66 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 April 1904. heid, of verhindering. Is"*geen hunner beschikbaar, dan kan huwelijksvoltrekking plaats hebbeii ten overstaan van den ambtenaar, bedoeld sub b b. Eén ambtenaar is belast met alle overige werk zaamheden den Burgerlijken Stand betreffende en met het bewaren van de registers, voor zoover deze niet naar de griffie van de Arrondissements-Iteehtbank zijn overgebracht, welke overbrenging mede door zijne tus- schenkomst geschiedt c. Eén ambtenaar vervangt den sub b bedoelden bij ontstentenis, ongesteldheid, afwezigheid of verhin dering in al zijne werkzaamheden. Bij ontstentenis, ongesteldheid, afwezigheid of verhin dering van beide ambtenaren, bedoeld sub b en c, worden hunne function door een der ambtenaren, bedoeld sub ffl, waargenomen. De heer Duparc stelt voor in artikel 2 sub a, 2e alinea vóór het woord „verhindering" in te voegen het woord „andere". Immers, ontstentenis, ongesteldheid en afwezigheid zijn ook verhindering. Dit amendement ondersteund wordende, komt in be handeling. De Voorzitter meent, dat burgemeester en wethouders dit •amendement niet moeten overnemen. De invoeging in het le, 2e en 3e lid acht spreker niet noodigelke afwezigheid b.v. behoeft nog gecne verhindering te zijn. De heer Duparc herhaalt, dat iemand ook door ont stentenis, ongesteldheid en afwezigheid verhinderd kan worden, iets te doen. Volgens de voorgedragen redactie echter zou in die drie gevallen gecne verhindering aan wezig zijn. Spreker gelooft, dat bij inlassching van het woord „andere" de redactie zoo zuiver mogelijk wordt. Het amendement wordt in stemming gebracht en aangenomen met 15 tegen 6 stemmen, die der heeren SchoondermarkWilhelmijKom tor, Van Mossel, Wolff en Ilijlkema. De Voorzitter zegt, dat, nu het amendement is aange nomen, burgemeester en wethouders voorstellen het woord „andere" ook in te lasschen vóór het woord „verhindering" in sub c., eerste en tweede lid van het artikel. Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. Artikel 2, zooals het thans is gewijzigd, en de volgende artikelen van liet ontwerp worden achtereenvolgens zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd, daarna wordt het ontwerp in zijn geheel vastgesteld. Alzoo is besloten vast te stellen de volgende Verordening betreffende den Burgerlijken Stand der gemeente Leeuwarden. Artikel 1. Er zijn zes ambtenaren van den Burgerlijken Stand. Artikel 2. De verdeeling hunner werkzaamheden wordt geregeld als volgt a. Vier ambtenaren zijn belast met de huwelijksvol trekkingen. Zij verdoelen de tijdstippen, waarop deze krachtens de wet van 23 April 1879 (Stbl. no. 72) en artikel 7 der verordening (Gemeenteblad no. 17 van 1899) plaats vinden, bij onderling goedvinden en vervangen elkander bij ontstentenis, ongesteldheid, afwezigheid of andere verhindering. Is geen hunner beschikbaar, dan kan huwelijksvoltrekking plaats hebben ten overstaan van den ambtenaar, bedoeld sub b b. Eén ambtenaar is belast met alle overige werkzaam heden, den Burgerlijken Stand betreffende en met het be waren van de registers, voorzoover deze niet naar de griffie van de Arrondissements-Kechtbank zijn overgebracht, welke overbrenging mede door zijne tusschenkomst ge schiedt c. Eén ambtenaar vervangt den sub b bedoelden bij ontstentenis, ongesteldheid, afwezigheid of andere verhin dering in al zijne werkzaamheden. Bij onstentenis, ongesteldheid, afwezigheid of andere verhindering van beide ambtenaren, bedoeld sub b en c, worden hunne function door een der ambtenaren, bedoeld