Verslag der handelingen 7an den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 14 Augustus 1884. De heer Troelstra geeft in overweging om als de zaak toch niet terstond in behandeling wordt genomendaarom trent het advies in te winnen van de vereenigiug tot bevor dering van volksgezondheid. Hij mag toch aannemendat men van het standpunt uitgaat om het water zoo goed moge lijk te maken, en al moge de zaak eenigzins urgent zijn, hij meent dat het advies dier vereenigiug 111 dezen zeer geweuscht zal zijn, ook om de beste methode van zuiveriugaan te geven. De heer Wiersma is het eens met den heer van Harinxma, dat burgemeester eu wethouders de zaak als urgent moesten beschouwen. Zijn echter de meer deskundige leden van den raad van oordeeldat ze niet urgent isdan zal hij er zich bij nederleggen. Spr. kan zich echter iiiet vereenigen met het gevoelen van den heer Bruinsma, als zou men het water, dat geene schade lijke bacteriën bevat, mogen distribueren. In het vorige jaar is het water wel goed bevonden maar men moet niet vergeten dat de atmospheerin verband met de hier en daar heerschende epidemiën thans wel anders kan zijn dan ver leden jaar. Het ligt in allen geval op den weg van den raad om het water zoo goed mogelijk te maken al is het waardat het door filtratie niet te verbeteren is. Spr. kan zich niet ontveinzen, dat, na de veelvuldige be sprekingen over de vijvers en de vele kostenwelke reeds moesten worden gemaakt, hem het resultaat van het laatste onderzoek niet is meegevallenhij had een beter verwacht. Het water schijnt dus door allerlei oorzaken zeker ook wel door den toestand van den bodem te zijn veranderd. Spr. acht 't dus wel wenschelijk een grondig onderzoek in te stel len omtrent de oorzaken dier veranderinghoewel hij er, met het oog op het groote belang iu de zuivering gelegener op moet wijzen dat men er niet te veel tijd voor neme. Hierdoor komt spr. op het voorstel van den heer Troelstra, om de zaak om advies in handen te stellen van de vereeni- ging tot bevordering van volksgezondheid. Hij is 't daarmede eensals de zaak ten minste er niet te zeer door wordt ver traagd. Spr. herinnert er aan, dat reeds vroeger die vereeni- ging zich met zoodanig onderzoek heeft onledig gehouden, maar dat de heer Bruinsma verklaarde dat dit de zaak niet veel verder heeft gebragt, zoodat hij niet veel hoop heeft, dat eeue vernieuwde üpdragt een bjter resultaat zal hebben. De Voorzitter verklaart zijn v< stel, tot dadelijke be handeling der zaak terug te nemen nu de wethouders zich met het gevoelen van den heer de Faille vereenigenom de behandeling tot nader uit te stellen. Hij stelt thans voor het voorstel ter visie te leggen voor de leden en in eene vol gende vergadering te behandelen. De heer do la Faille moet opmerken dat het rapport van scheikundigenhoe verdienstelijk op zich zelf ook niet als eenige leiddraad mag strekken. Daarom had hij ook wil len voorstellen het advies te vrage van meergemelde ver eenigiug, die is zarnengesteld uit scheikundigen en uit ge neeskundigen maar met het verzoek tevens om zoo mogelijk binnen 14 dagen haar advies uit te brengen.v Spr. acht 't ook mogelijkdat darbij eene eenvoudige methode van zuivering zal worden aangegevenwaard or het water op minder kostbare wijzedan met de in het voorstel bedoelde filtersvoldoende zal kunnen worden verbeterd. De volmaaktheid zelve zal toch nooit kunnen worden bereikt. Hij «telt dus voor de zaak in handen te stellen der vereeni giug tot bevordering van volksgezondheid, met het verzoek zoo mogelijk binnen 14 dagen haar advies uit te brengen. De Voorzitter wijzigt naar aanleiding van het door eenige leden uitgedrukt verlangen zijn voorstel in dien zin, dat thans wordt voorgesteld „het voorstel van burgemeester en wethouders ter visie te „leggen voor de leden, inmiddels dat te stellen in handen „van de commissie tot bevordering der volksgezondheid, om „berigt, consideratie en advies eu in eene volgende vergade ring tot de behandeling over te gaan." Zonder hoofdelijke stemming wordt dienovereenkomstig be sloten III. Wordt verder ter tafel gebragt: 1. Een voorstel van burgemeester en wethouders om aan mej. W. Uiling, overeenkomstig haar verzoek, eervol ontslag als onderwijzeres aan de gemeenteschool no. 4 te verleenen. 