v
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van Dinsdag 1 September 1891.
van het gelal ambtenaren van den burgerlijken standdoor
dien de drie titularissen wegens afwezigheid als anderszins
gelijktijdig kunnen verhinderd zijn, om als zoodanig op te tre
den. Ook onlangs deed zich dat geval voorzien waarom dan
ook den 28 Juli een vierde ambtenaar is benoemd.
Hij doet den heer Duparc evenwel opmerkendat er op
grond van de wet geen sprake kan zijn om lijdelijke ambtena
ren van den burgerlijken stand te benoemen. Overigens acht
hij het niet wenschelijk, om het getal dier ambtenaren te be
perken, aangezien niet alleen in den zomer, maar ook in den
win'er, door ongesteldheid of door andere oorzaken alle drie
ambtenaren verhinderd kunnen zijn hunne functie uit te oefe
nen. Het ligt voor de hand, dat de vierde ambtenaardie nu
zal worden benoemdslechts in de uiterste noodzakelijkheid
dienst zal behoeven te doen.
De heer Kuipörs verkeerde toen hij onlangs de benoe
ming tot ambtenaar van den burgelijken stand aanvaardde,
evenals de heer Duparc in de meening, dat zij slechts van tij-
delijken aard was.
Door de woorden van den Voorzitter is hij nu evenwel tot
andere gedachten gekomen.
Nu het eene definitieve benoeming betreftverzoekt hij zijne
medeleden hunne slem niet op hem uit te brengen.
De Voorzitter geeft in overweging om tot de benoeming
over te gaan waartoe wordt besloten.
De uitslag der stemming is dat op den heer H. Kuipers
11, op den heer Mr. J. S. Baron van Harinxma thoe Slooten 5,
Dr. N. Reeling Brouwer 3 stemmen en op den heer H. Beucker
Andreae 1 stem wordt uitgebrachtzoodat de heer H. Kuipers
is 'benoemd tot ambtenaar van den burgerlijken stand.
3. Benoeming van twee leden der commissie voor het stede
lijk muziekkorpsicegens periodieke aftreding als raadsleden
van de heeren Mr. J. L. van Sioterdijck en Jhr. Mr. C. van
Eij singa.
De uitslag der stemmingen is, dat de heeren van Sioterdijck
en van Eijsinga tot leden der raadscommissie van het stede
lijk muziekkorps worden herbenoemd.
De heer van Sioterdijck wordt voor het lidmaatschap dezer
commissie aangewezen om als zoodanig zitting te nemen, na
dat door hem als nieuw gekozen raadslidde vereischte eeden
zullen zijn afgelegd.
4. Benoeming van leden der raadscommissie voor de open
bare werken.
Tot leden dezer commissie worden herbenoemd de heeren
Mr. J. DirksJ F. H. Bekhuis, G. Menalda en R. H. Dijkstra.
5. Benoeming van leden der commissie tol het ontwerpen
van strafverordeningen.
Het resultaat der gehouden stemmingen isdat tot leden
dezer commissie worden herbenoemd de heeren A. Duparc
Mr. J. L. van SioterdijckMr. J. Minnema Buma en Mr. J. C.
Meijer.
Ten opzichte der benoeming van den heer van Sioterdijck
wordt verwezen naar punt 3.
6. Benoeming van leden der raadscommissie voor de ge
meentelijke bewaarscholen.
Tot leden dezer commissie worden herbenoemd de heeren
J. van der Scheer, Mr. J. G. Meijer, Dr. J. Baart de la
Faille en H. Beucker Andreae.
7. Benoeming van een secretaris-boekhouder der stadsar
menkamer ter voorziening in de vacature ontstaan door het
verleend eervol ontslag aan den heer J. Swarts.
Op de aanbeveling ingezonden door de voogden der stadsar
menkamer komen voor de heeren
1. A. Alberts te Leeuwarden en
2. H. Hoekstra aldaar.
Door burgemeester en wethouders is die aanbeveling over
eenkomstig art. 55 van het reglement op het bestuur van de
stadsarmenkamer, aangevuld met de heeren
1J. Perez en
2. J. U. Proostbeiden wonende alhier.
De uitslag der gehouden stemming is, dat met 18 van de 20
stemmen de heer A. Alberts alhiermet ingang van heden
voor den tijd van vijfjaren, tot secretaris-boekhouder der stads
armenkamer wordt benoemd.
Twee stemmen waren uitgebracht op den heer J. Perez.
8. Benoeming van een onderwijzer met hoofdacte aan de
gemeenteschool no. 9 (vacature D. Vunderink.)
