162 Verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 December 1897. De heer van Sloterdijck wenscht tot burgemeester en wethouders eene vraag te richten ten aanzien van hun voorstel onder II sub d, e en n.l. om in de artt. 16, 17 en 18 de woorden „huizen gebouwd" te doen ver vangen door „gebouwen gesticht". Oogenschijnlijk hebben deze woorden gelijke beteekenis. Gaarne zou spr. echter willen weten, welk het eigenlijk motief voor deze veran dering bij burgemeester en wethouders was. Hij zou nl. eene authentieke interpretatie van deze wijziging willen hebben voor het vervolg. Het woord „stichten" zou later kunnen doen denken, alsof men het oog had op „gestich ten", als het Diakonessenhuis e. a. Spreekt men van het bouwen van huizendan treedt het „bouwen" op den voorgrondwat bij uitgifte van bouwterreinen voor de hand ligt. Een timmerman spreekt somtijds van „stichten", al is er ook alleen maar sprake van een hok. Spr. vraagt derhalve, of burgemeester en wethouders eenvoudig bedoelen eene wijziging van redactie, dan wel of zij op iets anders het oog hebben, op eene verandering van bedoeling. De heer Reeling Brouwer wijst er op dat in de oor spronkelijke voorwaarden hier van huizen bouwen, daar van het stichten van gebouwen werd gesproken. Burge meester en wethouders achten het beter één terminologie te gebruiken en keurden de uitdrukking „stichten van gebouwen" de beste hiervoor. Zij dachten hierbij dat niet alleen woonhuizen kunnen worden gebouwdmaar ook pakhuizenwinkels enz. kunnen verrijzen. De woorden „gebouwen stichten" geven aanleiding tot eene ruimere opvatting, waardoor de bouw van pakhuizen als anderszins niet wordt uitgesloten. Onder „huis" verstaat men toch meer een „woonhuis". Dit is de eenige bedoeling van burgemeester en wet houders met de door hen voorgestelde wijziging. De heer Konter heeft ook eene opmerking omtrent het voorstel sub j 3e, waar in overweging wordt gegeven aan de prijslijst toe te voegen de volgende bepaling „Aan de koopers van terreinen zal 15°/0 reductie worden ver leend op de in deze lijst vermelde prijzen of de volgens art. 8 der voorwaarden gebodon koopsommen, welke re ductie van den le Januari 1899 af telken jare met zal verminderen". Spr. vindt in deze bepaling iets onduidelijks. Immers bedraagt de reductie het 2e jaar 15 °/o m^n Vr, 1- het derdejaar zou dan de reductie verminderen met '5 van 11 °/0 en zoo vervolgens. De bedoeling zal echter wel zijn, dat de reductie jaar lijks met '/5 van lö °/0 afneemt. Daarom zou spr het duidelijker achten, dat er werd bepaald dat de reductie telken jare met 3 zal worden verminderd. De lieer Troelstra kan, in aansluiting met het dooi den heer Reeling Brouwer gesprokene, nog wijzen op een motief, dat bij burgemeester en wethouders bij de voor gestelde wijziging vooral heeft gewogen. De aanhef van art. 16 der voorwaarden van uitgifte luidt: „Op de blokken IIII enz. mogen geene andero dan aaneenge sloten huizen gebouwd worden". Dit woord „huizen" kan in de praktijk aanleiding tot moeilijkheden geven. Wat moet men verstaan onder het woord „huis"? Het is niet de bedoeling, bepalingen te maken voor het bouwen alleen van woonhuizen, maar zeker ook om gelegenheid te geven tot het bouwen van winkels, pakhuizen of dergelijke. Er kan ook geen bezwaar bestaan tegen eene ruimere op vatting. In art. 7 der voorwaarden wordt aan het slot gesproken van de mogelijkheid, dat „de aard of bestemming der te stichten gebouwen merkelijk gevaar of hinder voor de naastleggenden zou kunnen doen ontstaan." In dat geval kunnen burgemeester en wethouders een aanvraag om bouwterrein weigeren. Hierin ligt ook reeds opgesloten dat men niet uitsluitend het oog heeft op het bouwen van huizen in den zin van woonhuizen. Wat de vraag van den heer Konter betreftspr. ge looft dat de bedoeling van de in te lasschen bepaling duidelijk is. Voor het eerste jaar bedraagt de reductie 15 °/o>w°lke reductie telken jare met 7® zal verminderen, dus telken jare '4 van 15 °/0 of met 3 ®/0 van de koopsom. Luidde do bepaling, zooals de heer Konter wenscht, dan zou men in de onjuiste meening kunnen geraken, dat de verminde ring der reductie 3 van 15 °/0 zal bedragen, wat lang niet hetzelfde is. