Vergadering van Dingsdag 8 Maart 1887.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 8 Maart 1887.
21
Tegenwoordig eerst 18, later 19 leden.
Afwezig de heeren J. van der Scheer en Dr. J. de Baart de
la Faille, met kennisgeving.
Voorzitter de heer P. Lycklama a Nijeholt, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 1 Maart j.l. gehouden ver
gadering worden gelezen en onveranderd vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld, dat is ingekomen het verslag van den
toestand van het gymnasium over 1886.
Dit verslag zal als bijlage worden gedrukt bij het verslag van
den toestand der gemeente over het jaar 1886.
III. Wordt ter tafel gebragt
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot onder-
handsche verhuring van de woning Raadhuisstraatje no. 3.
Dit voorstel zal nog heden in behandeling worden genomen.
2. Het rapport der raadscommissie belast geweest met het
onderzoek der rekening van de stads bank van leening, over 1886.
3. Het rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek
eener aanvraag der commissie van bestuur over het stadszieken
huis om wijziging van - en het doen van af- en overschrijvingen
op de begrooting van die inrigting over het jaar 1886.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot het
doen van af- en overschrijvingen op de Gemeentebegrooting,
dienst 1886.
5. Het rapport der raadscommissie voor de reclames, omtrent
bezwaarschriften tegen het 2e suppletoir kohier der dir. belas
ting op het inkomen, dienst 1886.
De stukken sub 2 tot en met 5 zullen voor de leden ter visie
worden gelegd, om in eene volgende vergadering te worden be
handeld.
6. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot wijzi
ging van de gemeentebegrooting, dienst 1886.
Wordt ten fine van onderzoek en rapport gesteld in handen
van de heeren van der Scheer, Bekhuis en Reeling Brouwer.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den oproe
pingsbrief vermelde punten.
1. Benoeming van eene onderwijzeres aan de gemeente
school no. 1.
De voordragt is zamengesteld uit 1 Mej. A. Faber alhier
2 Mej. A. Smeding, te Beetslerzwaag3 Mej. T. Visser, te
Oostzaan.
Met 17 stemmen wordt eerstgenoemde benoemd. Op Mej.
T. Visser werd 1 stem uitgebragt.
De datum van infunctietreding zal nader door burgemeester
en wethouders worden vastgesteld.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders nuar aanleiding
van een verzoek van O. G. Boersma c. s. om gebruik te mogen
maken van een lokaal in de gemeentebe waar school no. 4.
Burgemeester en wethouders stellen daarbij voor het verzoek
van O. G. Boersma c. s., om des Zondags gedurende een uur
gebruik te mogen maken van een der lokalen van de gemeen
tebewaarschool no. 4, voor het houden van eene Zondagschool,
als niet voor inwilliging vatbaar, van de hand te wijzen.
Dit voorstel wordt na gehouden stemming aangenomen met
14 tegen 3 stemmen, die van de heeren Bekhuis, Oosterhofl' en
Dirks.
De heer Reeling Brouwer was tijdelijk afwezig.
De heer Troelstra komt ter vergadering.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei
ding van een adres van Mej. C. E. Dorhout te Velp, om
afkoop van eene grondrente.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten
behoudens goedkeuring van heeren Ged. Staten, eene over
eenkomst aan te gaan met Mej. Elisabeth Catharina Dorhout en
mede-eigenaren tot afkoop van eene grondrente, zuiver groot
ƒ0.74 in het jaar, waarmede eene zatlie en landen teJislum,
gemeente Ferwerderadeel, is bezwaard ten voordeele dezer ge
meente, tegen eene som van 14.80, zijnde de penning twintig
van het zuiver bedrag der grondrente, onder voorwaarde dat
de kosten der acte van afkoop ten laste der adressanten zullen
komen.
4. Rapport der raadscommissie belast geweest met liet on
derzoek der rekening en verantwoording van de kamer van
koophandel en fabrieken, over 1886.
De commissie stelt voor genoemde rekening en verantwoor
ding goed te keuren tot een bedrag van 316.46
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heeren Menalda en Duparcrespectievelijk voorzitter en
secretaris der Kamer, hebben zich van medewerking onthouden.
5. Voorstel van de raadscommissie voor het ontwerpen van
strafverordeningen tot vaststelling van eene verordeninghou
dende algemeene bepalingen van politie voor deze gemeente.
(Zie bijlagen no. 2 en 3 tot het verslag van 's raads hande
lingen).
De algemeene beraadslagingen worden geopend.
De heer Star Busmann heeft het woord gevraagd omdat
hij wel wenschte voor te. stellen de behandeling van deze zaak
te verdagen. De reden daarvoor is hierin gelegen, dat de leden
nog maar sinds zeer kort in het bezit zijn van de betrekkelijke
stukken en eerst Zaturdag avond jl. eene nota hebben ontvangen
behelzende de wijzigingen, door de commissie alsnog in haar
ontwerp aangebragt. Het betreft hier een hoogst belangrijk
onderwerp, van ingrijpenden aard voor de belangen der ingeze
tenen, waarom de leden van deze vergadering dan ook billijker
wijze aanspraak mogen maken op voldoenden tijd om zich
behoorlijk te kunnen voorbereiden.
Üe Voorzitter doet den geachten spr. opmerken, dat het
ontwerp reeds drie weken gpleden aan de leden is rondgezon
den gedurende welken tijd zij zeker voldoende gelegenheid
hebben gehad daarvan kennis te nemen. Wat de jongste bij
lage betreftdeze bevat slechts eenige kleine wijzigingen die
hoofdzakelijk eene verbetering in de redactie van sommige ar
tikelen op het oog hebben zij zijn niet van ingrijpenden aard.
Indien de heer Busmann evenwel van zijn denkbeeld eene mo
tie wenscht te maken en deze motie ondersteuning vindt, zal
spr. die in beraadslaging brengen.
Le heer Star Busmann Stelt daarop als motie voor om
de behandeling tot de of eene volgende vergadering uit te
stellen.
De motie wordt voldoende ondersteund en in behandeling
I genomen.
De heer Troelstra zal zich legen die motie verklaren
daarzooals de voorzitter reeds deed opmerkende leden be
hoorlijk gelegenheid hebben gehad om het ontwerp naauwkeurig
na te gaan. Bovendien bepalen zich de wijzigingen, die volgens
den heer Busmann van ingrijpenden aard zijntot enkele ar
tikelen in hoofdzaak bevat het nieuwe ontwerp gelijke bepa
lingen als de bestaande verordeningdie echter wijzigingen in
de redactie hebben ondergaan of in overeenstemming zijn ge
bragt met het nieuwe strafwetboek. Spr. vindt nu geen aan
leiding om thans niet tot de behandeling over te gaan.
De heer Menalda had voor zichzelf wel gemeenddat de
leden van den raad tijdig genoeg de noodige stukken hadden
ontvangen om nu de verordening in behandeling te kunnen
nemen. Doch nu van de zijde van den heer Busmann een
voorstel tot verdaging is gedaan en spr. uit diens woorden
heeft kunnen opmakendat dit geachte lid niet voldoende ge
prepareerd isstelt hij te veel prijs op diens advies in zaken
als de onderwerpelijkeom niet er toe bij te dragendat hij
althans voldoende voorbereid zal kunnen medewerken. Daarom
zal spr. aan de motie zijne a*em geven.