100.-
-> w
18 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Februari 1903.
vergadering een bedrag van f 2.50 wegens kosten van
schoonhouden enz. aan liet Departement van Biniien-
landsche Zaken zal worden in rekening gebracht.
7. Idem om de meerdere kosten, door aannemers dezer
gemeente voor de verzekering van liun personeel ingevolge
de Ongevallenwet te makente nemen ten laste der gemeente.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
burgemeester en wethouders te machtigen aan de aan
nemers van werken en leverantiën ten behoeve der ge
meente, nadat zij aan hunne verplichtingen wegens de
loopende bestekken zullen hebben voldaan, de kosten te
betalendie zij zullen aantoonen voor de verzekering der
bij de in die bestekken omschreven werken gebezigde
werklieden, ingevolge de Ongevallenwet 1901 meer te
hebben gemaaktdan waartoe zij volgens die bestekken
verplicht waren.
8. Idem lot onderhandscheverhuring van eenigegemeente-
eigendommen.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Duparc zal niet over de onderdeelen van het
voorstel sprekenmaar wenscht zich alleen eene alge-
meene opmerking te veroorloven, die meer dan eens hier
vernomen isonlangs nog bij de behandeling der ge-
meentebegrooting. Spreker wil burgemeester en wet
houders beleefd in overweging geven die kwestie van de
verhuring der gemeente-eigendommen nog eens tot zich
te nemen om deugdelijk te onderzoeken, of er niet
werkelijk perceelen zijndie de gemeente zou dienen te
verkoopen. Volgens hem zijn er verscheidene, waarvan
de verhuring voor de gemeente geen voordeel oplevert,
maar die door de onderhoudskosten, lasten enz., veel
eer schadeposten zijn.
Eenige jaren geleden is er eene lijst opgemaakt van de
perceelen, die hiervoor in aanmerking zouden dienen te
komen.
Indien deze lijst thans nog eens ernstig wordt ter hand
genomendan zullen burgemeester en wethouders waar
schijnlijk wel tot de conclusie komen, dat meer dan één
pand behoort verkocht te worden.
Het is den heer Kuipers uit het voorstel gebleken, dat
ook weder verhuurd zullen worden de perceelen Ooster
singel nos. 108 en 110 bij het brugje aan het Cam-
buursterpad. Reeds bij do behandeling der begrooting
in de le sectie is de aandacht gevestigd op deze
panden, die daar in den weg staan en op amotie aange
drongen. In de Memorie van Antwoord is op deze opmer
king geantwoord, dat zulks niet kon, omdat do bedoelde
panden verhuurd waren. Spreker acht thans het oogenblik
gekomen om opnieuw op deze panden de aandacht te
vestigen. Zij leveren gevaar op voor het verkeer, wat
vooral op marktdagen in het oog springt, wanneer de
zeer vele, buitengewoon lange veewagens, van den Gro
ninger Straatweg komende, hun weg naar de veemarkt
langs den Oostersingel kiezen. Deze wagens, die alle
kromme dissels hebben, mogen niet door de stad rijden,
de route langs Spanjaardslaan en Westersingel is ook
ongeschikt, omdat de rails in de Harlingervaartsbrug gevaar
opleveren, zoodat de Oostersingel alleen door hen gebruikt
kan worden.
In 1874 reeds zijn deze panden aangekocht met het
plan die af te breken voor den eventueelen aanleg van
den Oostersingel als rijweg. Daarvan is toen niets
gekomen en nog steeds worden die panden verhuurd.
Met het oog op het gevaar, dat die panden daar op
leveren voor het verkeer, acht spreker het wenschelijk,
dat zij niet meer verhuurd worden en wil burgemeester
en wethouders uitnoodigen om den raad een voorstel te
doen die panden af te breken tot verbreeding van den weg.
De heer Beekhuis zegt, dat de heer Duparc terecht
opmerktedat deze zaak hier meer is besproken.
Rog niet lang geleden is eene lijst van de gebouwen aan
den raad overgelegdtoen zijn alle panden de revue ge
passeerd ze zijn alle gewogen en zwaar genoeg bevonden.
Hij vraagt, of er wel aanleiding is om die lijst reeds nu
weer na te gaan.
Waar de heer Kuipers meent, dat de panden Ooster
singel nos. 108 en 110 eerst belmoren afgebroken te
wordendaar acht spreker het tijdstip daartoe niet gunstig
gekozen, want enkele reparation zijn aan die huizen ver
richt, nadat kort geleden de raad had besloten die weer
te verhuren. Daarom ontraadt spreker de amotie.
Het is volkomen waar, zegt de heer Duparc, dat al
de bedoelde panden vroeger één voor één zijn besproken,
doch thans zal er wel meer dan één pand worden ge
vonden, waarvan de gemeente zich zal hebben te ontdoen.
Meer dan eens werden vroeger panden aangekocht
voor afbraak, toch zijn ze nog jaren lang verhuurd ge
worden. Juist op die panden vestigt spreker de aandacht.
