Vergadering van Dinsdag 22 September 1896.
100 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 8 September 1896.
Spr. wenscht terug te komen op enkele woorden van den
heer Meijer, ten einde een min juisten indruk weg te nemen,
welke deze op den heer Bekhuis schijnen te hebben gemaakt. I
De heer Meijer legde r.. 1. wel wat veel nadruk op het uitvoe-1
ren van werk in eigen beheer. Spr. deelt dienaangaande mede,
dat dit geschied is met een paar werken, waarvoor de inschrij
vingen veel te hoog warengelijk ook de ervaring heeft be-1
wezenen de aard van het werk toelietom het in eigen
beheer uit te voeren overigens kan hij den heer Bekhuis ge
rust stellen. Bij burgemeester en wethouders en evenmin bij
den directeur bestaat een strevenom werken in eigen beheer
te doen uitvoeren.
In het debat zijn gebracht de tractementen van andere amb
tenaren spr. kan wijzen op de jaarwedde van den directeur
der gasfabriek, die ƒ2800, benevens vrije woning, vuur en
licht bedraagt. Ieder zal moeten toegeven, dat, de kundighe
den daargelaten de verantwoordelijkheid voor den directeur
der gemeentewerken zeker niet minder groot is, dan die voor
den directeur der gasfabriek. Dat nu de directeur der gemeen
tewerken er op uit is, in zijn beheer zooveel mogelijk te be
zuinigen, mag zeker in dezen ook wel wegen.
De tegenwoordige titularis vervult zijn taak met de meeste toe
wijding en belangstelling, zoo zelfs, dat hij meende te moeten be
danken voor zijn lidmaatschap van het college brandmeesters, om
dat de hieraan verbonden werkzaamheden hem te veel tijd kostten.
Hij zou anders later allicht in aanmerking kunnen zijn geko
men voor de betrekking van opperbrandmeester, waaraan een
belooning van 200 is verbonden. Door zijn bedanken ver
loor hij althans het uitzicht hierop.
De raad zal dus wel doen met het voorstel van burgemees
ter en wethouders aan te nemen en hierdoor de verdiensten
van den heer Hofkamp te erkennen.
Was hij nog van betrekkelijk jeugdigen leeftijd, dan zou er
voor het amendement van den heer Bekhuis veel zijn te zeg
gen, maar dit is niet het geval. Zijn leeftijd, zijne ervaring en
zijne verdiensten wettigen naar het oordeel van burgemeester
en wethouders ten volle het door hen gedaan voorstel.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het amendement van den heer Bekhuis wordt in stemming
gebracht en verworpen met 9 tegen 4 stemmen. Vóór stem
den de heeren Oosterhoff, Bekhuis, Kolft en Dijkstra.
Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt hierop
zonder hoofdelijke stemming onveranderd aangenomen.
De heer Dijkstra verklaart zich tegen.
5. Rapport der reclame-commissie omtrent bezwaarschriften
tegen aanslagen in de directe belasting op het inkomendienst
1S96.
In verband hiermede wordt de openbare vergadering gesloten.
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.
Tegenwoordig 18 leden:
Afwezig de heeren Mr. J. L. van Sloterdijck D. Tigler
WijbrandiT. KonterR. H. Dijkstra en J. Theunisse.
Voorzitter: de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Sloo-
ten burgemeester.
I. De notulen van de vorige op Dinsdag 8 September j. 1.
gehouden vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt medegedeeld
1. eene missive van den heer W. G. A. Hofkamp, houdende
dankbetuiging voor de verhooging zijner jaarwedde als directeur
der gemeentewerken.
2. eene missive van Mej. J. M. Visser houdende dankbetui
ging voor hare benoeming tot onderwijzeres in de nuttige en
de fraaie handwerken aan gemeenteschool no. 4.
III. Wordt ter tafel gebracht.
1. een adres van de heeren F. Witteveen e. a., uitmakende
dc commissie tot voorbereiding van den aanleg van een spoor
weg van Leeuwarden door de gemeenten Leeuwarderadeel
FerwerderadeelOost- en Westdongeradeelinhoudende het
verzoek om eene bijdrage in de kosten van voorbereiding.
Wordt om bericht en raad gesteld in handen van burgemees
ter en wethouders.
2. een voorstel van burgemeester en wethouders tot het
verleenen van eervol ontslag aan de onderwijzeres Mej. J. G.
Biekart.
3. alsboven naar aanleiding van een verzoek van het be
stuur der zwem- en badinrichting alhier, om goed te keuren,
dat deze inrichting met het recht van opstal in eigendom worde
overgedragen aan den heer P. J. Deutgen te Groningen.
4. alsboven tot onderhandsche verhuring van het perceel
gardeniersland „het Hinneland" genaamd aan J. Nieuwenhuis.
5. alsboven tot wijziging van de verordening, houdende be
palingen omtrent het ter leen verstrekken van gelden aan de
stads bank Aan leening en tot vaststelling van de wegens die
verstrekte gelden te vergoeden rente.
6. het rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek
van de begrooting der dienstdoende schutterij voor 1897.
7. een rapport der reclame-commissie omtrent bezwaarschrif-
en tegen aanslagen in den hoofdelijken omslag.
Wordt beslotende stukken sub 2 tot en met 7 voor de
eden ter visie te leggen, om ze in eene volgende vergadering
e behandelen, terwijl dat sub 5 zal worden gedrukt in de bij-
agen tot het verslag van 's raads handelingen.
een nader verzoek van IJ. Tijsma e.a. om het raadsbe-
luit van 21 Juli 1896, waarbij aan hen in eigendom is over-
edragen een terrein bij de 2e kanaalbrug voor de stichting van
iene stoomzuivelfabriekin zooverre te wijzigen, dat besloten
ordt, hun dien grond in koop of in erfpacht af te staan.
De Voorzitter deelt mede, dat in het raadsbesluit van 21
uli 1896 no. 7, alleen sprake is van „koop"', en dat de bepa-
ngen en voorwaarden van uitgifte van bouwterreinen, vastge-
teld bij raadsbesluit van 14 April 1896 no. 18, op dezen grond
iet van toepassing zijn, welke bepalingen betrekking hebben op
de uitgifte in koop of in erfpacht.
Nu de adressanten in dien geest het besluit wenschen te
iien gewijzigd, kunnen bedoelde bepalingen in deze van kracht
worden verklaard.
I Daar deze wijziging betreft een onderwerp, vóór nog korten
Ujd in deze vergadering besproken stelt de voorzitter voor
leden het nader verzoek in behandeling te nemen en daarop
gunstig te beschikken.
I De heer Troolstra vermeent dat in het besluit van 21
Juli j.l. eene bepaalde oppervlakte is opgenomen. Daar de
adressanten nu van ongeveer 40 are spreken, zal het goed zijn,
dit in het nieuwe besluit ook op te nemen, ten einde de adres
santen niet te zeer te binden.
De Voorzitter zegt, dat in het besluit van 21 Juli j.l.
ook ongeveer 40 are is opgenomen.
Hierop wordt besloten, het verzoek van heden van IJ. Tijsma
in deze vergadering te behandelen.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op
roepingsbrief vermelde punten.
1Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van een verzoek van II. Arends eervol ontslagen kommandeur
der stadskorenmeters-wegers om eene gratificatie ter tegemoet
koming in zijn levensonderhoud.
Burgemeester en wethouders doen opmerkendat de adres
sant niet in dienst der gemeente is geweestmaar krachtens
het Koninklijk besluit van 18 Mei 1827 (Staatsblad no. 25)
door het gemeentebestuur is aangesteld geworden om werkzaam
te zijn ten gerieve van den handel.
Met waardeering erkennen zij dat hij gedurende een tijd
vak van ruim 56 jaren met nauwgezetheidijver en goede
trouweerst als korenmeter later als kommandeur der koren-
meters-wegers in het belang van den handel is werkzaam ge
weest.
Met het oog op den aard van deze betrekkingen moeten zij
echter bezwaar maken zijn verzoek om eene gratificatie uit
de gemeentekas te ondersteunen.
Hierdoor toch zou een antecedent worden gesteld, waardoor
het gemeentebestuur bij latere soortgelijke aanvragen zoude
kunnen geacht worden, gebonden te zijn.
Zij stellen daarom voor, het bovenomschreven verzoek van
H. Arends te wijzen van de hand.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt dienovereen
komstig besloten.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei
ding van een verzoek van den heer Th. Boersma, om het ge
bruik van lokalen in de gemeenteschool no. 1 voor een cursus.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten
behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten aan de hee
ren Th. Boersma c. sten behoeve van den cursus voor hoofd
onderwijzers en hoofdonderwijzeressen tot wederopzegging en
wel op 40 Zaterdagen per jaar, telkens van des namiddags 2
tot 4 uur en van 5 tot 8 uur in gebruik af te staan twee lo
kalen der gemeenteschool no. 1, tegen eene jaarlijkschc vergoe
ding van 20, vóór den 1 Januari te betalen ten kantore van
den gemeente-ontvanger.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling
van de plannen voor de vernieuwing van de Prins-Hendriks-
brug en van het noordelijk landhoofd van die brug met
daarbij behoor ende bestekken en voor waar den van aanbesteding.
In de raadsvergadering van den 21 Juli j. 1. werd bij wijzi
ging der gemeente-begrooting voor 1896 hierop aangebracht
een post voor de vernieuwing van de Prins-Hendriksbrug, van
het noordelijk landhoofd van die brug en verdere daarmede in
verband staande werken.
De vaststelling van de betrekkelijke plannen werd door den
raad uitdrukkelijk voorbehouden.
Burgemeester en wethouders hadden den directeur der ge
meentewerken reeds opgedrageneen plan met begrooting en
een bestek en voorwaarden voor deze werken op te maken.
Na ontvangst dezer stukken werden ze gezonden aan de com
missie voor openbare werken.
In haar advies geeft de commissie haar bezwaar te kennen
