4 150 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 28 December 1882. waarvan de geachte vorige spreker in eene andere betrekking waarschijnlijk zelf heeft medegewerkt. Maar er is nog altijd regt van reclame bij den koningen nu mogen sommigen het betreuren, dat thans de beide eerste instantiën, reclame bij den raad en bij ged. staten, zijn verloopende vraag is of het hier, gelijk in het algemeen, wel zoo kwaad isdat de regtzoekenden terstond tot den hoogsten regter komen zonder vooraf allerlei instantiën te hebben moeten doorloopen. De aan den koning te rigten bezwaren zullen in ieder geval toch wel aan het oordeel van den raad worden onderworpen. De koning stelt het aan hem gerigt verzoek in handen van den minister, deze weer in handen van ged. staten, deze op hun beurt in hauden van den gemeenteraadzoodat de beide collegies, die anders in le en 2e instantie regt zouden hebben gesproken, toch over de zaak worden gehoord. Spr. acht eindelijk nog een handelenvolgens het einddoel der motieniet zonder gevaar. Moet er lateringevolge den staatworden opgetreden om een onwilligen ondeihoudpligtige tot zijn pligt te brengen, hij zou welligt in verzet kunnen komen en dit wel eens kunnen zien goedgedaanop grond dat de staat niet was vastgesteld op de wijze, bij het reglement voorgeschreven. De Voorzitter ziet geen kans, om de commissie omtrent dit principieel verschil van zienswijze te doen veranderen. Hij zal daarom niet meer over de zaak uitweiden. Alleen wil hij nog opmerken dat het hier geen verzoek om remissie of absolutie van bepalingen van het provinciaal reglement betreftmaar eenvoudig eene poging om ongedaan te maken wat verkeerd of althans zeer onvolledig is en daarvoor in de plaats te stellen iets betersiets volledigs. Spr. weet niet of tegen dit laatste bezwaren bestaanmaar in ieder geval zou hij dat liever hooren van ged. staten dan van den raad. Blijkt het dat eerstgenoemd collegie van gelijk gevoelen is als de heeren Duparc en van Sloterdijck, welnu dan zal er niets anders overblijven dan te handelen overeenkomstig de voorstellen der commissie. Nadat verder nog eenige bespreking had plaats gehad tus- schen den heer Troelstra en den voorzitterwordt de motie van laatstgenoemde in stemming gebragt en verworpen met 15 tegen 5 steramen, die van de heeren BruinsmaRengers Suringar, Wiersma en van Eijsinga. Tengevolge deze beslissing wordt de conclusie van het rap port der commissie aan de orde gesteld, luidende: 1. Aan burgemeester en wethouders te kennen te geven, dat de raad a. op de sub II aangevoerde gronden zich onbevoegd acht, zoowel om den staat op nieuw vast te stellen als om op de ingediende bezwaarschriften eene beslissing te nemen b. overtuigd van de gegrondheid van de op- en aanmer kingen van ged. staten van oordeel isdat aan dezen de bij raadsbesluit van 24 April 1879 vastgestelde staat behoort te worden teruggezondenonder bijvoeging van de noodige in lichtingen in zoodanigen vorm als burgemeester en wethou ders zullen dienstig achten; c. ten aanzien van de ingediende bezwaarschriften verwijst naar het bij dit verslag gevoegd advies. 2. Aan de reclamantenieder in het bijzonder te berig- tendatna de vaststelling van den staat van waterstaats werken bij raadsbesluit van 24 April 1879 voor hen het middel van reclame bij den raad niet meer bestonddoch bij de nadere behandeling der zaak op hunne bezwaren is gelet. Van punt 1 dezer conclusie worden ouderdeelen a en b zonder discussie onveranderd vastgesteld. Omtrent onderdeel c heeft eenige bespreking plaats tus- schen den voorzitter en den heer Duparc welke laatste doet opmerkendat de raad geenszins op de reclames beschikt. Alleen wordt voorgesteldeen advies aan burgemeester en wethouders te gevenwaarvan zij op hunne beurt, desuoodig kunnen gebruik maken voor het door burgemeester en wet houders aan ged. staten te verstrekken advies. Er is zelfs geen zweem van beschikking, trouwens geheel in het stelsel der commissie. Hierna wordt ook onderdeel c van punt 1 aangenomen evenals ook punt II en later de conclusie van het rapport in haar geheel. 