168 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 24 December 1895. Veismg der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Dinsdag 24 December 1895. 169 landbouwers hunne producten hier ter markt brengen. De wa gen met krommen dissel is nu eenmaal hun voertuig, waar mede zij van jongs af gewoon zijn te rijden, en nu gaat 't toch niet aan, hen in eens te noodzaken een ander soort voer tuig te gebruiken. Spr. kan zich niet voorstellen, dat de buitenlui een ander voertuig dan den wagen met krommen dissel zouden gebrui- ken ook voor het vervoer van steenen en zand bij vervloenn- gen en aanleg van straten is haast geen ander voertuig te ge bruiken. Dit zijn eenige bezwaren, die spr. tegen den voorgestelden maatregel heelt; het zijn wellicht geen onoverkomelijke bezwa ren maar ze zullen hem toch tegen het voorstel doen stem men te meer omdat naar spr's meening het doel op andere wijze kan worden bereikt. Nu eenmaal bekend is, welke pun ten in de stad voor het verkeer moeilijkheden en soms ge vaar opleveren, kunnen voor de veiligheid maatregelen worden genomen. Zoo kan bijv. verboden worden om van den kant van het hotel de Doelen de Korhnakerspijp oprijdende deze rechts of links af te rijden, en de bestuurders van een voer tuig worden verplichtom in dit geval recht uit de Korfma- kersstraat in te rijden. Soortgelijke bepaling kan ook ten opzichte van het afrijden van de Amelandspijp worden gemaakt. Door dergelijke maatregelen kan op drukke verkeerspunten het gevaar wordenvoorkomen zonder te veel de vrijheid van be weging te belemmeren. De heer van Ketwich Verschuur zegtdat de com missie voor strafverordeningen de objecties heelt voorzien die door den heer van Eijsinga zijn gemaakt zij heeft ze alle ge wikt en gewogen, doch te licht bevonden. Uit de toelichting van het voorstel blijktdat de commissie zich niet heeft ontveinsd, dat de voorgestelde verbodsbepaling eenig ongerief voor de landbouwende bevolking in de omgeving zal veroorzaken, maar zij meende, dat een verzoek van ingeze tenen om het gebrutk van den krommen dissel bij voertuigen te verbieden in overweging moest worden genomen, daar dit verzoek zich grondde op ervaring op een ongeluk dat den dood ten gevolge had en op beschadiging van eigendommen alles het gevolg van het bekende feit, dat wagens met krom men dissel bij bruggen, hellingen enz. hoogst moeilijk zijn te besturen. Oorspronkelijk dacht de commissie er overnog meerdere uitbreiding aan de verbodsbepaling te gevenzoodat deze ook zou gelden voor de wandelwegen buiten de grachten, maar hiervan is zij teruggekomen zij wilde het ongeriefdat van het verbod het gevolg zoude zijn, tot een minimum beper ken en alleen daar dit voertuig verbieden, waar een veilig ver keer dit eischt. Ook is dat ongerief in werkelijkheid niet zoo grootmen heeft eenvoudig den wagen met krommen dissel door het aan brengen van een vast lenroen of een stokraam in een steeds te besturen wagen te veranderen, eene verandering, die voor eens geschiedt en slechts zeer geringe onkosten medebrengt. Door den heer van Eijsinga is gevraagd, of een dergelijk verbod hier wel noodig zal zijn, terwijl het in grootere steden, als in Utrechtniet bestaat. Spr. moet er op wijzendat het voor die stad niet zoo noodig zal zijn, omdat aldaar het terrein min der geaccidenteerd is en geen zoo hooge bruggen of pijpen te Utrecht bestaan als te Leeuwarden. De heer van Eijsinga gaf ook in overweging, te bepalen, dat de Korfmakerspijp alleen van af het hotel „de Doelen" en dan zonder rechts of links af te slaan, alzoo enkel om in de Korf- makersstraat te komenmag worden afgereden. Ook dit punt is door de commissie besproken en enkele leden meenden, dat dergelijke bepaling het nu voorgestelde verbod aldaar onnocdig zou makenmaar men overdacht, dat alsdan groot ongerief