*1
m
48
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 26 Maart 1885.
over het vertrek van dezen behoeft men zich, althans met het
oog op den hoofdelijken omslag, niet zoo bijzonder te bekom
meren, en spr. althans benijdt Amsterdam geenszins eene om
de genoemde oorzaak toegenomen bevolking. Trouwens, de
afgeioopen winter heeft het bewezen; Amsterdam is er dan ook
weinig door bevoordeeld geworden. In het nabijgelegen Gro
ningen, waarheen in de laatste jaren ook vele arbeiders van
elders trokken, heeft men er dezen winter ook nogal doorgeleden.
Do heer Keeling Brouwer zou, evenals de heer Plautenga,
wel gt3ld voor den aanleg van een bosch of een wandelpark
willen toestaan. Aan het een zoowel als aan het ander hecht
ook spr. veel waarde, doch hij is van meening, dat, indien
inderdaad eens eeu voorstel tot zoodanigen aanleg bij den raad
werd ingediend, de bestrijders van het onderwerpelijke voor
stel zich met evenveel kracht als nu er zich tegen zouden
verklaren om de kosten.
De heer Troelstra is teruggekomen op de door spr. gele
verde onbetwistbare cijfers van de percentage betreffende den
hoofdelijken omslag. De redeueripg van dat geachte lid kwam
hierop neer, dat, alleen doordien de hoofdelijken omslag lang
zamerhand beter is geregeld gewordendie percentage niet
behoefde te worden verhoogd. 8pr. wil dit niet tegenspreken.
Doch wat bewijst het? Dat in ieder geval de finantiële draag
kracht van de bevolking vrij wat grooter was, dan de pessi
misten in den raad steeds beweerden het geval te zijn. Spr.
zou ook in deze zaak ongaarne den boog te sterk willen span
nen, doch hij is alles behalve beducht, dat dit zou noodig zijn,
indien de gemeente-begrooting met eene jaarlijksche uitgaaf
van nog geen ƒ3000 meer werd bezwaard. Hetzelfde geachte
lid heeft gewezeu op eene mogelijke vermindering van de in
komsten der gemeente, indien het hangende voorstel tot wijzi
ging der gemeentewet op het stuk der plaatselijke belastingen
door de stat en-generaal mogt worden aangenomen. Ja, alles is
mogelijk, maar ieder, die slechts eenigszins met de kaart van
het land bekend iszal de aanneming van dat voorstel niet
zeer waarschijnlijk achtenwèldat het met dit voorstel
denzelfden weg zal gaanals tot dusverre met alle belasting
voorstellen van den tegenwoordigen minister van Haan tien
is geschied, n.l. dat het, zoo niet ingetrokken, dan toch
niet tot wet verheven zal worden.
Zeer waar is hetwat door hetzelfde lid omtrent den bijna
onhoudbaren toestand op het platteland is gezegd. Maar
juist op hetzelfde werd door spr. reeds iu den loop der dis
cussion gewezendoch als tegenstelling met Leeuwarden
waar men voor de vrij wat mindere belastingdie men er
betaaltdan toch in alle geval vrij wat genot heeft. De vraag
van dat lidof spr. bedoeldedat men te Leeuwardendes
noods, ook tot eene percentage van 10 pet zou kunnen gaan
zal wel niet ernstig zijn gemeend.
Eindelijk is door dat geachte lid ook nog de gasfabriek
in het debat gebragt. Wat kracht heeft echter ook de rede
nering daarover Ontvangt de gemeentekas uit de inkomsten
der gasfabriek niet eene rente van zelfs 5 pet. voor de gelden,
die zij ten behoeve van de uitbreiding dier fabriek opneemt?
En welke was nu de uitkomst van de exploitatie der gasfa
briek over 1884? In weerwil, dat de gasprijs met ingang
van 1 Januarij 1884 1 cent per stère lager werd gesteld,
hetgeen over datjaar eene vermindering gaf van p. m 14,000,
en dat ruim 1200 meer aan rente aan de gemeente werd
uitgekeerd, was de overwinst slechts ƒ11,000 minder dan
over 1883, doch in elk geval nog p.m. ƒ25,000 meer, dan
waarop bij de gemeentebegrooting voor 1884 was gerekend
I n.l. in het geheel nog altoos p.m. ƒ56,000. Inderdaad, het
genoemde bedrag is nog altoos wel zeer belangrijk te achten,
enmet het oog daaropkan men moeijelijk vorderen dat
de gas verbruikers alléén nog meer zouden moeten betalen tot
bestrijding der uitgaven ten behoeve van alle gemeentenaren
De heer van Harinxma thoe Slooten heeft het woord
gevraagd om in het kort te constateerendat het standpunt,
door hem ingenomenhetzelfde nu nog isals dat hij bij de
begrootiug verdedigde. Hij wenscht deze zaak, die niet on
betwistbaar noodigmaar toch uit velerlei oogpunt gewenscht
is tot stand te brengen terwijl de tegenstanders haar trachten
tegen te gaan door te wijzen op andere meer noodige zaken.
