92
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 25 October 1883.
iaar slechts 5 zullen zijn, die aanspraak op de verhooging hun
ner jaarwedde met ƒ50 hebben, men over dat bezwaar moet
heen stappen, ter wiile van de meerdere stabiliteit, welke bij
het politiepersoneel zal worden verkregen.
De heer Troelstra acht verdere toelichting van zijn voor
stel eigenlijk overbodignu het blijkt van verschillende zij
den zoo krachtig te worden gesteund. Toch nog eene enkele
opmerking en wel dezedat men hetzelfde stelselwat thans
door spr. wordt voorgesteld, ook heeft toegepast op de jaar
wedden der ambtenaren ter secretarie. Ook te dien opzigte
heeft men burgemeester en wethouders door het stellen van
een minimum en een maximum gelegenheid gegeven om de
ambtenarendie huns inziens daarvoor in aanmerking komen,
zoo successivelyk eens te verhoogenzonder dat er gelegenheid
tot rang-opklimming bestaat.
Spr. gaat voorts uit van de meening, dat de politiedienaren
op proef worden aangesteld en dat hen die blijken geheel
ongeschikt te zijn een termijn wordt gesteld, b.v. van een jaar,
binnen welken zij naar wat anders moeten omzien. Met het
oog hieropmag dan ook gerust worden aangenomendat
zijdie 5 jaar politie-agent zijn geweestde leerjaren achter
den rug hebben en wel voor hun taak berekend zijn. Den
zoodanigen mag dan ook wel eene verhooging van 50 wor
den toegekend.
De heer Bruinsma wenschtwaar de heer de la Faille
over voeding heeft gesproken, te dier zake eene kleine mede-
deeling te doen. Voor drie jaar ongeveer heeft spr. over de
volksvoeding in Friesland als rapporteur een rapport opge
maakt, dat door de commissie aan den gezondheidsraad des
tijds is ingediend. Ten einde zich daarbij zooveel mogelijk
op zuivere toestanden te baseren, heeft hij van verschillende
personenzooals arbeidsliedenpolitie-dienaren en andere
kleine ambtenaren, opgaven gevraagd van hetgeen zij zoo voor
voeding konden besteden. Uit die opgaven bleek in het al
gemeen, dat soortgelijke beambten zooveel voor woninghuur,
belasting, olie, zeep, turf, kleeding, koffie, thee, enz. enz.
noodig zijn, dat zij slechts een zeer gering bedrag van hun
weekgeld overhoudenop verre na niet voldoende voor eene
voeding als wel de hygiene vordert. Hij zal zich daarom
wel met de voorgestelde verhooging kunnen vereenigenook
voor de politiedienaren 3e klasse. Ten opzigte van dezen heeft
hij slechts een bezwaar en wel dit, dat de commissaris van
politie en de burgemeester wel eens voor een moeijelijk dilemma
kunnen komen te staanwanneer het n.l. blijktdat er onder
hen, die 5 jaar dienst hebben, zijn die te goed zijn om ont
slagen en te slecht om verhoogd te worden.
'De heer Dirks, die zich wel met de verhooging voor de
3e klasse agenten kan vereenigen, zou gaarne van den heer
Troelstra de reden vernemen waarom hij ten opzigte der agen
ten 2e klasse in plaats van ƒ580, ƒ600 heeft voorgesteld.
De heer Troelstra zegt hierop, dat zijn doel tweeledig
is. Ten eerste meent hij, dat waar er slechts 3 agenten le
klasse zijn, en 9 tweede, de jaarwedde der laatsten als
norm moet worden aangenomen en dan vindt hij ƒ600 niets
meer dan billijk. Bevordering tot politie-dienaar le klasse is
als het ware een witte raaf.
Dan heeft hij eene zooveel mogelijk gelijke opklimming
willen tot stand brengen. "Volgens zijn voorstel toch zullen
de agenten 3e klasse ƒ500 en na vij^arigen dienst 550 heb
ben de agenten 2e klasse 600 en de agenten le klasse 650.
Hierna wordt in stemming gebragt het voorstel van den
heer Troelstra om de jaarwedden der agenten 2e klasse tot
ƒ600 te verhoogen.
Met 17 tegen 4 stemmen wordt dit voorstel aangenomen.
Tegen stemden de heeren DirksPlantengaRengers en van
Harinxma thoe Slooten,
Vóór dat het 2e punt in stemming wordt gebragtnl. om
de jaarwedden der agenten 3e klasse met 50 te verhoogen
na vijfjarigen dienstherinnert de heer Duparc aan liet
verschil van opvattingdat vroeger eeus over soortgelijke
bepaling is gerezen. Spr. doelt hier op de bepalingkrach
tens welke onderwijzers, hoofden van scholen na 12 Vs-jarigen
dienst ƒ100 en na 25-jarigen dienst weder ƒ100 verhooging
van bezoldiging erlangen. Men verschilde toen in meening
of die bepaling betrekking had alleen op de onderwijzers
na het tot stand komen der bepaling in functie getredenof
ook op hendie reeds in functie waren en reeds tal van
dienstjaren telden m. a. w. of de bepaling eene terugwer
kende kracht had al dan niet. Nu gelooft spr. wel, dat
het de bedoeling van den geachten voorsteller is, om de
thans in functie zijnde agenten 3e klasse in de verhooging
te doen deelen, maar toch zou hij in overweging wenschen
te geven, dit door eene ondubbelzinnige redactie te doen
uitkomen.