Op de voordracht zijn geplaatst
1. J. Brassinga te Harkema-Opeinde
2. R. Noordhofï te Oldehove
3. IJ. Loopstra te Ureterp.
Het resultaat der stemming isdat J. Brassinga te Harke
ma-Opeinde met algemeene (20) stemmen wordt benoemd.
De datum van infunctietreding zal nader door burgemeester
en wethouders worden bepaald.
9. Benoeming van een onderwijzer met acte Duitsch aan
de gemeenteschool no. 4 ivegens uitbreiding van het onderwij
zend personeel aan die school.
De voordracht bestaat uit
1H. Boonstra te Leeuwarden
2. S. S. Hoogterp te Sliedrecht,
3. H. B. Ziegler te Hengelo (O.)
De uitslag der stemming isdat alle (20) stemmen zijn uit
gebracht op H. Boonsira te Leeuwarden en deze alzoo is be
noemd.
De datum der infunctietreding zal door burgemeester en wet
houders nader worden vastgesteld.
11Benoeming van een onderwijzer met acte Fransch aan
de gemeenteschool no. 4. (vacature O. Sijtstra.)
Op de voordracht zijn geplaatst
1. A. Broers te Wildervank,
2. T. de Groot te Wolvega
3. J. Colmjon te Leeuwarden
4. E. Levi te Hengeloo (O.).
Het resultaat der gehouden stemming isdat A. Broers te
Wildervank met algemeene (20) stemmen wordt benoemd.
De datum van infunctietreding zal door burgemeester en
wethouders nader worden vastgesteld.
11Wijziging en opnieuw vaststelling van den rooster van
aftreding voor de raadsleden.
De strekking van het hiertoe betrekkelijk voorstel van bur
gemeester en wethouders is, om, tengevolge de vermeerdering
van het getal raadsleden met tweeden rooster van aftreding
zoodanig te wijzigendat de nieuwe rooster zal worden inge
deeld als volgt
voor 1893 7 leden.
1895 8
1897 8
en door loting uit te maken welke acht van de negen nieuw
gekozen raadsleden in 1897 en welk lid van hen in 1895 zal
moeten aftreden zoodat in de aftreding van de tot 1893 en
1895 zitting hebbende raadsleden geene verandering wordt ge
bracht.
Na eene bespreking tusschen den heer Duparc en den voor
zitter wordt het voorstel van burgemeester en wethouders
zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
- .r.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad
De uitslag der boven omschreven loting tusschen dein 1891
nieuw gekozen raadsleden is, dat de heer Mr. J. L. van Sio
terdijck door het lot is aangewezen om in 1895 als raadslid
af te treden tengevolge waarvan de overige acht nieuw geko
zen raadsleden, de heeren Mr. J. S. baron van Harinxma thoe
Slooten, J. van der Scheer, A. Duparc, Jhr. Mr. C. van Eijsinga,
H. Kuipers, S. H. Hijlkema, T. Konter en P. Fabry de Jonge
zullen aftreden in 1897.
Na vorenstaande wijziging is de indeeling van den nieuwen
rooster van aftreding zoodanig dat
in 1893 zullen aftreden de heeren
G. Menalda Az., Mr. J. Dirks, Dr. J. Baart de la Faille, W.
J. Oosterhoff, J. F. H. Bekhuis, Mr. J. C. Meijer en J. Theunisse.
in 1895 de heeren
Mr. J. Minnema Buma H. Beucker Andreae F. Plantenga,
J. TroelstraDr. N. Reeling BrouwerR. H. DijkstraD.
Tigler Wijbrandi en Mr. J. L. van Sioterdijck en
in 1897 de heeren
Jhr. Mr. G. van Eijsinga A. Duparc Mr. J. S. baron van
Harinxma thoe Slooten, H. Kuipers, J. van der Scheer, S. H.
Hijlkema, P. Fabry de Jonge en T. Konter.
12. Regeling der rangorde van zitting in de vergadering.
Bij loting wordt toegewezen
plaats no. 1 aan den heer D. Tigler Wijbrandi.
9
2
9
S. H. Hijlkema.
n
3
G, Menalda Az.
4
Mr. J. G. Meijer.
5
Mr. J. Dirks.
6
Dr. J. Baart de la Feille.
7
W. J. Oosterhoff.
8
J. van der Scheer.
9
9
P. Fabry de Jonge.
10
9
F. Plantenga.
11
9
Mr. J. L. van Sioterdijck.
n
12
Mr. J. Minnema Buma.
9
13
H. Kuipers.
14
9
J. F. H. Bekhuis.
9
15
9
A. Duparc.
n
16
9
Jhr. Mr. G. van Eijsinga.
