r Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 12 Maart 1885. Art. 44. Het is verbodenop of achter het tooneel petroleum te branden of ia eeaig licht- of kooktoestel voorhanden te hebben. Art. 45. De in art. 38 vermelde personen zijn verpligt te zorgendat bij het gebruik van vuurvuurwerk of andere stoffendie bijzonder brandgevaar kunnen opleveren, de voor zorgsmaatregelen worden in acht genomendie door of van wege den commissaris van politie worden voorgeschreven. Art. 40 Het is verbodenin de zaalop het tooueel in de kleedkamers en magazijnen van de in art. 38 bedoelde localiteiten vuur te stoken of te doen stokentenzij met ver gunning van den burgemeester en met opvolging van de door dezen aan de vergunning te verbinden voorwaarden. Art. 47. De in art. 38 vermelde personen zijn verpligt te gedoogen, dat een uittreksel dezer verordening, zoover betreft de artt. 38 tot en met 46op de door den burgemeester aan te wijzen plaatsen zijnentwege worde aangeplakt of opgehangen. Het is aan een ieder verboden dit uittreksel weg te nemen, te verplaatsen onleesbaar of onzigtbaar te maken. Art. 48. De zorg voor de naleving dezer verordening wordt opgedragen aan den commissaris, de inspecteurs en de verdere be ambten van politie, aan dendirec'eur en de opzigters der gemeen tewerken, aan den opperbrandmeester en aan de brandmeesters. Hun wordt de last verstrekttot dat einde de woningen der ingezetenenhuns ondanksbinnen te treden mits daarbij worden in acht genomen de voorschriften der wet van 31 Au gustus 1853 Staatsblad no. 83). De uitvoering van dezen last mag ten allen tijde geschieden. Art. 49. Overtreding van een der bepalingen van deze verordening wordt, voor zoover daartegen niet bij de wet is voorzien, gestraft met eene geldboete van ten hoogste ƒ25, met of zonder gevangenisstraf van een tot drie dagen. Onder overtreding in den zin van het le lid van dit art. worden mede verstaan het deelnemen aan de verboden en het nalaten van de voorgeschreven handeling. Art. 50. Ten aanzien der tot gevangenis dienende gebouwen kan door burgemeester en wethouders, op verzoek van de commis sie van administratie over de gevangenissen te Leeuwarden, afwij king van de bepalingen dezer verordening worden toegestaan. Art. 51. Met het in werking treden dezer verordening is vervallen de verordening van politie tot voorkoming en blus- sching van brand, vastgesteld bij raadsbesluit van 4 April 1805. 2. Regeling der rangorde van zitting. Bij loting wordt toegewezen plaats: No. 1 aan den heer A. Duparc. 2 71 Ti H. Kuipers. 3 H. Beucker Andrew. J, 4 V J. F. H. Bekhuis. 5 71 R. H. Dijkstra. 6 G. Menalda. 7 71 Jhr. mr. C. vau Eijsinga. 8 FPlantenga. 9 71 J. v. d. Scheer. 10 71 71 Mr. J. Dirks. r 11 Mr. C. W. A. Buma. 12 71 Mr. J. Minnema Buma. 71 13 T 71 Mr. E. Star Busmann 14 7 71 J. J. Brunger. 7) 15 V Dr. Jac. Baart de la Faille. r.i 16 Mr. J. L. van Sloterdijck. 17 71 W. J. Oosterhoff. w 18 71 - Dr. N. Reeling Brouwer. I 3. Zamenstelling der sectiën van den raad. Tengevolge loting worden aangewezen tot leden der eerste sectie, waarvan de burgemeester ambts halve voorzitter is, de heeren: J. J. Brunger, mr. J. Minne- ma Buma, mr. E. Star Busmann, G. Menalda, W. J. Ooster- hoff, H. Beucker Andreje, en mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slootenwethouder tot leden van de tweede sectie de heeren F. Plantenga dr. N. Reeling Brouwer, A. Duparc, H. Kuipers, jhr. mr. C. van Eijsinga, R H. Dijkstra en tot voorzitter de heer mr. H. Wiersma, wethouder en tot leden van de derde sectie de heeren: J. F. H. Bekhuis, mr. J. L. van Sloterdijck, rar. C. W. A. Buma, mr. J. Dirks, J. v. d. Scheer, dr. Jac. Baart de la Faille, en tot voorzitter de heer J. Troelstra, wethouder. 4. Benoeming van leden der commissie voor het stedelijk m u ziek korps. De aftredende leden, zijnde de heeren: mr. J. Dirks, mr. J. L. vau Sloterdijck, dr. N. Reeling Brouwer, en jhr. mr. 0. van Eijsinga, worden ieder met 19 stemmen herbenoemd. De heeren H. Kuipers, H. Beucker Andrea), mr. C. W. A. Buma en J. J. Brunger verkregen ieder één stem. De heer de la Faille verlaat de vergadering. 