Vergadering van Dinsdag 28 Januari 1896.
"Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Dinsdag 28 Januari 1896.
9
Tegenwoordig 19 leden.
Afwezig de heeren Dr. J. Baart de la Faille, P. Fabry de
Jonge, Jhr. Mr. G. van Eijsinga en G. L. B. J. Feitz.
Voorzitter: de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Sloo-
ten, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 14 Januari j.l. gehouden
vergadering, worden gelezen en goedgekeurd.
i ll. Wordt medegedeeld
1. eene missive van J. Meijer, houdende dankbetuiging voor
het hem verleend pensioen
2. dat door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd het raads
besluit van 14 Januari j.l. tot onderhandsche verhuring van
diverse gemeente-eigendommen.
S 3. dat is ingekomen het verslag van den toestand der Stads-
Ifrmenkamer over 1895.
>$4. dat door burgemeester en wethouders tot opzichter bij
de gemeentewerken is benoemd de heer J. Meijer, opzichter-
teekenaar bij de gemeentewerken te Rotterdam bij het lot
tegen B. van Duren, tijdelijk opzichter bij de gemeentewerken.
Hb. dat bij publieke aanbesteding door burgemeester en wet
houders is gegund voor 1896:
Ha. het onderhoud van gemeentegebouwen in 4 perceelen
aan H. Arends en G. P. Tilstra voor een gezamenlijk bedrag
van 4880.
H&. het onderhoud van schoolgebouwen aan H. Arends voor
3795.
tic. aan B. G. Steensma te Lemmer de levering van 210
Stère fijne grint voor 3.22 en van 170 stère grove grint voor
ƒ3.12 de stère.
6. De voorzitter deelt mede, dat op 1 Februari e.k. ten
gemeentehuize zal worden gehouden het schriftelijk onderzoek
van sollicitanten naar de betrekking van hoofd van gemeente-
fchool no. 9 alhier.
I Ingevolge art. 7 van het Koninklijk besluit van 17 Decem
ber 1890 (Staatsblad no. 184), kunnen de leden van den raad
dit onderzoek bijwonen.
a III. Wordt ter tafel gebracht
1. het proces-verbaal van de opneming der kas van den
gemeente-ontvanger op 23 Januari j.l.
I Wordt voor de leden ter visie gelegd.
9 2. eene missive van de commissie van beheer over het
Stads-ziekenhuis, houdende verzoek om machtiging tot het doen
van af- en overschrijvingen op de begrooting dezer instelling
voor 1895.
Wordt om onderzoek en rapport gesteld in handen van de
heeren Dijkstra, van Ketwich Verschuur en Konter.
3. een voorstel van burgemeester en wethouders om ver
vallen te verklaren het raadsbesluit, waarbij aan den heer D.
Harrnens vergunning is verleend tot gebruikmaking van een
strookje gemeentegrond naast perceel Willemskade no. 2.
4. voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlee-
nen van vergunning aan M. Dwinger om van den Harlinger-
trekweg als rijweg gebruik te maken.
5. alsboven tot stichting van een gebouw aan den ingang
der veemarkt voor het veeartsenijkundig- en politietoezicht en
ten dienste van den zuivelconsulent.
9 C. alsboven tot vaststelling van een plan van bebouwing
van terreinen aan weerszijden van het nieuwe kanaal.
De stukken sub 3 tot en met 6 worden voor de leden ter
visie gelegd om in eene volgende vergadering te worden be
handeld terwijl dat sub 6 zal worden gedrukt in de bijlagen
tot het verslag van 's raads handelingen.
7. eene voordracht voor de benoeming van eene onderwij
zeres aan de gemeenteschool no. 10.
I Wordt besloten, heden tot de benoeming over te gaan.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op
roepingsbrief vermelde punten.
1. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhand
sche verhuring van de woning Bagijnestraal no. 61
De heer D. A. G. Draperhuurder van de woning Bagijne-
straat no. 61 heeft verzocht, terug te willen komen op het
raadsbesluit van 24 December 1895 no. 4, voor zoover betreft
de amotie van genoemd perceel en hem alsnog die woning
onderhands in huur af te staan voor één jaarin te gaan den
12 Mei 1896, voor eene huursom van ƒ100.
De adressant geeft levens te kennen, dat hij het onderhoud
van het pereeel geheel voor zijne rekening wil nemen.
Nu de gemeente dus van dit perceel huur kan blijven trek
ken en ontheven wordt van alle onderhoud, achten burgemees
ter en wethouders 't in het voordeel der gemeente, vooralsnog
niet tot amotie over te gaan.
Zij stellen daarom voor, te besluiten
1. in te trekken het raadsbesluit van den 24 December
1895 no. 4, voor zooveel betreft de amotie van het perceel
plaatselijk bekend Bagijnestraat no. 61.
II. behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten aan
den heer D. A. G. Draper onderhands voor den tijd van één
jaar, in te gaan den 12 Mei 1896, te verhuren de woning
Bagijnestraat no. 61 voor eene huursom van 100onder
voorwaarde dat het geheele onderhoud van dit perceel gedu
rende dit huurjaar koine ten laste van den huurder en voorts
onder zoodanige bepalingen, als door burgemeester en wethou
ders zullen noodig worden geacht.
Conform dit voorstel wordt besloten.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het richten
van een adres aan den Minister van Waterstaat Handel en
Nijverheidbetreffende afstrooming van het boezemwater in de
provincie.
Burgemeester en wethouders deelen mede, dat hun door het
dagelijksch bestuur van Tietjerksteradeel een afdruk is gezon
den van een door den raad dier gemeente aan den Minister
van WaterstaatHandel en Nijverheid ingediend adres betref
fende afstrooming van het boezemwater in deze provincie
met uitnoodiging, aan den raad dezer gemeente voor te stellen,
een adres van gelijke strekkingop plaatselijke toestanden
gegrondvast te stellen.
Aangezien vele der in het adres aangevoerde motieven ge
acht kunnen worden ook voor deze gemeente te gelden en ook
hare belangen bij deze zaak zijn betrokkenvinden burge
meester en wethouders termenaan de uitnoodiging van het
gemeentebestuur van Tietjerksteradeel te voldoen.
Zij stellen derhalve voor, te besluiten
burgemeester en wethouders te machtigen, aan den Minister
van WaterstaatHandel en Nijverheid een adres te richten
waarbij wordt verzocht te willen bevorderen dat maatregelen
worden genomen tot verbetering van den afvoer van het boe
zemwater in deze provincie.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dienovereenkomstig be
sloten.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
der verordening ter uitvoering van de nieuwe regeling van het
openbaar lager ondnrwijs.
(Zie bijlage no. 2 tot het verslag van 's raads handelingen.)
Burgemeester en wethouders stellen hierbij voorte be
sluiten
de verordening ter uitvoering van de nieuwe regeling van
het openbaar lager onderwijs vastgesteld den 16 Maart 1889