52 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van Dinsdag 25 April 1893. voor de schadedie het gevolg is van gebreken aan de binnen leiding of daaraan door werklieden der gasfabriek verrichten arbeid. Die gebreken worden in den regel aan en met mate- rialen van particulieren en vaak door particuliere werklieden hersteld. Spr. herinnert zich dat deze kwestie indertijd zich ook heeft voorgedaan toen de gaskroon in de zaal der Harmonie was aangebracht. Deze was opgehangen onder toezicht van den directeur der gasfabriek maar niettemin zijn er toen in den raad terecht stemmen opgegaan tegen eene verantwoordelijk heid van de gemeenteindien zich onverhoopt een ongeluk daarmede mocht voordoen. Artikel 11 zoomede de overige artikelen en daarna de ver ordening in haar geheel worden zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Alzoo zijn vastgesteld de volgende VOORWAARDEN, waarop het gas door de gemeentelijke gasfabriek aan parti culieren wordt geleverd en bepalingen voor den aanleg en het gebruik van de gemeentetoestellen. Art. 1. De hoofdbewoner of de gebruiker van een perceel o! van een gedeelte van een perceel die verlangt gas van de gemeen telijke gasfabriek te gebruiken of in liet beslaand gebruik ver anderingen wil doen aanbrengen doet daarvan door invulling van het daarvoor bestemde biljet aangifte ten kantore van de gasfabriek. Art. 2. De aanleg van de dienstleidingd. i. de gasbuis die strekt van de straatkanalisatie tot den gasmeter, geschiedt uitsluitend door de zorg van de gasfabriek. Voor elk perceel waarvan de afstand tusschen den voorgevel en de openbare straat ten hoogste 3 meter bedraagtgeschiedt die aansluiting gratis. Wanneer de voorgevel van een gebouw, waarin gas wordt verlangdmeer dan 3 meter van de openbare straat is gelegen dan moet door den aanvrager 50^ van de kosten der verlengde aansluiting worden betaald. Alvorens met den aanleg wordt aangevangen, geeft de directeur, zoo dit wordt verlangd het bedrag dier kosten aan den aan vrager op. De gemeente is niet verplicht gas te leveren in gebouwen, of voor de verlichting van straatlantaarnswelke meer dan 30 meter van de openbare straat zijn gelegen of in die gedeelten der gemeente waar de wijdte der straalkanali- satie 0,05 M, of minder bedraagt. Art. 3. Ieder gasverbruiker is verplichtéén of meer gasmeters in gebruik te nemen. Ze worden door de gemeente geleverd. De bepaling van de grootte en de plaatsing van den gasmeter geschiedt op aanwijzing en naar de voorschriften van den di recteur. Wanneer tegen die aanwijzing of tegen die voorschrif ten bezwaren worden ingebracht beslist de commissie. Art. 4. Voor het plaatsen en het bevestigen van den meter moet worden betaald voor een meter van 2 lichten f 2.50 3 2.50 5 - 3.- voor een meter van 10 - 4. 20 - 6.- - dO - 7.- ,50 - 8.50 00 - 11.50 MO - 16.- 100 20.- 150 - 25.— Voor het plaatsen en hel bevestigen van den meter aan eene bestaande dienstleiding is de helft van dit tarief verschuldigd. Het verwisselen van defecte en het wegnemen van onnoodig geworden meters geschiedt door de zorg van de gasfabriek gratis. De gasverbruikers zijn verplicht, de gasmeters, ter be veiliging tegen beschadigingte omkleeden met eene houten kastwaarin eene goed draai- en sluitbare deur. De directeur kan deze verplichting opheffenwanneer de plaatsing van den meter eene afzonderlijke afsluiting onnoodig maakt. Art. 5. Voor het gebruik der gasmeters moet aan de gemeente huur worden betaald. Die huur loopt van 12 Mui tot 12 November en van 12 November tot 12 Mei, en bedraagt per G maanden voor een 2 lichts-meter f 0.50 3 - 0.70 5 - 0.90 10 - 1.05 20 - 1.40 30 - 1.75 50 - 2.65 00 - 3.50 n 80 - 4.55 100 - 5.60 150 - 8.75 Voor tusschcutijds geplaatste meters is de volle huur voor 6 maanden verschuldigd. Teruggaaf van