De heer Troelstra erkent, dat het wel degelijk zijne be
doeling is de tegenwoordige politie-dienaren al dadelijk in het
genot van de bepaling te stellen. Vandaar dan ookdat hij
er op gewezen heeft dat er in een volgend jaar 5 zullen zijn,
die regt op de bedoelde verhooging zullen hebben. Mogt hij
zich echter niet duidelijk genoeg hebben uitgedrukt, gaarne
laat hij de nadere redactie aan burgemeester en wethouders over.
Hierna wordt het voorstel van den heer Troelstra om de
jaarwedden der agenten 3e klasse te verhoogen met 50 na
vijfjarigen dienst in stemming gebragt en met algemeene
stemmen aangenomen.
Punten a. en b, der conclusie van het voorstel van burge
meester en wethouders overeenkomstig de genomen besluiten
gewijzigd zijnde, worden achtereenvolgend zonder hoofdelijke
stemming goedgekeurd even als ook het voorstel in zijn geheel.
Dientengevolge is besloten
met ingang van 1 January 1884
a. de tractementen van de beide inspecteurs van policie te
verhoogen tot op ƒ1200 ieder, die van de agenten van policie
le klasse tot op ƒ650, die van de agenten van policie 2e
klasse tot op ƒ600 en die van de agenten van policie 3e
klasse tot op ƒ550, zoodra de agenten van deze klasse 5 jaar
als zoodanig zullen hebben gefungeerd
b. art. 2 der verordening regelende de inrigting van het
personeel der policie in de gemeente Leeuwarden (Gemeente
blad no. 6 van 1873), laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van
14 December 1876 (Gemeenteblad no. 18) nader te wijzigen
als volgt:
De jaarwedden van deze beambten zijn, voor:
de inspecteurs van policie ieder ƒ1200;
den inspecteur van policie-titulair 450
de policie-dienaren der le klasse ieder 650
- 2e 600;
s i 3e oOO
De jaarwedde der laatstgenoemden zal echter tot ƒ550
worden verhoogd na 5 jarigen dienst in die klasse.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 25 October 1883.
93
4. Voorsiél van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van een adres van de agenten van -policie 3e klasse om verhoo
ging hunner jaarwedden.
Dit voorstel, strekkende om het gedaan verzoek als niet
voor inwilliging vatbaar, te wijzen van de hand, wordt met
goedvinden der vergadering dadelijk in behandeling genomen
In verband met het zooeven genomen besluit, wordt op
voorstel van den heer Rengers beslotenaan de adressanten te
kennen te geven, dat op hun verzoek bij de regeling der
jaarwedden van het policiepersoneel reeds is gelet.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van een adres van den inspecteur van policie-titulair Th. J
Daniels om verhooging zijner jaarwedde.
Dit voorstel strekt om aan den adressant te kennen te geven,
dat de raad geene termen heeft gevonden het bedrag der jaar
wedde van den inspecteur van policie-titulair te verhoogen en
zijn verzoek alzoo als niet voor inwilliging vatbaarwordt
gewezen van de hand
Met goedvinden der vergadering wordt tot dadelijke behan
deling van dit voorstel overgegaan.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt overeenkom
stig de strekking er van besloten.
6. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van een adres van dr. A. Fr ij da om eervol ontslag als stads
geneeskundige
Op voorstel des voorzitters wordt tot dadelijke behandeling
van dit voorstel overgegaan.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform
besloten aan den heer dr. A. Frijda overeenkomstig ziin daar
toe gedaan verzoek, met ingang van 1 November 1883, eer
vol ontslag te verleenen als sta is geneesheer alhieronder
dankbetuiging voor de in die betrekking aan de gemeente
gedurende een tijdvak van nagenoeg 20 jaren bewezen diensten.
7. Voorstel van burgemeester en wethouders om tan gede
puteerde staten magtiging te verzoeken tot gemeenschappelijke
regeling met het gemeentebestuur van Leeuw ar der adeel van de
toelating van kinderen uit die gemeente op de herhalingsscholen
alhier.
Met goedvinden der vergadering tot dadelijke behandeling
van dit voorstel overgegaan zijndewordt overeenkomstig de
conclusie er van beslotenvan heeren gedeputeerde staten
magtiging te verzoeken tot gemeenschappelijke regeling met
het gemeentebestuur van Leeuwarderadeel omtrent de toelating
van kinderen uit die gemeente op de herhalingsscholen alhier,
onder nadere goedkeuring van die regeling door hun collegie.
De voorzitterhet noodig achtende eene verga-lering met
gesloten deuren te houden, heft de openbare zitting tijdelijk
op. Bij heropening der openbare vergadering wordt nog in
behandeling genomen
8. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot aankoop
voor de gemeente van een vijftal iconingen Achter de Witte
Hand,
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform
de conclusie van dit voorstel beslotenvoorbehoudens goed
keuring van heeren gedeputeerde staten van W. Vonk tim
merman alhieronderhands aan te koopen de woningen
plaatselijk gekwoteerd Achter de Witte Handnos. 198
1012 en 6ten kadaster bekend in sectie C nos. 936
1028, 4 en 1027 voor de som van ƒ2610 plus de kosten
van overdragten verder op voorwaarden, door burgemeester
en wethouders nader vast te stellen.
Niets verder te behandelen of voorgesteld zijnde sluit de
Voorzitter de vergadering.