126 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Dinsdag 4 November 1899. Yolgno. 112 wordt hierna zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Volgno. 113. Onderhoud van pompen, standpijpen, brandkranen, drinkfonteinen, putten en de vijvers met aanbehooren. De heer Duparc heeft met genoegen gezien, dat buige- meester en wethouders er op uit zijn, om de pomp op den Eewal te doen verdwijnen, want zij* is voor de bewoners van dit gedeelte der stad inderdaad een groote steen des aanstoots. Het behoud dezer pomp werd door de bewoonster van hot huis, waarvoor ze staat, bij de demping van den Eewal, vele jaren geleden contractueel bedongen, zij was anders ongenegen, de beschikking over haar kelder aan de gemeente af te staan. Het jongevolkje beschouwt het vuile grachtwater, dat door deze pomp wordt verkregen, echter als drinkwater en gebruikt het als zoodanig. Wie weet welke ziekten hieruit reeds zijn ontstaan Moet de wegruiming aan de gemeente eenig geld kosten, dan zal dit ruimschoots worden opgewogen door het voordeel, dat de wegruiming in andere opzichten zal opleveren. De Voorzitter antwoordt dat het groote bezwaar hierin gelegen is, dat de aanwezigheid der bedoelde pomp op contract steunt. Ten vorigen jare konden burgemeester en wethouders bij de schriftelijke behandeling der begrooting geenerlei uit zicht op de verwijdering openen. Dit jaar is dit beter: er zijn blijken van toenadering van de zijde der eigenares; deze was echter uitstedig, toen met liet voeren der onderhandelingen zou worden voortgegaan. Intusschen koesteren burgemeester en wethouders de hoop, dat men tot een vergelijk zal kunnen komen, en dat dus wellicht een volgend jaar niet opnieuw op deze zaak bij de begrooting zal behoeven te worden teruggekomen. Burgemeester en wethouders stellen voor volgno. 113 overeenkomstig het rapport van den Directeur der Gemeen tewerken van heden met 180.— te verhoogen voor kosten van het hekkelen en leiken en droogmaken van het fïltreer-bassin van den vijver aan den Oostersingel. Dit volgno. wordt hierna goedgekeurd tot een bedrag van 810. Yolgnos. 114 tot en met 118 worden onveranderd aan genomen. Yolgno. 119. Kosten der straatverlichting, ƒ21.184.—. De heer Beucker Andreae zou gaarne een verzoek willen richten aan de Gascommissie, om bij de Groote Kerk ter hoogte van het Nieuwe Stads Weeshuis eenige meerdere verlichting aan te brengen. Het is daar zeer duister. In de 2e plaats vestigt hij de aandacht van burgemees ter en wethouders op het gasgloeilicht, de branders, voor zien met gloeilicht kousjes, leveren een groot verschil op met de vroeger gebruikelijke. Het onderscheid in licht- kracht is beduidend en spr. zou het wenschelijk achten, dat de straatverlichting geheel door gasgloeilicht geschiedde. De Voorzitter zegt, dat de verlichting achter de Groote Kerk bij de gascommissie een punt van onderzoek heeft uitgemaakt, tijdens spr. nog voorzitter van die com missie was. Dit heeft geleid tot hot aanbrengen van een nieuwe lantaarnpaal en tot verplaatsing eener andere paal in de richting van het Weeshuis. De commissie achtte dit toen voldoende, doch zal zeker gaarne de vraag van den heer Beucker Andreae opnieuw in overweging nemen. Wat de tweede viaag betreft, met het aanbrengen van gloeilicht voor de straatverlichting wordt geregeld voort gegaan, doch het ligt voor de hand, dat daar voor eerst de aanzienlijke, daarna de minder belangrijke straten in aan merking komen. De heer Beucker Andreae dankt zeer voor de bekomen inlichtingen. De toestand der verlichting bij het Weeshuis is niet zeer gunstig, zooals hij reeds zeide, en een tweede lantaarn zou daar geen overbodige weelde zijn. Yolgno. 