ïerpdsrii vas Drti 10 Drartr 1901 168 "Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Dinsdag 26 November 1901. wordt verhoogd met 859 en mitsdien nader uitgetrokken op2,500. De toelichting wordt vervangen door het volgende door het bestuur van het Gasthuis is, van 1902 af tot wederopzegging toe, eene bij drage van 2500 toegezegd. Het totaal van hoofdstuk V wordt thans gesteld op een bedrag van270,681. Als nieuw volgn. wordt opgenomen no. 67a art. la van Hoofdstuk VI afd. I: Tijdelijke geldopneming tot voorloopige dekking van de uitgetrokken som voor werken langs het Nieuwe Kanaalf 17,500. Het totaal der le afdeeling wordt dien tengevolge nader gesteld op122,500. Volgn. 71. De heer Konter herinnert er aan, dat de commissie van rapporteurs reeds op de wenschelijkheid heeft gewezen, eene afzonderlijke rekening aan te leggen van de exploi tatie der bouwterreinen aan het Nieuwe Kanaal. Door rapporteurs over de begrooting voor 1897 is dit ook reeds gedaan. In de, later gebleken, groote ongelijkheid van de jaarlijksche opbrengst der verkochte bouwterreinen ligt een reden te meer om daartoe over te gaan, omdat het dan mogelijk is, de opbrengsten meer gelijkmatig over elk dienstjaar te verdeelen. Dat de vrees bestaat, dat door het uittrekken van dezen post voor memorie, een tweede en zeer belangrijke post voor onvoorziene uitgaven kan onstaan, komt, omdat zoo gemakkelijk de memoriepost, waarop reeds ontvangen is, in een cijferpost kan worden omgezetbij voorkomende gelegenheid kan men dan altijd uit dat artikel geld putten. Ook dit bezwaar zou worden weggenomen, door het aan leggen van bedoelde afzonderlijke exploitatie-rekening. Spr. heeft deze geheele quaestie, namens rapporteurs, besproken met den wethouder van financiën, die zich voorshands niet geheel met hunne zienswijze kon ver eenigen. Zij zullen nu geen voorstellen doen tot wijziging, omdat de zaak geen haast heeft. Zij hopen, dat burge meester en wethouders bij het samenstellen der volgende begrooting een en ander in nadere overweging zullen nemen. De heer Troelstra kan het geopperde bezwaar aangaande het uittrekken van dezen post voor memorie niet deelen reeds twee jaren toch is aldus gehandeld en niet dan na breede uiteenzettingburgemeester en wethouders althans zijn niet bevreesd, dat deze post tusschentijds in een cijferpost zal worden omgezet, tenzij om daaruit werken ten behoeve van het Nieuwe Kanaal te bekostigen. Zeker zullen nu nog niet alle wegen aldaar worden aangelegd; maar langzamerhand moet daartoe toch worden overgegaan de ervaring zal moeten leeren of dit zonder verdere leening zal kunnen geschieden. Hierbij zal niet uit het oog moeten worden verloren, dat nu nog met een bedrag van minstens 23000 de begrooting voor uitgaven betreffende het Nieuwe Kanaal wordt gedrukt en het dus wenschelijk en billijk is, dat bij eenigszins ruime opbrengst van bouw terrein een behoorlijk bedrag worde besteed tot ontlasting der begrooting. In 1900 is er eene belangrijke opbrengst geweest van verkochte bouwterreinen, maar dit jaar zal het bedrag veel minder zijn en wellicht komt er niet meer zoo'n voor- deelig jaar, dus in elk geval is het wenschelijk bij een begrooting voor een volgend jaar niet te veel te rekenen op die onzekere bron van inkomsten en derhalve den memoriepost te behouden. Het deed spr. dan ook genoe gen, dat de heer Konter en zijne mederapporteurs ten slotte zich neerleggen bij het voorstel om dezen post voor memorie uit te trekken. Intusschen zal in volgende jaren bij de begrooting een overzicht worden overgelegd betreffende de exploitatie van de bouwterreinen aan het Nieuwe Kanaal. Het volgn. wordt ongewijzigd aangenomen. Volgn. 