Vergadering van Dinsdag 28 April 1891. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Dinsdag 28 April 1891. 49 Tegenwoordig 19 leden. Afwezig met kennisgeving de heeren Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slooten en Mr. J. Minnema Buma. Voorzitter de heer P. Lycklama a Nijeholtburgemeester. I. De notulen van de vorige op 7 April j.l. gehouden verga dering worden gelezen en vastgesteld. II. Wordt medegedeeld en voor kennisgeving aangenomen a. eene dankbetuiging van Mej. F. A. Behrns voor de benoeming tot onderwijzeres aan gemeenteschool no. 10. b. Alsboven van Mej. S. van der Zeestads vroedvrouw. c. Alsboven van J. H. Roeshart onderwijzer aan gemeen teschool no. 8. III. Wordt ter tafel gebracht 1. een adres van den heer J. Swarts om eervol ontslag als secretaris-boekhouder van de stadsarmenkamer. Wordt om bericht en raad gesteld in handen van burgemees ter en wethouders. 2. een verzoek der commissie van bestuur over het stads ziekenhuis om machtiging tot het doen van af- en overschrij vingen op de begrooting, dienst 1890. Wordt gesteld in handen van de heeren Dirks Oosterhoff en Meijer. 3. een voorstel van burgemeester en wethouders tot het verleenen van eervol ontslag aan den onderwijzer W. F. van der Werff. 4. alsboven om aan den plantsoenarbeider J. Kroes een wachtgeld toe te kennen. 5. alsbovenbetreffende eene verandering op de algemeene begraafplaats. 6. een rapport der reclame-commissie omtrent bezwaar schriften tegen aanslagen in den hoofdelijken omslag dienst 1891. De stukken sub 3 tot en met 6 worden ter visie gelegd om in eene volgende vergadering te worden behandeld. 7. een voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging der gemeentebegrooting dienst 1891. 8. alsboven tot het verleenen van vergunning aan E. H. Bonnema om van een gedeelte van den Harlinger trekweg ge bruik te maken als rijweg. 9. alsboven tot het doen aanbesteden van het stichten van een gebouw enz. voor Schwarzer-ovens in de gasfabriek. De stukken sub 7 tot en met 9 hebben ter visie gelegen, om heden te worden behandeld. IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op roepingsbrief vermelde punten. 1Rapport der raadscommissie omtrent de rekening en ver- antivoor ding der stadsbank van leeningdienst 1890. Wordt besloten a. de rekening der stadsbank van leening over 1890 goed te keuren tot een bedrag van 5748.37. b. de commissie der genoemde bank 's raads dank te be tuigen voor haar nauwkeurig beheer. 2. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek der rekening en verantwoording der ontvangsten en uitgaven van de dienstdoende schutterijover het jaar 1890. Wordt beslotengemelde rekening goed te keuren tot een bedrag van ƒ4651.76 in ontvang en uitgaaf. 3. Voorstel van burgemeester en wethouders om aan E. J. de Vries opnieuw het recht te verleenen tot het hebben van eene kiosk aan den Stationsweg. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten met ingang van 18 Juli 1891 voor den tijd van drie jaren aan E. J. de Vries alhier het recht te verleenen tot het hebben van eene kiosk op het daarvoor bij raadsbesluit van den 28 Augustus 1884 no. 5 aangewezen terrein aan den Stationsweg, tegen eene jaarlijksche retributie van 5.telken jare bij voor uitbetaling te voldoen en verder onder zoodanige voorwaarden als burgemeester en wethouders zullen noodig oordeelen. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging van de gemeente-begrooting dienst 1891. De heer Bekhul8 heeft geen bezwaar tegen de voorgestelde wijziging. Uit de toelichting blijktdat naar de overtuiging van burgemeester en wethouders de loonen van de werklieden der gemeente-reiniging te laag zijn en behooren verhoogd te worden. Het is eigenlijk niet aan den raad om dit punt te bespreken omdat bij de verordening de benoeming de vast stelling der loonen enz. van de werklieden aan burgemeester en wethouders is opgedragen. Maar toch wenscht spr. naar aanleiding hiervan eene vraag te doen opdat hij kan kennen de beteekenis van dit voorstel voor de gemeente-financiën. De post voor bezoldiging van werklieden zal voor 1891 met ƒ1000 worden verhoogd. Daar dit dienstjaar reeds voor 1 /s is verstrekenrijst bij spr. de vraagof die 1000 berekend zijn voor het geheele jaar of voor het nog resteerende 2/s gedeelte. Is dit laatste het geval, dan zal voor 1892 deze post met ƒ1500 moeten worden ver hoogd. Spr. is toevallig in het bezit gekomen van de door burge meester en wethouders den 21 Februari jl. vastgestelde veror dening tot regeling van het getal, de bezoldiging enz. der be dienden en werklieden bij de verschillende takken van dienst. Bij art. 4 is bepaald dat de bezoldigingen jaarlijks worden vastgesteld en dat de directeuren jaarlijks in de maand Juni aan burgemeester en wethouders lijsten inzenden, aanwijzende de namen enz. der werklieden. Wordt nuna de ontvangst dier lijsten het loon geregeld, dan strekt misschien de verhoo ging van ƒ1000 slechts voor een half jaar en zal voor 1892 2000 meer noodig zijn. Gaarne zou spr. dienaangaande eenige opheldering ontvangen. De Voorzitter begint met zijne verontschuldiging aan te bieden dat de door den heer Bekhuis bedoelde verordening toevallig in diens bezit is gekomen. Zijne bedoeling is 't ge weest deze verordening in openbare zitting den raad mede te deelen en doet 't nu bij deze. Intusschen is de verordening gezonden aan de onderscheidene directeuren en aan de com missie voor de gasfabriek. Wat nu de verhooging aangaat deze heeft eene lange ge schiedenis. Een uitvoerig onderzoek is reeds in 't vorig jaar ingesteld en daarbij is het aan burgemeester en wethouders geblekendat eene verhooging der bezoldigingen alleszins ge- wenscht is. Burgemeester en wethouders wenschten echter bij de verordening eene vaste regeling van de benoemingbezol diging enz. vast te stellenen hierdoor is de verhooging ver traagd welke anders allicht met 1 Januari van dit jaar had kunnen intreden. Bij aanneming van dit voorstel zal de verhooging met 1 Mei ingaan zoodat voor de volgende begrooting de betrekkelijke post met minstens ƒ1500 zal moeten worden verhoogd. De heer Bekhuis betuigt zijnen dank voor de bekomen inlichtingen. Het voorstel tot wijziging der begrooting wordt nu zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlee nen van vergunning aan E. H. Bonnema om van een gedeelte van den Harlinger trekweg gebruik te maken als rijweg. De heer van Sloterdijck vraagtof niet in de conclusie duidelijk moet uitkomen de bedoelingdat de vergunning wordt verleend ten behoeve van een perceel land van den adressant. Hij stelt voor, dit alsnog in de conclusie in te lasschen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1891 | | pagina 1