zou ontstaan voor de bewoners der perceelen aan de gracht rechts „Over de kelders" en links tegenover het hotel „de Doelen", omdat de ruimte aldaar niet toelaatdat rijtuigen er draaien. In de commissie gingen ook stemmen op om met het oog op de omstandigheiddat buiten de voormalige Vrouwenpoort vele wagens standplaats hebben het rijden met wagens nyët krommen dissel over de Vrouwenpoortsbrug toe te laten, maar i ten slotte was men met het oog op het drukke verkeer juist j op die plaats ook daar tegen. Die brug is ook zoo dicht bij de standplaats voor wagens aldaar gelegen dat er geen be zwaar tegen kan bestaan om de wagens vóór de brug af te spannen en ze dan verder tot op de gewone standplaats even over die biug voort te duwen. Spr. herhaaltdat de commissie de bezwaren niet heelt voorbijgezien maar dat zij van meening is dat de raad wel zal doen met in te gaan op het verzoek door tal van ingeze tenen gedaan en zoodoende steeds dreigende ongelukken zal voorkomen. De heer van Eijsinga wenscht nog een enkel woord in het midden te brengen. De heer van Ketwich Verschuur me moreerde dat de adressanten aanleiding tot hun verzoek heb ben gevonden in een ongeluk dat den dood ten gevolge had spr. herinnert zich dat ongeval welmaar vergist hij zich nietdan werd dat ongeluk niet veroorzaakt door een wagen met krommen dissel, doch door een handwagen. Wil men nu het rijden met kromme dissels verbieden om ongelukken te voorkomen men zou dan verder moeten gaan en het verbod ook tot handwagens uitstrekken. Spr. wil gaarne met de commissie tegemoetkomen aan de bezwaren van adressantenmaar op eene andere manier, dan de commissie wilb. v. door de bepalingdat men van de pijpen geen zwaai naar rechts of links mag nemen, doch rechtuit moet rijden. Dat hierdoor ongerief zal ontstaan voor de bewoners der perceelen aan de gracht rechts of links kan spr. niet inzien. Die perceelen zijn altijd te naderen al is 't langs een omweg. Maar spr. moet ten sterkste opkomen tegen het denkbeeld van den heer van Ketwich Verschuur om de wagens vóór de bruggen af te spannen en ze dan over de bruggen voort te duwen. Hierdoor zou het gevaar niet verminderen integen deel bij zware wagens zou het nog moeielijker zijn stuur te houden. Spr. herhaaltdat door andere maatregelen het gevaar is te voorkomen hij erkent dat de kosten van verandering der wagens niet groot zijnmaar het gebruik van eene andere soort wagensdan waaraan men gewoon is levert groote be zwaren op. Dc heer Duparc wenscht de aandacht er op te vestigen dat de heer van Eijsinga zijn kosten-bezwaar nu reeds heeft laten varenzoodat alleen overblijft het bezwaar van den last, dien de voorgestelde maatregel aan de belanghebbenden zou opleveren. Hij zou echter dat geachte lid wel willen vragen of niet iedere verbodsbepaling tot op zekere hoogte een last is voor de ingezetenen Elke verbodsbepaling toch komt hem die er door wordt getroffen te staan op zekere opoffe ring. Gelijk echter in ieder geval, is zoodanige opoffering noo dig voor het algemeen belang. Een maatregelals door den heer van Eijsinga aan de hand wordt gedaan zal niet tot het gewenschte doel leiden. Dit straalt ook reeds door in de toelichting van de verordenings commissie. Het doelbevordering van de openbare veiligheid, kan slechts worden bereikt door het verbod van het gebruik van den krommen disselboom. En dat dit verbod niet over bodig of onnoodig isvalt te meer in 't oog als men ziet hoe dikwijls beladen hooiwagens afrijden van de Pijlsteeg., de Hoogstraten bij de Dubbele pijp enz. Men moet dan vaak het hart vasthouden uit angst over den afloop. Dat er niet nog meer ongelukken gebeurenis inderdaad te verwonderen. Wat 't zwaarst ismoet het zwaarste wegen. Het noodza kelijke van den maatregel zal nog te meer uitkomen naar mate het verkeer in de stad