208 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 13 October 1884. De heer Wiersma geeft als zijne meening te kennen, waaraan later de heer Menalda zich aansluit, dat eene eindstemming onnoodig isdaar toch reeds het verleenen der concessie in beginsel is aangenomen en de voorwaarden en bloc zijn goedgekeurd. De Voorzitter beroept zich op art. 32 van het reglement van orde, waarbij bepaald wordt, dat eene conclusie, na de goedkeuring harer onderdeelenin haar geheel in stemming moet worden gebragt. De vergadering besluit daarop, op voorstel van den Voor zitter, tot eindstemming over te gaan, waarvan het resultaat is dat de conclusie van rapporteurs in haar geheel wordt aan genomen met 12 tegen 8 stemmen die van de heeren Kuipers, Oosterhoff, Troelstra, Brunger, Plantenga Menalda, Minnema Buma en Dijkstra. Diensvolgens wordt besloten I. Voor zoover noodig, behoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde statenaan de heeren Th. A. van den Broek en G. W. van Barneveld Kooy Jr. te Amsterdam concessie te verleenen tot den aanleg en de exploitatie eener drinkwater leiding binnen de gemeente Leeuwardenop de volgende voorwaarden Art. 1. Binnen zes maanden, nadat den concessionnaris door burgemeester en we'houders is kennis gegeven van dit raads besluit, is hij verplicht, schriftelijk te verklaren, of hij deze concessie aanneemt. Bij gebreke van dien is de aangeboden concessie vervallen. Art. 2. De concessionnaris verbindt zich tot hel aanvoeren v naar en in de gemeente Leeuwarden van een alleszins deug delijk drinkwater, voor welke verbindtenis hij zich met elke risico belast. Het water moet beantwoorden minstens aan eenen norm door burgemeester en wethouders in bet contract met den concessionaris vast te stellen Het water zal aangevoerd worden in zoodanige hoeveelheid als ten behoeve van den publieken dienst en van de ingeze tenen gedurende den geheelen duur der concessie zal blijken noodig te zijn. De concessionnaris zal het water moeten op voeren tot eene hoogte, overeenkomende met een hoogsten waterspiegel in den watertoren van 30 M. boven Friesch Pro vinciaal zomerpeil. Art. 3. Indien gedurende den geheelen duur der concessie het water te eeniger tijd niet aan de in de artikel 2 ver melde eischen voldoet of de prise d'eau of de middelen tot aanvoer onvoldoende blijken te zijn voor de behoefte een en ander ter beslissing en beoordeeling van burgemeester en wethouders, en in hooger ressort van de deskundigen, als vermeld aan het slot van dit artikel, is de concessionnaris verplicht ten spoedigste op zijne kosten zoodanige werken te maken en zoodanige maatregelen te nemen als noodig zullen zijn om daarin te voorzien. Indien de concessionnaris in gebreke blijft ten spoedigste bedoelde werken uit te voeren of de vereischte maatregelen te nemen, hebben burgemeester en wethouders de bevoegd heid, die te doen uitvoeren op kosten en risico van den con cessionnarisof om gebruik makende van de bevoegdheid in art. 26 voorbehouden, een voorstel aan den raad te doen om de concessie vervallen te verklaren. Ingeval van verschil van meening tusschen burgemeester en wethouders en den con cessionnaris, omtrent het gehalte van het geleverde water, de al of niet deugdelijkheid van dat water als bedoeld in art. 2, alinea 1 en 2, de onvoldoendheid der prise d'eau of der middelen tot aanvoer, en in casu quo omtrent de ter voor ziening van een en ander uit te voeren werkenof vereischte maatregelen, zullen partijen zich onderwerpen aan de beoor deeling en beslissing daaromtrent van vijf deskundigenwaar van een door burgemeester en wethouderseen door deu concessionnarisen drie door de arrondissements-regtbank te benoemen. De kosten van arbitrage komen ten laste van den conces sionnaris, tenzij de opmerkingen van het gemeentebestuur blijken ongegrond te zijn. Art. 4. De concessie vangt aan op dato der schriftelijke verklaring van aanneming door den concessionnaris te doen en eindigt den 31sten December van het vijftigste jaar na den aanvang der exploitatie. Na verloop van den duur der concessie is de gemeente bevoegd, om alle terreinen, gebou wen inrichtingenmachineriënpompen buizen diensthuizen en in het algemeen al wat tot de waterleiding behoort tot zich te nemen tegen eene vergoeding, wanneer daaromtrent niet mocht worden overeengekomendoor vijf deskundigen te bepalen, van welke deskundigen door ieder der partijen twee en de vijfde door den kautonregter zal worden benoemd Bij de bepaling van het bedrag dezer vergoeding