2. Een voorstel van burgemeester en wethouders om op nieuw den grondslag te bepalen voor de pensioen-bijdrage van den heer K. ten Bruggencateleeraar aan het gymnasium alhier. 3. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot wij ziging der gemeentebegrootingdienst 1884 4. Het 1ste suppletoir kohier der dir. belasting op het inkomen, dienst 1884. 5. Een adres van E. Jongstra, houdende verzoek om in den omtrek der bloemmarkt, bij de oude waag, eene kiosk tot verkoop van bloemen op te rigten. 6. Een adres van de heeren Bertel» en Co. te Amsterdam, houdende verzoek om concessie voor den aanleg van een kan toor voor telephoon-verbindingen in deze gemeente. 7. Een adres vau dezelfden om concessie voor hefc aan leggen van electrische draadverbindingen, dienende voor het regelen en in beweging brengen van klokken. 8. Een adres van B. M. Hofman e. a.tot verbetering van liet vaarwater uitkomende op den GrachUwal. 9. Een voorstel vau burgemeester en wethouders tot in voering van de gymnastiek als leervak op alle gemeentescho len voor lager onderwijs. 10. Een adres van den pachter van het marktgeld om ver goeding van de door hem gedurende de laatste kermis gele den schade. 11. Het rappoit der raadscommissie, door den voorzitter belast niet h«c onderzoek der door de nieuw benoemde raads leden, de heeren G. Menalda Az. eu J. F. H. Bekhuis inge zonden geloofsbrieven Wordt besloten de stukken sub 1, 4 en 9 ter visie te leg gen om in eene volgende vergadering te worden behandeld het voorstel sub 3 te stellen in handen van de heeren J froelstra, mr 0. W. A. Buma, en F. Plantenga; de adressen sub 5, (i, 7 en 10 te stellen in handen van burgemeester en wethouders ten fine van prae-advies en dat sub 8 ten fiue van beschikkingde voorstellen sub 3 en 9 tevens te doen drukken in de bij Jagen tot 's raads handelingenterwijl de stukken sub 2 en 11 nog hedenna afdoening der aan de orde zijnde punten iu behandeling zullen worden genomen. IV. Wordt medegedeeld: 1. Dat bïj openbare aanbesteding door burgemeester eu wethouders i.s gegund a. het doen van verfwerken aan eenige gebouwenbrug gen enz., voor een gezamenlijk bedrag van ƒ1100; Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 14 Augustus 1884. 151 b. het maken van een walmuur langs de Oostergracht voor 3208 en het herstelleu van den walmuur langs liet groot Schavernek voor 423 beide aan Johs. Dokter alhier. 2. Dat de onderwijzer T. J. Nawijn heeft verzocht zijne aanvraag om ontslag als niet gedaan te beschouwen. Hierdoor vervalt het in de vorige vergadering aangeboden voorstel om aan genoemden onderwijzer eervol ontslag te ver leenen. n, 3. Dankbetuiging van mej. W. van der feluis, voor de ver hooging harer jaarwedde als onderwijzeres in de handwerken aan gemeenteschool no. 11. 4. Dat door den directeur der rijks hoogere burgerschool zijn ingezonden eenige exemplaren „mededeelingen over het schooljaar 1883/84", behoorende bij het programma dier school voor 1884/85en dat exemplaren van dat programma bij den directeur voor de leden ter beschikking zijn. 5. Dat is ingekomen het verslag van het eindexamen aan de burger dagschool. Wordt voor de leden ter visie gelegd. 6. Dat tot klerk ter secretarie is benoemd H. C. Grosjean alhier. 7. De voorzitter deelt mede, dat door hem zijn benoemd tot inspecteur van politie de heer F. H. G. baron van Uten- hovevroeger inspecteur-titulair van politie alhierthans te Amsterdam, en tot inspecteur-titulair de heer A. F. de Haan 8. De voorzitter deelt, naar aanleiding van de benoeming in de vorige vergadering van den heer dr. N. Reeling Brouwer, tot lid der commissie voor het onderzoek der begrooting van de stads armenkamer dienst 1885, mede, dat in den regel hier de begrootingscommissie ook de rekening onderzoekt hetgeen in casu door den heer Brouwer niet zou kunnen ge schieden wijl hij lid is van het bestuur der stads armen kamer waarom 'de voorzitter magtiging vraagt een ander lid voor genoemde commissie aan te wijzen. Daarop wordt de heer mr. J. L. van Sloterdijck mitgenoo- digd in plaats van den heer Reeling Brouwerdeel uit te maken dier commissie waartoe hij zich bereid verklaart. 