106 Verslag der handelingen van den gemeenteraad ta Leeuwarden; van den 28 Julij 1885. den leeraardie met het onderwijs in de natuurkunde aan het gymnasium is belast. Men heeft dan altijd den waarborg dat het onderwijs op een geschikten tijd zal worden gegeven ea dat de hulpmiddelen met zorg en voorzigtigheid zullen worden gebruikt. De heer van Sloterdijck wenscht nu te kennen te ge ven dat hij zich niet tegen het voorstel zal verklaren. Het berouwt hem niet zijne bezwaren te hebben te kennen gege ven omdat die nu zijn weggenomen door de argumenten die thans in deze vergadering dus buiten de overgelegde stukkenzijn aangevoerd ten gunste van het voorstel en ter verduidelijking van het gewijzigd advies. De heer de la Faille meentzoo hij althans den heer van Harinxma goed heeft begrependat dit geachte lid 2 argumenten voor zijn amendement heeft. In de eerste plaats acht deze de bepaling van één jaar wenschelijkomdat dan na verloop van dat jaar een nieuw verzoek kan worden in gewacht en de zaak aan een nieuw onderzoek kan worden onderworpen. Spr. kan zich daarmede zeer goed vereenigen, maar dat denkbeeld wordt ook door het voorstel van burge meester en wethouders bereikt. Maar in de tweede plaats zegt de heer van Harinxma dat hij zich kan voorstellen dat er zich gedurende dat jaar een bezwaar kan voordoen en daarom de mogelijkheid wil voorbehouden zien om de ver gunning binnen het jaar op te zeggen. Spr. gelooft niet dat er zich bezwaren die nu niet reeds te voorzien zijn zullen voordoen. Is dit zoodan acht hij ook die bepaling niet noodzakelijk, ja zelfs niet gewenschtomdat de adres santen dan steeds in het onzekere verkeeren en de vrees zul len koesterendat elk oogenblik de vergunning ban worden opgezegd Dit zal zeker niet in het belang van het onder wijs zijn. Bovendien is toch een tijdvak van één jaar reeds kort genoeg. Spr. zou er dus niet voor zijn om de oorspronkelijke redactie te wijzigen overeenkomstig het amendement van den heer van Harinxma. De heer Dirks geeft in overweging of het niet beter zou zijn om het aldus te lezentot weder opzeggings toe binnen het loopende jaaradressanten zullen dan er op voorbereid zijn dat het in dat jaar kan eindigen. De heer van Harinxma thoe Slooten trekt nu na de bezwaren die zijn amendement heeft ondervondendat in om daardoor de stemming zuiver te houden. Hierop worden de beraadslagingen gesloten. De conclusie van het voorstel wordt nu onveranderd zon der hoofdelijke stemming goedgekeurd. 2Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding van een verzoek van H. Steffensom een op gemeentegrond ge plaatste schutting te mogen laten staan en een strook grond niet voor den publieken dienst te bestemmenmaar hem dien in erfpacht te geven. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de conclusie van dat voorstel besloten a. aan H. StefFens tot wederopzegging in gebruik af te staan een stukje grondgroot 4,463 centiare onmiddellijk grenzende aan zijn woonhuisplaatselijk gekwoteerd Achter de Hoven no. 12 deel makende van het perceel ten kadaster bekend gemeente Leeuwardenin sectie G no. 4829op voorwaarde 1. dat als erkenning van het eigendomsregt door hem jaar lijks worde betaald eene som van 1 2. dat de houten pompgelegen in de gedeeltelijk door hem gedempte slootten oosten van Tulpenburg gelegen worde weggenomenen over de geheele lengte vervangen door eene leiding van cementsteenen buizen wijd 0.25 M. in binnenwerkschen diameter en die slootter verkrijging van behoorlijke afstroomingop de diepte van den vasten bodem worde gebragt 3 dat binnen drie wekennadat dit besluit hem zal zijn medegedeeldde sub 2 bedoelde werken moeten zijn uitge voerd enzoo dit niet is geschiedde