sub a, waargenomen. Artikel 3. De ambtenaren van den burgerlijken stand worden bij gestaan door het secretariepersoneel, dat ingevolge artikel 1 der verordening (Gemeenteblad no. 22 van 1903) op het bureau van den burgerlijken stand kan worden aan gesteld. Leden van dit personeel, tot ambtenaar van den bur gerlijken stand benoemd, staan bij de vervulling van werk zaamheden, hun niet krachtens de bij artikel 2 gemaakte regeling opgedragen, hunne ambtgenooten bij. Artikel 4. Het personeel, bedoeld bij artikel 3, arbeidt onder leiding en ontvangt zijne instructie van den ambtenaar van den burgerlijken stand, bedoeld bij artikel 2 sub b. Artikel 5. Als localiteit voor hunne ambtsverrichtingen worden aan de ambtenaren van den burgerlijken stand aangewezen: voor huwelijksvoltrekkingen, de daartoe bestemde zalen ten stadshuize voor alle overige werkzaamheden, de vertrekken der gemeente-secretarie, ingericht tot bureau voor den burger lijken stand. De bureaubehoeften der secretarie staan tot hunne be schikking. Artikel 6. Het bureau van deu burgerlijken stand is voor het publiek geopend op werkdagen, van des morgens 9 tot des namiddags 1 uur en des namiddags van 2 tot 4 uur, op Zondagen en algemeen erkende Christelijke feest dagen, van des middags 12 tot des namiddags 1 uur. Artikel 7. Deze verordening treedt in werking, zoodra de ambte naren van den burgerlijken stand, ingevolge artikel 149 der Gemeentewet benoemd, voor de Arrondissements- Kecktbank de bij dat artikel voorgeschreven oeden (beloften en verklaringen) hebben afgelegd. 3. Benoeming van zes ambtenaren van den Burger- lijken stand. Door burgemeester en wethouders zijn de volgende aan bevelingen opgemaakt a. Vier ambtenaren, belast met de huwelijksvoltrek kingen 1°. Jhr. Mr. A. Röell, Burgemeester; 2". J. Troelstra, Wethouder. - - Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 April 1904. 67 lo. W. J. Oosterhoff Jzn., Lid van den Gemeenteraad 2o. D. Tigler Wijbrandi, lo. Mr. C. Beekhuis, Wethouder 2o. J. A. A. Schooud ermark, Lid van den Gemeenteraad. lo. S. H. Ilijlkema, Wethouder 2o. Z. S. Feddema, Lid van den Gemeenteraad. b. Ben ambtenaar, belast met alle andere werkzaam heden den Burgerlijken Stand betreffende en het bewaren der registers, voor zoover deze niet naar de griffie van de Arrondissements-Ilechtbank zijn overgebracht lo. J. L. Beerenbroek, Commies ter Secretarie 2o. B. van Weemen van Noord, Adjunct-Commies der le klasse ter secretarie. c. Eén ambtenaar, die den sub b bedoelden bij ont stentenis, ongesteldheid, afwezigheid of verhindering in al zijne werkzaamheden vervangt lo. S. Wijbrands, Adjunct-Commies der 2e klasse ter secretarie 2o. J. J. Koopmans, Klerk ter secretarie. Achtereenvolgens worden benoemd de heeren liöell met 20 stemmen, terwijl één stem in blanco is uitgebracht; Oosterhoff met 19 stemmen, terwijl twee stemmen zijn uitgebracht op den heer Tigler Wijbrandi Beekhuis met 14 stemmen, terwijl 7 stemmen zijn uitgebracht op deii heer Schoondermark Ilijlkema met 17 stemmen, terwijl drie stemmen zijn uitgebracht op den heer Feddema en 1 op den heer Middelkoop Beerenbroek met algcineene (21) stemmen; Wijbrands met algemeene (21) stemmen. 4. Voorstel van burgemeester en weihouders tot vast stelling van het advies op de missive van Gedeputeerde Staten van Friesland d.d. 10 Maart no. 57, 2e afd., be treffende de bezoldiging van ambtenaren van den burger lijken stand. Het te geven advies wordt vastgesteld, zooals het door burgemeester en wethouders wordt voorgesteld (bijlage no. 7). 