120 tot en met 123 worden hierop ongewij zigd aangenomen. Volgno. 124. Bezoldiging van den waagmeester, de weegers en de weegsters 1450. Burgemeester en wethouders stellen bij de Memorie van Antwoord op het verslag van rapporteurs voor, dezen post te verminderen met 72.80.— wegens het niet voor zien in eene vacature van weegster. Het volgno. wordt hierna vastgesteld tot een bedrag van 1377.20.—. Volgno. 125 tot en met 131 worden onveranderd aan genomen. Volgno. 132. Bezoldiging van het personeel der gas fabriek, 34.000. Do heer Middelkoop heeft in de sectie-vergadering ge wezen op den toestand van de werklieden der gasfabriek. In het verslag van rapporteurs is echter van het door hem gesprokene niet volledig melding gemaakt, waarom spr. meent, een en ander hier ter sprake te moeten brengen. Spr. heeft in zijn bezit staten van de werkuren der stokers en machinisten. Hij heeft, daaruit puttende, in de sectie er op gewezen dat de gezondheid der werklie den door te lange werkuren schade lijdt. Uit inlichtin gen, van burgemeesters uit onderscheidene steden is hem gebleken, dat do positie der werklieden aan de gem. gas fabriek alhier minder is dan van die in andere plaatsen. Spreker wijst er op dat reeds voor twee jaar door de werklieden een adres werd ingezonden om lotsverbetering en nog is geen antwoord daarop ontvangen. Het onder zoek is nog steeds hangende. Spreker is echter van oor deel dat een tijdvak van twee jaar toch wel voldoende mag worden geacht om de zaak grondig te onderzoeken. De positie van het andere personeel is ook niet vol doende, doch omtrent hen beschikt spreker niet over voldoende inlichtingen, zoodat hij daar niet verder op zal ingaan. Zooals aan de leden dezer vergadering bekend is, be staat aan de fabriek de 12 urige arbeidsdag. Er zijn twee ploegen van werkliedende eerste werkt van 6 uur 's morgens tot 6 uur 's avonds, de tweede van 6 uur 's avonds tot 6 uur 's morgens. De omwisseling van dag- en nachtploeg geschiedt des Zaterdags. De vrije zondagen zijn zeer beperktom de vijf weken deelen zij in dat voorrecht. Wel te verstaan als er geen stagnatie is. Want bij ziekte onder het personeel moet worden ingehaald. Het werk der stokers is bijzonder zwaar, zij zijn belast om de vuren te stoken, de retorten te vullen en te ledi gen. De bakken die dienen om de retorten te vullen wegen niet minder dan 350 a 400 oude ponden. Ver der behoort het tot hunne werkzaamheden, om de gloei ende cokes uit de retorten te halen, te vervoeren en buiten te blusschen, de pijpen schoon te houden, die van de retorten naar de reservoirs leiden. Het onzuivere gas wordt door die pijpen gevoerd de daarin onstane aanslag moeten de stokers verwijderen. Het is een zwaar, uiterst vuil werk. De stank is verschrikkelijk en in hooge mate scha delijk voor de ademhaling. Als de retorten tengevolge van de groote hitte scheuren krijgen, moeten de stokers die herstellen. De tempera tuur bedraagt van 120, 130, tot 140° Fahr. Vooral bij den winter is dit een zwaar werk; dan wordt van de kracht des werkmans het uiterste gevergd, zoodat soms de ge zondheid voor altijd wordt geknakt. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Zaterdag 4 November 1899 127 Zij getuigden mij „De stokers hebben een bij uitstek „vuil baantje, daar geen eer aan te behalen is, wat veel „drukte veroorzaakt voor de huisvrouwmen moet zich „bij het op- en afgaan der werkzaamheden altijd tot op „het hemd verschoonen, dat dan dikwijls doornat van „zweet is, wat noodzakelijk maakt, dat men ruimer in de „kleeren zitten moet als andere werklieden, te meer daar „de kleeren, die men in de stokerij aan heeft, door de „hitte verbranden en door het zweeten verrotten aan het .