zal reke ning worden gehoudenmet de waarde die de waterleiding op dat tijdstip wordt geacht te hebben als industrieele onder neming. Wanneer de concessionnaris, binnen ééne maand, na daartoe aangemaand te zijn geen deskundigen mocht heb ben benoemdzal de arrondissements-regtbank te Leeuwar den zulks in zijne plaats doen. De gemeente verklaart vóór deu ln Januari van het achten veertigste jaar, na den aanvang der exploitatie, of zij van de voorbehouden bevoegdheid gebruik zal maken. Indien de gemeente van deze bevoegdheid gebruik maakt wordt op den ln Jaunari van het vijftigste jaar na den aan vang der exploitatiemet de bedoelde taxatiezoo omtrent de vergoeding niet mocht worden overeengekomeneenen aanvang gemaakt, en treedt de gemeente bij het einde der concessie van rechtswege in den eigendom en het bezit van al hetgeen door haar wordt tot zich genomen met alle daarop drukkende lasten, onverschillig of de bepaling van de som der vergoeding reeds heeft plaats gehad of nog moet ge schieden. Wanneer het bedrag der vergoeding nog niet is vastgesteld bij het einde der concessieis de gemeente gehouden van af dien dag over het nader vast te stellen bedrag aan den con cessionnaris eene rente te betalen van 5 °/0 'sjaars. Indien de gemeente van hare in dit artikel vermelde be voegdheid geen gebruik maaktdan heeft de concessionnaris de bevoegdheid te verklaren dat hij de concessie op dezelfde voorwaarden en bepalingen nog gedurende tien jaar zal be houden. Hij moet zich daaromtrent verklaren vóór den ln Juli van het achtenveertigste jaar na den aanvang der exploitatie. Na afloop van den hier voren bedoelden termijn van tien jaar en evenzoo na afloop van elk nieuw tiental jaren hebben de gemeente en de concessionnaris dezelfde bevoegdheid als hierboven is vermeld, en in verhouding onder dezelfde voor waarden der termijnen van verklaring. Wanneer bij afloop van den duur of verlengden duur der concessie, als hierboven bedoeld, noch de gemeente van hare bevoegdheid gebruik maakt, om de waterleiding tot zich te nemen, noch de concessionnaris van zijne bevoegdheid ge bruik maakt om de concessie te behoudenzal de concession- Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 11 October 1884. 209 naris gedurende één jaar na den afloop der concessie bevoegd zijn, de hem behoorende werken der waterleiding, buizenen diensthuizen, die binnen de gemeente aanwezig zijn, weg of op te nemen onder de bepalingen daarvoor in art. 27 gesteld. Art. 5. Zoolang deze concessie duurt zal de gemeente aan niemand eenige concessie geven voor den aanleg of de exploi tatie eener waterleiding, noch zelve daartoe overgaan. Uitzondering van deze bepaling zal alleen dan geoorloofd zijn wanneer in verband met het daaromtrent in het vorig artikel vermeldenoch de gemeente de waterleiding wenscht tot zich te nemen, noch de concessionnaris de concessie der waterleiding wenscht te behouden. In dit geval zal de ge meente bevoegd zijn nadat de gemeente en de concessionnaris zich daaromtrent hebben verklaard tot het aanleggen eener waterleidinghetzij in eigen beheerhetzij bij vergunning of concessie aan derdenover te gaan doch zal zoo lang deze concessie niet is afgeloopen uit die aan te leggen waterlei ding geen water mogen worden geleverd. De gemeente ver bindt zich geene concurrentie in het leven te roepen noch daartoe vergunning te verleenen. Het gemeentebestuur be houdt zich het recht voorwater uit de thans bestaande ge meente-inrichtingen (vijvers en bakken* gratis beschikbaar te stelten Art 6. De concessionnaris zal binneu zes maanden nadat hij de concessie heeft aanvaardaan het gemeentebestuur aanbiedenhet volledig technisch ontwerpbehoorlijk uit gewerkt met plannen en teekeningen van alle werken van af en met inbegrip der prise d'eau tot aan en in de gemeente Leeuwarden. Als grondslag in 't algemeen tot deze ontwer pen plannen en teekeningen zal strekken het schetsontwerp door deu concessionnaris bij zijne missive d.d 5 December 1883 ingediend. Omtrent de prise d'eau neemt het gemeen tebestuur geene de minste verantwoordelijkheid op zich. Met de uitvoering der werken zal geen aanvang mogen worden gemaaktvoordat in dit ontwerp die wijzigingen zijn gebracht en aan de uitvoering daarvan die voorwaarden zijn verbonden welke burgemeester en wethouders in het alge meen belang en in overleg met den concessionnariszullen noodig oordeelenen de schriftelijke goedkeuring van het ontwerp door burgemeester en wethouders is gegeven. Deze beslissing wordt door