Vergadering van Dingsdag 27 Maart 1888.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van den 27 Maart 1888.
29
Tegenwoordig aanvankelijk 15 later 18 leden.
Afwezig de heeren Mr. J. L. van Sloterdijck en G. Menalda.
ene vacature.)
Voorzitter de heer P. Lyeklama a Nijeholtburgemeester.
1. De notulen van de vorige op 13 Maart j.l. gehouden ver
gadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. In behandeling wordt genomen het kohier der directe
lelasting op liet inkomen dienstjaar 1888.
In verband hiermede wordt de openbare vergadering tijdelijk
jesloten.
Na heropening van de vergadering wordt vastgesteld navol-
|end besluit
De raad der gemeente Leeuwarden
Gezien het door burgemeester en wethouders opgemaakte ko-
der directe belasting op het inkomen ten behoeve dezer
meente, over het dienstjaar 1888,
Gelet op art. 264 der gemeentewetzooais dat is gewijzigd
bij de wet van 28 Junij 1881 (Staatsblad no. 102),
Gelet op de besluiten dezer vergadering van den 25 Augustus
[885 en 13 October daaraanvolgend, goedgekeurd bij Koninklijk
luit van den 30 November 1885 no. 18, waarbij het maxi-
,um tot hetwelk de vorenbedoelde belasting kan worden ge
leven is vastgesteld op f 190.000,
Gelet op het besluit dezer vergadering van den 16 November
(887, waarbij is bepaald, dat over het dienstjaar 1888 4.30
ten honderd van het belastbaar inkomen zal worden geheven,
verband waarmede eene som van f 189.464.24 als vermoe-
lelijke onzuivere opbrengst dezer belasting op de gemeentebe-
ooting over 1888 is uitgetrokken.
Besluit
Voormeld kohier der belasting op het inkomen ten behoeve
dezer gemeente over het dienstjaar 1888 na daarin aangebragte
wijzigingen vast te stellen tot een belastbaar inkomen van
/|4,364,412.50 en een totaal der aanslagen van 187,669.67.
inmiddels hebben de heeren Reeling Brouwervan Eijsinga
en de la Faille de vergadering verlaten en zijn de heeren van
der Scheer en Meijer ter vergadering verschenen.
j UI. Bij monde van den heer Duparc wordt rapport uitge-
bragt door de commissiein wier handen de geloofsbrief van
den heer D. Tigler Wijbrandinieuw benoemd raadslid, is ge-
meld.
9 De commissie stelt voorden heer Wijbrandi als raadslid
toe te laten. Dienovereenkomstig wordt zonder hoofdelijke stem
ming besloten.
'l IV. Wordt medegedeeld
w 1dat berigt is ontvangen van het overlijden van Mej. K.
M Hengeveld leerares in de Engelsche taal en letterkunde aan
dc Middelbare school voor meisjes alhier.
De voorzitter deelt mededat door burgemeester en wethou
ders aan de familie der overledene een brief van deelneming
haar verlies is verzonden waarmede de raadnaar hij ver-
ouwtvolkomen zal instemmen.
2. dat bij koninklijk besluit van 13 Maart j.l. no. 10 is goed
gekeurd het besluit tot heffing van schoolgelden voor onderwijs
'an de gemeentebewaarscholen der 2e klasse.
3. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd de raads
besluiten
tot onderhandsehe verhuring van perceelen Achter de
oven.
I b. tot overneming van grond gelegen Achter de Hoven.
4. eene dankbetuiging van T. Banda voor zijne benoeming
lot onderwijzer aan de gemeenteschool no. 5.
dat door burgemeester en wethouders één aandeel, n.l.
no. 23, van de leening, aangegaan in 1886 tot een bedrag van
f 24000 is uitgeloot.
6. dat is ingekomen het verslag over de verrigtingen en dat
over het finantiëel beheer van het bureau voor animale vacci
natie in 1887.
Wordt voor de leden ter visie gelegd.
7. dat is ingekomen het verslag van den toestand van het
Middelbaar onderwijs in deze gemeente over 1887.
Wordt als bijlage gedrukt in het verslag van den toestand
der gemeente over dat jaar.
V. Wordt ter tafel gebragt
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot hel
1 verleenen van eervol ontslag aan Mevrouw G. J. J. Buma—Wijcker-
held Bisdom, als voogdes van het nieuwe Stads-Weeshuis.
2. Het rapport der raadscommissie belast geweest met het
onderzoek van de rekening der administratiekosten van de stads
bank van leening, over 1887.
Deze stukken worden voor de leden ter visie gelegd, om in
eene volgende vergadering te worden behandeld.
3. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot tijde
lijke voorziening in de vacature ontstaan door het overlijden
van Mej. K. M. Hengeveldleerares aan de Middelbare school
I voor meisjes.
Zal heden worden behandeldna behandeling der aan de
I orde zijnde punten.
4. Een adres van den heer H. Beekkerk houdende het ver
zoek niet aan te nemen een eventueel voorstel van burgemees-
I ter en wethouderstot aankoop van een perceel water, m
sectie F no. 879.
Naar aanleiding van eene vraag van den heer Plantenga, die
wegens ongesteldheid enkele vergaderingen niet heeft kunnen
bijwonen of deze zaak reeds aanhangig is bij den raad, geeft
de Voorzitter te kennen, dat dit met het geval is. Tot toelich
ting deelt spr. mededat hier sprake is van een perceeltje
waterdeel uitmakende van een perceel dat indertijd van
wege den staat is uitgegraven voo- den aanleg van den spoor
weg. De overgebleven gedeelten worden nu gaandeweg door
bemiddeling van den ontvanger der registratie aan ae naastle-
gers verkocht. Spr. heeft zich persoonlijk met dien ontvanger
in betrekking gesteld, en hem in September reeds gevraagd,
op welke voorwaarden het rijk genegen zoude zijn dit per
ceeltje aan de gemeente over te dragen. In het begin van deze
maand is daarop het berigt ontvangen, dat namens de gemeente
een bod moest worden gedaan waaraan door spr. behoudens
nadere goedkeuring van het gemeentebestuur is voldaan. Vol
gens het adres van den heer Beekkerkschijnt deze, langs
ambtelijken weg daarmede in kennis gekomenook een bod
te hebben gedaan, doch beneden de door spr. geboden som
te zijn gebleven. Van wege het rijk is echter nog geen nader
antwoord ingekomen. Zoodra dit het geval is, zal spr. de zaak
bij burgemeester en wethouders aanhangig maken en dat col-
legie de «vraag voorleggen of aankoop en demping van dit per
ceel water niet wenschelijk zoude zijn ten einde het bij de
stadsplaats op Wijlaarderburen te kunnen voegen. Spr. stelt
nu voor, het adres van den heer Beekkerk ten fine van berigt
en raad in handen van burgemeester en wethouders te stellen,
opdat een onderzoek zal kunnen worden ingesteld omtrent het
door den adressant gevindiceerd regt van vrije vaart langs meer-
bedoeid water.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
VI. Wordt overgegaan tot behandeling van de overige op den
oproepingsbrief vermelde punten.
1. Rapport der raadscommissie omtrent het doen van af-
en overschrijvingen op de begrooting voor het stads-ziekenhuis
dienst 1887.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel der commissie besloten goed te keuren de a(- en over
schrijving, zooals die is gespecificeerd in de missive van de
commissie van bestuur over het stadsziekenhuis d.d. 27 Fe-
bruarij 1888 no. 1447. m