112 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Dinsdag 2b September 189u. niet baten. Een correctief is het daarom voor hem telkens als de gelegenheid zich voordoette kunnen medewerken tot verlaging van den gasprijs. In het systeem van den heer Beu- cker Andreae moest men veeleer den gasprijs verhoogen misschien zou men dan zelfs de voorgestelde nieuwe belasting, de heffing van straatgeldkunnen vermijden. Spreker acht het onnoodig nog verder het vicieuse aan te toonen van het stel sel van den heer Beucker Andreaedat aandruischt tegen elk gezond denkbeeld van de wijze, waarop het gemeente-huishou den moet worden gevoerd. Den Voorzitter is liet opgevallen dat heden verschillende beschouwingen zijn gegeven over de bruto-winst der gasfabriek. Terwijl de heer Haverschmidt beweerde dat aan de gemeente als industrieel eene behoorlijke winst mag worden toegekend vermeent de heer Duparcdat die winst steeds gebruikt is tot amortisatie van de schuld ten behoeve van de fabriek aange gaan. Dit is echter niet juist de winst is altijd eenvoudig in de gewone huishouding der gemeente gebruikt. De heer Bekhuis wenscht nog een enkel woord in het midden te brengen. Spr. heeft den heer Duparc met belang stelling aangehoord doch zal hem in zijne beschouwingen niet volgen. Spr's bedoeling met zijne motie was om de gasprijsverla- ging in de sectiën te bespreken tegelijk met de gemeente-be grooting zoodat de rapporteurs in de gelegenheid waren de verhouding tusschen de gasfabriek en de gemeente-financiën op te teekenen. Spr. zal voor het voorstel van burgemeester en wethouders stemmenomdat nu de prijs der gaskolen tot ƒ0.60 de hecto liter is verlaagd; de reden, waarom in 1891 de gasprijs is verhoogd moet leiden tot verlaging. De prijs in nu te hoog het gasverbruik neemt af, doch zal na verlaging van den prijs toenemen. Eerst zal men zich eene winstderving moeten ge troosten die later door meerder gasverbruik zal worden ge compenseerd. De beraadslagingen worden gesloten. Onderdeel sub I wordt in stemming gebracht en aangeno men met 18 tegen 2 stemmen die van de heeren Beucker Andreae en van Eijsinga. Onderdeel II wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 3. Rapport der raadscommissie omtrent de begrooting voor de dienstdoende schutterij dienst 1894. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt deze begroo ting voorloopig vastgesteld tot een bedrag in ontvang en uitgaaf van 5047. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei ding van een verzoek van E. M. van der Meer om een open plaatsje behoorende bij de houten loods op den hoek van de Romlceslaan en den Graclitswaltijdelijk bij zijn perceel aan den Potmargewal te mogen voegen. Zonder discussie wordt beslotendit verzoek te wijzen van de hand. De heer Wolff ve>rlaat de vergadering. 5. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding van een verzoek van G. IJ pes om intrekking van het raads besluit tot onbewoonbaar-verklaring van zijn perceel Achter de Witte Rand No. 23. Burgemeester en wethouders stellen hierbij voor in te trek ken het raadsbesluit van den 10 Januari 1893 No. 11 voor mover daarbij onbewoonbaar is verklaard de woning ten ka daster bekend, ten name van de erven van H. Terguinge meente Leeuwarden in sectie C No. 7 plaatselijk gekwoteerd Achter de Witte Hand No. 23. De beraadslagingen worden geopend. Den heer de la Faille is het uit het voorstel niet recht duidelijk gewordenwaarom, met afwijking van het advies vau^ den directeur der gemeentewerken de intrekking van het br sluit tot onbewoonbaarverklaring van deze woning wordt voo. gesteld. In de memorie van toelichting tot het voorstel wordt gezegd dat een der redenen die tot onbewoonbaarverklarii hebben geleid is vervallen de aangebrachte herstellingen en verbeteringen hebben n.l. de woning in een goeden toestand gebrachtmaar het andere bezwaar de onvoldoende capaci teit kon niet worden weggenomen. Het komt spr. voordat dit een gevaarlijke weg is, dien men opgaat. Indien men door eenige oppervlakkige herstellingen een goed gemotiveerd raads besluit tot onbewoonbaarverklaring kan doen intrekken wordt wel wat aan de kracht van de verordening ontnomen. Spr. maakt daarom voorloopig bezwaar met het voorstel mede te gaan. De heer Reeling Brouwer heeft deze woning bezocht, en bevondendat wel is waar de inrichting te wenschen over laat maar dat verder de toestand veel is verbeterd. Er zijn woningenwaarop de onbewoonbaarverklaring niet is toege past en die toch wat staat van onderhoud betreftniet op één lijn kunnen worden gesteld met deze. De woning heeft eene voor- en eene achterdeurzoodat voldoende lucht kan toetreden. De raad is toegevend geweest ten opzichte van woningen waarvan de inrichting ook niet boven alle verdenking verheven wasen nu meenden burgemeester en wethouderswaar wer kelijk verbeteringen in deze woning zijn aangebracht in den geest van den raad te handelendoor hem in overweging