„lichaam." De instrumenten zijn soms zoo heet, dat zelfs de ver eelte hand van den werkman hunne aanraking niet kan verduren Het boterham-eten gaat onder het werk door, terwijl zuiver drinkwater niet voorhanden is. Spr. is van oordeel, dat na het hooren van dezen be- droevenden toestand bij ieder weldenkend meusch do lust moet onstaan, daarin verbetering aan te brengen, vooral ook, omdat een groote winst wordt gemaakt. Zij bedroeg het vorig jaar 14.600. Nu bepaalt art. 254 der ge meentewet wel, dat rechten en loonen in art. 238 be doeld ter zake van het gebruik of genot van openbare werken en inrichtingen, tot geen hooger bedrag worden goedgekeurd, dan vereischt wordt tot dekking van de ten laste der gemeente komende kosten van die werken enz., doch dit wetsartikel wordt gewoonlijk niet al te streng toegepast. Spr. vindt het trouwens zelf een verkeerd artikel. Doch waar behoorlijk winst wordt gemaakt, mogen aller minst de werkliedeii worden afgebeuld. Laat de winst strekken, om aan hen, die haar voortbrengen, oen mensch- waardig bestaan te verzekeren. Er is gezegd, dat de invoering van het drieploegen- stelsel van de stokers een meerdere uitgaaf zou veroor zaken van 3750. Dit is echter niet juist, omdat de ondervinding heeft geleerd dat de productie grooter wordt, als de arbeiders voldoende rust genieten. De Bur gemeester van Zwolle maakt hieromtrent eene zeer mar- quaute opmerking: „De ouderen in dienst geven aan „verhoogde werkkracht terug, wat hun aan levensgenot „is geschonken. Tengevolge hiervan is de gasproductie „per oven met toegenomen, zoodat slijtage en cokes- verbruik minder is geworden en het productievermogen „der fabriek vergroot." Het is overigens een feit van algemeene bekendheid, dat bij inkrimpring van den werkdag de productie stijgt. Spr. heeft melding gemaakt van de inlichtingen uit Zwolle. In Haarlem behoort de gasfabriek niet aan de gemeente, en in de 7 andere plaatsen, vanwaar spr. be richt kreeg, is het dric-ploegenstelsel ingevoerd Zaandam schrijft, dat de resultaten van dat stelsel zeer goed zijn. Het is daar bij wijze van proef ingevoerd en de resultaten zullen wel leiden tot de definitieve aanstelling van een 3e ploeg. De zaken der stokerij worden beter behartigd. Spr. zal van deze inlichtingen gaarne aan de Raadsleden inzage geven. De loonen zijn ongeveer gelijk als hier; doch do jongere stokers ontvangen elders meer salaris. Het verschil in de belooning der baasstokers is elders niet zoo groot als te Leeuwarden. De verbeterde gezondheidstoestand van de stokers te Zwolle is opvallend. Van Groningen luidt het antwoord op de vraag hieromtrent: „Waarschijnlijk wel". Te Arnhem wordt op de drie weken oen vrije Zondag gegeven te Groningen aan de stokers geene, aan de machinisten één in do 14 dagen, terwijl te Deventer om de 8 Zondagen vrijaf wordt gegeven. Door de werklieden wordt ook geklaagd over den toon, dien de Directeur tegenover de arbeiders voert. Niemand zal voorzeker eischendat in een fabriek een salontoon heerscht. Doch er bestaan grenzen, en bij het minste verzuim van de werklieden luidt het, „dat ze wel kunnen opdonderen". Spr. zou er bij de Gascommissie wel op willen aandringen, dat de Directeur in meer fatsoenlijke taal tegen de werklieden spreke. Spr. acht in 't algemeen eene verbetering van den toestand der werklieden aan de gem. gasfabriek dringend noodzakelijk. De heer Hijlkema heeft hom reeds mede gedeeld, dat nog 2 vaste stokers en een hulpmachinist zullen worden aangenomen, doch deze verbetering laat spr. onvoldaan. Hot