drukker wordt. De heer de la Faille weet bij ondervindingdat deze stad lastig is voor het verkeer van voertuigen. Waar hij nu aan den eenen kant waardeert de pogingen om daarin verbe tering aan te brengen naar aanleiding van een klacht van in gezetenen daar moet hij aan den anderen kant zijn bezwaar te kennen geven tegen de wijze waarop aan die klacht zal worden tegemoetgekomen. Spr. schaart zich aan de zijde van den heer van Eijsinga en is met dezen van oordeeldat het verbod te belemmerend zal zijn voor de landbouwende bevol king van de omgeving om in deze gemeente hunne producten van de hand te zetten. De adressanten verzoeken dat voor de veiligheid van het verkeer bij de Korfmakerspijp bijzondere politiemaatregelen mo gen worden genomen De commissie wees er te recht op, dat door de voorschriften van de algemeene politieverordening vol doende hierin wordt voorzien. Het komt spr. echter i ior, dat door de politie zelf niet al tijd voldoende de hand er aan wordt gehouden dat zij, waar het verkeer wordt belemmerd, vaak krachtiger kon optreden, dan zij doet. Spr. herinn rt zich bij een bezoek in Londen te hebben gezien hoe op de drukste verkeerspunten, waar twee of meer straten zich kruisen, de o de gehandhaafd en het ver keer geheel geregeld woidt door één politieagent, die slechts door een handgebaar hier tot stilstand daar tot voortrijden dwingt terwijl het publiek zich geheel naar zjjne wenken voegt. Spr. heeft ook het oog op de belemmering, die ondervonden wordt door het veelvuldig gebruik van de openbare straat voor uitstallingen van koopwaren vooral des Vrijdags op de grach ten. Hij weet weldat deze zaak meermalen is besproken maar hij zou het toch voor het verkeer wenschelijk achten dat daaraan meer paal en perk werd gesteld. Ook het gebruik van handkarren heeft wat krachtiger politietoezicht noodig. Spr. zal dus tegen het voorstel stemmenomdat het ge wenschte doel kan worden bereikt door betere politiemaatre gelen. De heer van Ketwich VQrsChuur oordeelt, dat de hee- ren de la Faille en van Eijsinga te veel nadruk er op leggen, dal de verbodsbepaling eene groote belemmering zal zijn voor de landbouwende bevolking van de omgeving. Dit zal niet in ernstige mate het geval zijn. Bijna alle landbouwproducten toch worden per schuit hier aangebrachthet verkeer met alle wagens ook met krommen dissel om de stad heen blijft vrij zoodat ook de veemarkt gemakkelijk van alle kanten te bereiken zal blijven. De heer van Eijsinga zag ook voor de gemeente zelve be zwaar in de nieuwe bepaling omdat bij vervloeringen en aan leg van straten het daarvoor benoodigde zand en de steenen met dergelijke wagens worden aangevoerd wat ook bezwaar lijk anders zou kunnen geschieden. Spr kan ten dezen wij zen op andere stedenb. v. op alle in Gelderland gelegene waar voor de bedoelde werken wagens met stokramen worden gebruikt. Die geachte spreker had er ook bezwaar tegen, dat de wa gens over de pijpen zouden worden geduwd. Dit was spre- ker's bedoeling ook nietalleen ten opzichte van de zich bij de commissie voorgedaan hebbende vraagof het verbod ook van toepassing zou worden verklaard op het gedeelte van de Westerplantage, gelegen tusschen de Vrouwenpoortsbrug en de huizen van het Harlingerend deelde hij mededat de com missie wegens het drukke verkeer ook aldaar de verbodsbe paling noodig achtte. Voor het korte eind van die brug tot die huizen of liever tot de standplaats voor wagens aldaar, kon den de wagens met krommen dissel vóór de brug afgespannen en over de brug naar de standplaats voortgeduwd worden. Wat het nemen van bijzondere politiemaatregelen betreft, spr. gelooftdat hierdoor bezwaarlijk kan worden bereikt, wat men beoogt. Er is reeds op den hoek van het perceel van den heer Marcus een paal gezetmaar men kan niet vorde ren, dat Vrijdags op elke pijp