9. Dat bij koninklijk besluit is goedgekeurd het raadsbe sluit tot wijziging van het besluit tot heffing van begrafenis- regten. V. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op roepingsbrief vermelde punten 1. Benoeming van eene commissie tot onderzoek der ge meentereken ngdienst 1883. Het resultaat der gehouden stemmingen is, dat tot leden dezer commissie worden benoemd de heeren mr. C. W. A. Buma, dr. N. Reeling Brouwer en J. J. Brunger Wordt opgemerkt dat de heeren J. J. Bruinsmamr. H. Wiersma eu mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slooten wethouders niet tot deze benoeming hebben medegewerkt. 2. Benoeming van een beursmeester Op de voordragt komen voor: 1. F. J. E. van Wagenin- gen en 2. J. T. Joustra, beide alhier. Het resultaat der hiervoor gehouden stemmingen isdat bij eerste stemming beide 7 stemmen verkregen bij tweede vrije stemming eveneens ieder 7 stemmen, terwijl bij daarop gevolgde herstemming J. T. Joustra als beursmeester wordt be noemd met 7 stemmen terwijl op eerstgenoemde 0 stemmen zijn uitgebragt en één blanco briefje is ingeleverd. 3. Bapjmt eener raadscommissie omtrent het onderzoek van de begrooting van het stads ziekenhuisdienst 1885. De heer Reeling Brouwer vraagt waarom de post van f 150 wegens schrijfloon van den beambtedie den secreta- ris-b oekhouder wordt toegevoegd nog op de begrooting voor komt terwijl het toch bekend isdat die betrekking met de benoeming van den nieuwen vader is opgehevenomdat die vader beide betrekkingen in zich vereenigt. Naar spr's. oor deel zou die post kunnen worden geschrapt. De Voorzitter antwoordt hieropdat de begrooting voor het ziekenhuis is opgemaakt en ingediend vóór het bekend was, wie voor de betrekking van vader zou worden aanbevo len en benoemd. Nu tot vader is benoemd de vroegere be ambte voor het schrijfwerkmet bepalingdat hij alle ad ministratieve werkzaamheden verrigten moet en alleen genieten zal hetgeen als jaarwedde voor den vader is uitgetrokken nu zal over de som van ƒ150 niet worden beschiktdie som wordt nu niet uitgegeven. Evenwel zal zij op de begrooting uitgetrokken moeten blijvenomdat in de verordening op het bestuur van het stads ziekenhuis in art. 4 de som met name wordt genoemd. Daarop wordt zonder hoofdelijke stemming conform het ad vies besloten de begrooting van het stads ziekenhuis voor het dienstjaar 1885, sluitende in ontvang en uitgaaf met 12,636.80, goed te keuren en derhalve vast te stellen de subsidie uit de gemeentekas voor gemeld jaar tot een bedrag van 12,333.80. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot aanschaffing van een water-reservoir in de gasfabriek en tot vermeerdering van het aantal straatlantaarns. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de conclusie van dit voorstel besloten I. In de gemeentelijke gasfabriek een water-reservoir te doen aanbrengen, waarvan de kosten zijn geraamd op 2500. II. De commissie voor de gemeentelijke gasfabriek te mag- tigen ten behoeve van de straatverlichting aan te schaffen 95 gaslantaarns, waarvan de kosten zijn geraamd op ƒ3500. 5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot uijziging van den staat van beambten en bedienden van het menu? stads weeshuisaan welke vasttractementen zijn toegelegd Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt confurm dit voorstel besloten I. De belooning van de twee hulpportiers in het nieuwe stads weeshuis te verheogen met ƒ11, en vast te sUllen op 50. II. Den staat der jaarwedden, opgenomen in Gemeenteblad no. 7 van 1880, in verband daarmede te wijzigen, door in plaats van het cijfer ƒ39 te stellen 50. 6. Voorstel van burg-meester en wethouders naar aanleiding van een verzoek van ht hoofd der gemeenteschool no. 9 om hemin plaats van het oenot van vrije woningtoe te kennen eene vergoeding voor huishuur. Conform dit voorstel wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming besloten I Tot inwilliging van adressants verzoek en hem in plaats van het genot van vrije woning, te verleenen eene vergoeding voor miishuur. II. Heeren ged staten in overweging te geven het bedrag der vergoeding voor hui.-huur voor het hoofd der gemeente school no. 9 vast te stellen op ƒ350 per jaar.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1884 | | pagina 2