146 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 October 1903.
Volg no. 120 wordt ongewijzigd goedgekeurd
Volgno. 121.
De heer Jansen wil burgemeester en wethouders ver
zoeken eens een algemeen onderzoek in te stellen naai
den toestand van de boomen alhier.
Zoo pas is bij het voorstel van burgemeester en wet
houders om 3 boomen te rooien aan de Spanjaardslaan
nog gebleken, dat, waar het rooien van één boom vol
doende zou zijn, er nog twee gerooid zullen moeten wor
den, omdat deze toch ten doode waren opgeschreven.
Spreker was het geheel met den heer van Ketwich
Verschuur eens om die beide boomen te laten staan,
doch door de verklaring van den Voorzitter, dat bedoelde
boomen stervende zijn, daar niet verder op ingegaan.
Dezen zomer vond men na de talrijke stormen massa's
dood hout onder de boomen en dit doet spreker twijfelen,
of er aan het onderhoud wel genoeg wordt gedaan.
De gemeente heeft in Bosma een uitstekend deskundige,
wat den aanleg en het onderhoud van bloem- en grasperken
betreft, maar of de noodige zorg aan de boomen wordt
besteed, wordt betwijfeld.
Het is bekend, dat de bodem bij en om Leeuwarden
niet geschikt is voor boomengroei, want bij aanplant gaat
een groot percentage verloren, en daarom is liet zeer
noodig, dat zorgvuldig op de bestaande boomen wordt
gelet.
Daarom is het, dat spreker de zorg daarvoor bij bur
gemeester en wethouders aanbeveelt.
De Voorzitter wil gaarne aan dezen wenk gehoor ge
ven, maar naar aanleiding van den door den heer Jansen
uitgesproken twijfel, meent spreker er op te mogen
wijzen, dat aan de boomen wel degelijk de noodige zorg
door burgemeester en wethouders wordt besteed.
Spreker herinnert o.a. aan een verzoek van bewoners der
Singelstraat, om nieuwe boomen te planten, dat de raad
afwees, mede op grond van liet door den directeur der
gemeentewerken uitgebracht uitvoerig rapport omtrent
den toestand der bestaande boomen, die zijns inziens ten
gevolge van de gasleiding, waarin wel eens lekken voor
komen, niet overal in gunstige conditie verkeeren.
Ontheft dit onderzoek burgemeester en wethouders
niet van de verplichting om doode takken uit de boomen
te doen verwijderen, spreker wijst er intusschen op, ter
voorkoming van de meening, alsof burgemeester en wet
houders op dit punt zorgeloos zouden zijn.
Dit volgno. wordt daarna goedgekeurd.
Evenzoo volgno. 122.
Volgno. 123.
De heer van Ketwich Verschuur wil naar aanleiding
van de opmerking, gemaakt in de 2e sectie, over het gering
aantal urinoirs, aandringen op vermeerdering daarvanDie
inrichtingen belmoren niet in het oog te vallen, maar er
zijn in de stad hoeken en gaten genoeg, waar zij kunnen
worden geplaatst.
Toch zijn er gansche zeer bevolkte buurten, waar geen
urinoir is te vinden en toch zijn ze noodzakelijk.
De Voorzitter meent, dat er hier ter stede b.v. in
vergelijking met andere plaatsen een overvloed van
deze objecten bestaat, in plaats van te weinig.
Daar hunne inrichting, bjj de alhier alleen mogelijke
stelsels, steeds gebrekkig zijn, is hun aantal ingekrompen
en worden er weinig nieuwe geplaatst.
B—
het buitenland, waar flinke inrichtingen zijn geplaatst op
de meest bevolkte en bezochte punten.
De heer Beucker Andreae wil er op wijzen, dat deze
kwestie eenige jaren geleden ook door den raad is be
handeld en dat toen liet geplaatste getal groot genoeg
werd geacht.
Daar werd toen gewezen op het urinoir in de Mug-
gesteeg, dat toen volgens verlangen van de groote meer
derheid van der. raad werd opgeruimd.
liet gaat hiermede als met zoovele andere zaken, hoe
meer er zijn, hoe meer gebruik er van gemaakt wordt.
Spreker is dus van een ander gevoelen als de heer van
Ketwich Verschuur.
De heer Hijlkema herinnert er aan, dat onze voorva
deren in alle hoeken en gaten urinoirs plaatsten.
Dit schijnt de heer van Ketwich Verschuur ook te wen-
schen, maar dat is de verkeerde richting en in de laatste
jaren zijn er dan ook hier en daar in de stad een twintigtal
afgebroken, want spreker beschouwt die inrichtingen als
een noodzakelijk kwaad. Ze worden opgericht met het
oog op den komenden en gaanden man voornamelijk bjj
plaatsen, waar trammen en booten aankomen. Voor de
eigen inwoners is het niet noodig. Sedert ook in de ar
beidersbuurten ieder gezin zijn eigen ton van de reini
ging ontvangt, kon liet getal privaten nog meer worden
ingekrompen en de ondervinding bewijst, dat men daar
mede den goeden weg heeft gekozen.