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt nu zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 6. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het genen ven eene bestemming aan hel onbebouwd te blijven terrein ten noorden van het Nieuwe Kanaal. De aanleg van straten riolen en beplantingen op-, in- en langs do wegen van het bouwterrein aan de noordzijde van het Nieuwe Kanaal nadert zijn voltooiing, terwijl het als grasperk betiteld terrein nagenoeg met zoden is bedekt. In verband hiermede heeft de directeur der gemeente werken bij missive d.d. 27 November j.l. no. 810/1 in overweging gegeven, aan laatstbedoeld terrein eene be stemming te geven. Hij heeft daarbij vijf schetsplannen toegezonden waar van het plan letter A bedoelt den aanleg van het terrein tot een wandelpark plan B stelt voor een overgang van een park tot een sportterrein plan C komt in hoofdzaak overeen met plan B, terwijl plannen D en E in hoofdzaak- van dezelfde strekking zijn. De directeur der gemeentewerken heeft bij zijn missive overgelegd eene uitvoerige begrooting van kosten van ieder der vijf schetsplannen alsmede eene toelichting op plan A door den opzichter der plantsoenen opgemaakt. Deze ontwerpen zijn aan het oordeel der commissie van openbare werken onderworpendie eenstemmig met burgemeester en wethouders van oordeel is, dat aan plan E verre de voorkeur moet worden gegeven. Hoe aanlokkelijk het plan A, een park-aanleg, ook mogo zijnde daaraan verbonden kosten van aanlegmaar vooral de jaarlijks terugkomende kosten van onderhoud zijn voor burgemeester en wethouders overwegende bezwa ren om daarover een voorstel te kunnen doen. Na uitvoerige discussie zijn burgemeester en wethouders met de commissie van openbare werken tot de conclusie gekomen dat het meergemelde grasperk behoort te wor den ingericht volgens plan E en daaraan de bestemming moet worden gegeven van exercitieveld en terrein tot het uitoefenen van verschillende soorten van sport. De kosten van aanleg bepalen zich uitsluitend tot het maken van een ijzeren hek, alleen aan de noordzijde van het terrein tot een bedrag van 3000 en 1340 voor plantsoen-aanleg, en geringe kosten van onderhoud. Op de kosten van het maken van het ijzeren hek is bij de begrooting van kosten van aanleg van het terrein aan de noordzijde van het kanaal gerekend. Burgemeester en wethouders stellen nu voor, te be sluiten het schetsplan E vast te stellen voor de aan het grasperk betiteld terrein ten noorden van het Nieuwe Kanaal te geven bestemming. De beraadslagingen worden geopend. De heer van Sloterdijck zegt, dat het zeker geen zijner medeleden zal verwonderen, als hij verklaart, dat hij zich met het voorstel van burgemeester en wethouders niet kan vereenigon. Voor eenigen tijd reeds heeft hij in dien zin gesproken, toen hij in den raad de aandacht vestigde op de werk zaamheden, die op het thans bedoelde terrein werden ver richt en die den indruk gavendat het werd in orde Verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Dinsdag 28 December 1897. 163 maakt voor eene bestemming als sportterrein. Hij gaf toen te kennen, dat hij zeer tegen dergelijke bestemming zou zijn. Hij ontving echter van de zijde van burgemeester en wethouders de voor hem geruststellende verzekeringdat het draineeren niet geschiedde met het oog op een be paald doel, maar noodzakelijk was, welke bestemming ook aan dit terrein later zou worden gegeven. Nu blijkt uit het voorstel van burgemeester en wet houders en uit het advies van den directeur der gemeen tewerken waarnaar zij verwijzen dat het werkelijk de bedoeling van den directeur is en was, om dit terrein als sportterrein in te richten. Spr. zegt „is en was", omdat het opvallend is, hoe de plannen A en E tegenover elkaar gesteld worden het laatste is in teekening gebracht keurig en kleurig, terwijl plan A onder een ongunstig licht schijnt opgemaakt. Waar bovendien, volgens den overgclogdcn staat, de be grooting van kosten van plan A opgedreven en die van plan E gedrukt zijn, is het niet onduidelijk, dat bij den directeur der gemeentewerken, die de plannen en begroo tingen heeft opgemaakt, eene sterke voorliefde voor laatst genoemd plan bestaat, ja, dat hij met een soort van drang vaststelling van dat plan aanbeveelt. Om een voorbeeld van de opdrijving der kosten van plan A te geven, wijst spr. er op, dat in de kosten be grepen is een bedrag van niet minder dan f 700 voor den aanleg van 5 bloemperken voor de uitbreiding der stadskweekerij, voor aanleg en onderhoud van die bloem perken f 700, vo r een buitengewoon opzichter 700. voor een voorwerker bij de uitvoering f 500voor een plan van een park-architect 500 enz. Indien dit alles noodig iswaarvoor heeft men dan gemeente-opzichters en een opzichter voor de plantsoenen Deze laatste heeft bij de voorbereiding van dit voorstel niet anders gemaakt dan eene begrooting van kosten van onderhoud. In een en ander meent spr. te mogen bespeuren eene neiging tot opdrijving der kosten van het plan A, welke! niet vreemd is van eene zucht om een ander plan uit te voeren. Plan A is, zooals de directeur schrijft, een park- in optima forma. De kosten van uitvoering van plan E zijn gedrukt en hierdoor betrekkelijk geringde begrooting bedraagt f 4340maar dan heeft het terrein eene bepaalde be stemming, met het oog waarop naar spr.'s meening in deze begrooting nog nl een en ander is vergeten. Voor bezoding of bezaaiing is niets in rekening gebracht, hoewel dit wel in de begrooting voor plan A het geval is; voor onderhoud van de gazons die toch voor de onder scheidene spelen noodig zullen zijnen voor dit doel bijzonder goed moeten worden onderhouden is ook niets uitgetrokken. Op de teekening van plan E zijn vakken aangegeven voor het lawn-tennis spel hiervoor kan geen gazon worden gebruikt, maar moet een vloer van asphalt of iets dergelijks worden gemaakt. Toch komt dit op de begrooting niet voor. Nu zegge men niet, dat dit alles maar eene kleinigheid is. Bij de vaststelling van plan E, met bestemming voor sportterrein, heeft men te rekenen op aanvragen tot gebruik van het terrein voor diverse spelen, aan welke aanvragen verbonden zullen worden allerlei wenschen omtrent in richting enz. Daar hiervoor eene retributie zal worden geheven, dient de gemeente te zorgen voor eene inrichting, die niets te wenschen overlaat. Dé begrooting van plan E is dus niet volledig te noemen en zoo bedraagt zij nu 4340 tegen die van plan A f 16870. Zoo werden burgemeester en wethouders, de commissie voor openbare werken en de raad gedreven naar dat plan, wat het goedkoopste heetwat strookt met den wensch van den directeur der gemeentewerken. Er zijn nog meer motieven, waarom spr. voor het aan leggen van een plantsoen is. In de eerste plaats, omdat, waar zoooven de voorwaarden van uitgifte van bouw terreinen langs het kanaal zijn gewijzigdom ze meer acceptabel to maken tot bouwende raad nu verstandig zal doen, met een wandelplaats aan te leggen en daardoor de omgeving aangenamer te maken voor wie het terrein nu te