meterhuur wordt niet verleend, tenzij in de gevallen, bedoeld bij art. 19. Art. 6. Voor alle verlichtingen van tijdelijken aard zooals kermis tenten illuminatiën en dergelijken, worden de kosten van den aanleg en het wegnemen der geleidingen en de huur der gas meters door den directeur, naar een door de commissie vast te stellen tarief, bepaald. Art. 7. Voor verlichting buitenshuis of voor die van eene ganglan taarn welke is geplaatst boven de hoofddeur van een perceel, kan worden gebruik gemaakt van abonnementlantaarns. De aanleg der geleidingen geschiedt overeenkomstig het bepaalde bij art. 2. De lantaarn en lantaarndrager moeten door den aanvrager worden geleverd. Art. 8. De abonnementsprijs voor de in art. 7 bedoelde lantaarn is afhankelijk van den gasprijsden te kiezen lichtbrander en het aantal uren- dat de verlichting per jaar wordt verlangd. Deze prijs waaronder desverkiezende hel opsteken en het blusschen begrepen is wordtvoor elke lantaarn door den directeur naar een door de commissie telken jare vast te stellen tarief geregeld. Art. 9. De aanleg der binnenleidingen van den meter afgeschiedt door de zorg en voor rekening van den belanghebbende. Desverkiezende kan de uitvoering daarvan van wege de gas fabriek geschieden tegen betaling der kosten, maar ook dan Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van Dinsdag 25 April 1893. moet al het benoodigde materiaal door den aanvrager worden geleverd. Wanneer de aanleg van de binnenleiding plaats heeft buiten bemoeiing van de gasfabriekzoo geschiedt toch de aansluiting van die leiding aan den meter door de zorg en onder het toe zicht van den directeur. De betaling voor dien arbeid is in j het bij art. 4 genoemde tarief begrepen. k Art. 10. Ieder gasverbruiker-is verplicht, bij het ontdekken van eenig defect aan de dienstleiding, den meter of de binnenleiding, daarvan onverwijld kennis te geven ten kantore van de gasfabriek. Mocht het blijken dat het defect aan de dienstleiding of den meter is ontstaan door opzettelijke beschadiging of verkeerde behandelingdan is de gasverbruiker voor alle schadedaar door ontstaanverantwoordelijk en verplicht tot betaling van de kosten van herstel. De gebreken aan de binnenleiding kunnen desvcrlangd van wege de gasfabriek, tegen betaling der kosten, worden hersteld. Art. 11. Voor alle werkzaamheden die overeenkomstig artt. 9 en 10 door werklieden der gasfabriek worden verrichtmoet per uur en per werkman 20 cent worden betaald gedeelten van uren worden voor volle uren in rekening gebracht. Voor het houden van toezicht, het opnemen en controleeren4van den arbeid wordt niets berekend, maar de gemeente is in geen geval verantwoor delijk voor de schadedie het gevolg is van gebreken aan de binnenleiding of van den arbeid, daaraan door werklieden van de gasfabriek verricht. Art. 12. Eenmaal 's maandszooveel mogelijk met een tijdruimte van één maand maar ook telkens bij verwisseling van den gasmeterwordt elke meter door van wege de gasfabriek aan te wijzen beambten opgenomenom het verbruikte gas te constateeren. Wanneer een gasverbruiker bezwaar heeft tegen de uilkomst der meteropname kan hij zijne bedenkingen daar tegen schriftelijk inbrengen. In dat geval doet de directeur door een speciaal daarvoor aan te wijzen beambte eene horopname van den meter verrichten. Het resultaat van die opname bepaalt het gasverbruik. De gasverbruiker is verplicht, de gasmeter-opnemers in zijne woning I toe te laten. Art. 13. Een gasverbruiker, die den bij hem in gebruik zijnden meter wenscht te verwisselen doet daartoeonder opgave van rede nen ten kantore van de gasfabriek schriftelijk het verzoek. J Indien de directeur die redenen billijk oordeeltgeschiedt de verwisseling gratis. Blijkt het verzoek niet genoegzaam gemoti- I veerddan kan de verwisseling