Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van den 24 Januarij 1884.
11
Vergadering van Donderdag 24 Januarij 1884.
Tegenwoordig 17 leden. N
Afwezig met kennisgeving de heeren DirksStar Busmann,
Brunger en mr. W. J. v. Weideren baron Rengers.
Voorzitter: de heer P Lycklama a Nijeholt, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 10 Januarij j.l. gehouden
vergadering worden gelezen en onveranderd vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1Dat voor de leden is ter visie gelegd het proces-verbaal
van de op 21 Januarij j.l gehouden verificatie der ge
meentekas.
2. Dat door ged. staten van Friesland zijn goedgekeurd
'sraads besluiten tot wijziging der gemeentebegrooting, dienst
1884 en tot regeling der toelatiug van kinderen uit Leeu-
warderadeel tot het herhalingsonderwijsdat aan de ge
meentescholen wordt gegeven.
II. Wordt ter tafel gebragt:
1. Een adres van H. C Meeuwis om eervol ontslag als
onderwijzer aan gemeenteschool no. 9.
2. Een adres van de schoolcommissie der Ned. Israëlitische
gemeentehoudende verzoek om het bij haar in gebruik zijnde
schoolgebouw aan den Wissesdwingermet'ingang van 1
April e.k. opnieuw te mogen huren voor 3 maanden of voor
zooveel langer als de raad zal kunnen goedvinden.
3. Een verzoek van den heer dr. S. R. D. van Wage-
ningen om eervol ontslag als stads geneesheer.
4. Eene aanvraag van den schuttersraad om magtiging tot
af- en overschrijving op de begrooting der dienstdoende schut
terij over 1883.
5. Een voorstel van burgemeester en wethouders betref
fende de vestiging van eene erfdienstbaarheid op landen nabij
Schilkampen en strekkende om het Hooghout aldaar door
eene doelmatige vaste voetbrug te doen vervangen.
6. Een voorstel van burgemeester en wethouders naar
aanleiding van een verzoek van F. K. Bokma en de firma
Swildens en Kuipers om ontheven te worden van de betaling
der retributie voor het gebruik van den Harlinger trekweg.
Dit voorstel strekt om het gedaan verzoek als niet voor
inwilliging vatbaarte wijzen van de hand.
7. Een voorstel van burgemeester en wethouders strek
kende om de jaarwedde van mej. W. van der Sluis als on
derwijzeres in de vrouwelijke haudwerken aan gemeenteschool
no. 11 met ingang van 1 Januarij j.l. te brengen op ƒ250.
8. Eene voordragt ter benoeming van eene hoofdonder
wijzeres aan de gemeentelijke bewaarschool no. 5 op eene
jaarwedde van ƒ800.
Hierop komen voor:
1. Mej. B. C. de Graaf, le helpster aan de departements
bewaarschool te Leeuwarden; 2. mej. J. A. J. Moesman,
hoofdonderwijzeres der bewaarschool te Winsum 3. mej. F.
M. Francklehoofd eener Fröbelschool te Zuidlaren.
9. Eene aanbeveling ter benoeming van een geneesheer,
bevoegd tot uitoefening van de geneeskunde in haren gehee-
len omvang, voor de behandeling van verpleegden in he'
stads ziekenhuis enz
Hierop zijn geplaatst de heeren
1. Dr. Ph. Koopeiberg te Oosterhout; 2. dr. H. A. E.
Smeenk te Brielle 3. S. B. Selhorst, arts te Witmarsum.
Wordt besloten
Bijvoegsel, behoorende bij de Leeuwarder Courant.
de stukken vermeld onder nos. 1 2 en 3 ten fine van
prae-advies in handen te stellen van burgemeester en wet
houders en de aanviaag sub 4 in handen van de heeren Kui
pers Plantenga en van Eijsingahet voorstel omschreven
onder no. 5 te doen drukken in de bijlagen tot het raads-
verslag en de overige stukken ter visie te leggen om in eene
volgende vergadering tot behandeling daarvan over te gaan.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten als
1. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
der verordening regelende de brandweer
(Zie bijlage no. 26 van het verslag van 's raads handelingen
over 1883).
Omtrent dit voorstel worden geene algemeene beraadslagin
gen gevoerd. Ook leiden de verschillende artikelen tot geene
discussie.
Het ontwerp-verordening wordt in zijn geheel zonder hoof
delijke stemming vastgesteldwordende burgemeester en wet
houders evenwel op voorstel des voorzitters gemagtigd nog
de noodige wijzigingen van redactie aan te brengen en daarbij
in acht te nemen die wijzigingenwaarop door den heer Du-
parc reeds zoo welwillend bij afzonderlijk schrijven de aan
dacht is gevestigd.
Met inachtneming van die nadere redactie luidt de veror
dening thans
VERORDENING, regelende de brandweer
in de gemeente Leeuwarden.
HOOFDSTUK I.
Middelen en voorzorgen tot blussching van brand.
1. Materieel.
Art. 1. Op kosten van de gemeente worden aangeschaft
en onderhouden een genoegzaam getal
a. brandbluschmiddelen en toebehooren;
b. lichttoestellen
c. brandladders en haken
d. reddingstoestellen
e. voorwerpen voor reserve-materieel.
Art. 2. De in het vorig artikel onder lett. a b d en e
genoemde voorwerpen moeten in de daarvoor bestemde huis
jes ten allen tijde voor dadelijk gebruik gereed zijn. De on
der letter c genoemde ladders en haken wordenbehoorlijk
overdektop geschikte plaatsen geborgen.
Art. 3. De zorg voor het in voldoenden staat houden van
de brandbluschmiddelen en reddingstoestellenalsmede van
de bewaarplaatsen dier voorwerpenis opgedragen aan het in
art. 9 bedoelde collegie van brandmeesters.
Art. 4 Iedere brandspuit draagt een afzonderlijk nummer.
Op de buitenzijde der deuren van de brandspuithuisjes
wordt bet woord „Brandspuit", benevens het nummer der
daarin bewaard wordende spuiten met olieverf geschilderd
op die van de bewaarplaatsen der reddingstoestellen het woord
„Reddïugstoestellen" op die van de bewaarplaats der reser
vegoederen de woorden „Reserve-materieel brandweer" en op
de voorwerpen, vermeld in art. 1, letter c, het woord Brand
ladders of brandhaken", benevens het nummer der spuit,
waarbij z behooren.
Art. 5. Ten minste eenmaal in het jaar en voorts zoo dikwijls de
in art. 9 bedoelde opperbrandmeester het noodig oordeelt, wordt
iedere brandspuitbenevens het daarbij benoodigd en behoorend
2