De heer Star Busmann heeft de demping van den Eewal
en de drinkwaterleiding productieve zaken genoemd, en toch,
spr. herinnert er dat lid aanis bij de behandeling dier
zakende improductiviteit daarvan ten stelligste betoogd.
Door datzelfde geachte lid is zeer juist de meening der
tegenstanders uitgedrukt, waar hij zeide dat zij geene uit
gaven wenschen te voterenof het moet zijn voor werken
die noodzakelijk blijken te wezen. Dit heeft spr. ook bij de
begrootiDg besproken en toen als zijne overtuiging uitge
sproken, dat men ook uitgaven voor zaken, die alleen wen-
schelijk zijnmag goedkeuren. Spr. gelooft dat het laatste
adres het meest in argumentatie juist is, waar het de vraag stelt
of over het algemeen de tegenstanders der uitgaven voor nuttige
zaken niet dikwijls eveneens in de eerste plaats te vinden zijn on
der hen die thans gestemd zijn tegen het bouwwerk, dat deze
stad zoude opluisteren en daar een ledige plaats zoude aanvullen
Spr. herhaalt het dat door de tegenstanders niet is aange
toond dat de behoedzaamheid niet zou worden inachtgenomen.
De Voorzitter zegt er prijs op te stellen hier de verkla
ring af te leggen dat hij met groote instemming de warme
verdediging van het voorstel van burgemeester en wethouders
heeft gehoord. Hij ook hecht aan de piëteit voor de daden
van het voorgeslacht, en is er voor om aan de ingezetenen
terug te gevenwat men haar ontnomen heeft. En dan moet
hij zijne verwondering te kennen geven, dat men een nieuwen
toren een voorwerp van weelde heeft genoemdvoor ieder
toch is een goed uurwerk van groot nut en gemakdes te
meer dus een algemeen uurwerk met een klokdie men elk
kwartier, ieder half uur en alle uren duidelijk op verren af
stand hoort slaanvooral voor die klassedie weinig in de
belasting betaalt, die zelfs geen uurwerk kan bekostigen. Het
eenige argument er tegen is geld; nu weet spr. wel dat voor velen
geld het eenige is, de spil waarom alles draait, maar toch zijn er
in Leeuwarden ook velen bij wie andere gevoelens op den
voorgrond tredendie voor het tot stand brengen van nuttige
zaken zich offers willen getroosten. En van harte hoopt spre
ker dat zij de meerderheid in dezen zullen toonen uit te maken.
Hierop worden de beraadslagingen gesloten.
Het le onderdeel der conclusie wordt alsnu in stemming
gebragtmet het resultaatdat de stemmen hebben gestaakt.
Vóór stemden de heeren Beucker AndreaeDirksKuipers
BekhuisDuparcDijkstraWiersmavan Harinxma, de la
Faille eu van JSloterdijck.
Dientengevolge wordt overeenkomstig het bepaalde bij art.
50, 2e lid der gemeentewet, het nemen eener beslissing uit
gesteld tot eene volgende vergadering.
Wegens het vergevorderd uur wordt de behandeling der
overige nog aan de orde zijnde punten tot eene volgende ver
gadering aangehouden.
De Voorzitter sluit hierop de vergadering.
■■I
Verslag der handelingen van den ge eenteraad te Leeuwarden -'an den 9 April 188->.
49
Vergadering van Donderdag den 9 April 1885.
Tegenwoordig 20 leden.
Afwezig de heer JJ. Brungermet kennisgeving.
Voorzitter de heer J. Troelstra wethouder.
I. De notulen van de vorige op 26 Maart j.l. gehouden
vergadering worden gelezen en onveranderd goedgekeurd.
II. Wordt ter tafel gebragt
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders om hen
l,e magtigen voortaan o>k gebouwen en mobilia in de on
derlinge brandwaarborg maatschappij voor de gemeente Leeu
warden te kunnen verzekeren.
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders naar
aanleiding van een verzoek van de weduwe J. J. W. Sar-
torius om eene gratificatie en het vrije gebruik der door haar
bewoonde woning.
Hierbij wordt voorgesteld:
a. burgemeester en wethouders te magtigen, aan adressante
iot wederopzegging toe te staan het vrije gebruik van de
woning in de Klokstraat boven het magazijn van kleeding
en wapening van de d.d. schutterij
Ij. aan P. Roorda, weduwe van J. J. W. Sartorius, over
1885 toe te kennen eene gratificatie van ƒ100, iu vier ter
mijnen te betalen.
3. Eeu voorstel van de raadscommissie voor het ontwerpen
van strafverordeningentot vaststelling eener verordening op
bet aanleggen onderhouden en gebruiken der openbare ijs
banen in de gemeente Leeuwarden.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot ver
dere uitvoering van bet plan van deskundigen in zake de
uitbreiding en verbetering van de gemeentelijke gasfabriek.
Wordt besloten de voorstellen sub 1 en 2 ter visie te leggen
om in eene volgende vergadering te worden behandelden
die sub 3 en 4 te doen drukken in de bijlagen tot het ver
slag van 's raads handelingen.
III. Wordt medegedeeld
1. Dat is ingekomen liet verslag van den toestand van
het middelbaar onderwijs alhier, over 1884.