5. Idem tot vaststelling eener verordening tot regeling der jaarwedden en der verdere inkomsten van het onder wijzend personeel aan de scholen voor openbaar lager on derwijs te Leeuwarden bijlage no. 8). Algemeene beschouwingen worden niet gehouden De Voorzitter merkt op, dat uit art. 1 een paar woor den zijn weggevallen. In het laatste lid belmoren tus- sclien de woorden „de" en „scholen" ingelascht te wor den de woorden „hoofden van de". De artt. 14 worden achtereenvolgens zonder discus sie of hoofdelijke stemming ongewijzigd goedgekeurd. Art. 5. Aan de onderwijzers wordt, boven de jaarwedden en de tegemoetkoming, in de beide vorige artikelen bepaald, eene jaarlijksche toelage toegekend: a. van ƒ100.als eerste onderwijzer; b. van ƒ100.voor het geven van onderwijs in ééne vreemde taal, van ƒ150.voor het geven van onderwijs in elke vreemde taal meer. Deze toelagen kunnen gelijktijdig genoten worden. Als de heer Schoondermark het artikel goed leest, staat er, dat er eene jaarlijksche toelage zal worden gegeven van ƒ100.voor het geven van onderwijs in ééne vreemde taal, en verder ƒ150.voor elke vreemde taal meer. Hij vat dit aldus op, dat b.v. iemand voor het geven van onderwijs in de Eransche taal 100. geniet; geeft die zelfde persoon onderwijs in de Duitschc taal, dan krijgt hij daarvoor 150 en voor het Engelsch nog eens ƒ150. Waarom, vraagt spreker, zal voor het on derwijs in eene tweede taal 50.meer worden gegeven dan voor dat in de eerste? De Voorzitter wil doen opmerken, dat deze bepaling niets nieuws bevatzij komt ook voor in de bestaande verordening. In de raadsvergadering van 12 November 1901 is ze aldus na ampele discussie vastgesteld, omdat de ervaring geleerd had, dat zich zeer weinig sollicitan ten aanmeldden, als meer dan één acte voor talen werd gevraagd. De heer Schoondermark merkt op, dat men dan, con sequent doorredeneerende, onderwijzers met drie akten, die nog schaarscher zijn, voor de derde akte ƒ200.of f 250.zou moeten geven. Intusschen, spreker dankt voor de gegeven inlichtingen. De volgende artikelen van het ontwerp worden achter eenvolgens goedgekeurd. Daarna wordt het ontwerp in zijn geheel vastgesteld. Aldus is besloten vast te stellen de volgende VERORDENING tot regeling der jaarwedden en der verdere inkomsten van het onder wijzend personeel aan de Scholen van Openbaar Lager Onderwijs te Leeuwarden. Art. 1. De jaarwedden van de hoofden van scholen bedragen, bij een diensttijd als zoodanig, zoowel aan openbare als aan bijzondere scholen, hetzij binnen of buiten de ge meente doorgebracht van minder dan vier jaren1200. van vier en meer, doch minder dan acht jaren1300.— van acht en meer, doch minder dan twaalf jarenB 1400.— van twaalf en meer jaren1500. Deze jaarwedden zijn twee honderd gulden hooger voor de hoofden van de scholen der eerste klasse en der tweede klasse a, vijfhonderd gulden hooger voor het hoofd van de school der vierde klasse. Art. 2. Ingeval aan een hoofd der school geen vrije woning kan verschaft worden, ontvangt hij eene vergoeding voor huishuur ten bedrage van 350. Art. 3. De jaarwedden van de onderwijzers, die de hoofden van scholen bijstaan, bedragen, aan de scholen der eerste, der tweede en der derde klasse a. indien zij de hoofdacte niet bezittenbij een dienst tijd van minder dan vijf jarenƒ600. van vijf en meer, doch minder dan tien jaren 650. van tien en meer, doch minder dan vijftien jaren 700. van vijftien en meer, doch minder dan twintig jaren800.— van twintig en meer jaren900.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1904 | | pagina 2