is noodig, het drie-ploegenstelsel in te voerenwaardoor tevens do achturige arbeidsdag voor de stokers kan worden aangenomen. Spr. meent, dat de gemeente eene andere, hoogere roeping heeft te vervullen, dan de particulier. Deze moet in de eerste plaats winst zien te behalen, en de concurrentie het hoofd bieden. Op de gemeente echter rust de plichtom hare werk lieden zedelijk te behandelen; zedelijk, dat is in dit geval het toekennen van een voldoend loon en een normale arbeidsdag. Zij zal radicaal moeten handelen en het drie-ploegenstelsel invoeren. Want het werk vergt te veel van de krachten der arbeiders. Eene normale arbeidsdag vatte men niet op als den voor ieder gelijk zijnden werktijd. Deze moet van den aard der werkzaamheden afhangen. Als b. v. op hot veld gemiddeld 10 uur wordt gearbeid, dan behoort in de gas fabriek, waar een hooge temperatuur heerscht en de lucht bezwangerd is met schadelijke dampen, niet meer dan acht uren te worden gewerkt. Spr is van oordeel, dat de achturige arbeidsdag moet worden ingevoerd, en dient daartoe de volgende motie in „De Raad „van oordeel, dat aan stokers en machinisten der ge meentelijke gasfabriek een te lange werktijd is opgelegd, „Spreekt de wenschelijkheid uit, dat zoodanige regeling „wordt getroffen, dat door middel van het drie ploegstelsel, „de achturige werkdag wordt ingevoerd, zonder verminde ring van loon." De Voorzitter moet bezwaar maken, om de motie van den heer Middelkoop bij de behandeling dezer begrooting in stemming te brengen. Vooreerst heeft zich de Raad steeds verzet tegen het incidenteel bij de begrooting nemen van eene beslissing omtrent voorstellen van zóó ingrijpen den aard, als dat van den vorigen spr In de tweede plaats komt het hem aanvankelijk voor dat, en zal althans dienen te worden onderzocht of de aanne ming der motie, die practisch zou neerkomen op eene belang rijke vermeerdering van het aantal stokers, ook in strijd is met de verordening (Gemeenteblad no. 21 van 1881), waarbij de Raad de bepaling van het getal stokers aan burgemeester en wethouders heeft overgelaten. En ten derde omdat, sedert de verschijning van het sectie-verslag, door burgemeester en wethouders eene be slissing op het adres der stokers ia genomen en besloten werd, om met ingang van 1 Januari e.k. nog twee vaste stokers en een hulpmachinist aan te stellen, zoodat erz.i. thans geoti aanleiding bestaat om op liet denkbeeld van den heer Middelkoop in te gaan. Spr. beschouwt derhalve de motie als een voorstel, vreemd aan de orde van den dag, waarmede dient te wor den gehandeld overeenkomstig artikel 31 juncto 60 van het Reglement van Orde. De heer Oosterhoff heeft met genoegen het pleidooi van den heer Middelkoop gehoord, maar zou van het woord kunnen afzien, nu het dien spreker gebleken is, dat niet alleen hij, maar ook de commissie even als bur gemeester en wethouders van oordeel zijn, dat het lot van de stokers verbeterd moet worden. Spr. meent echter, dat men zich wachten moet voor overdrijving en het komt hem voor, dat de vorige spr. daar van niet geheel vrij is. Spr. herinnert zich niet, dat hij als lid der gascom missie ooit klachten over den gezondheidstoestand der arbeiders heeft gehoord. Een feit is het, dat voor korten tijd door die commissie is voorgesteld om den ruim 70 jarigen stokersbaas Heslinga pensioen te verleenen Neemt men nu in aanmerking, dat Heslinga als stoker is begonnen en ok na dien tijd met de stokers in dezelfde athmospheer heeft verkeerd, dan pleit die hooge leeftijd toch voorden gezondheidstoestand der werklieden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1899 | | pagina 3