5. Benoeming van leden der commissie voor de gemeentelijke gasfabriek. De uitslag der stemmingen is dat de heeren A. Duparc, J. J. Brunger, mr. J. Dirks en F. Plantenga, allen aftredende leden, ieder met 18 stemmen werden herbenoemd. De heer dr. N. Reeling Brouwer verkreeg 2 stemmen en de heeren G. Menalda en jhr. mr. C v. Eijsinga ieder 1 stem. 0. Benoeming van een onderwijzer aan de gemeenteschool no. 10. Op de voordragt komen voor: 1. L. Zeilmaker Wzn te 01- deboorn2. C. v. d. Meer, te Warga en 3. S. S. Hoogterp Hz., te Sliedrecht. Met algemeene (19 stemmen) wordt eerstgenoemde benoemd. 7. Voorstel van burgemeester en wethouders tot hel verleenen van eervol ontslag aan mej. J. v. d. He ijals onderwijzeres. Conform de conclusie van het voorstel wordt besloten aan mej. J. v. d. Heij, overeenkpmstig haar verzoek, met ingang van 1 Junij e.k, eervol ontslag te verleenen als onderwijzeres aan de gemeenteschool no. 8. 8. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhandsche verhuring van de perceelen Raadhuisstraatje no. h en Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt overeenkom stig dit voorstel besloten, behoudens goedkeuring van Gedep. Staten, onderhands voor den tijd van één jaar, ingaande den 12 Mei e.k. aan J. Otten alhier, in huur af te staan de wo ning plaatselijk bekend Raadhuisstraatje no 5tegen een huurprijs van ƒ130 en de bergplaats Raadhuisstraatje no. 1 tegen een huurprijs van 35 en verder op nader door bur gemeester en wethouders vast te stellen voorwaarden. 9. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhandsche verhuring van de woning Oldegalileën nos. 40 en 32. Conform de conclusie van dit voorstel wordt besloten: Voorbehoudens goedkeuring van heeren Ged. Staten aan S. H. Ritman, voor den tijd van één jaar, ingaande den 12 Mei 1885 in huur af te staan de woning, plaatselijk bekend Olde galileën nos. 40 en 32, tegen eene huursom van f 1.75 per week en verder op door burgemeester en wethouders nader vast te stellen voorwaarden. De Voorzitter sluit hierop de vergadering. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 20 Maart 1885. 37 Vergadering van Donderdag den 28 Maart 1885. Tegenwoordig eerst 18, later 20 leden. Afwezig de heer J. J. Brunger, met kennisgeving. Voorzitter de heer P. Lycklama a Nijeholt, burgemeester. I. De notulen van de vorige op 12 Maart j 1. gehouden vergadering worden gelezen en onveranderd vastgesteld. II. Wordt ter tafel gebragt: 1. Het rapport der raadscommissie belast geweest met het onderzoek der rekening en verantwoording van de kosten der d.d. schutterij, dienst 1884. Hierbij wordt voorgesteld bedoelde rekening goed te keuren in ontvang en uitgaaf beide tot een bedrag van ƒ4126.87. 2. Het rapport der raadscommissie belast geweest met het onderzoek eener aanvraag van de voogden der stads armen- kamer om magtiging tot het doen van af- en overschrijvin gen op de begrooting, dienst 1884, voor die instelling Behoudens eene enkele opmerking stelt de commissie voor de afschrijving van ƒ1644 265, hoofdstuk I, afdeeling III, art. 10, goed te keuren, zoodat dat artikel gewijzigd wordt vast gesteld op ƒ14,375.73" en dat bedrag van ƒ1644.265 te ver doelen in voege als is voorgesteld over de 5 andere artikelen van uitgaaf. 3. Het rapport der commissie in wier handen ten fine van onderzoek is gesteld de rekening en verantwoording van de administratie der stads bank van leening, dienst 1884. De commissie stelt voor de rekening en verantwoording van de administratie dier inrigting over het jaar 1884 goed te keuren en wel tot een totaal van 6449 06. 4. Het verslag van rapporteurs omtrent het onderzoek in de sectiën van den raad van het voorstel van burgemeester en wethouders om Diet over te gaan tot de reorganisatie der burger dag- en avondschoolen van het voorstel van den heer A. Duparc tot opheffing van de burger dagschool en in de plaats aarvan op te rigten eene hoogere burgerschool met drie jarigen cursus. 5. Een voorstel van burgemeester en wethouders strekkende om met ingang van 7 Mei 1885 aan P. F. de Haan over eenkomstig diens verzoek eervol ontslag te verleenen als on derwijzer'aan de gemeenteschool no. 2. 