en bij elke helling in de straat een politieagent wordt geplaatstdeze zou bovendien toch niet kunnen verhinderen dat zwaar beladen wagens de pijp of hel ling met eenige vaart afrijdenwat niet anders mogelijk is en toch is daaraan groot gevaar verbondenindien de wagens niet te besturen zijnzooals met voertuigen met krommen dissel het geval is. De heer Beekhuis is met den heer van Eijsinga van oor deel dat er geen voldoende aanleiding bestaat om de bespro ken verbodsbepaling in het leven te roepen en daardoor velen groot ongerief te bezorgen. De zoo juiste argumenten van den heer van Eijsinga zal spr. niet herhalen alleen wil hij den heer van Ketwich Verschuur naar aanleiding van diens op merking dat voortaan de veemarkt van alle kanten zal zijn te bereikener op wijzen dat dit van den kant van Groningen niet zoo gemakkelijk zal zijn men zal dan links af den Oos tersingel op moeten rijdenmaar het eerste gedeelte daarvan is niet bestraat. Indien de meerderheid van den raad van meening mocht zijn dat de voorgestelde verbodsbepaling noodig isdan zal uit het nieuwe artikel toch moeten wegvallen het woord „be spannen." Het rijden met zwaar beladen wagens met be spanning over pijpen is zeker minder gevaarlijkdan wanneer die wagens er over worden geduwd. Spr. dient alzoo het amendement in, om het woord „bespan nen" te doen vervallen. Dit amendement wordt ondersteund. De heer Feitz acht het voorstel van de commissie van te vèrstrekkenden aard eene aanneming er van zal te groot on gerief voor velen tot gevolg hebben. De heer Beekhuis wees er op, dat de veemarkt niet altijd gemakkelijk van alle kan ten zal zijn te bereiken spr. voegt er aan toe dat de Waag voor den aanvoer van boter per as niet zal zijn te bereiken. Deze ligt binnen de buitengracht. De landbouwers zullen dus ook hiervoor genoodzaakt zijn hunne wagens te veranderen. De heer van Ketwich Verschuur zeide dat het vervoer per as miniem is daar de landbouwproducten veelal per schuit worden aangevoerd. Hoe zal 't dan moeten gaan bij besloten waterdat Linnen een niet langen tijd is te verwachten Spr. heeft dus bezwaar tegen het absolute verbodmaar zou dit wel willen toepassen op enkele stadsgedeelten waar het drukke verkeer of het bijzonder terrein dit meer noodig maken. De heer van Ketwich Verschuur zegt, dat de vrees van den heer Beekhuis die hem tot het indienen van zijn amendement heeft bewogen, vrij wel denkbeeldig is. Het is toch niet te verwachtendat men tot aan de stad zal rijden en dan verder de wagen door de geheele stad zal duwen; spr. had toen hij hierover sprak ook enkel het oog op de open ruimte, even binnen de Vrouwenpoortsbrug gelegen. De heer Beekhuis heeft zijn amendement ingediend juist naar aanleiding van eene opmerking van den heer van Ket wich Verschuur zeiven, dat b.v. bij de Vrouwenpoortsbrug de wagens kunnen worden afgespannen en dan verder naar de stad geduwd. Dit acht spr. nog gevaarlijkerdan met een bespannen wagen te rijden. De heer van Sloterdijck verwondert zich over de vele bezwaren, die worden ingebracht tegen een voorstel der com missie dat zij tot bevordering van de algemeene veiligheid noodig acht. De vraag isis een wagen met krommen dissel een voor de omgeving veilig voertuig Niemand zal deze vraag in bevestigenden zin beantwoorden. Het besturen van dergelijke wagens vereischt zooveel tact, handigheid en kracht, en dit in eene stad met zoovele grachtenhooge pijpen en toenemend vervoer met karren en wagensdat ieder van oordeel zal zijndat door het rijden met die wagens de vei ligheid van het verkeer wordt bedreigd. Het voorstel om hieraan tegemoet te komen, wordt bestre den met te wijzen op het belang van de omwonenden, vooral op marktdagen. Er is gevraagd hoe het zal moeten gaan bij

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1895 | | pagina 2