schutting binnen dat tijdsverloop in de aangewezen rooilijn moet zijn geplaatst; b. het verzoek van H. StefFens om den grond, op zijne tee- kening met stippellijnen aangeduid, niet voor den publieken dienst te bestemmenals niet voor inwilliging vatbaarte wijzen van de hand. 3. Benoeming van een lid der commissie van administratie der stads bank van leening. De aanbevelingingezonden door de commissie ter ver vulling der vacature, welke blijft voortbestaan door het be danken voor de benoeming als lid dier commissie door den heer S. van Hulstis zamengesteld uit de heeren A. Ottema en G. H. van der Meulen. De aanbeveling door burgemeester en wethouders opgemaakt, ingevolge het bepaalde bij art. 1 van het reglement, bestaat uit de heeren K. E. Brunger en M. J. Nolet. Het resultaat van de gehouden stemming isdat met al- gemeene (13) stemmen tot lid der commissie van administra tie der stads bank van leening wordt benoemd de heer A. Ottema. De Voorzitter sluit hierop de vergadering. Verslag der handelingen van den gemeenteraad Vergadering van Dingsdag den 11 Augustus 1885. Tegenwoordig 14 leden. Afwezig de heeren F. PlantengaH. Beucker Andrea1J. van der Scheermr. E. Star Busmann mr. C. W. A. Buma, A Duparc en G Menalda Az.allen met kennisgeving. Voorzitterbij afwezigheid van den burgemeesterde heer J. Troelstra, wethouder. I. De notulen van de vorige op 28 Julij j.l. gehouden vergadering worden gelezen en onveranderd goedgekeurd. II. Wordt ter tafel gebragt 1. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot con versie van verschillende geldleeningen. 2. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot wij ziging van het besluit tot heffing eener directe belasting op het inkomen ten behoeve der gemeente. 3. Een voordragt ter benoeming van een onderwijzer aan de gemeenteschool no. 5. Daarop komen voorK. G. Houwen te Huizum 2. J. de Boer te Deventer, en 3. T. Veeninga te Haarlem. Wordt besloten deze stukken ter visie te leggen en in eene volgende vergadering te behandelen, terwijl de oorstellen sub 1 en 2 zullen worden gedrukt in de bijlagen tot het verslag van 's raads handelingen. III. Wordt medegedeeld: 1. dat de heer A. Ottema de benoeming tot lid der commissie van administratie der stads bank van leening heeft aangenomen 2. dat is ingekomen de gemeenterekening over 1884. Wordt besloten die te doen drukken in de bijlagen tot 's raadsverslag en in eene volgende vergadering over te gaan tot benoeming eener commissie van onderzoek. Hierop doet de voorzitter de openbare vergadering tijdelijk overgaan iD eene met gesloten deuren. IV. Na heropening der openbare vergadering wordt over gegaan tot behandeling van de op den oproepingsbrief ver melde punten. 1. Het rapport der raadscommissie belast geweest met het onderzoek van de begrooting voor de stadsarmenkamer voor 1886. De commissie stelt daarbij voor te besluiten o. de subsidie voor de stadsarmenkamer over het jaar 1886 vast te stellen tot een bedrag van ƒ25,535.10; b. de door heeren voogden ingediende begrooting over 1886 goed te keuren beide in ontvang en uitgaaf tot een bedrag van ƒ32,730.17. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt dienover- komstig besloten. 2. Het rapport der raadscommissie belast geweest met het onderzoek der rekening van ontvangsten en uitgaven van het nieuwe stads weeshuisdienst 1884 Conform het voorstel van de commissie wordt besloten bedoelde rekening goed te keuren en vast te stellen in ontvang tot een bedrag van ƒ28,249.66, in uitgaaf tot een bedrag van ƒ27,367.11 en alzoo met een saldo tot een bedrag van 882 55. 3. Het rapport der raadscommissie belast geweest met het onderzoek der rekening van de inkomsten en uitgaven van het stads ziekenhuis over 1884. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de conclusie van dit rapport besloten a. de rekening en verantwoording van de ontvangsten en uitgaven van het stads ziekenhuis over 1884zooals zij door de commissie van bestuur van die inrigting is ingediend met een bedrag aan ontvangsten van ƒ10,412.555, aan uitgaven Bi. VCK'iSZL BgBgOkgiOiS BIJ DM LïïgWABDEB floimmr te Leeuwarden, van den 11 Augustus 1885. 107 j van ƒ10,392.555 en met een batig saldo van ƒ20 goed te I keurenonder voorwaardedat in hoofdstuk II afd. Iart. 1 der ontvangsten het cijfer van de nominale kapitaalswaarde van het legaat Crommelin door de zorg van de commissie van ƒ400 worde veranderd in ƒ200; b. de commissie van bestuur uit te noodigen voortaan in de maand Meizooals de verordening voorschrijfthare reke ning en verantwoording over het afgeloopen jaar aan den raad in te dienen e. aan die commissie 's raads dank te betuigen voor haar beheer over het stads ziekenhuis over 1884; d. burgemeester en wethouders uit te noodigen onderzoek te doen naar de rekening en verantwoording van de ontvang sten en uitgaven voor het stads ziekenhuis over 1883 en van den uitslag daarvan aan den raad rapport te doen. 4. Benoeming van eene onderwijzeres in de handwerken aan de gemeenteschool no. 8. Met algemeene (14) stemmen wordt de eenig voorgedragene, mej. H. A. Broersma alhiertot gemelde betrekking benoemd. 5. Benoeming van eene eerste onderwijzeres aan gemeente school no. 3 (vacature mej. J. W. C. Vorderman). Op de voordragt komen voor 1. Mej. M. A. J. van Wicherente Leeuwarden: 2. mej. T. Visser, te Delft; en 3. mej. J. Romein, te Leeuwarden. Met algemeene (14) stemmen wordt eerstgenoemde benoemd tot eerste onderwijzeres aan de gemeenteschool no. 3. De datum van infunctietreding van beide genoemde onder wijzeressen zal nader door burgemeester en wethouders worden vastgesteld. 6. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding van een verzoek van B. J. Dijkstra om vermindering der huursom voor de herberg de Klanderij" Burgemeester en wethouders stellen daarbij voor om het verzoek van R. J. Dijkstra, zooals dit in het vermeld adres is om schreven, als niet voor inwilliging vatbaar, te wijzen van de hand. Dienovereenkomstig wordt besloten. 7. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding van een verzoek van H. H. Laverman om de huur van de wo ning met scheepstimmerwerf op Oldegalileën te mogen overdragen aan A. Westerhuis. Zonder discnssie en hoofdelijke stemming wordt conform de conclusie beslotentot inwilliging van het verzoek van H H. Laverman om de loopende huur van de scheeptimmer- werf en woning op Oldegalileën te mogen overdragen aan A. Westerhuisechter op zoodanige voorwaardenals door bur gemeester en wethouders zullen worden noodig geoordeeld. 8. Het rapport der raadscommissiebelast geweest met het onderzoek der geloofsbrieveningezonden door de nieuw benoemde raadsledende heeren mr. J. L. van Sloterdijckjhr. mr. C. van Eijsinga mr. C. W. A. Buma mr. J. S. baron van Ha rinxma thoe Slooten, IDuparc, H. Kuipers en J. van der Scheer. De commissie adviseert hierbij met eenparigheid van stera men tot toelating van de bovengemelde heeren. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt dienover eenkomstig besloten. Wordt opgemerkt, dat de heeren van Sloterdijck, van Eijsingavan Harinxma thoe Slooten en Kuiperstijdens de beslissing omtrent hunne toelatingzich tijdelijk buiten de vergadering bevonden. V. Na afdoening der aan de orde zijnde punten verzoekt de Voorzitter 6a aandacht der vergadering voor het antwoord 16

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1885 | | pagina 1