mmirw
53
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden J van den' S3 April 1885.'
tien gulden die van de artikelen 3 3e alinea5 (3 en 7
met eene boete van ten hoogste vijf gulden.
Artt. 0 en 10, alsmede daarna de verordening in haar ge
heel worden zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Diensvolgens wordt vastgesteld navolgende
VERORDENING
De raad der gemeente Leeuwarden
Overwegende dat er noodzakelijkheid bestaat tot herziening
der verordening op het aanleggen onderhouden en gebruiken
der openbare ijsbanen in de gemeente
Gezien art. 135 der gemeentewet;
Besluit
Vast te stellen navolgende
VERORDENING op het aanleggen, onder
houden en gebruiken der openbare ijsba.
nen in de gemeente Leeuwarden.
Art. 1. De zorg voor het aanleggen, de veiligheid en de
bruikbaarheid der openbare ijsbanen in deze gemeente is op
gedragen aan burgemeester en wethouders.
Op hun last worden de bruggen gesloten gehouden, zoodra
zij dit voor de uitvoering van het bij het le lid bepaalde
noodzakelijk achten.
Art. 2. Het is verboden op eenigerlei wijze het ijs te
verbrekenzoodra dit genoegzame draagkracht voor het ver
keer heett verkregen.
Art. 3. Een vereischt getal baanvegers wordt met het on
derhoud belast.
Zij worden door den burgemeester benoemd en ontslagen
en van een door dezen te bepalen onderscheidingsteeken voor
zien.
Het is aan ieder ander verbodenop een der openbare ijs
banen in deze gemeente de bediening van baanveger uit te
oefenen.
Art. 4. De baanvegers zijn verpligt
a. de banen voor schaatsenrijders aan te leggen en te on
derhouden op eene breedte van ten minste vijf meter
b. de banen des morgens vóór 9 uur schoon te hebben en
verder gedurende den dag schoon te houden
c. bij wakken of op plaatsen waar dit voor de veiligheid
noodig isbakens te zetten en te onderhouden en verder zoo
danige maatregelen te nemen als kunnen strekken ter voor
koming van ongelukken
d. zoodra het ijs daarvoor geschikt isop last van den
burgemeester eene tweede baanter breedte van ten minste
drie meter aan te leggen voor sleden en voor paarden en
daarbij de palen en borden te plaatsen, die hun daartoe zul
len worden uitgereikt.
Art. 5. Het is verboden met sleden eu met paarden te
rijden op de banenvoor schaatsenrijders bestemd tenzij bij
volstrekte noodzakelijkheid.
Art. G. Het is verboden:
a. de banen te beschadigen of onbruikbaar te maken
b. de bakensplankenpalen of andere voorwerpendie
zich bij of op de banen bevindente beschadigente ver
plaatsen of weg te nemen.
Art. 7. Het is verboden, in de openbare vaarwaters bijten
of openingenwaar ookin het ijs te maken tenzij met
vergunning van den burgemeester.
Art. 8. Overtreding van deze verordening wordt gestraft:
die van artikel 2 met eene boete van teu hoogste tien gul
den die van de artikelen 33e alinea56 en 7 met
eene boete van ten hoogste vijf gulden.
Art. 9. De zorg voor de naleving van deze verordening
wordt opgedragen aan den commissarisde inspecteurs en de
verdere beambten van politie.
De baanvegers geven van elke door hen ontdekte over
treding zoodra mogelijk kennis aan de politie.
Art. 10. Met het inwerkingtreden van deze verordening
is vervallen die op het aanleggen onderhouden en gebruiken
der openbare ijsbanenvastgesteld bij raadsbesluit van den
27 November 1879.
3. Benoeming van een lid der commissie voor bet stads
ziekenhuis (vacature J. J. Bruinsma.)
Op de aanbeveling van de commissie van^bestuur komen
voor de heerenS. Draisma van Valkenburg en F. O. Bloem
bergen terwijl zijn geplaatst op de aanbeveling door burge
meester en wethouders opgemaaktovereenkomstig art. 2 van
het reglement op het bestuur dier inrigtingde heeren dr.
N. Reeling Brouwer en dr. Jac. Baart de la Faille.
Met 17 van 18 stemmen wordt de heer S. Draisma van
"V alkenburg benoemd tot lid der commissie voor het stads
ziekenhuis. Eene stem werd uitgebragt op den heer F. O.