De heer TroeSstra wijst er nog op, zooals reeds door
zijn geachte collega is opgemerkt, dat er enkele jaren
geleden een uitvoerige staat is opgemaakt, waarbij voor
elk pand was opgegeven de reden, waarom men meende,
dat het niet moest worden afgebroken.
De raad is toen in de gelegenheid geweest daarvan
kennis te nemen, maar geen enkel voorstel tot amotie of
verkoop is gedaan. Ru kan men toch bezwaarlijk ieder
jaar op dezelfde zaak terugkomen. Soms wordt er om
bijzondere omstandigheden een pand afgebroken en bur
gemeester en wethouders houden daarop altijd hun aan
dacht gevestigd.
De feiten weerspreken de opmerking van den heer
Duparc, dat al die woningen schadeposten zijn. Over
het geheel genomen is het tegendeel het geval en dat is
daii ook de reden, waarom burgemeester en wethouders
geen voorstel tot amotie doen anders dan in bijzondere
gevallen.
Ten aanzien van het voorstel van den heer Kuipers moet
worden opgemerkt, dat het niet op zich zelf staat.
Wanneer men overgaat tot afbraak en dan tot ver
breeding van den weg, dan moet ook de sloot naar den
kant van gemeenteschool no. 11 gedempt worden;
anders krijgt men nog geen goeden rijweg.
De huizen zijn overigens goed bewoonbaar en het gaat
toch niet wel aan die nu maar af te breken. De raad
kan er gerust op zijn, dat wanneer amotie van een of
ander pand noodig of wenschelijk is, burgemeester en
wethouders niet zullen dralen daaromtrent voorstellen
te doen.
De heer Kuipers wijst er op, dat het reeds eene groote
verbetering zijn zou, wanneer alleen het pand op den
hoek werd afgebroken. Komende van den kant van den
Grachtswal kan men niet zien, wat er om den hoek
komt, zoodat wagens daar in botsing kunnen komen. Tal
van kinderen spelen daar en als men ziet, wat eene drukke
passage daar is op Vrijdagen, dan zal men met spreker
instemmen, dat als eerste verbetering het huis op den
hoek moet worden afgebroken.
Spreker meent, dat liet bezwaar van den heer Heekhuis,
dat onlangs aan die huizen groote reparatiekosten zijn
besteed, niet zoo overwegend is.
Daarom doet spreker liet volgende voorstel
De raad besluit:
a. de perceelen Oostersingel nos. 108 en 110 niet
opnieuw te verhuren;
b. burgemeester en wethouders uit te noodigen een
voorstel in te dienen aan den raad tot amoveering van
deze perceelen en tot het verbreeden van den rijweg
door den vrijkomenden grond.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Februari 1903.
19
Dit amendement, ondersteund wordende, komt in be
handeling.
Alvorens dit amendement in behandeling te brengen,
wil de Voorzitter den heer Kuipers zijne destijds in de
lste sectie gedane mededeeling in herinnering brengen,
dat er reeds lang uitgezien is naar terrein voor de ver
grooting der gasfabriek en dat daartoe het oog gevallen
is op het terrein aan de overzijde van de gracht.
Daarvan is een voorloopig plan opgemaakt door den
directeur der gemeentewerken, waarvan het gevolg zou
zijn, dat de weg werd omgelegd en zou uitkomen, waar
nu het hek staat van gemeenteschool no. 11. In dat
geval zal de Oostersingel ter plaatse van de huizen niet
behoeven te worden verbreed en kunnen de woningen
in stand blijven.
Deze plannen zijn
nog wel
vaag, maar de huizen
brengen eene niet onaanzienlijke huur op en volgens het
voorstel wordt de huur slechts voor één jaar gecontinueerd,
zoodat z. i. wel kan worden afgewacht, wat van die
plannen komen zal.
De heer van Messe! meent, dat waar het voorstel zoo
onverwacht tot de leden van den raad komt, het hem
en anderen wellicht moeielijk zal vallen direct hunne
stem uit te brengen; derhalve geeft hij in overweging
de verhuring aan te houden en burgemeester en wet
houders uit te noodigen praeadvies uit te brengen.
De heer van Ketwïch
verhuring geschiedt voor
Verschuur wijst er op, dat de
één jaar, zoodat hij meent, dat
dat jaar
eenig voorstel mag
de raad in den loop van
verwachten tot verbetering zoo noodig van dien door het
sterk toegenomen wagenverkeer, naar het schijnt, gevaarlijk
geworden hoek. Gaarne zou spreker eene toezegging in
dien geest
van burgemeester en wethouders ontvangen.