14. Vaststelling van het 3e suppletoir kohier der directe belasting op het inkomen. De Voorzitter doet in verband met dit punt de openbare zitting in eene met gesloten deuren overgaan. Bij heropening der openbare zitting wordt vastgesteld na volgend besluit: De raad der gemeente Leeuwarden Gezien het door burgemeester en wethouders opgemaakte 3e suppletoir kohier van de directe belasting op het inkomen ten behoeve dezer gemeente, over het dienstjaar 1882; Gelet op art. 264 der gemeentewetzooals dat is gewijzigd bij de wet van 28 Junij 1881 Stblno. 102); Gelet op de besluiten dezer vergadering van den 3 Novem ber 1881, waarbij is bepaald, dat voor het dienstjaar 1882, 3.52 ten honderd van het belastbaar inkomen zal worden ge heven en van den 19n April 1882waarbij ten aanzien van het primitief kohier dezer belasting is bepaalddat van het bedrag der aanslagen 97 pet. zal worden ingevorderd; Besluit: 1. Het derde suppletoir kohier van de directe belasting op het inkomen ten behoeve dezer gemeente over het dienstjaar 1882na daarin aangebragte wijzigingen vast te stellen op een belastbaar inkomen van 19,255.93 Va en het totaal der aanslagen op ƒ677 81. 2 Te bepalen dat van het bedrag der aanslagen 97 pet. zal worden ingevorderdtengevolge waarvan zal worden ge- ind eene som van 657.47Va- 3. De aanslagen invorderbaar te stellen in drie termijnen, vervallende op 30 Januarij, 28 Februarij en 31 Maart 1883. De vergadering wordt hierna gesloten. Voordragt ter benoeming van een onderwijzer aan gemeenteschool no. 5. Benoeming van A. Veenstra. x r Voordragt ter benoeming van een onderwijzer aan gemeenteschool no. O. Benoeming van E. Meijer. Voorstel tot tijdelijke benoeming van een 2e onderwijzeres in de gymnastieK. Besluit. Voordragten ter benoeming Tan eene onderwijzeres en een onderwijzer aan gemeenteschool no. 6. Benoeming van W. Grosjean en S. Heringa. Voorstel tot benoeming van mej. N. T. Hoogewerft als onderwijzeres in he handteekenen aan gemeenteschool no. 3. Benoeming. Berigt van aanneming der benoeming. Voordragt ter benoeming van een onderwijzer aan gemeenteschool 110. 8. Benoeming van T. Nawijn. Onderwijs. (Lager) b. Ontslag van Onderwijzers. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan J. van Dijk als onderwijzer aan gemeenteschool no. 2. Ontslag verleend. Besluit tot het verleenen van eervol ontslag aan mej M. Hempemus, als on derwijzeres aan gemeenteschool no. 8. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan de onderwijzeres J. Visser. Besluit. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan E. Dragtals onderwijzer aan gemeenteschool no. 4 Besluit. Besluit tot het verleenen van eervol ontslag aan mej. L. V. de Grave, als on derwijzeres aan gemeenteschool no. 3. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan J. Nieuwenhuisals onder wijzer aan gemeenteschool no. 7 Besluit. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan G. Nijk, als onderwijzer aan gemeenteschool no. 6 Besluit. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan F. de Vries, als onderwij zer aan gemeenteschool no. 2. Besluit. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan A. Ploegsma, als onderwij zer aan gemeenteschool no. 5. Besluit. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan den onderwijzer aan gemeen teschool no. 8, J. Jolmers. Besluit. Besluit tot het verleenen van eervol ontslag aan O. Sijtstra, als onderwijzer aan gemeenteschool no. 6. Onderwijs. (Lager) c. Diversen. Voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek van de hoofdonder wijzeres aan de gemeentebewaarschool no. 1 om verhooging van jaarwedde. Afwijzing van liet verzoek. Dankbetuiging van N. Schuitemaker en A. Hogenhuis voor hun toegekende verhoogingen No. of Afd. Bladz. letter. 14 September 28 28 12 October 12 20 20 9 November 9 18 28 December 14 28 12 Januarij 26 20 23 Maart 13 April 11 Mei 25 11 8 Junij 22 13 Julij 27 27 10 Augustus 24 7 September 14 December 28 28 September 12 Januarij 26 12 11 3 73 IV 4 80 II 0 77 IV 3 'U. 92 11 5 85 IV 5 104 II 12, 13 1 99 IV 1 io, ii 111 II 3 107 IV 1 115 II 2 135 II 11 131 IV 12 140 II 2 1 IV 3 7 - 4 7 II 3 21 IV 1 1 26 n 1 35 IV 1 37 3 36 II 2 45 IV 1 53 II 2 57 V 1 65 II 3 05 IV 1 07 II 5 09 IV 2 71 II 7 131 IV 6 140 J! 3 80 II 1 IV 5 7 III 3d 1 2

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1882 | | pagina 9