5. Het percentage van den hoofdelijken omslag wordt vastgesteld op 3.5 percent en het artikel uitgetrokken op f 203,700.—. Art. 253Onvoorziene uitgaven wordt, in verband met de aangebrachte wijzigingen, vastgesteld op 6593,95^. De begrooting wordt daarop vastgesteld met deze balans Inkomsten 983,115,10^. Uitgaven 983,115,10J. Waarschijnlijk saldo nihil. 12 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het aangaan van eene tijdelijke geldopneming. Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig dit voorstel besloten Burgemeester en wethouders te machtigen om ter voor ziening in de eventueele behoefte aan kasgeld, tot het gaande houden van den geregelden dienst, de daarvoor op de gemeentebegrooting voor 1902 uitgetrokken tijdelijke geldopneming, zoo ver noodig aan te gaan, uiterlijk voor den tijd van één jaar, tegen eene rente, hoogstens gelijk staande met V8 boven het disconto van promessen bij de Nederlandsche Bank en verder op de wijze en onder zoodanige voorwaarden en bepalingen, als zij in het belang der gemeente het meest nuttig en noodig zullen achten. De openbare vergadering wordt door den Voorzitter gesloten. Stoom Boek- en Steendrukkerij van N. MIEDEMA. en Co., Leeuwarden. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Dinsdag 10 December 1901. 169 Tegenwoordig 18 leden; de heer Tigler Wijbrandi komt later ter vergadering, omtrent de toelating van den heer Jansraa als raadslid is nog geen eindbeslissing genomen. Afwezig de heeren Melchers, Feitz, Wolff en Bekhuis. Voorzitter: Jhr. Mr. A. Röell, burgemeester. I. De notulen der vorige, op Dinsdag 26 November gehouden, vergadering worden gelezen en vastgesteld. II. Wordt medegedeeld 1. dat zijn ingekomen berichten van afwezigheid der heeren Melchers, Feitz, Wolff en Bekhuis; 2. dankbetuiging van het hoofd van gemeenteschool no. 10 voor de verhooging zijner jaarwedde 3. aanneming der benoeming tot voogdes van het Nieuwe Stads-Weeshuis van mevrouw Reeling Brouwer— Vegelin van Claerbergen 4. dankbetuiging van den heer P. H. van Eden voor zijne herbenoeming tot geneesheer-directeur van het stads ziekenhuis; 5. dat is overleden de gepensioneerde opzichter bij de stadsreiniging, P. Laverman 6. aanneming der benoeming tot lid der commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs van Mr. C. B. Menalda 7. idem der benoeming tot voogd der stads-armenkamer der heeren F. A. van Valkenburg en Mr. J. D. van der Plaats 8. dat het buffet in de beurs is verpacht aan J. M. Haasdijk voor een jaarlijksche pachtsom van 825. III. Wordt ter tafel gebracht 1. voorstel van burgemeester en wethouders tot vast stelling van een formulier, bedoeld bij art 13 der veror dening tot het heffen van een hoofdelijken omslag naar het inkomen 2. idem om aan C. Goud vergunning te verleenen tot het hebben van een gemetselden stoep op gemeentegrond 3. idem tot pensioneering van J. Bergema, eervol ont slagen stadsreiniger 4. prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van den directeur der waterleidingmaatschappij om aanvulling der concessievoorwaarden dier maatschappij 5. idem op een adres van A. D. Beerends, concessie naris en van P. J. de Vries, bedienaar van de pont over de Noordergracht, houdende verzoek om gedurende de wintermaanden des Zondagsavonds na 6 uur van de be diening der pont te worden vrijgesteld 6. idem der commissie voor het ontwerpen van straf verordeningen op eene circulaire van het bestuur der Vereeniging ter bevordering van de