De Voorzitter antwoordt, dat de gevoerde discussiën
voor burgemeester en wethouders eene aanleiding zullen
zijn de kwestie nader te onderzoeken. Het
jaar zal dan nader gerapporteerd worden.
volgende
De beraadslaging wordt gesloten eu het voorstel-Kuipers,
in stemming gebracht, wordt verworpen met 15 tegen
5 stemmendie der heeren Feddema, LautenbachJansen,
Middelkoop en Kuipers.
II.
J.
Aldus wordt overeenkomstig de conclusie
voorstel besloten, op nader door burgemeester en w
vast te stellen voorwaarden, onderhands in li
staan
I. voor den tijd van één jaar:
1. het huis „Achter de Witte Hand" aan
de Bruin voor
2. een plek grond aan Oldegalileön aan
van der Hoek voor
3. een plek grond aan de Singelstraat aan
Marcus Dwinger voor
4. eene woning aan den Oostersingel aan
J. Feenstra voor
5. eene woning aan den Oostersingel aan
Ph. van der Yeen voor
6. eene woning in de Kalvergloppe aan
K. Bosnia voor
7. eene wouing bij bewaarschool no. 1 in
St. Jobsleen aan S. van der Heide voor
8. eene woning in de Noorderplantage
aan J. Goor voor
9. eene woning aan den Oostersingel bij
den Groningerstraatweg aan G. de Yries voor
10. eene woning aan Oldegalileën no. 34
aan B. van der Heide voor
11. eene woning aan Oldegalileën no. 36
aan K. Koster voor
van liet
eth ouders
uur af te
f 62.60
2.50
3.-
65.
7i 83.20
60.-
78.-
78.-
62.40
59.80
Oldegalileën no. 38
12. eene woning aan
aan P. Kesteloo voor 62.40
13. eene woning aan het Zuiderplein no. 99
aan A. Los, wed. Burg voor215.
14. eene woning boven de school bij de Put
no. 17 aan D. van Reenen, wed. 11. Weid ijk
voor185.
15. eene woning in de Kruisstraat no. 25
aan M. Elskatnp voor200.
16. eene woning aan de Tuinen no. 40
(boven) aan L. L. Hardorff voor 120.
17. eene woning in de Kalvergloppe no.
197 aan de wed. Geertsma voor 78.
H. Yoor den tijd van drie jaren:
1. de woning aan den Arendstuin aan
Dr. J. Ariëns Kappers voor eene jaarlijksche
huursoin van600.
2. een bleekje aan Oldegalileën aan G. L.
P. van der Hoek voor eene jaarlijksche huur-
som van2.50
3. zes bleekjes aan liet Oldehoofsterlcerkhof
aan G. Reifferth voor eene jaarlijksche huur-
soni vanf 3.
4. een bleekje aan het Oldehoofster-
kerkhof aan W. Loot en de wed. D. Suwijn
voor eene jaarlijksche huursom van 0.50
III. V oor den tijd van vijf jaren:
1. een bleekje aan het Oldehoofsterkerk-
hof aan de wed. D. Boomsma Ivzn., geboren
R. de Haan, voor eene jaarlijksche huursom van 1.50
2. een bleekje aan het Oldehoofsterkerk-
hof aan P. van der Laan voor eene jaarlijksche
huursom van0.50
3. een bleekje aan liet Oldehoofsterkerk-
hof aan D. Edens voor eene jaarlijksche huur
som van0.50
9. Idem tot vaststelling van een nieuw heffingsbesluit
en van eene verordening op de invordering van eene he-
lastingonder den naam van bruggeldvoor het afdraaien
van de Wirdumerpoortsbrugde Prins Hendriksbrugde
Harlingervaartsbrugde Vrowwenpoortsbrugde Noorder-
brug en de Verversbrug (Bijlage no. 3 van 1903).
Tegelijk met dit punt wordt in behandeling genomen
punt
10. Praeadvies van burgemeester en wethouders op het
adres van de Schippersvereeniging „BinnenvaarIs Wel
varen" te Brachtenhoudende verzoek om het heffen van
bruggeld voor hel afdraaien van de Verlaatsbrug te doen
vervallen en de bruggen zoo mogelijk 's morgens één uur
vóór zonsopgang af te draaien tegen de gewone tolheffing
bij dag gevorderd
dat ter visie heeft gelegen om lieden te worden afgedaan.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt besloten
vast te stellen de navolgende
1°. VERORDENING tot heffing van eene belasting
onder den naam van bruggeld voor het
afdraaien van de Wirdumerpoortsbrug,
de Prins Hendriksbrug, de Harlingervaarts
brug, de Vrouwenpoortsbrug, de Noorder-
brug en de Verversbrug.
Art. 1.
Ten behoeve van de gemeente Leeuwarden, wordt,
onder den naam van bruggeld, eene belasting geheven
voor het afdraaien van de Wirdumerpoortsbrug, de Prins
Hendriksbrug, de Harlingervaartsbrug, de Vrouwenpoorts
brug, de Noorderbrug en de Verversbrug.
Art. 2.
Het in artikel 1 vermelde bruggeld bedraagt, telkens