Genoemd werd in de sectiën de nabijheid van het Nieuwe
Kanaal, maar de meeste gronden zjjn daar nog onbebouwd,
bovendien komen daar geen booten of trammen aan.
Ook in vele andere plaatsen, waar zelfs veel meer
vreemdelingen komen dan hier, gaat me:i langzamerhand
voort met inkrimping van het getal urinoirs.
Wat het urinoir in de Muggesteog betreft, waarvan
de lieer Beucker Andreae sprak, herinnert de heer van
Ketwich Verschuur er aan, dat dit onmiddellijk bij de steeds
geopende ramen eener bakkerij stond en dit werd door
spreker vies en gevaarlijk geoordeeld. Burgemeester en
wethouders en ook de raad wilden er toen niet aan dit
op te ruimen, zooals spreker voorstelde, maar eenige
maanden later is dit urinoir toch door burgemeester en
wethouders opgeruimd. Dat had ook niets geen bezwaar,
dewijl op 100 pas afstand vandaar nog een urinoir stond
nabij de roomsch-katliolieke kerk in de Speelmansstraat.
Sprekers bedoeling was er op te wijzen, dat er thans
stadsgedeelten zijn, waar urinoirs geheel ontbreken, en
daarop wil hij de aandacht van burgemeester en wethou
ders vestigen; bij het raadplegen van den platten grond
zal dit blijken.
I olgno. 123 wordt ongewijzigd goedgekeurd.
Evenzoo volgno. 124.
Volgno. 125.
De lieer IVIenaida heeft tot zijn spijt de sectievergade
ring niet kunnen bijwonen. Het doet hem groot genoe
gen in de memorie van antwoord te hebben gelezen, dat
binnen korten tijd voorstellen zullen worden ingediend
tot verbetering van het uurwerk in de Oldehove. Daar
mede zal in een groot gemis voor de stad en in het bij
zonder voor het westelijk stadsdeel worden voorzien.
Volgno. 125 wordt ongewijzigd goedgekeurd.
Evenzoo volgno». 125 en 127.
De heer van Ketwich Verschuur wil nog wijzen op
Volgno. 128.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 October 1903. 147
De heer Baart de la Faille wil bij dit volgnummer
wijzen op de behoefte aan eene lantaarn op den wal tegen
over de woning van den pachter van den Prinsentuin.
Wel staan aan weerszijden van die woning lantaarns,
maar in het plantsoen worden des avonds talrijke samen
scholingen" gehoudenwaarvan de bewoners veel last
ondervinden. Mogelijk zouden dan de twee thans be
staande lantaarns vervangen kunnen worden door er een
te plaatsen in de halve maan tegenover de woning.
De Voorzitter zegt een onderzoek toe.
Volgno. 123 wordt ongewijzigd goedgekeurd.
Evenzoo volgno129136.
Volgno. 137.
Hierbij wordt afgedaan het heden ingekomen adres der
beurscommissie dd. 26 October 1903 in zake de plaat
sing van nieuwe kachels in de beurs.
Namens rapporteurs deelt de heer Schoondermark mede,
dat na lezing van het adres der beurscommissie
rapporteurs de overtuiging hebben gekregen, dat de ge
vraagde kachels wel noodig zijn.
In verband daarmede verklaren zij hun voorstel in te
trekken.
De heer Wilhelmy heeft zich in de sectievergadering
tegen het aanschaffen van nieuwe kachels verklaard,
omdat hem ƒ1,150.voor 4 kachels te hoog voorkwam.
Gisteren heeft spreker in de beurs eene ontmantelde
kachel gezien en liij is tot de overtuiging gekomen, dat
vernieuwing noodzakelijk is. Maar is de som niet wat
hoog
Te Groningen staan in de beurs 4 Salamander-kachels,
die het lokaal zeer goed verwarmen.
De Voorzitter kan hierop antwoorden, dat op grond
van een nauwkeurig onderzoek gebleken is, dat de beurs
alleen goed te verwarmen is met de door den directeur
der gemeentewerken in zijn rapport genoemde soort
Duitsche kachels. Op de daarvoor uitgetrokken som is
geen bezuiniging mogelijk.
De heer Hijlkema wil er op wijzen, dat de directeur
der gemeentewerken voor de beurs alhier ook Salaman
der -kachels heeft genoemd. Maar daarvan zou een groot
aantal noodig zijn, wat geen aanbeveling zou verdienen.
Bovendien is de beurs te Groningen klein en laag van
verdieping. Het is er „smoeker" dan hier in de beurs.