9
17
9
n
J. Theunisse.
18
R. H. Dijkstra.
9
19
T. Kon ter.
20
H. Beucker Andrea.
13. Verdeeling van den raad in sectiën
De uitslag der gehouden loting is, dat worden aangewezen
a. tot leden der le sectie, waarvan de burgemeester voor
zitter is de heeren F. Plantenga D. Tigler Wijbrandi G.
Menalda Az., Mr. J Minnema Buma, Mr. J. G. Meijer, S. H.
Hijlkema en Dr. N. Reeling Brouwerwethouder.
b. tot leden der 2e sectie de heeren: Jhr. Mr. C. van Eijsinga,
T. Kon terA. Duparc, R. H. Dijkstra, H. Beucker Andreae,
J. F. H. BekhuisMr. J. Dirks en tot voorzitter de heer J.
Troelstra, wethouder.
c. tot leden der 3e sectie de heeren Dr. J. Baart de la
Faille, H. Kuipers, P. Fabry de Jonge, W. J. Oosterhoff, Mr. J.
L. van SioterdijckJ. van der Scheer J. Theunisse en tot
voorzitter de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slooten,
wethouder.
14. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek van
de rekening en verantwoording van de stads-armenkamerover
het dienstjaar 1890.
Zonder discussie cn hoofdelijke stemming wordt conform de
conclusie van het rapport besloten
a. de rekening der stadsarmenkamer, over 1890, goed te
keuien tot een bedrag in ontvangst van 37661.05;, in uitgaaf
Leeuwarden, van Dinsdag 1 September 1891. 83
van ƒ36321.61 en een batig saldo van f 1339.441 en dit saldo
over te brengen op de rekening van 1891 op de inkomsten van
eenige bijzondere fondsen waaraan eene aangewezen bestem
ming is verbondenieder voor zich gespecificeerd aan het slot
der rekening voorkomende.
b. heeren voogden der stadsarmenkamer 's Raads dank te
betuigen voor hun nauwkeurig gehouden beheer.
15. Voorstel van burgemeester en wethouder e tot het ver-
leenen van eervol ontslag aan den onderwijzer R. Brouwer.
Wordt conform de conclusie van het voorstel zonder dis
cussie en hoofdelijke stemming besloten met ingang van 12
October 1891 aan R. Brouwer, overeenkomstig zijn verzoek
eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan de gemeente
school no'. 11.
16. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het bepa
len van den dag van infunctietreding voor O. Sijtstraals
hoofd van gemeenteschool no. 7.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten
het ontslag van den heer O. Sijtstra, als onderwijzer aan de
gemeenteschool no. 4 te doen ingaan op 1 October 1891 en
op dezen dag te bepalen zijne infunctietreding als hoofd van
gemeenteschool no. 7.
17. Voorstel van burgemeester en wethouders tot. verhooging
der jaarwedde van den onderwijzer li. JBeunk.
Wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming besloten
de jaarwedde van H. J. Beunk onderwijzer met hoofdacte
aan de gemeenteschool no. 8, te verhoogen met ƒ100 en alzoo
vast te stellen op 700 en die verhooging te doen rekenen te
zijn ingegaan den 13 April 1891.
15. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop
op afbraak van de herberg nde Klanderijc. a.
De conclusie van dit voorstel luidt behoudens goedkeuring
van Gedeputeerde Staten de herberg „de Klanderij" met bijbe-
hoorende gebouwen op afbraak te verkoopen en den alsdan te
verkrijgen grond met het bijgelegen land als bouwterrein in
veiling te brengen.
De beraadslagingen over dit voorstel worden geopend.
De heer Dirks brengt in herinnering dat er aanvankelijk
blijkens de stukken, bij de commissie voor de openbare werken
bezwaren bestonden tegen de conclusie van het voorstel van
burgemeester en wethouders. Tegen de zaak zelf bestond er
bij de commissie geen bezwaar, alléén wenschte zij nog niet in
1891 tot den verkoop over te gaan, maar daartoe een gunsti
ger tijdstip af te wachten.
Toen de commissie deze zienswijze aan burgemeester en
wethouders te kennen gaf, was zij niet bekend met den slech
ten toestand, waarin „de Klanderij" zich blykens het later rap
port van den directeur der gemeentewerken bevindt, en even
min met bet bedrag der kosten, dat zal noodig zijn, om dat ge
bouw in een behoorlijken slaat van gebruik te brengen en dat
ruim f4000 zal beloopen. Deze nadere omstandigheid heeft
spr. persoonlijk van zienswijze doen veranderen ten opzichte
van het voorstel van burgemeester en wethouders, waaraan
hij verklaart thans zijne stem te zullen geven.
De beraadslagingen worden hierop geslotenen het voorstel
van burgemeester en wethouders daarna zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
De openbare vergadering wordt hierop door den voorzitter
gesloten
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden