van gedeputeerde staten te besluiten: I. Het gebouw aan het Tournooiveldthans in gebruik als hulplokaal voor de gemeenteschool no. 9 in te rigten eu te bestemmen tot le bewaarschool. 2. De localen, thans in gebruik als le bewaarschoolaan die bestemming te onttrekkenze te voegen bij de drie loca len der gemeenteschool no9 en het geheele gebouw voortaan te bestemmen tot gemeenteschool no. 9. 3. De oude gemeenteschool no. 8 op de Put, nadevoltooi- jing van den verbouw van school no9 te onttrekken aan de bestemming van school voor openbaar lager onderwijs en dat gebouw in te rigten en te bestemmen tot gymnastiekschool 4. De localen tot nu toe in gebruik als gemeenteschool no. 6, aan die bestemming te onttrekken, die te vereenigen met de localen der bestaande gemeente-bewaarschool no. 2 en het geheele gebouw voortaan voor die inrigtiug te bestemmen. Door den heer vaa Harinxma thoe Slooten wordt medegedeeld, dat burgemeester en wethouders punt 4 der conclusie in dier voege wijzigen dat dit punt luidt „De localen tot nu toe iu gebruik als gemeenteschool no. 6, tijdelijk te bestemmen tot vervanging van de thans in gebruik zijnde hulpschool." Tot toelichting dezer wijziging wordt opgemerkt, dat ze is Ontsproten uit de omstandigheid dat het getal kinderendat met 1 Januarij de school gaat verlatenop verre na geen ge lijken tred houdt met het getalwaarvoor plaatsing op de school is verzocht. Zooals de raad bekend isschrijft de v3rordening voor, dat men voor verzoeken als laatstbedoeld, zich minstens 8 dagen voor den aanvang van den nieuwen cursusmoet aanmelden en nu is het gebleken, dat wordt niet tot den voorgestelden maatregel beslotener een 140-tal kiuderen van onderwijs zullen verstoken blijven. Dit wenscht men te voorkomen Aannemende dat de hier bedoelde kinderen op 6 jarigen leef tijd op school komen en haar met hun 12e jaar weder ver laten is het geheele onderwijs voor hen een zesjarigen cur sus en van dien cursus moetal was het dan ook maar een half jaar, niets worden afgenomen. Daartoe bestaat indezen ook volstrekt geen bepaalde noodzaakomdat bij aanneming der gedane voorstellen een schoolgebouw met meubels dispo nibel wordt. Men kon vooraf niet weten, voor hoeveel kin deren plaatsing op de scholen zou worden gevraagdvan daar dat de wyziging zoo ter elfde ure komt. Punten 12 en 3 der conclusie worden hierna achtereen volgend aangenomen. Bij punt 4 vraagt de heer de la Faillewaar dan iu de toekomst de kinderen zullen worden geborgendie men nu tijdelijk in de oude gemeenteschool no. 6 wil plaatsen. Kun nen deze te zijner tijd in het schoolgebouw aan den vijver plaats erlangen en zoo jazal dan aan de localen der oude gemeenteschool no. 6 de bestemming worden gegevenwelke primitief door burgemeester en wethouders was voorgesteld Wanneer het vooruitzigt bestaat dat deze zaak spoedig zal kunnen worden geschiktdan bestaat bij spr. geen bezwaar maar hij zou met het oog op de sedert geruimen tijd ge bleken behoefte aan verruiming der localiteit van de gemeente bewaarschool no. 2ongaarne ziendat er veel tijd verliep alvorens in die behoefte werd voorzien. De heer v. Harinxma thoe Slooten kan iu antwoord op de gedane vraag mededeelen dat de tegenwoordige ge meenteschool no. 11 in het Hofstraatjehoofdonderwijzer de heer bij de Leijop 1 October j 1 werd bezocht door 45 jongens en 66 meisjes, '/.amen dus door 111 kinderen. Die school zal worden vervangen door een nieuw schoolgebouw waarin 368 kinderen plaats kunnen vinden In die nieuwe school zullen dus de kinderendie men nu tijdelijk iu de oude gemeenteschool no. 6 wenscht te plaatsen kunnen wor den geborgen. Bovendien zullen ook de localen van gemeenteschool no. 9 in den Boterhoek, hoofdonderwijzer de heer Boddé, worden verdubbeld, zoodat daa ook daar belaugrijk meer kiuderen plaats zullen kunnen vinden. Verslag der handelingen ran den gemeenteraad te Leeuwarden van den 28 December 1882. 141 Spr. durft niet verzekeren of men met Julij 1883 niet voor betzelfde feit zal staan, als waarvoor men thans staat, want ten allen tijde staat men aan teleurstellingen als in dezen blootinaar hij vleit zichdat vooral de nieuwe school aan den vijver vooreerst wel in de behoefte zal kunnen voorzien. Het gewijzigd punt 4 der conclusie wordt hierna onver anderd aangenomen, evenals daarna ook het voorstel in zijn geheel. 8. Voorstel van de verordening-commissie tot geldigverkla ring van strafverordeningen. (Zie bijlage no. 25 van het verslag van 's raads handelingen.) Na eenige bespreking tusschen den heer Oosterhoff en den Voorzitter omtrent de wijze van behandeling, merkt de heer v. Harinxma thoe Slooten opdat de commissie in haar voorstel zegtdat het haar is geblekendat er behoefte be staat aan aanvulling en verbetering van meer dan één veror dening dat zij zich had voorgesteld dit jaar een herzieniugs- ontwerp aan te bieden doch dat omstandigheden van bijzon deren aard haar verhinderd hebben reeds nu het resultaat der gehouden besprekingen mede te deelen. De commissie heeft die omstandigheden van bijzonderen aard niet vermeld, doch spr. zou aannemende dat er werkelijk goede redenen van de verhindering hebben bestaan die gaarne hebben verno men want het geldt hier z. i. eene afwijking van het be paalde in artt. 177 en 178 der gemeentewet. Art. 177 toch bepaalt, dat door de in art. 166 bedoelde commissie, of waar deze niet bestaatdoor burgemeester en wethouders aan houdend onderzocht wordt, aan welke van de bepalingen der plaatselijke verordeningentegen wier overtreding straf is bedreigd voortdurende kracht is toe te kennen en van de uitkomsten van dit onderzoek jaarlijks aan den raad verslag gedaan; terwijl art. 178 bepaalt, dat ten minste eenmaal in de 5 jaar de raadtengevolge eener algemeene herziening verklaart welke der verordeningen nog gelden. De Voorzitter vestigt de aandacht op hetgeen verder in het voorstel is vermeldnl. dat het het voornemen der commissie is in het begin van het volgende jaar de noo- dige voorstellen tot aanvulling en verbetering van sommige verordeningen te doen. In afwachting daarvan is het ont werp-besluit tot geldigverklaring van de bestaande strafver ordeningen aangeboden De heer Oosterhoff verklaart niet te kunnen medewerken tot eene op nieuw geldigverklaring van de verordening op de huizen van ontucht en de publieke vrouwen vooral met het oog op de regeling van het onderzoek van laatstgenoem den. Hij wenscht echter niet in eene breedvoerige uiteen zetting zijner bezwaren te tredenomdat over de onderwer- pelijke zaak reeds zooveel is gesproken en geschrevendat men alligt in herhaling zou vervallen. Zijn doel is alleen om zijne stem te motiveren. In beginsel is spr. tegen eene wettelijke regeling der prostitutiedoch dit daargelaten. Het iszooals hij zoo even reeds te kennen gafvooral het on derzoek waartegen hij bezwaren heeft. In de eerste plaats is dat onderzoek niet geheel onpartijdig. Immers het treft alleen de vrouwenterwijl de mannen ongemoeid worden gelaten. In de tweede plaats betwijfelt spr. zeer of de heil zame gevolgenwelke