Een groot aantal kachels zou aan den welstand der zaal
afbreuk doen.
Volgno. 137 wordt daarna ongewijzigd goedgekeurd.
Evenzoo volgnos. 138 en 139.
Volgno. 140.
De beer van Ketwich Verschuur heeft in de memorie
van antwoord gelezen, dat burgemeester en wethouders
wel verbetering in uitzicht stellen, wat betreft het kolen-
vervoer, maar niet wat aangaat het vullen der retorten,
een zwaren arbeid,
Onlangs heeft de directeur der gasfabriek te Haarlem
alhier eene lezing o.a. ook daarover gehouden en al is
nu niet alles, wat deze daarvan vertelde, hier van toe
passing, het vullen der retorten is toch een der zwaarste
werkzaamheden aan eene gasfabriek, en moet alhier zoo
eenigszins mogelijk verlicht worden.
Gaarne zou spreker vernemen, of burgemeester en
wethouders ook eenig denkbeeld over dit punt hebben
het is, naar spreker vernam, reeds in de gascommissie
besproken en spreker zou liet toejuichen, wanneer aan
de bezwaren tegen dien arbeid kon worden tegemoet
gekomen.
Het doet den heer Hijlkema genoegen, dat de heer van
Ketwich Verschuur zijne vraag heeft gedaan.
De railskwestie is nog in onderzoek, daarna zal een
plan aan den raad worden ingediend.
Spreker geeft toe, dat het retortenvullen een zwaar werk
is. De heer van Blom, directeur der gasfabriek te Haar
lem, heeft eenige maanden geleden hier eene lezing ge
houden en sprak o.a. ook over eene nieuwe vinding om
horizontaal liggende retorten te vullen (van den heer de
Brouwer te Brugge.)
De vinding bestaat hierin, dat de kolen door middel
puntvliedende kracht in de horizontaal liggende retorten
worden geworpen.
Naar aanleiding van die lezing is eene commissie naar
Brugge gegaan om de inrichting daar ter plaatse op te
nemen.
Hoewel zeer vernuftig gevonden, was de deskundige
van Rlijjn met die commissie van gevoelen, dat de inrich
ting voor deze gasfabriek alhier niet zeer doelmatig was,
daar het werk er niet door verlicht wordt. Bjj het in
brengen der kolen slaat thans eene groote vlam uit de
retorten weg, welk bezwaar door de nieuwe vinding niet
wordt opgeheven.
Bij de proefneming te Brugge werd de laadmachine
gevuld met gruis, wat gemakkelijker gaat dan het laden
met groote stukken kool, en de vrees wettigde, dat het
laden met grove kolen minder vlot zou gaan.
De kosten van installatie zijn belangrijk; ze bedragen
20,000.a, ƒ25,000. -. De gascommissie had niet de
overtuiging, dat voor die som alle bezwaren zouden kun
nen worden opgeheven, daarom gaf zij er de voorkeur
aan alleen kleine verbeteringen aan te brengen.
Mocht der gascommissie eenmaal blijken, dat er zulke
verbeteringen in de vinding-de Brouwer zijn aangebracht,
dat hare invoering ook aan deze fabriek practised is,
dan zal tot hare invoering worden geadviseerd.
Daarbij komt, dat deze gasfabriek is eene oude, ver
ouderde fabriek, waarin de gascommissie liever geen koat-
bare veranderingen wil voorstellen. Men doet beter met
te wachten, totdat op eene geschikte plaats eene geheel
nieuwe kan worden gesticht, ingericht naar de eischen
des tijds in den geest bijv. als de mooie, practische licht
fabriek te Haarlem, waar men o.a. met hellende retorten
werkt, die gemakkelijk te laden en te ontladen zjjn, zon
der behulp van laadmachines.
De lieer van Ketwich Verschuur dankt voor de ver
kregen inlichtingen, de verwachting uitsprekende, dat zoo
veel mogelijk in zijn geest moge gehandeld worden.
De heer Schoondermark heeft een exemplaar ontvan
gen van de „Gemeentewerkman", waarin voorkomt een
artikel getiteld „Aan doovenians deur". De gemeente
werklieden aan de gasfabriek hadden volgens dat artikel
een verzoek ingediend aan burgemeester en wethouders
om hun schafttijd te verlengen met een half uur, zoodat
zij vrij waren van 121 '/s- Daarop is blijkens dat ar
tikel afwijzend beschikt en spreker betreurt dat zeer.
Die vraag toch is zoo billijk, dat liet spreker verbaast,
dat die niet is ingewilligd. Die werklieden zijn onafge
broken bezig van 712 uur en reeds als mensch komt
hun meer dan één uur schafttijd toe.
Spreker meent, dat in alle takken van nijverheid de
tijd van schaften langer is dan één uur.
Spreker hoopt, dat burgemeester en wethouders zullen