kaalte eenzaam is. In de tweede plaats om te voorkomen, dat de gemeente zich op een terrein begeeftwaarop ze gelukkig nog geen stap heeft gezetn.l. om eene gelegenheid te schep pen voor uitspanning door sport. Met de eerste stap in die richting te doenmoet de raad wel zeer voorzichtig zijn. Wie zullen van deze gelegenheid kunnen profiteeren Zal hun aantal belangrijk zijn De directeur der ge meentewerken qualiticeert ze door de benaming van jeunesse dorée. Maar kon dezevraagt spr.niet zelf zich een terrein voor hare spelen verschaffen Het lawn-tennis spel wordt veel geoefend en de liefhebbers hebben tot nu toe terecht zelf voor terrein gezorgd. Maar gaat de ge meente een terrein beschikbaar stellendan zullen die liefhebbers in het vervolg aanspraak maken op een ge deelte van dat terrein en daarbij verschillende eischen stellen. De gemeente begeeft zich dus op een gebied dat ze liever niet betreden moet. Gelukkig is 't nog geen wettelijke gemeentezorgom te voorzien in een sportterrein. Waarin de gemeente moet voorzien, daar doet zij 't op onbekrompen wijze, maar zich in do tegenwoordige finantieele omstandigheden te begeven in eene excursie buiten het noodzakelijkeacht spr. niet geoorloofd. In de stukken wordt nog van eene andere bestemming, aan dit terrein te geven, gesproken, n.l. voor harddravers- baan, voor de exercitiën van garnizoen en schutterij. Nu de raad echter op de begrooting niets uittrekt voor het houden van harddraverijenbehoeft zij ook niet voor terrein te zorgen. Ook is dit niet noodig voor de exer citiën van het garnizoen waar voor eenige jaren de minister van oorlog in de kamer verklaardedat Leeu warden geen geschikte garnizoensplaats isbehoeft men ook niet op het behoud van garnizoen te rekenen bij het geven van eene bestemming aan dit terrein. En de schut terij heeft betrekkelijk zoo weinig oefeningen, dat hiervoor geen afzonderlijk terrein noodig en het Wilhelminaplein voldoende is. Het zou spr. toelachenindien een plantsoen werd aangelegd, dat ingericht werd als wandelplaats en strekken zou tot veraangenaming van de omgeving. Hoever dat genoegen zal reiken, vraagt 'tzegt spr., aan de bewoners van de Sophialaan. Er behoeven niet zooveel bloemen te worden aangebrachtals men maar eene frischevrije, van alle kanten toegankelijke ruimte verkrijgt. De aanleg kan op eenvoudige schaal geschieden en worden uitgevoerd met eigen krachten. Wat de noodzakelijke kosten betreftverwijst spr. naar plan Bdat eenigermate een overgang is van een plant soen tot sportterrein, maar waarin het plantsoen hoofdzaak is en gazon nevenzaak. De kosten hiervan zijn geraamd op f 9810, waarvan veilig een bedrag van f 5600 voor een hekwerk kan worden afgetrokken want dit v/il spr. nog zeggen dat naar 't hem voorkomt uit alle plannen het hekwerk kan wegvallen. Hieraan bestaat geen behoefte, althans niet bij een plantsoen, evenmin als bij het plant soen in de nabijheid van het station en dat toch alle omwonenden kunnen er van getuigen behoorlijk wordt gerespecteerd. De directeur der gemeentewerken houdt min of meer een pleidooi tegen een plantsoen met te wijzen op Nijmegen, waar het aanleggen van plantsoen tot veel klachten over de kosten van het onderhoud aanleiding zou hebben ge geven. Op het punt van natuurschoon is Leeuwarden met die stad niet te vergelijken. Daar heeft men een mooie natuur, hier moet men alles doen, om het gemis er van te ver goeden, daar was men ontevreden over de groote kosten van onderhoud van plantsoen, die op do plaats der ge slechte wallen voor het eerst werden aangelegdhier heeft men reeds meer dan één fraai plantsoen. De inge zetenen zijn er aan gewend, zijn er als ware 't mee opgegroeid

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1897 | | pagina 3