2. Alsboven van den toestand van het stads ziekenhuis.
3. Dat burgemeester en wethouders hebben vastgesteld
eene instructie voor den ambtenaar, belast met de regeling
der uurwerken in de gemeeutegebonwen.
Al deze stukken worden voor de leden ter inzage gelegd.
4. Berigt van mej. S. Van der Zee, dat zij hare herbe
noeming tot stadsvroedvrouw aanneemt.
5. Dat is ingekomen een adres van J. Plet te Haulerwijk,
houdende instemming met de voorgestelde stichting van een
toren eu waarin in overweging wordt gegeven, dien te bouwen
op den hoek van de St. Jacobstraat en het Raadhuisstraatj
0. Dat is ingekomen eeu adres van de provinciale werk-
liedenvereeniging, tot adhaesie aan het adres van mr. T. van
Hettinga Tromp en anderenbetreffende de stichting van
een toren.
7. Dat is ingekomen een adres van 288 ingezetenen tot
adhaesie van voormeld adres van mr. T. van Hettinga Tromp e. a.
Van deze adressen geschiedt lecture.
8. Dat door ged. staten zijn goedgekeurd de raadsbesluiten
tot overname van grond van B. Pietersontot aankoop van
grond van mevr. van der Scheer, geb. Bol man en tot onder-
handsche verhuring van de woning Oostersingel no. 118.
BlJVOEGöJBL BJJJIOOlUSilDJS HIJ DE LeJJUWABDEB CoUAAKY.
9. Dat het nieuwe reglement voor de stads bank van
leening door den koning is goedgekeurd.
10. Dat bij publieke veiling de molen de Hoop op den
ZuidwesterdwiDger heeft opgebragt eene som van ƒ350 en
de builmolen 58.
11. De dagen, waarop de openbare lessen aan de ge
meentescholen 1 5 11 en aan de gemeentebewaarscholen
zullen plaats hebben.
In verband hiermede wordt overgegaan tot benoeming eener
commissie tot bijwoning dier examens. Door den voorzitter
aan wien deze benoeming door de vergadering wordt over
gelatenworden als leden aangewezen de heeren jhr. mr. C.*
van Eijsinga, mr. J Dirks, mr. J Minnema Buma, G. Menalda
en J. F. H. Bekhuis.
IV. Wordt overgegaan tot behaudeling van de op cien
oproepingsbrief vermelde punten.
1. Voortzetting der behandeling van het voorstel van bur
gemeester en wethouders tot stichting van een nieuwen toren.
De voorzitter heropent de beraadslagingen over het eerste
onderdeel van dit voorstelwaarover in de vorige vergadering
de stemmen hebne» gestaakt.
Dit onderdeel luidtte besluiten tot het bouwen vau een
nieuwen toren met uurwerk en carillon volgens een plan en
op voorwaarden van aanbesteding, uader door den raad vast
te stellen.
De heer van Harinxma thoe Slooten heeft het woord
gevraagdniet omdat hij verwacht dat door eene nadere toe
lichting van het voorstel de kans van welslagen daarvan zal
worden verhoogdmaar dewijl hij het weuschelijk achtdat,
waar nu wederom zoovele ingezetenen van hunne belangstel
ling in den torenbouw deden blijkendie stemmen niet on
opgemerkt voorbijgaan. Vroeger heeft spr. en andere zijner
medeleden gewezen op het gehalte der motievenwelke vóór
en tegen den bouw zijn bijgebragthij zal de vergadering
dus niet vermoeijen met eene herhaling dier besprekingen.
Met een enkel woord wil hij echter nog wijzen op het ge
halte der onderteekenaars van het heden ingekomen adres
van adhaesie. Zonder nu en dit stelt spr. boven alles op
den voorgrond iets te willen af dingen op het gehalte van
adressanten, die tegen de stichting van een toren zijn, doet hij de
vergadering opmerken, dat het gehalte der adressanten van hetdoor
hem bedoeld heden ingekomen adres zich beweegt tussehen alle
klassen van belasting betalende ingezetenen. L)it is z. i. eene
omstandigheid diewaar het den bouw van een ornament
geldt, niet onopgemerkt mag blijven; het verdient de aan
dacht, dat er onder die voorstanders zijn die veel bijdragen
in de belastingen maar ook velen die weinig belasting be-
talen en te minder mag men dit uit het oog verliezen, omdat
pegen den bouw van een toren altijd het motief'is aangevoerd
dat men daardoor een diuk zoude leggen op do ingezetenen,
en dat die drukzooals de tegenstanders niet nagelaten heb
ben gedurig te releverenin het bijzonder zoude neerkomen
op die ingezetenendie met moeite in hun levensonderhoud
kunnen voorzien.
Zoo wijst spr. op het adres van adhaesie van de werklie
den-vereenigingdeze bestaat uit mannen, die geen gioote
sommenmaar zeker ook niet bijzonder gemakkelijk bijdragen
in de belastingdie met andere woorden over belastinghef-
en belaetingverhooging niet luchthartig denkeumaar
toch trotsch en fier genoeg zijn op de stad liunuer inwoning,
7
v*\. mmtw
LI