burgemeester eu wethouders gegeven uiterlijk binnen twee maandennadat het in den aanvang van dit artikel bedoeld ontwerp door den concessionnaris aan burgemeester en wethouders is ingeleverd. De plaatsenwaar de buizen in de gemeente moeten wor den gelegdworden op de hierboven vermelde plannen aan gewezen Art. 7. De concessionnaris is gedurende den geheelen duur der exploitatie verplichtde buizenleidingen in goed gesloten toestand te onderhouden. Met het leggen der buizen verbindt hij zich voort te gaandaar waar ingezetenen of af nemers in gemeentegebouwen of wel de gemeente zich ver binden, gedurende de vijf eerstvolgende jaren water te ne men tot eene hoeveelheid waarvan de gezamenlijke opbrengst per jaareen bedrag vertegenwoordigt van minstens 10 pet. der aanlegkosten van bedoelde buizen berekend naar den kortsten afstand waarlangs de aanleg mogelijk is, van het alsdan bestaande buizennet. Deze laatste bepaling is uitsluitend van toepassing op ver lenging van het buizennetde aansluiting der perceelen door diensthuizen, mag bij deze berekening niet in aanmerking komen. Bij den aanleg van nieuwe stratenpleinenwegen enz. en bij herconstructie derzelven daar waar nog geene bui zen gelegd zijn is de concessionnaris gehouden op ver langen van burgemeester en wethouderstot vermijding van herhaaldelijke opgraving, de waterleidingbuizen te gelijkertijd met de plaatshebbende bestrating te leggendoch wordt als dan den concessionnaris door de gemeente 6 pet. rente ver goed over het aanleg-kapitaal dier buizenonder aftrek der halve opbrengst van het door die buizen geleverd water. Zoodra de opbrengst per jaar van het door die buizen ge leverd water 10 pet. bedraagt der aanlegkosten houdt deze rente-vergoeding door de gemeente op. Art. 8. Binnen achttien maanden na het ontvangen van de schriftelijke goedkeuring van burgemeester en wethouders in art. 6 omschrevenzal de concessionnaris deze waterlei ding zooverre voltooid moeten hebben, dat met de exploitatie eenen aanvang kan worden gemaakt en is hij verplicht tot die exploitatie over te gaan een en ander voor zoover hij daarin door handelingen of besluiten van de hooge regeering niet zal worden verhinderd. Hij zal zich bij bet maken dier werken gedragen naar de voorschriftendie in het belang van het verkeervan de veiligheid en van de politiehem door of van wege de be voegde macht zullen worden gegeven. Hij moet alle ten gevolge dier voorschriften noodzakelijke kosten dragen. Art. 9. Aan den concessionnaris wordt toegestaan de wa tertoren te bouwen op eeu nader in overleg met het ge meentebestuur te kiezen en door de gemeente gratis in ge bruik te geven terreinen de buizen der waterleiding te leggen in de openbare wegenpleinen en verdere gronden en wateren aan de gemeente toebehoorendeovereenkomstig de aanwijzing en voorschriftenhem daarbij door burgemees ter en wethouders te geven blijvende het uitdrukkelijk aan den concessionnaris overgelaten zich van de vergunning van derden te voorzienvoor zooverre deze voor het leggen van buizen noodig mocht zijn. Tevens wordt aan den concession naris toegestaan den gemeentegronddie tijdens en ten be hoeve van den aanleg der waterleiding met materialen moet worden belegdkosteloos te gebruikenmits daarbij de aan wijzing worden gevolgd door of namens burgemeester en wet houders te doen. Art. 10. Voor rekening van den concessionnaris komen de kosten voor het opbreken en het herstellen der straten bruggen of andere bij de gemeentehet rijk de provincie of particulieren in beheer of onderhoud zijnde werkentot het leggen en verleggen der buizen of diensthuizenhetzij tot het nazienherstellen of onderhouden van deze. Eveneens komen voor zijne rekening de kosten der voor aanlegonderhoud en exploitatie van de waterleiding noodig geworden veranderingen van kunstwerken in den openbaren wegvan kaden en gebouwen langs dien wegvan kluizen putten, riolen, telegraaf, gas en andere leidingen van wel ken aard ook. Hiertoe zal evenwel niet mogen woiden over gegaan zonder speciale vergunning van burgemeester en wet houders of van belanghebbenden. De concessionnaris is verplicht zich bij de uitvoering dezer werken stiptelijk te gedragen naar de voorschriftenhem door burgemeester en wethouders daarbij gegeven. Worden die voorschriften niet nageleefddan hebben burgemeester en wethouders het recht de noodige herstellingen eu veran deringen ten zijnen koste te doen uitvoeren. Het gemeente-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1884 | | pagina 4