6. Het verslag vau rapporteurs omtrent het onderzoek in de sectiën van het kohier der directe belasting op het inkomen dienst 1885. Wordt besloten de stukken sub 1235 en 6 ter visie te leggen om in eene volgende vergadering te worden behan deld en het verslag sub 4 te doen drukken in de bijlagen tot het verslag van 's raads handelingen. III. Wordt medegedeeld 1. Dat door de beurscommissie tot haren voorzitter is be noemd de heer J. v. d. Werff JHz. 2. Dat door ged. staten zijn goedgekeurd de raadsbesluiten tot ondeihandsche verhuring van de woningen Doelestraat no. no. 1 en Kalvergloppe no. 199, van 6 bleekjes aan het Olde- hoofster kerkhof, van de perceelen Raadhuisstraatje nos. 1 en 5 en van de woning Oldegalileën nos 32 en 40. 3. Dat bij openbare aanbesteding K. Ketelaar voor 1189 aannemer is geworden van het leggen van een gemetselden vloer in het beurs- en waaggebouw. 4. Dat is ingekomen het verslag van den toestand van het gymnasium over 1884. BUYOKOSKL, BI1I00BSRDK BIJ DB LBBÜWABDIK COVBANT. 5. Dat sedert de laatste vergadering is ingekomen een adres van den heer mr. E Attema en 265 andere ingezete nen houdende bezwaren tegen de voorgestelde stichting van een nieuwen torenalsmede een thans op zegel gesteld adres van gelijke strekking van J. B v. d. Veer. Deze adressen hebben bij de stukken te dier zake reeds ter visie gelegen. 6. Dat heden nog is ingekomen een adres van mr. T. van Hettinga Tromp en 10 andere ingezetenenwaarbij instem ming wordt betuigd met het voorstel tot stichting van een nieuwen toren. Hiervan geschiedt lecture. 7. Eene missive van den minister van binnenlandsche za ken houdende mededeelingdat over 1886 geen rijks sub sidie voor de school van middelbaar onderwijs voor meisjes kan worden verwacht. 8. Dat is ingekomen eene resolutie van gedeputeerde sta ten houdende berigtdat bij hun collegie is ingekomen een afschrift van het raadsbesluit tot vaststelling eener verorde ning tot voorziening tegen en bij brand. IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op roepingsbrief vermelde punten. 1. Voorstel van burgemeester en wethouders tot oninvorder- baarverklaring van aanslagen in de directe belasting op het inkomen en wegens het houden van honden over 1883 en van posten op lijsten van schoolgelden over 1884. Wordt besloten dit voorstel na afdoening der overige pun ten in eene geheime zitting te behandelen. 2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot gewone en buitengewone aflossing op geldleeningen en tot uitloting van aan- deelen in geldleeningen. Dit voorstel strekt om a. te besluiten tot buitengewone aflossing van ƒ4000 op de geldleening aangegaan in 1874 en van ƒ5000 op die van 1875 b. over te gaan tot uitloting van 5 aandeelen der 4 !/2 °/0 leening, aangegaan in 1874, tot een bedrag van ƒ40,000 en 7 aandeelen der 4ljt leening, aangegaan in 1875, tot een bedrag van ƒ90,000. Dienovereenkomstig wordt besloten en overgaande tot de uitlotiDgworden uitgeloot van de leeniug van 1874, de aan deelen nos. 12, 23, 32, 15 en 10, en van de leening van 1875 de aandeelen nos. 3, 60, 16, 8, 40, 82 en 46. 3. Benoeming van een stads geneesheer en twee stads vroed vrouwen. Het resultaat van de gehouden stemmingen isdat met algemeene (18 stemme^) voor den tijd van drie jaren, in te gaan den 1 April 1885 worden benoemd de heer dr. H. A. Middelburg tot geneeskundige bedoeld in art. 1 sub b der verordening op de genees-heel- en ver loskundige behandeling en verzorging van behoeftigsn alhier, op eene jaarwedde van ƒ500; mej. S. van der Zee en H. J. Olijve, geb. Bovenkamp, tot stads vroedvrouwen, op eene jaarwedde van ƒ200. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het tijdelijk in gebrwk geven van het buvenlocaal van het beurs- en waag gebouw tot het houd-n eener tentoonstelling van teekeningen. Overeenkomstig de conclusie van dit voorstel wordt be sloten t Burgemeester en wethouders te magtigenj op nader door

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1885 | | pagina 1