opvoeding en ter be hartiging der belangen van verwaarloosde kinderen, om maatregelen te nemen tegen het medevoeren van kinderen beneden den leeftijd van 12 jaren bij het venten langs de huizen enz. 7. voorstel derzelfde commissie, om, naar aanleiding van een adres der Vereeniging tot bevordering van volks gezondheid om den tijd, gedurende welken het kloppen van kleeden op den openbaren weg is toegelaten, te beperken, artikel 34 der Algemeene Politieverordening te wijzigen. Zal als bijlage gedrukt en aan de leden worden ge zonden 8. adres van R. Vermeulen en Zonen inzake verbete ring van het voetpad op Olde-Galileën 9. idem van A. R. de Boer houdende verzoek om tegemoetkoming in de kosten van bemesting van een door hem van de gemeente gehuurd stuk land aan de Huizu- merlaan 10. idem van J. van der Ploeg, weduwe van P. Laverman in leven gepensioneerd opzichter bij de stads reiniging, houdende verzoek om toekenning van eene gratificatie 11. idem van de afd. Leeuwarden en Leeuwarderadeel van de Friesche maatschappij van landbouw, houdende verzoek om, ten behoeve van eene in 1902 door haar te houden nationale landbouwtentoonstelling: a. een terrein daarvoor ter beschikking te stellen, b. eene subsidie van 1000 toe te kennen c. deel te nemen voor 1000 in het te vormen waar borgfonds van ten minste 10.000 12. verslag van rapporteurs betreffende het verhandelde in de secties aangaande de „onderwijsvoorstellen". De punten sub 17 en 12 zullen in eene volgende vergadering worden behandeld, die sub 8 11 worden gesteld in handen van burgemeester en wethouders ter fine van prae-advies. IV. Wordt overgegaan tot behandeling der op den oproepingsbrief vermelde punten: 1. Benoeming van een Curator van het gymnasium. Door Curatoren worden aanbevolen ter voorziening in de vacature, ontstaande met 1 Januari 1902 door de periodieke aftreding van Mr. J. J. Gockinga, de heeren: 1. Mr. J. J. Gockinga, vice-President der Arrondisse- ments-rechtbank. 2. Dr. S. Meindersma. 3. Mr. S. K. Thoden van Velzen, Commies ter pro vinciale griffie. Met 15 stemmen wordt Mr. Gockinga benoemd, 2 stem men worden uitgebracht op Dr. Meindersma. 2. Benoeming van een lid der Commissie tot wering van schoolverzuim. Door burgemeester en wethouders worden ter voorzie ning in de vacature, opengevallen door het bedanken van den heer S. Goïnga, uit de meerderjarige onderwijzers, die aan een bijzondere lagere school in de gemeente werk zaam zijn(art. 22, 2e lid, sub 3 der leerplichtwet) aan bevolen de heeren 1. H. Vijver; 2. O. L. Veerman; beiden onderwijzer aan de bijzondere school voor Chris telijk Nationaal onderwijs. Met algemeene (17) stemmen wordt benoemd de heer H. Vijver. 3. Voorstel van burgemeester en wethouders om aan den heer Brassinga eene belooning toe te kennen wegens de tijdelijke waarneming van de vacante betrekking van hoofd van school no. 9. Burgemeester en wethouders stellen voor te besluiten den heer J. A. Brassinga, eersten onderwijzer aan ge meenteschool no. 9, voor de tijdelijke waarneming van de vacante betrekking van hoofd van genoemde school eene belooning toe te kennen van f 100. Wordt zonder discussie of hoofdelijke stemming aan genomen. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop van een plekje grond bij den Verschwatervijver aan den Westersingel aan 11. A Vosman. Wordt zonder discussie of hoofdelijke stemming aange nomen en derhalve besloten Aan H. A. Vosman, korenmolenaar alhier, in koop af te staan een stukje grond op de overgelegde teekening

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1901 | | pagina 1