de voorstanders er zich van voorstel len in werkelijkheid wel worden bereikt. Ook is het zeer de vraag, of de clandestine prostitutie wel na en door de invoering der wettelijke regeling is verminderd. En waar nu de heilzame gevolgen, die men zich van de toepassing der verordening heeft voorgesteld, naar zijne be- bescheiden meening, öf in het geheel niet, of slechts in ge ringe mate worden gezien, maar daartegenover, door de toe passing het schaamtegevoel der publieke vrouwenzij het dan ookdat het reeds zoo laag is gedaaldgeheel wordt wegge nomen, daar kan hij zijne stem niet geven aan de opnieuw geldig verklaring der bedoelde verordening. De heer van Sloterdijck, ofschoon misschien eenigzina tredende in do regten van den voorzittermeent toch te moeten opmerken, dat het punt door deu heer Oosterhoff ter sprake gebragtniet aan de orde is. Er is hier in behandeling een ontwerp-besluit tot geldig verklaring der bestaande strafver ordeningen. Dat ontwerp bevat slechts één artikel, niet voor splitsing vatbaar. Het voorstel is gedaan ter voldoening aan de betrokken bepaling der gemeentewet. Heeft men bezwaar tegen de een of andere verordening, dan geeft de behandeling van een voorstel als dit geene gelegenheid tot het doen intrekken van zoodanige verordening. Bij het voorstel der commissie kan eene beoordeeling der verordeningen niet worden toegelaten. Het is immers een feitdat de daarin genoemde verordeningen op wettige wijze in het leven geroepen en nog niet ingetrokken zijn. Alszoodanig moesten zij op de lijst worden vermeld. In verband hiermede zoude het ook wenschelijk geweest zijn, dat het voorstel der commissie tot intrekking der beurtveerre- glementen eerst ware behandeld geworden. Immers die re glementen zijnzoolang ze niet zijn ingetrokkennog gel dende strafverordeningen en behoorden dus ook nog in de ver ordening tot geldigverklaring vermeld te zijn geweest. Niet aan spr. is echter de regeling van de rangorde der punten van den oproepingsbrief en waar het voorstel tot intrekking van de beurtveer-ieglementen nu onmiddellijk op het onder- werpelijk punt zal volgen en vrij zeker niet veel tegenspraak zal ondervindenzal men maar wel doen met de gestelde orde genoegen te nemen Spr. kan den heer Oosterhoff mededeelendat men hier min of meer in gelijke positie verkeert als bij de behande ling der gemeentebegrooting. Ook daarbij wordt niet inci denteel behandeld of b. v. de jaarwedde van eenig ambtenaar al dan niet voldoende is. Meu heeft in dezen te doen met een administratieven maatregel en bij de behandeling daarvan is niet aan de orde eene appreciatie der verschillende veror deningen waarvan op nieuw de geldigverklaring moet wor den uitgesproken. De Voorzitter deelt geheel de zienswijze van den heer van Sloterdijck en heeft den heer Oosterhoff het woord gege ven niet wetendedat deze iu eene beoordeeling van de waarde der verordening zoude tredendie thans niet aan de orde is. De heer Oosterhoff bedankt voor de gegeven inlichting. Hij was van meeningdat men door medewerking tot het op nieuw geldig verklaren van de bestaande strafverordeningen t ook geacht werd zijne adhaesie aan die verordeningen te schenken. Die opvatting is hem nu gebleken minder juist te zijn. Hierna wordt conform het voorstel der raadscommissie vast gesteld navolgend P BESLUIThoudende geldigverklaring van de bestaande verordeningentegen welker overtreding straf is bedreigd. 3 De raad der gemeente Leeuwarden,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1882 | | pagina 4