worden toegestaan, mits de kos- I tenovereenkomstig het tarief volgens art. 4door den gas- I verbruiker worden betaald. Blijkt hetdat de meter niet of onvoldoende heeft gewerkt I om het gebruikte gas te bepalen, dan geschiedt de raming van I de hoeveelheid gebruikt gas door den directeur. Is de storing in den gcregelden gang van den meter een I gevolg van opzettelijk aangebrachte versperringendan wordt I den gasverbruiker voor al het nog te betalen gas waarvan de I hoeveelheid op de wijze zooals in de vorige alinea bepaald is I geraamdde dubbele prijs in rekening gebracht. De gasverbruiker kan ten aanzien der beslissingendoor den I directeur volgens dit artikel genomen, bij de commissie in beroep I komen. Art. 14. Elke maand, zoo spoedig mogelijk na de opname van den j meterwordt ten huize van den gasverbruiker per door den boekhouder op te maken kwitantieover het kostenbedrag van het gebruikte gas beschikt. Op die kwitantie wordt bijgevoegd het verschuldigde voor aanlegopstellen van den meter reparatie enz. De meter huur over het tijdvak 12 Mei—12 November wordt in de maand Juni, die over het tijdvak 12 November12 Mei in de maand December geïnd. De betaling van hetten be hoeve van de bij art. 6 genoemde toestellenverrichte werk en geleverde gas, wordt door de commissie, op voorstel van den directeur geregeld. De commissie is bevoegd, de betalingen op korteren termijn of bij vooruitbetaling verplichtend te stellen. Art 15. Bij weigering van betalinguit welken hoofde ookvan het terzake van geleverd gas of gebruik of aanleg der toestellen verschuldigde, hebben burgemeester en wethouders het recht, de invoerkraan van het gebouw van den in gebreke zijnden gas verbruiker te doen sluiten en te verzegelen en, bij weigering van toegang tot het verzegelen of bij voortdurend verzuim, de dienst leiding te doen wegnemen. Daaraan geschiedt geen heistel ling, dan nadat alle kosten en verder verschuldigde gelden zijn betaald en voor het vervolg eene borgstelling ten genoe gen van burgemeester en wethouders zij gesteld alles onver minderd de rechten welke de gemeente ter zake der wanbe taling zou kunnen of willen doen gelden. Art. 16. De gasverbruikerdie een perceel verlaat of geen gas meer wenscht te gebruiken is verplicht, minstens 3 dagen vóórdat hij met het gasverbruik wil eindigen, hiervan kennis te geven ten kantore der gasfabriek. Elk verzuim in de onvoldoende of niet tijdige kennisgevingen de schade daardoor ontstaan blijft voor rekening van den gasverbruiker. Door de zorg van den directeur wordtna opname van het gebruikte gas, de meter weggenomen en de dienstleiding vol doende afgesloten. Wenscht een opvolgende bewoner van het perceeldat de meter en de aansluiting blijven bestaan dan I kan nadat hij aan het bij art. 1 bepaalde heeft voldaan zijn daartoe strekkend verzoek worden toegestaan. Art. 17. De directeur en de opzichter |der gemeentelijke gasfabriek hebben ten allen tijde toegang lot den in elk perceel geplaat sten gasmeter. Art. 18. Aan ieJer gasverbruiker wordt een exemplaar van deze ver ordening uitgereikt. Art. 19. De gasverbruikers zijn niet verplicht tot betaling van meter- huur gedurende den tijd, dat de fabriek om welke reden dan ookaan hen geen gas heeft kunnen leveren. De gemeente is niet gehouden tot eenige schadevergoeding bij verhindering of stoornis in cle levering van gas. Art. 20. Deze verordening treedt in werking den 1 Mei 1893. Bij die invoering zijn vervallen Bepalingen voor het gebruik der toestellen van de gemeentelijke gasfabriek en van de kosten van hun aanleg, en voorwaarden waarop het gas uit de gemeen telijke gasfabriek wordt geleverd (Gem. blad 1881 no. 29). De beslissing over het adres van P. Atteina e. a. wordt aan-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1893 | | pagina 4