te geven, de onbewoonbaarverklaring in te trekken. Trouwens het is moeielijk een juiste grens te trekken tusschen bewoonbaar en onbewoonbaar. De heer Bekhuis deelt de zienswijze van den heer Ree ling Brouwer. Spreker was lid der raadscommissie ad hoe tot onderzoek van een voorstel van burgemeester en wethouders betreffende onbewoonbaarverklaring van eenige woningen, waartoe ook deze woning behoorde. Omtrent deze woning waren de overwegingen in het rapport van tweeërlei aard, n.l. de bekrompen inrichting en onvol doende staat van onderhoud. De toestand is nu verbeterd. Ook spr. heeft de woning bezocht en hij durft verklaren dat indien de woning in het begin van dit jaar in denzelfden toestand had verkeerd als nu de commissie vrij zeker niet de onbewoonbaarverklaring had voorgesteld. De ruimte is niet grootdoch te dezen opzichte mag men wel wat consideratie gebruiken. De woning staat aan drie kanten vrij. Volgens spr. bestaat er alle aanleiding, om de straf, die den eigenaar wegens zijne nalatigheid in het onderhouden van deze woning was opgelegd op te heffen. Bovendien zijn burgemeester en wethouders consequent ge bleven. Ongeveer een jaar geleden deden zij den raad een voorstel tot onbewoonbaarverklaring van een 25-tal woningen maar tegelijkertijd werden de eigenaren van andere woningen aangeschreven, aan die eigendommen verbeteringen aan te bren gen. Tot deze behoort ook de woning waarvan thans sprake is. Aan die aanschrijving is toen niet voldaan, met het gevolg, dat de woning, overeenkomstig het advies van de raadscom missie onbewoonbaar is verklaard. In het rapport teekende de commissie aan, dat de door bur gemeester en wethouders gestelde termijnen van één maand voor het aanbrengen van verbeteringen te kort was en dat het gewenscht was een langeren termijn te gunnen, ten einde de eigenaars beter de gelegenheid te geven, om door het aanbren- Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 26 September 1893. gen van verbeteringen te trachten de onbewoonbaarverklaring te voorkomen. Waar nu burgemeester en wethouders de ver klaring afleggen dat naar hunne overtuiging deze woning vol doende is verbeterddaar meent spr. dat de raad goed zal doende onbewoonbaarverklaring op te heffen. De heer de la Faille zal na de inlichtingen van de heeren Reeling Brouwer en Bekhuis zijne stem aan het voorstel geven. 'et voorstel wurdt hierop zonder hoofdelijke stemming aan genomen. b. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei ding van een verzoek van G. W. Koopmansgeagreerd klerk ten kantore van den gemeenteontvangerom ook zijne betrek king op te nemen in de pensioensverordening-. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de conclusie van dit voorstel beslotenden adressant te kennen te geven dat aan zijn verzoek niet kan worden voldaan. 7. ding kommandeurom hen op te nemen in de pensioensregeling. Burgemeester en wethouders stellen voor, aan de adressan ten te kennen te gevendat aan hun verzoek niet kan worden voldaan De heer Wijbrandi voelde zich bij het lezen van het praeadvies van burgemeester en wethouders niet geheel bevre digd door de gronden, die zij aanvoeren. De adressanten mee- nen in dezen gelijk te staan met de waagwerkersmaar burgemeester en wethouders ontkennen ditomdat er koren- meters-wegers zijnniet in het belang der gemeentemaar 1 oorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei- van een verzoek van de korenmeters-wegers en hunnen ten gerieve van den handel. Dit vindt spr. eenigszins gezocht. Evenzeer als de waagwerkers het gewicht van de vaten boter constateerendoen de korenmeters-wegers dit met de maat en het gewicht van de granen. In het eene, zoowel als in het andere geval legt de handelaar zich bij hunnne opgaven neder. Burgemeester en wethouders zijn gebonden aan de verorde ning maar het doet spr. voor deze personen leed. De heer Troelstra vermeentdat de gronden voor het ongunstig praeadvies nog al uitvoerig zijn uiteengezet en nood zakelijk tot afwijzing moeten leiden. Volgens de verordening wordt pensioen verleend aan ambtenarenbedienden en werk lieden, in dienst der gemeente of van gemeentelijke instellingen. Als zoodanig kunnen de korenmeters-wegers niet worden be schouwd. Zij zijn eene vereeniging ten gerieve van den handel, evenals de turfmeters- en dragers. De Waag is geheel eene gemeentelijke instellingdie van wege de gemeente geëxploiteerd wordt terwijl de werklieden uit de gemeentekas worden betaald. De beraadslagingen worden hierop gesloten. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei ding van een verzoek van de gaarders en wegers aan de veemarktom ook hen te rangschikken onder de beambten enz. die voor pensioneering in aanmerking kunnen komen. Wordt beslotenaan de adressanten te kennen te geven dat aan hun verzoek niet kan worden voldaan. De voorzitter sluit hierop de vergadering. Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1893 | | pagina 7