Bloembergen.
De heer Wiersma was gedurende deze stemming tijdelijk
afwezig.
4. Voorstel van burgemeester en wethouders om hen te mag-
tigen om voortaan ook gebouwen en mobilia in de onderlinge
brandwaarborg-maatschappij voor de gemeente Leeuwarden te
kunnen verzekeren.
Dienovereenkomstig wordt zonder discussie en hoofdelijke
stemming besloten.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei
ding van een verzoek van de weduwe J. J. W. Sartorius om
eene gratificatie en het vrije gebruik der door haar bewoonde
woning.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de
conclusie van dit voorstel besloten:
a. burgemeester en wethouders te magtigen aan adressante
tot wederopzegging toe te staan het vrije gebruik van de
woning in de Klokstraat boven het magazijn van kleeding en
wapening van de d.d. schutterij
aan P. Roorda, wed. J. J. W. Sartorius, over 1885 toe
te kennen eene gratificatie van 100, in vier termijnen te
betalen en wel op den 1 Mei, 15 Julij, l September en 15
November 1885, telkens een vierde gedeelte.
6. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verdere uit
voering van het plan van deskundigen in zake de uitbreiding
en verbetering van de gemeentelijke gasfabriek.
Conform de conclusie van dit voorstel wordt besloten bur
gemeester en wethouders te magtigen;
I. Tot het aanschaften en doen aanbrengen van:
a. zes Schwarzerovens aan de zuidzijde der stokerij
b. een stel zuiverkisten in het bestaande zuiverhuis met in
begrip der benoodigde afsluiters en buizenleiding;
c. een Evan's photometer;
d. eene loopkraan tot het bewegen der deksels van de nieuwe
zuiverkisten, verbeteringen aan den vloer in het zuiverhuis,
aan de bestratingen enz.
II. Tot het in het openbaar doen aanbesteden van:
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 23 April 1885.
59
a de vergrooting vau de cokesbergplaats en verplaatsing
der waranda;
6. het bouwen van een magazijn voor retorten en verdere
materialen.
7. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
der instructie van den gemeente-ontvanger
De conclusie van dit voorstel luidt
Art. 23 der instructie van den gemeente-ontvangervast
gesteld den 9 April 1868 (Gemeenteblad 18G8 no. 10), te
wijzigen als volgt
Art. 23sub 1 te doen vervangen door het volgende
„Een memoriaal, waarin naar orde des tijds zonder witte
vakken kantteekeningen of tusschenregels al de ontvangsten
en uitgaven worden geboekt.
Art. 23sub 2 te doen vervangen door het volgende
„Een register van ontvang en een register van uitgaaf,
waarin dagelijks de posten in het memoriaal geboekt, worden
overgebragt en wel gecombineerd voor zoover zij behooren
tot ée'u en hetzelfde artikel der begrooting.
In deze registers worden de ontvangsten en uitgaven tot
den loopenden en den vorigen dienst betrekking hebbende, in
afzonderlijke kolommen uitgetrokken.
Zij worden met het einde van elk jaar afgesloten."
Art. 23, sub 3 iu alinea 2 in de plaats van de woorden:
„uit het bovenvermeld journaal" te stellen: „uit de registers
van ontvang en uitgaaf."
Dienovereenkomstig wordt zonder discussie en hoofdelijke
stemming besloten.
8Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van een verzoek van L. A. J. Kroon te Zwollerkerspelom
gebruik te mogen maken van de manége aan den Arendstuin
tot het geven van lessen in de rijkunst.
Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten
I. aan L. A. J. Kroon te Zwollerkerspel tot wederopzeg-
gens toe vergunning te verleenen om op de voorwaarden
nader door burgemeester en wethouders vast te stellenvan
de manége aan den Arendstuin alhier gebruik te maken tot
het geven van onderrigt in de rijkunst
II den heer kolonelkommandant van het le regiment
infanteriemet het sub I genomen besluit in kennis te stel
lenmet verzoek te willen bevorderen, dat aan den belang
hebbende op de nader vast te stellen tijdstippende toegang
tot de bedoelde manége worde verleend.
9. Voofstel van burgemeester en wethouders om aan de firma
Ribbink van Bork Co. te Amsterdam in gebruik af te staan
den voorzolder boren de hoofdwacht tot het vestigen van een
cent r aalbureau voor telephonische verbindingen.
De conclusie van dit voorstel luidt: behoudens goedkeuring
van heeren ged staten aan de firma Ribbink van Bork en
Co. te Amsterdam voor den duur der aan haar verleende
concessie voor den aanleg en de exploitatie van electro-tele-
phonische verbindingen in deze gemeente in gebruik af te
staan een gedeelte vau den voorzolder van het gebouw
waarin zich bevinden de bureaux van politie en van de ge
meentewerken tegen eene jaarlijksche huursom van vijftig
gulden en op nader door burgemeester en wethe-uders vast
te stellen voorwaardenwaarbij zal worden bepaalddat het
gemeentebestuur zich uitdrukkelijk het regt voorbehoudt ten
allen tijde de huurovereenkomst te doen eindigenmits van
het voornemen daartoe zes maanden vooraf aan de huur-
dersche wordt kennis gegeven.
De heer Minnema Buma wenscht wel den conces
sionaris de uitvoering van de concessie gemakkelijk te maken,
maar gelooft toch dat het gemeentebelang moet boven drijven
wel wordt dit niet direct gelaedeerd door de hier bedoelde
vergunningmaar spr. stelt evenwel aan burgemeester en
wethouders de vraag, of de aanwezigheid vau het centraal-
bureau geen stoornis zal teweeg brengen in de bureaux van
politie en den burgerlijken stand. Spr. heeft zelf in vroe
ger jaren, toen het kantongeregt in dat gebouw zitting had
de ondervinding opgedaandat er door allerlei werkzaam
heden op den zolderals het verzorgen van kagchels e. a.
veel gedruisch en geklop hoorbaar wasom welke reden hij
dan nu ook vreest dat de ambtenaren hinder zullen onder
vinden. Ook zal het geloop op den gemeenschappelijke!! trap
misschien veel last veroorzaken.
Spr. wenscht alleen te vragen of burgemeester en wet
houders dit alles overwogen hebbenbestaat het gevaardat
genoemde ambtenaren last van de aanwezigheid van het
centraalbureau boven hun hoofd zullen ondervinden iu wer
kelijkheid niet, dan zal spr. zich zeer wel met het voorstel
kunnen vereenigen.
De Voorzitter deelt mede, dat de af te stane voorzolder
niet gelegen is boven de bureaux van den burgerlijken stand,
maar alleen boven den teekenkamer van de gemeentewerken,
waar uit den aard der aldaar te verrigten werkzaamheden de
aanwezigheid van het centraal-bureau minder hinder zal ver
oorzaken Evenmin zullen de politie-bureauxdie geheel in
het beneden-gedeelte van het gebouw zijn gevestigd hinder
ondervinden.
En wat nu den gemeenschappelijken trap betreft, spr. wijst
er opdat de nieuwe trap alleen naar den zolder leidt eu
moet vervangen den tot hiertoe daarvoor in gebruik zijnden
ladderwelke lastig zoude zijn voor den beambte van het
centraal-bureaute meer daar misschien die betrekking door
eene dame zal worden waargenomen. Het publiek heeft niets
met deze trap te makenaangezien het publiek niet op het
centraal-bureau wordt toegelaten.
Den heer Minnema Buma heeft het genoegen gedaan
eene geruststelling dienaangaande te hebben ontvangen. Hij
heeft niets tegen dien trapmaar vreest er voordat het
loopeu op den zolder veel leven zal veroorzaken daar dit
volgens zijue ondervinding niet alleen direct beneden de
plaatswaar geloopen wordtmaar op de geheele verdieping
kan worden gehoord.
In tegenstelling met den vorigen spreker gelooft hij dat
het publiek wel degelijk van den nieuwen trap zal gebruik
maken daarnaar hij meentiederook al is hij niet aan
gesloten aan het centraal-bureau aldaar zich met anderen in
verbinding kan stellen.
Spr. herhaalt het, dat hij geen bezwaar tegen de inwilli
ging van het verzoek heeftmaar alleen op die omstandig
heid de aandacht heeft willen vestigen.
De Voorzitter verklaart dat het centraal-bureau niet
bestemd is om berigten in ontvangst te nemen voor personen
die aangesloten zijnmaar alleen dient om de verschillende
abonnenten desverlangd met elkaar in verbinding te brengen.
Wat er door de abonnenten gesproken wordt gaat buiten
de beambte van het centraal-bureau om.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd.